datacenter & cloud dossie r 201 6 | chan n e lco n n ec t
Datacenters | Michiel van Blommestein
Paul Faas en Marc van Erp van Dataplace Alblasserdam:
‘ Heel goed dat we gefaseerd gebouwd hebben’
Het gaat goed met Dataplace. Sinds de opening van de eerste locatie in Alblasserdam begin 2011 heeft Dataplace, tegenwoordig onderdeel van de Eurofiber Group, ook een locatie in Utrecht in gebruik genomen. En begin 2017 zal Fase 2 in Alblasserdam worden opgeleverd: een modulaire aanbouw die 150 procent extra capaciteit gaat opleveren. Bovendien geeft het de mogelijkheid om de nieuwste technieken toe te passen.
Voor accountmanagers Marc van Erp en Paul Faas van Dataplace stond 2016 in het teken van verdere groei. Dat is iets dat ook voor het volgende jaar zeker zal worden vastgehouden, zo zeggen ze. “We hadden de uitdaging om onze bestaande datacentercapaciteit volledig te benutten, en om grotere klanten te trekken”, zegt Van Erp. “Dat is goed gelukt.
‘ Voor klanten hoef je niet meer per se in Amsterdam te zitten.’ Nu kunnen we Fase 2 inzetten. De opdracht ligt bij de aannemer, en eind oktober begint de daadwerkelijke bouw. Eind eerste kwartaal 2017 verwachten we de oplevering.” Dat Dataplace zo aan de weg kan timmeren, heeft volgens de accountmanagers vooral te maken met de bestaande ervaring binnen het relatief kleine team, maar vooral met de persoonlijke aanpak. “We zitten in een fase dat we van hoofdzakelijk regionale aanbieder naar 106
landelijk gaan”, zegt Van Erp. “De markt is geëvolueerd. Voor klanten hoef je niet meer per se in Amsterdam te zitten. We hebben een kleine flexibele organisatie van bij elkaar tien medewerkers.” Volgens Faas blijft de regionale allure, en zijn de lijntjes daarom heel kort. “Wij weten heel goed van elkaar waar we mee bezig zijn. Klantbeheer doen we eigenlijk met zijn allen. Iedereen kent alle klanten en waarvoor ze langskomen. Dat communiceert ook makkelijker.” Met Fase 2 zal het team iets worden uitgebreid, maar de kleinschaligheid blijft.
Het zijn de details Dataplace mag dan relatief nieuw zijn, aan ervaring is geen gebrek. Managing Director Gerben van der Veen, Peter Batenburg en Jan Bonke hebben hun sporen in de datacentermarkt verdiend en gezamenlijk al meer dan 45 jaar ervaring in deze markt. Het zijn de lessen uit het verleden die bij Dataplace zijn doorgevoerd. “Wij proberen bijvoorbeeld zo eerlijk mogelijk te zijn over het stroomverbruik van klanten”, zegt Van Erp. “Ze betalen daardoor nooit te veel. Het is als een GSM-abonnement: Sommige mensen nemen een pakket van 1000 minuten, maar bellen daar maar 300 van.
Dat is dus 700 minuten te veel betaald.” Daar blijft het echter niet bij. “Klanten kunnen bijvoorbeeld ook zendingen hier laten afleveren. Die ontvangen we dan, en we bellen als het is aangekomen en dat ze het op kunnen komen halen of we monteren de apparatuur voor de klant in het rack. Het zijn de kleine dingen die het hem doen.” “Toen we zelf klanten waren van datacenters, hebben we dezelfde dingen meegemaakt waar nu onze klanten mee zitten”, zegt Faas. “Een heel simpel voorbeeld is dat je bij ons met je karretje drempelloos van je auto naar je rack kunt komen. Dat is niet overal een gegeven. Het is puur iets dat we zelf zijn tegengekomen.” Van Erp voegt er nog aan toe: “Een klant merkte op dat ze bij hun vorige datacenter een boete kregen als ze wat karton ergens lieten slingeren. Wij voeren het voor onze klanten af. Het zijn allemaal details die het voor de klant prettig maken om hier te staan. De systeembeheerder moet het hier naar zijn zin hebben.”
Schermen met PUE Nu de uitbreiding gaande is, is Dataplace driftig om zich heen aan het kijken naar