INN'terregio #1

Zomer/Sommer 2022 Losse verkoop/Einzelpreis € 7.95

#01

Partner : vent Release-E

Terhalle Holzbau 123-125

3 /

Voorwoord /

Vorwort

Liebe Leserin, lieber Leser, geachte lezer, Netzwerke aufbauen, Partner finden, Verbindungen eingehen – Unternehmen, die heute zukunftssicher arbeiten wollen, entwickeln und pflegen Beziehungen mehr denn je, denn niemand sollte sich heute in der Wirtschaft allein und isoliert auf die Fähigkeiten und Qualitäten seiner Produkte und Dienstleistungen verlassen, sondern sich in gleichem Maße um starke Partner in der Zulieferung, im Vertrieb, in Forschung, Entwicklung und Wissenstransfer, in Ausbildung und Arbeitskräfte-Akquise sorgen.

Netwerken opbouwen, partners vinden, verbindingen leggen - bedrijven die vandaag toekomstbestendig willen zijn, ontwikkelen en onderhouden meer dan ooit relaties, omdat niemand in de huidige economie alleen en geïsoleerd mag vertrouwen op de vaardigheden en kwaliteiten van zijn producten en dienstverlening, maar zich evenzeer moet bekommeren om sterke partners bij toelevering, distributie, onderzoek, ontwikkeling en kennisoverdracht, opleiding en het werven van personeel.

Im Idealfall sind die Beziehungen auf zwei Ebenen gefestigt: auf der fachlich-inhaltlichen und auf der regionalen. In einer globalisierten Wirtschaftswelt können gute Partner in jedem Winkel der Welt sitzen, aber nach wie vor sollte man die Bedeutung einer Wirtschaftsförderung in der Region, in der man als Unternehmen seinen Sitz hat, nicht unterschätzen. Die räumliche Nähe zu starken Partnern etwa in der Wissenschaft oder in der Ausbildung qualifizierten Nachwuchses ist ein Premium-Standortfaktor.

Idealiter worden de betrekkingen op twee niveaus versterkt: het vakinhoudelijke en het regionale. In een geglobaliseerde economie kunnen goede partners zich in elke uithoek van de wereld bevinden, maar nog steeds mag men het belang van de economische ontwikkeling in de regio waar men als bedrijf gevestigd is, niet onderschatten. De fysieke nabijheid van sterke partners, bijvoorbeeld in de wetenschap of bij de opleiding van gekwalificeerde jongeren, is een hoogwaardige vestigingsfactor.

Iedereen die zijn bedrijf runt in de buurt van een landsgrens weet dat er bepaalde randvoorwaarden zijn die in eerste instantie nadelig lijken. Bijvoorbeeld wanneer het gaat om het in dienst nemen van geschoolde arbeidskrachten uit het buurland en het omgaan met de nodige wetgeving op het terrein van arbeidsrecht, sociale zekerheid en soms culturele verschillen. In dit opzicht kan onze economische ruimte, de EUREGIO, gelukkig putten uit veel ervaring en kennis en natuurlijk ook uit het advies en de ondersteuning van het GrensInfoPunt (grenzinfo.eu en grenzinfo.eu/nl). Niet alleen bedrijven, maar wij allen zouden ons echter veel intensiever moeten concentreren op de enorme voordelen van deze bijzondere locatie.

Als we grenzen - vooral in de economie - niet opvatten als iets dat ons scheidt, maar als een verbinding, een echte brug naar een sterke naburige economische ruimte, dan zijn we op de goede weg om daaruit een gemeenschappelijke economische ruimte te creëren, waarin we de bijzondere sterke punten van twee landen en culturen verenigen tot een Europese toplocatie. Het 360-gradenperspectief dat wij altijd eisen voor onze euregionale arbeidsmarkt is ook de sleutel tot nog meer kracht en toekomstzekerheid voor de Nederlandse en Duitse bedrijven in onze regio. Daarom stelt de EUREGIO het zeer op prijs dat dit nieuwe magazine INN*terregio dit perspectief op voorbeeldige wijze invult en een grenzeloze blik werpt op de euregionale economie. \

Wer nun sein Unternehmen in der Nähe einer nationalen Grenze betreibt, weiß, dass es bestimmte Rahmenbedingungen gibt, die zunächst einmal nachteilig erscheinen. Etwa wenn es darum geht, Fachkräfte aus dem Nachbarland einzustellen und die nötigen arbeitsrechtlichen, sozialversicherungstechnischen und mitunter auch kulturellen Fragen zu beantworten. In dieser Hinsicht kann unser Wirtschaftsraum, die EUREGIO, glücklicherweise auf viel Erfahrung und Wissen zurückgreifen und natürlich auch auf die Beratung und Unterstützung des GrenzInfoPunktes (grenzinfo. eu und grenzinfo.eu/nl). Vielmehr aber sollten nicht nur Unternehmen, sondern wir alle den Blick viel intensiver auf die enormen Vorzüge der besonderen Standortlage richten. Wenn wir stärker – insbesondere in der Wirtschaft – die Grenzen nicht als etwas Trennendes, sondern als eine Verbindung, eine echte Brücke in einen starken benachbarten Wirtschaftsraum begreifen, dann sind wir auf dem richtigen Weg, daraus einen gemeinsamen Wirtschaftsraum zu kreieren, in dem wir die besonderen Stärken zweier Länder und Kulturen zu einem europäischen TopStandort vereinen. Die 360-Grad-Perspektive, die wir immer für unseren euregionalen Arbeitsmarkt einfordern, ist auch für die niederländischen und deutschen Unternehmen unserer Region der Schlüssel zu noch mehr Kraft und Zukunftssicherheit. Insofern ist es aus Sicht der EUREGIO sehr zu begrüßen, dass das vorliegende neue Magazin INN*terregio diese Perspektive vorbildlich einnimmt und einen grenzenlosen Blick in die euregionale Wirtschaft wirft. \

Christoph Almering EUREGIO

4 /

Inhoud /

Inhalt

30

42

Vier mensen, één mening! / Vier Köpfe, eine Meinung!

06

Foqus

44

Gemeente Enschede

14

MSG

47

HOFF und Partner

19

AIW

50

Column / Kolumne Kienhuis Hoving

22

Coffee & Mind

54

Brandweer Twente

24

NDIX

56

Shopware

27

FC Twente

59

EURES

30

Freckmann & Partner

62

Demcon

33

Allianz

64

Mobiliteit / Mobilität

36

Kemari

67

Column / Kolumne WFG

42

Startup community

70

70 54

76

/ 5

116

56 54

PFREUNDT

76

CMS Sudhaus & Partner

104

Labmicta

79

ROC van Twente

107

Column / Kolumne IkinkBekman

82

Storekeeper

110

Sandberg, Kemper & Kollegen

84

Pro Contact

113

Baker Tilly

86

Do’s and Don’ts

116

MKB Twente

89

Terhalle

123

RFS MediaGroup BeNeLux

92

Column / Kolumne Kroese Wevers

126

Taylor Protocols

95

Buro Kaap

128

Payt

98

TLC Fotostudio

130

Colofon

134

Grenzenlo(o)s

24

101

110

6 /

Infotorial /

Anzeige

Even voorstellen Kurz vorgestellt

Vier mensen, één mening!

Vier Köpfe, eine Meinung!

Vier mensen, twee landen, één mening – voor de eerste editie van INN*terregio hebben wij aan ondernemers en bestuurders uit het grensgebied gericht een aantal vragen gesteld. We wilden weten, wat de nabijheid van de grens voor hen betekent. En de heersende stemming die uit de antwoorden kan worden afgeleid, is overduidelijk. Maar – lees het zelf!

Vier Köpfe, zwei Länder, eine Meinung – für die Erstausgabe von INN*terregio haben wir Unternehmern und Politikern aus dem Grenzgebiet gezielt dieselben Fragen gestellt. Wir wollten wissen, was für sie die Nähe zur Grenze bedeutet. Und die Stimmungslage, die sich aus den Antworten ableiten lässt, ist mehr als eindeutig. Aber lesen Sie selbst!

Michel ten Hag

Carsten Sühling

Dr. Kai Zwicker

Rob Welten

/ 7

Bedrijfsleven en burgers meenemen Unternehmer und Bürger einbeziehen Ook Michel ten Hag, ondernemer en voorzitter van werkgeversorganisatie VNO-NCW Twente, vroegen wij naar zijn mening over de grensoverschrijdende samenwerking. Hier zijn antwoorden.

Michel ten Hag, Unternehmer und Vorsitzender des Arbeitgeberverbandes VNO-NCW Twente, verrät im Kurz-Interview, wie er die grenzüberschreitende Zusammenarbeit bewertet.

Hier seine Antworten.

Op politiek niveau staat de grensoverschrijdende samenwerking al sinds vele jaren op de agenda. Wat is de huidige stand van zaken?

Auf politischer Ebene steht die grenzübergreifende Zusammenarbeit seit vielen Jahren auf der Agenda.

Wo stehen wir heute?

Helaas is het nog steeds een agendapunt voor slechts een beperkte groep koplopers bij overheden en in het onderwijs. Het is van belang dat er aan beide zijden van de grens medestanders aanhaken. Het bedrijfsleven en de burger moeten hierin worden meegenomen.

Leider steht das Thema noch immer nur für eine begrenzte Gruppe von Vorreitern in der Politik und Bildung auf der Tagesordnung. Es ist wichtig, an beiden Seiten der Grenze Verbündete zu haben.

Unternehmer und Bürger müssen hierbei einbezogen werden.

Wat gaat volgens u vooral goed?

Studenten die aan weerszijden van de grens gaan studeren, daar ook de taal oppakken en kennis maken met de cultuurverschillen.

Het bezoek aan de binnensteden – met name door de Duitsers aan Enschede – door het winkelende publiek.

Waar loopt het nog vast?

Was läuft besonders gut?

Studenten, die an beiden Seiten der Grenze studieren, lernen dort die Sprache und die kulturellen Unterschiede kennen. Der Besuch der Innenstädte – vor allem von Deutschen in Enschede – durch das Einkaufspublikum.

Wo hapert es noch?

Onbekend maakt onbemind. Er is in de pers weinig aandacht voor grensoverschrijdende berichtgeving. Vooral meer berichtgeving op het sociaal economische gebied kan meer interesse opwekken en zodoende kansen creëren om de verbinding met elkaar te zoeken.

Unbekannt macht unbeliebt, sagen wir in den Niederlanden. Die Medien schenken der grenzüberschreitenden Berichterstattung nur wenig Aufmerksamkeit. Vor allem im sozioökonomischen Bereich könnte viel mehr Interesse geweckt werden, mit dem neue Möglichkeiten der Verbindung entstehen könnten.

Wat is volgens u momenteel het meest belangrijke project in de grensoverschrijdende samenwerking?

Was ist aktuell für Sie das wichtigste Projekt der grenzübergreifenden Zusammenarbeit?

De grensoverschrijdende verbindingen. De spoorlijn Enschede-Münster-Dortmund moet gezamenlijk aangepakt en geëlektrificeerd worden. Er moet een einde komen aan het stootblok op station Enschede, zodat er een doorgaande verbinding zonder overstap ontstaat. Tevens liggen er kansen voor busverbindingen vanuit de omgeving Bocholt en Borken in de richting van Enschede, met gebruikmaking van de nieuwe N18. \

Die grenzüberschreitenden Verbindungen. Die Bahnstrecke Enschede-Münster-Dortmund muss gemeinsam in Angriff genommen und elektrifiziert werden. Der Prellbock auf dem Bahnhof in Enschede muss verschwinden, sodass eine durchgehende Verbindung ohne Umsteigen entsteht. Außerdem sehe ich gute Chancen für Busverbindungen aus dem Raum Bocholt und Borken nach Enschede, die über die neue N18 führen. \

8

‘ Wij hebben meer Nederlandse taalcursussen nodig’ Een andere taal, een andere cultuur, andere afzetmarkten – als Duitse ondernemingen op de Nederlandse markt actief willen worden, vergt dat van hen ondanks de directe nabijheid van het buurland aanpassingsvermogen en de bereidheid om dingen anders aan te pakken. Waarom de Nederlandse markt voor de grensregio toch zoveel kansen biedt en hoe de instap voor ondernemingen makkelijker gemaakt kan worden legt Carsten Sühling uit, directeur van Spaleck Holding in Bocholt en, als voorzitter van de regiocommissie van de Kamer van Koophandel, woordvoerder van de commerciële economie van de Kreis Borken.

Vele jaren werd bedrijfsvestiging in het grensgebied als een echt nadeel gezien. Hoe beoordeelt u dit als ondernemer tegenwoordig?

Een nadeel kan de grens natuurlijk nog steeds zijn, want er bestaat nog altijd een scheiding tussen beide landen, hun cultuur en politiek. Daarbij komt ook de taalbarrière. In de geest van een verenigd Europa moeten wij proberen, deze grenzen te laten verdwijnen en veel sterker de verbinding te zoeken. Ik denk, dat het regionale bedrijfsleven de nabijheid van de grens en daarmee ook een zekere culturele verwantschap tegenwoordig eerder als een kans dan een nadeel ziet. Nederland biedt voor Duitse bedrijven een groot potentieel.

In hoeverre profiteert uw bedrijf van de nabijheid van het buurland?

Wij hebben sinds vele jaren goede klantrelaties met Nederlandse bedrijven, hebben er interessante afzetmarkten gevonden en er werken al sinds tientallen jaren Nederlandse werknemers uit de grensregio bij ons. Ook in onze Raad van Advies zit een Nederlandse collega. Door de krapte op de arbeidsmarkt in Nederland is het echter ook voor ons lastiger geworden om in het buurland geschoolde medewerkers te vinden. Spaleck heeft daarnaast enkele jaren geleden een Nederlands bedrijf in Borne overgenomen, dat ons niet alleen in zakelijk opzicht maar ook cultureel verrijkt. Ook door deze deels toch iets andere cultuur doen wij graag zaken met onze buren.

Nog steeds zijn er veel bedrijven in de grensregio, die hun kansen in het buurland onbenut laten. Waar ligt dat volgens u aan?

Ondanks de EU bestaat de grens nog steeds – althans vaak in de hoofden van de mensen. Bovendien zorgt de stap naar zakendoen in Nederland voor extra inspanningen: de Nederlandse arbeids-, afzet- en acquisitiemarkt vereist een eigen strategie, communicatie in een andere taal en vooral de juiste contacten. Vaak is het voor ondernemers gewoon handiger en makkelijker om alleen aan de eigen kant van de grens zaken te doen.

Hebt u een tip voor deze ondernemers?

Netwerken! Nadat er in de afgelopen twee jaar door corona geen of slechts weinig grensoverschrijdende bijeenkomsten waren, vinden er tegenwoordig gelukkig weer meer Duits-Nederlandse evenementen plaats. Dat zijn bijvoorbeeld ontbijtbijeenkomsten, netwerkevents of symposia, georganiseerd door de Kamer van Koophandel, de ontwikkelingsmaatschappijen of de EUREGIO. Deze bijeenkomsten zijn ideaal om op een vrij makkelijke manier eerste contacten met Nederlandse bedrijven te leggen, die dan later verdiept kunnen worden. Uiteraard is het in het buitenland ook altijd handig om gebruik te maken van het netwerk van de KVK – in dit concrete geval is dat de Duits-Nederlandse Kamer van Koophandel in Den Haag.

Wat zou de politiek volgens u moeten doen om zakendoen over de grens in de toekomst nog makkelijker te maken?

Op de lange termijn moet de grens uit de hoofden van de mensen helemaal verdwijnen! Een voorwaarde hiervoor is, dat aanzienlijk meer mensen de Nederlandse taal beheersen. We hebben daarom in de scholen van begin af aan meer Nederlandse taalcursussen nodig, aanzienlijk meer partnerschappen tussen scholen en idealiter gemeenschappelijke evenementen, bijvoorbeeld op het gebied van sport en cultuur. Daar ligt nog veel potentieel. Op de korte termijn is het wenselijk dat EU-richtlijnen snel en gelijktijdig in Duitsland en Nederland worden uitgevoerd, zodat er aan beide zijden van de grens dezelfde randvoorwaarden gelden. In het algemeen moeten bureaucratische barrières worden geslecht, die het zakendoen binnen de EU helaas nog steeds bemoeilijken. \

/ 9

„Wir benötigen mehr Niederländisch-Kurse” Andere Sprache, andere Kultur, andere Absatzmärkte – der Schritt in die Niederlande erfordert von deutschen Unternehmen trotz der direkten Nachbarschaft Anpassungsfähigkeit und Veränderungsbereitschaft, wenn sie dort tätig werden wollen. Warum der niederländische Markt für die Grenzregion dennoch so viel Potenzial hat und wie Unternehmen der Einstieg erleichtert werden könnte, erklärt Carsten Sühling, Geschäftsführer der Spaleck Holding in Bocholt und als Vorsitzender des IHK-Regionalausschusses Sprecher der gewerblichen Wirtschaft im Kreis Borken, im Kurz-Interview.

Herr Sühling, für viele Jahre galt die Lage an der Grenze als echter Standortnachteil. Wie bewerten Sie als Unternehmer das heute?

Ein Nachteil kann die Grenze natürlich noch immer sein, denn es gibt nach wie vor eine Trennung zwischen Deutschland und den Niederlanden, ihren Kulturen und der Politik. Hinzu kommt die Sprachbarriere. Im Sinne eines vereinten Europas müssen wir versuchen, diese Grenzen verschwinden zu lassen und uns deutlich stärker aufeinander einzulassen. Ich denke, dass die regionale Wirtschaft die Grenznähe und damit auch eine gewisse kulturelle Nähe heute eher als Chance denn als Nachteil sieht. Die Niederlande bieten viel Potenzial für deutsche Unternehmen.

Inwieweit profitiert Ihr Unternehmen von der Nähe zum Nachbarland?

Wir pflegen seit vielen Jahren gute Kundenbeziehungen in den Niederlanden, haben dort interessante Absatzmärkte für uns gefunden und beschäftigen seit vielen Dekaden niederländische Arbeitnehmer aus der Grenzregion. Auch im Beirat unseres Unternehmens sitzt ein niederländischer Kollege. Aufgrund der Vollbeschäftigung in den Niederlanden ist es aber auch für uns schwieriger geworden, im Nachbarland Fachkräfte zu finden. Spaleck hat zudem vor einigen Jahren ein Fotografie Spaleck Holding GmbH & Co. KG

niederländisches Unternehmen in Borne gekauft, das uns nicht nur unternehmerisch, sondern auch kulturell bereichert. Auch aufgrund dieser, doch teilweise anderen Kultur machen uns die Geschäfte mit den Nachbarn viel Freude.

Nach wie vor gibt es immer noch viele Unternehmen im Grenzgebiet, die ihre Potenziale im Nachbarland ungenutzt lassen. Woran liegt das aus Ihrer Sicht?

Trotz EU ist die Grenze – zumindest in den Köpfen – nach wie vor häufig vorhanden. Außerdem verursacht der Geschäftsaufbau in den Niederlanden zusätzlichen Aufwand: der niederländische Arbeits-, Absatz- oder Beschaffungsmarkt erfordert eine eigene Strategie, eine Kommunikation in einer fremden Sprache und vor allem die passenden Kontakte. Oft ist es für Unternehmen einfacher und bequemer, sich um Geschäfte diesseits der Grenze ­ zu bemühen.

Haben Sie einen Tipp für diese Unternehmen?

Netzwerken! Nachdem es in den vergangenen zwei Jahren Corona-bedingt keine oder nur wenige grenzübergreifende Veranstaltungen gab, finden aktuell erfreulicherweise wieder mehr deutsch-niederländische Events statt. Das sind zum Beispiel Unternehmerfrühstücke, Netzwerkveranstaltungen oder Fachtagungen, die die Industrie- und Handelskammern, die Wirtschaftsförderungen oder die EUREGIO organisieren. Diese Veranstaltungen sollte man nutzen, um recht einfach erste Kontakte in die Niederlande herzustellen, die dann ausgebaut werden können. Selbstverständlich hilft vor Ort auch immer das Auslandskammernetzwerk der IHK – im konkreten Fall Niederlande ist das die Deutsch-Niederländische Handelskammer in Den Haag.

Was müsste die Politik aus Ihrer Sicht tun, damit Geschäfte über die Grenze hinweg künftig noch einfacher werden?

Langfristig muss die Grenze aus den Köpfen verschwinden! Basis dafür ist, dass deutlich mehr Menschen die niederländische Sprache beherrschen – wir benötigen also in den Schulen von Anfang an mehr Niederländisch-Kurse, deutlich mehr Schulpartnerschaften und idealerweise gemeinsame Veranstaltungen, beispielsweise in den Bereichen Sport und Kultur. Da gibt es noch viel Potenzial. Kurzfristig sollten EU-Richtlinien schnell und zeitgleich in Deutschland und in den Niederlanden umgesetzt werden, damit auf beiden Seiten der Grenze die gleichen Rahmenbedingungen herrschen. Ganz pauschal müssen bürokratische Hürden abgebaut werden, die die Geschäfte innerhalb der EU leider immer noch verkomplizieren. \

10

Een vanzelfsprekendheid Voor de Kreis Borken, die over een lengte van meer dan 108 km direct aan Nederland grenst, speelt het buurland een speciale rol. Dr. Kai Zwicker, Landrat van de Kreis Borken, legt in een kort interview uit, in hoeverre de regio aan Duitse zijde daarvan profiteert, welke bijdrage de Duits-Nederlandse samenwerkingsverband Euregio hieraan levert en waar nog verbeteringspotentieel ligt.

Wat is momenteel volgens u het meest belangrijke project in de grensoverschrijdende samenwerking?

Op politiek niveau staat de grensoverschrijdende samenwerking al sinds vele jaren op de agenda. Wat is de huidige stand van zaken?

Wat is volgens u een realistische visie op het onderwerp samenwerking?

De Kreis Borken deelt over een lengte van 108 km de grens met Nederland. De meeste mensen in de regio kunnen zich nog goed herinneren, dat de grens alleen na controle overgestoken kon worden, en aan de Nederlandse Gulden en de Duitse Mark, die altijd eerst gewisseld moesten worden om boodschappen aan de overkant te kunnen doen. Sindsdien is er veel gebeurd. De Euregio had zich bij haar oprichting in 1958 nog vrij lage doelen gesteld, zoals de organisatie van grensoverschrijdende culturele evenementen. In de afgelopen decennia hebben wij echter een significante vooruitgang in de grensoverschrijdende samenwerking geboekt.

Wat gaat volgens u vooral goed?

Er bestaat tegenwoordig op veel gebieden een goede samenwerking, zoals ruimtelijke ordening en infrastructuur, economie en arbeidsmarkt, opleiding en scholing, veiligheid en gezondheidszorg. Bijvoorbeeld op het gebied van de samenwerking tussen reddingsdiensten en de brandweer is er veel gebeurd, en ook de grensoverschrijdende arbeidsmarkt functioneert steeds beter. Over het geheel gezien, is het tegenwoordig heel normaal om boodschappen in het buurland te doen, evenementen te bezoeken en over en weer vrije tijd door te brengen. Het doel, waarmee de Euregio ooit is begonnen, is voor ons allen een vanzelfsprekendheid geworden. Dat is de grootste verdienste van de Euregio.

Waar loopt het nog vast?

Nog steeds zijn er tal van nationale regelingen, die de grensoverschrijdende samenwerking bemoeilijken. Dat hebben we vooral tijdens de Corona-pandemie gezien, toen de grens van de ene op de andere dag praktisch gesloten werd. Veel forenzen konden niet meer naar hun werk in het buurland en familiebezoeken waren niet meer mogelijk. Ik zou het graag zien, dat er ook op nationaal en deelstaatniveau meer rekening met grensoverschrijdende belangen werd gehouden.

Fotografie Kreis Borken

Het Euregio-Rail-Project, waardoor er een doorgaande, elektrische treinverbinding tussen Münster en Zwolle komt, zal voor een nog betere aansluiting en een hechtere vergroeiing van de regio zorgen. Maar ook de samenwerking op het gebied van de waterstof-economie en de grensoverschrijdende coöperatie op onderwijsgebied in het EDL-project (noot v.d. red.: Euroregionale Doorlopende Lijn), waarbij scholieren, studenten en trainees kennis kunnen maken met de taal en cultuur van het buurland, zijn belangrijke initiatieven.

Ik denk, dat we al veel hebben bereikt en dat er een basis is ontstaan, van waaruit we de Duits-Nederlandse samenwerking verder kunnen versterken. Er ligt nog een groot potentieel op het gebied van de economische samenwerking – hierbij wil ook de ontwikkelingsmaatschappij voor de Kreis Borken in de toekomst nieuwe impulsen geven. \

/ 11

Eine Selbstverständlichkeit Als direkter Nachbar entlang einer 108 Kilometer langen Landesgrenze spielen die Niederlande für den Kreis Borken eine besondere Rolle. Inwiefern die Region auf deutscher Seite davon profitiert, welchen Beitrag der deutsch-niederländische Zweckverband Euregio dazu beisteuert und wo es noch Verbesserungspotenzial gibt, erklärt Dr. Kai Zwicker, Landrat des Kreises Borken, im Kurz-Interview.

Veranstaltungen zu besuchen und dort unsere Freizeit zu verbringen. Das, womit die Euregio begann, ist für uns alle zu einer Selbstverständlichkeit geworden. Das ist das größte Verdienst der Euregio.

Wo hapert es noch?

Herr Dr. Zwicker, auf politischer Ebene steht die grenzübergreifende Zusammenarbeit seit vielen Jahren auf der Agenda. Wo stehen wir heute?

Der Kreis Borken teilt 108 Kilometer Grenze mit den Niederlanden.

Die meisten Menschen in der Region können sich noch gut an die Zeiten erinnern, als die Grenze nur mit Kontrollen überquert werden konnte, und an den niederländischen Gulden und die deutsche Mark, die erst einmal getauscht werden mussten, um auf der jeweils anderen Seite einkaufen zu können. Seither hat sich viel getan.

Die Euregio hatte sich bei ihrer Gründung 1958 noch niedrige Ziele gesetzt, wie beispielsweise die Ausrichtung grenzüberschreitender Kulturveranstaltungen. In den vergangenen Jahrzenten haben wir bedeutende Fortschritte in der grenzübergreifenden Zusammenarbeit gemacht.

Was läuft aus Ihrer Sicht besonders gut?

Wir arbeiten inzwischen in vielen Bereichen wie Raumordnung und Infrastruktur, Wirtschaft und Arbeitsmarkt, Aus- und Weiterbildung, Sicherheit oder Gesundheitswesen gut zusammen. Bei der Kooperation zwischen Rettungsdiensten und den Feuerwehren hat sich zum Beispiel viel getan, und auch der grenzüberschreitende Arbeitsmarkt funktioniert immer besser. Ganz allgemein gesagt, gehört es heute zur Normalität, im Nachbarland einzukaufen,

Nach wie vor gibt es noch viele einzelstaatliche Regelungen, die die grenzüberschreitende Zusammenarbeit erschweren. Das haben wir besonders in der Corona-Pandemie gesehen, als von einem auf den anderen Tag die Grenze praktisch geschlossen wurde. Viele Pendler kamen nicht mehr zur Arbeit im Nachbarland und Familienbesuche waren nicht mehr möglich. Ich würde mir wünschen, dass grenzüberschreitende Belange auch auf nationaler und auf Landesebene stärker berücksichtigt werden.

Was ist aktuell für Sie das wichtigste Projekt der grenzübergreifenden Zusammenarbeit?

Das Euregio-Rail-Projekt, mit dem eine durchgehende, elektrifizierte Zugverbindung zwischen Münster und Zwolle entstehen soll, wird für noch bessere Anbindung sorgen und die Region noch enger zusammenwachsen lassen. Aber auch die Zusammenarbeit auf dem Gebiet der Wasserstoffwirtschaft und die grenzüberschreitende Bildungszusammenarbeit im EDL-Projekt (Anm. d. Red.: Euregionale Doorlopende Leerlijn), der „Euregionalen Bildungskette“, mit der Schülerinnen und Schüler, Studierende und Trainees die Sprache und Kultur des jeweiligen Nachbarlandes erwerben können, sind wichtige Initiativen.

Was ist aus Ihrer Sicht eine realistische Vision mit Blick auf das Thema Zusammenarbeit?

Ich glaube, dass wir bereits viel erreicht haben und jetzt auf einer guten Basis stehen, von der aus wir die deutsch-niederländische Zusammenarbeit weiter stärken können. Große Potenziale gibt es noch bei der wirtschaftlichen Kooperation – in diesem Punkt möchte auch die Wirtschaftsförderungsgesellschaft für den Kreis Borken in Zukunft neue Impulse setzen. \

We hebben aanzienlijke vooruitgang geboekt in de samenwerking.

Wir haben bedeutende Fortschritte in der Zusammenarbeit gemacht.

Dr. Kai Zwicker

12

‘ Het beste van twee werelden’ Ook met Rob Welten, burgemeester van de gemeente Haaksbergen en voorzitter van de EUREGIOraad, spraken wij over de stand van zaken in de grensoverschrijdende samenwerking. Hier zijn antwoorden op onze vragen.

horizon te verbreden voor dat, wat wij graag het 360-gradenperspectief noemen: de veelvuldige kansen, die letterlijk voor de deur liggen, te zien en te grijpen, ook in het buurland. Het beste van twee werelden, dat is de EUREGIO. En daarmee ben ik alweer bij de successen.

Op politiek niveau staat de grensoverschrijdende samenwerking al sinds vele jaren op de agenda. Wat is de huidige stand van zaken?

Er zijn zoveel uitstekende initiatieven voor grensoverschrijdende samenwerking, die binnen hun vakgebied allemaal heel belangrijk zijn en barrières afbouwen. Neem bijvoorbeeld het INTERREGproject EuregioRail, waarbij aan een doorgaande treinverbinding tussen Münster via Enschede naar Zwolle gewerkt wordt. Een goed bereikbare EUREGIO is een groot goed en met een goede bereikbaarheid – juist van de plaatsen in het grensgebied – staat en valt vaak ook de ontmoeting tussen de burgers van beide landen. Dat geldt ook voor de bereikbaarheid van arbeidsplaatsen met het openbaar vervoer. Wat ook altijd belangrijk blijft, is het grensgangersadvies. Onze GrensInfoPunten (GIP) langs de hele Duits-Nederlandse grens zijn essentiële bouwstenen in de informatie voor grensgangers, ondernemers en werknemers. De GIPs adviseren over alles, waar zij bij de stap over de grens op moeten letten, of het nu op het gebied van belasting of de sociale zekerheid is. Op het lijstje van belangrijkste initiatieven in de grensoverschrijdende samenwerking mogen de GIPs zeker niet ontbreken. Gekoppeld aan deze adviesstructuur, geldt dit ook voor de grensoverschrijdende arbeidsbemiddeling van het project GrensWerk Enschede/Gronau met de zogenaamde one-stop-shop voor advies en bemiddeling.

De EUREGIO bestaat sinds 1958. Dat zijn meer dan 60 jaren van intensive samenwerking tussen gemeenten, organisaties en burgers in onze grensregio. Waar wij vandaag staan? Volgens mij zijn wij goed op weg, maar er valt nog veel te doen. In het kader van het Europese akkoord van Schengen zijn de fysieke grenzen tussen de landen afgebouwd. De Europese binnenmarkt is een feit.

Tegelijk ontstonden er helaas ook weer nieuwe grenzen, dit keer van bureaucratische aard. Daarbij is te denken aan de nationaal verschillende belasting- en sociale zekerheidsstelsels of ook de vaak nog moeilijke erkenning van opleidingen en diploma’s in het buurland. Of, om een ander voorbeeld te noemen: infrastructurele planning, gemaakt in Berlijn of Den Haag, die aan de grens stopt.

Op dit gebied bestaat al veel afstemming, maar er is aanzienlijk meer coördinatie nodig om grensoverschrijdende mobiliteit nog vanzelfsprekender te maken.

Wat gaat volgens u vooral goed?

Wij waren tijdens de corona-pandemie vooral heel blij met het feit, dat de Duits-Nederlandse grens ook in tijden van reiswaarschuwingen en lockdowns steeds open gebleven is voor zowel transport en logistiek als ook voor grenspendelaars. Deze grens was één van de weinige in Europa, waar dat echt werkte. En dit was alleen mogelijk, omdat de grensoverschrijdende vriendschap tussen Duitsland en Nederland, en vooral tussen de grensgemeenten, op een solide basis stond en staat.

Zoiets betaalt zich tijdens een crisis uit. Dan moeten de lijnen kort en het wederzijdse vertrouwen groot zijn.

Waar loopt het nog vast?

Zoals ik in het begin al beschreef, ligt vooral bij de niet-fysieke grenzen nog een uitdaging, uiteindelijk ook in de hoofden van mensen. Hier moeten nog stappen in het voorlichtingswerk worden gezet om burgers duidelijk te maken, dat het leven en ook de arbeidsmarkt niet bij de landsgrens stopt; voorlichtingswerk om hun

Wat is volgens u momenteel het meest belangrijke project in de grensoverschrijdende samenwerking?

Wat is volgens u een realistische visie op het onderwerp samenwerking?

Met onze visie EUREGIO 2030 werken wij aan drie speerpunten: economie en arbeidsmarkt, duurzame ruimtelijke ontwikkeling en maatschappelijke ontwikkeling. Daarbij houden wij steeds in het oog, niet alleen Nederland en Duitsland, maar ook de stedelijke en landelijke gebieden met elkaar te verbinden tot één grenzeloze en leefbare stad-land-regio.

Hierdoor ontstaat een regio, die ook attractief is voor ondernemingen, die van het internationale zakenklimaat profiteren en zich in de EUREGIO vestigen, waar innovatie en kennistransfer met een hoofdletter worden geschreven. \

/ 13

„Das Beste aus zwei Welten” Auch mit Rob Welten, Bürgermeister der Gemeinde Haaksbergen und Präsident des EUREGIORates, haben wir über den Status quo der grenzübergreifenden Zusammenarbeit gesprochen.

Hier seine Antworten auf unsere Fragen.

Herr Welten, auf politischer Ebene steht die grenzübergreifende Zusammenarbeit seit vielen Jahren auf der Agenda. Wo stehen wir heute?

Die EUREGIO gibt es seit 1958. Das sind mehr als sechs Jahrzehnte intensiver Zusammenarbeit zwischen Kommunen, Organisationen und Bürgerinnen und Bürgern in unserer Grenzregion. Wo wir heute stehen? Ich würde sagen, wir sind gut unterwegs, aber es bleibt noch viel zu tun. Es ist ja so, dass im Zuge der europäischen Einigung dank Schengen physische Grenzen zwischen Ländern abgebaut wurden. Der europäische Binnenmarkt ist ein Fakt. Gleichzeitig wurden aber leider auch wieder Grenzen hochgezogen, diesmal bürokratischer Art. Denken wir an die national unterschiedlichen Steuer- und Sozialversicherungssysteme oder auch die oft noch immer schwierige Anerkennung von Ausbildungsabschlüssen im Nachbarland. Oder, ein anderes Beispiel: Infrastrukturplanung, gemacht in Berlin oder Den Haag, die an der Grenze aufhört. Da gibt es inzwischen schon viel Abstimmung, es ist aber noch viel mehr Abstimmung nötig, sodass grenzüberschreitende Mobilität noch selbstverständlicher werden kann.

Was läuft besonders gut?

Ganz besonders froh waren wir während der Corona-Pandemie darüber, dass die deutsch-niederländische Grenze auch in Zeiten von Reisewarnungen und Lockdowns immer offen geblieben ist für Transport und Logistik sowie für Grenzgänger. Dies war hier eine der ganz wenigen Grenzen in Europa, wo das funktioniert hat. Und das war nur möglich, weil die grenzübergreifende Freundschaft zwischen Deutschland und den Niederlanden und insbesondere zwischen Grenzkommunen auf einem soliden Fundament stand und steht. Sowas zahlt sich gerade in der Krise aus. Dann müssen die Wege kurz und das Vertrauen ineinander groß sein.

Wo hapert es noch?

Wie ich eingangs schon beschrieben habe, sind vor allem die nicht physischen Grenzen noch eine Herausforderung. Nicht zuletzt auch die Grenzen in den Köpfen der Menschen. Da ist noch Aufklärungsarbeit nötig, um den Bürgerinnen und Bürgern zu vermitteln, dass das Leben oder auch der Arbeitsmarkt nicht an der nationalen Grenze aufhört. Aufklärungsarbeit, um die Blicke zu öffnen für das, was wir gerne die 360 Grad-Perspektive nennen: die vielfältigen Chancen direkt vor der eigenen Haustür zu erkennen und zu ergreifen, auch im Nachbarland. Das Beste aus zwei Welten, das ist die EUREGIO. Womit ich schon wieder bei den Erfolgen wäre.

Was ist aktuell für Sie das wichtigste Projekt der grenzübergreifenden Zusammenarbeit?

Es gibt so viele hervorragende Initiativen in der grenzübergreifenden Zusammenarbeit, die alle in ihrem Themenbereich sehr wichtig sind und Hürden abbauen. Schauen wir zum Beispiel auf das INTERREG-Projekt EuregioRail, das sich für eine durchgängige Bahnverbindung von Münster über Enschede bis nach Zwolle einsetzt. Eine gut erreichbare EUREGIO ist ein wichtiges Gut und mit der guten Erreichbarkeit gerade von Orten in Grenznähe steht und fällt oft auch die Begegnung zwischen den Bürgerinnen und Bürgern beider Länder, aber auch die Erreichbarkeit von Arbeitsplätzen mit öffentlichen Verkehrsmitteln.

Wichtig bleibt auch immer die Grenzpendlerberatung. Unsere GrenzInfoPunkte (GIPs) entlang der gesamten niederländischdeutschen Grenze sind ein essentieller Baustein in der Information für Grenzgänger, Unternehmen und Arbeitnehmende. Sie beraten zu allem, worauf beim Schritt über die Grenze zu achten ist, sei es im Bereich der Steuern oder auch der Sozialversicherung. Wenn wir über die wichtigsten Initiativen in der grenzüberschreitenden Zusammenarbeit sprechen, dürfen die GIPs in der Aufzählung nicht fehlen, und an diese Beratungsstruktur gekoppelt, gilt das auch für die grenzübergreifende Arbeitsvermittlung GrensWerk in Gronau/Enschede mit dem sogenannten One-stop-shop für Arbeitsvermittlung und Beratung.

Er zijn zoveel uitstekende initiatieven.

Es gibt so viele hervorragende Initiativen.

Rob Welten

Was ist aus Ihrer Sicht eine realistische Vision mit Blick auf das Thema Zusammenarbeit?

Mit unserer Strategie EUREGIO 2030 arbeiten wir an den drei thematischen Kategorien Wirtschaft und Arbeitsmarkt, nachhaltige Raumentwicklung sowie gesellschaftliche Entwicklung. Dabei behalten wir immer im Blick, nicht nur die Niederlande und Deutschland, sondern auch die städtischen und ländlichen Gebiete in der EUREGIO zu einer grenzenlosen und lebenswerten StadtLand-Region miteinander zu verbinden. Hierdurch entsteht eine Region, die nicht zuletzt attraktiv ist für Unternehmen, die von dem internationalen Klima profitieren und sich in der EUREGIO ansiedeln, wo Innovation und Wissenstransfer großgeschrieben werden. \

14 /

Infotorial /

Anzeige

Peter Schildkamp en René Bogaarts van de gemeente Enschede / Peter Schildkamp und René Bogaarts von der Gemeinde Enschede

/ 15

Euregionaal onderwijs: jong geleerd, oud gedaan Münster en Enschede zijn sinds september 2021 officieel partnersteden. De samenwerking tussen beide steden en de grensregio belandt daarmee op een hoger niveau. Onderwijs is één van de thema’s waarop de alliantie steeds concreter wordt. Hoe? Dat vertellen Barbara Verbeek en Peter Schildkamp van de gemeente Enschede.

Het hart van senior adviseur onderwijs Barbara Verbeek klopt sneller bij het woord internationalisering. Zij werkt al 18 jaar bij de gemeente Enschede in allerlei functies. Sinds vijf jaar richt ze zich op de samenwerking met Duitsland binnen haar sector onderwijs.

Ze is projectleider van het project ‘Euregionale Doorlopende Leerlijn’ (EDL), dat mede gefinancierd wordt met hulp van de Regio Deal-investeringen en de Twente Board.

Meerwaarde Verbeek: ‘Euregionaal onderwijs betekent dat kinderen en jongeren die in de Euregio wonen, de taal en cultuur van het buurland leren. Rond euregionaal onderwijs hebben allerlei basisscholen,

middelbare scholen en het mbo en het hoger onderwijs aan beide kanten van de grens initiatieven opgezet. Zo organiseren basisscholen uitwisselingen met scholen over de grens, heeft hogeschool Saxion euregionaal beleid ontwikkeld en trekken ook de kunstacademie AKI en Universiteit Twente veel Duitse studenten aan. Waar we nu ook vooral op sturen, is het onderlinge contact. Een groeiend netwerk van onderwijspartners, overheden, bedrijfsleven en brancheverenigingen aan beide kanten van de grens is daarbij belangrijk. Ondernemers kunnen bijvoorbeeld aangeven wat zij belangrijk vinden in grensoverschrijdend werken, zodat de kennisinstellingen daar mee aan de slag kunnen. Zoiets gaat dan dieper dan elkaars taal spreken bij de koffieautomaat. >

Euregionale Bildung beginnt bereits in der Grundschule Münster und Enschede sind seit September 2021 offiziell Partnerstädte. Damit steigt die Zusammenarbeit zwischen beiden Städten und der Grenzregion auf eine höhere Ebene. Ausbildung ist dabei eins der Themen, bei dem das Bündnis immer konkreter wird. Auf welche Weise? Das erläutern Barbara Verbeek und Peter Schildkamp von der Gemeinde Enschede.

Internationalisierung ist ein Wort, das das Herz von Senior Bildungsberaterin Barbara Verbeek schneller klopfen lässt. Sie ist bereits seit 18 Jahren in verschiedenen Funktionen bei der Gemeinde Enschede tätig. Seit fünf Jahren liegt ihr Fokus auf der deutsch-niederländischen Zusammenarbeit in ihrem Fachbereich, der Bildung. Sie ist Projektleiterin der „Euregionalen Bildungskette”, des EDL-Projekts (Euregionale doorlopende leerlijn), das unter anderem mit Fördermitteln der Regio-Deal-Investitionen und des Twente Board finanziert wurde.

Wertzuwachs Verbeek: „Euregionale Bildung bedeutet, dass Kinder und Jugendliche, die in der Euregio wohnen, die Sprache und Kultur des Nachbarlands kennenlernen. Allerlei Grund- und

Tekst Jochem Vreeman / Fotografie Lars Smook

Sekundarschulen sowie Berufs- und Hochschulen auf beiden Seiten der Grenze haben Initiativen zur euregionalen Bildung ins Leben gerufen. So organisieren Grundschulen beispielsweise Austauschprogramme mit Schulen im Nachbarland, hat die Saxion Hochschule eine euregionale Strategie entwickelt und auch die Kunstakademie AKI sowie die Universität Twente haben mittlerweile viele deutsche Studenten. Aktuell konzentrieren wir uns vor allem auf die gegenseitigen Kontakte. Ein wachsendes Netzwerk von Ausbildungspartnern, Behörden, Unternehmen und Wirtschaftsverbänden an beiden Seiten der Grenze ist dabei von Bedeutung. So können Unternehmen beispielsweise angeben, welche Aspekte sie bei der grenzüberschreitenden Arbeit für wichtig halten, sodass die Ausbildungseinrichtungen gezielt darauf hinarbeiten können. Das geht wesentlich tiefer als >

16 /

Infotorial /

Anzeige

Een concreet resultaat hiervan is, dat er nu binnen Saxion een expertisecentrum rondom de Euregionale Doorlopende Leerlijn wordt opgezet. Daar komt alles samen rondom dit thema. Denk aan uitwisselingen, stages over de grens en noem maar op. De animo onder studenten is hoog. Zij zien steeds meer dat intercultureel werken veel meerwaarde heeft voor je persoonlijke ontwikkeling.’

Basisscholen De doorlopende leerlijn begint al op de basisschool. Verbeek: ‘Dat klinkt vroeg, maar het levert veel op. Er zijn steeds meer basisscholen in Enschede die een partnerschool vinden in de Duitse grensstreek en andersom. Ze organiseren, uitwisselingen en leren bijvoorbeeld ook samen programmeren - een eerste verkenning, hoe het is om met elkaar samen te werken en van elkaar te leren.

Ik ben er van overtuigd, dat je er voor de rest van je leven baat bij hebt, als je iets leert over de cultuur in het buurland - met welk land je later ook samenwerkt. Als wij met de EDL jongeren in onze regio de kans kunnen bieden ook over de grens te gaan werken en zo hun horizon te vergroten, dan is dat een mooi resultaat.’

Stages Verbeek werkt veel samen met haar collega Peter Schildkamp, binnen de gemeente Enschede initiatiefnemer van GrensWerk.

Dat is een samenwerkingsverband van de gemeente Enschede, Arbeitsagentur Coesfeld, Werkplein Twente, het UWV en de Euregio. GrensWerk heeft tot doel de arbeidsmarkt in de Euregio zo goed mogelijk als één geheel te laten functioneren. Het kantoor helpt werknemers en werkgevers om maximaal te profiteren van de mogelijkheden die een grensoverschrijdende arbeidsregio biedt. De focus van Schildkamp verschoof de laatste tijd meer en meer naar stages over de grens: ‘Er was een groeiende vraag, vanuit vooral het hbo en mbo, of we met GrensWerk iets konden betekenen in het opzetten en vinden van stageplekken. Daar besloten we op in te springen. Een treffend voorbeeld is de samenwerking met SMEOT in Hengelo, een mbo-vakschool voor metaal, mechatronica en elektrotechniek. We begeleiden hun leerlingen nu bij stages in Duitsland. Dat begint bij een eerste kennismaking tussen docenten van SMEOT en soortgelijke vakscholen vlak over de grens. Dat faciliteren en stimuleren we, uiteindelijk moeten ze het zelf overpakken.’

Bedrijfsbezoeken Schildkamp richt zich ook op snuffelstages voor Duitse gymnasiasten. ‘Het is daar gebruikelijk om rond je zestiende zo’n stage te doen en vervolgens de keuzes voor je vervolgopleiding te maken. Veel organisaties in Twente vinden dat een lastige vraag.

De stageperiode is met twee weken kort en dus vraagt zo’n leerling intensieve aandacht en begeleiding. We hebben dit nu omgezet in bedrijfsbezoeken. Als gemeente Enschede doen we zelf ook mee. De interesse van bedrijven om mee te doen is er volop. We organiseren er van alles omheen, zoals een randprogramma in de Grolsch Veste en de optie voor een verblijf in een gastgezin. Het belang voor de regio is duidelijk. Hopelijk kiest een aantal van hen voor een opleiding op Saxion of de Universiteit Twente, en daarna wellicht voor een baan in Twente.’ \

ein kleines Gespräch beim Kaffeeautomaten in der betreffenden Landesprache führen zu können. Ein konkretes Resultat dieser Initiative ist, dass bei der Saxion momentan ein Kompetenzzentrum rund um diese Euregionale Bildungskette eingerichtet wird. Alles zum Thema Bildung fließt hier zusammen. Denken Sie dabei an Austauschprogramme, Praktika an beiden Seiten der Grenze und noch viel mehr. Bei den Studenten ist das Interesse hierfür groß. Sie erkennen immer öfter, dass interkulturelles Arbeiten einen großen Wertzuwachs für die persönliche Entwicklung mit sich bringt.”

Grundschulen Die Bildungskette beginnt schon in den Grundschulen.

Barbara Verbeek: „Das mag manchem früh erscheinen, aber es bringt viele Vorteile. Es gibt immer mehr Grundschulen in Enschede, die eine Partnerschule im deutschen Grenzgebiet finden, und das Gleiche gilt auch anders herum. Die Schulen organisieren Austauschprojekte, aber lernen beispielsweise auch gemeinschaftlich, wie man programmiert – eine erste Erkundung, die zeigt, wie es ist, gemeinsam zu arbeiten und voneinander zu lernen. Ich bin davon überzeugt, dass Kenntnisse über die Kultur des Nachbarlands für den Rest des Lebens nützlich sind, egal mit welchem Land letztendlich zusammengearbeitet wird. Wenn wir mit dem EDL-Projekt Jugendlichen in unserer Region die Chance geben können, an beiden Seiten der Grenze zu arbeiten und damit ihren Horizont zu erweitern, dann haben wir ein schönes Resultat erzielt.”

Intercultureel werken heeft veel meerwaarde voor persoonlijke ontwikkeling.

Interkulturelle Arbeit schafft einen großen Mehrwert für die persönliche Entwicklung.

Praktika Barbara Verbeek arbeitet intensiv mit ihrem Kollegen Peter Schildkamp zusammen, der bei der Gemeinde Enschede die Initiative für das Projekt GrensWerk ergriff. Dies ist ein Partnerschaftsprojekt, bei dem die Gemeinde Enschede, die Arbeitsagentur Coesfeld, Werkplein Twente, das Arbeitsamt UWV und die Euregio zusammenarbeiten. GrensWerk hat sich zum Ziel gesetzt, den Arbeitsmarkt in der Euregio so gut wie möglich als eine Einheit funktionieren zu lassen. Das Büro unterstützt Arbeitnehmer und Arbeitgeber dabei, maximal von den Möglichkeiten zu profitieren, die eine grenzüberschreitende Arbeitsregion bietet.

In der letzten Zeit hat sich Peter Schildkamps Fokus immer mehr auf Praktika jenseits der Grenze verlegt. Peter Schildkamp: „Bei GrensWerk nahm die Nachfrage von Hoch- und Berufsschulen um Unterstützung beim Einrichten und Finden von Praktikumsstellen

/ 17

beständig zu. Darum beschlossen wir, hierauf einzugehen. Ein treffendes Beispiel ist die Zusammenarbeit mit SMEOT in Hengelo, einer Berufsfachschule für Metalltechnik, Mechatronik und Elektrotechnik. Wir betreuen die Schüler, die ein Praktikum in Deutschland machen. Das beginnt bereits beim ersten Kontakt zwischen den Dozenten von SMEOT und ähnlichen Fachschulen im deutschen Grenzgebiet. Wir bieten Unterstützung und Anregung, aber letztendlich müssen sie es selber in die Hand nehmen.”

Schnupperpraktika In einem anderen Projekt richtet sich Peter Schildkamp mit Schnupperpraktika an Gymnasiumschüler. „In Deutschland ist es üblich, dass diese Schüler, wenn sie ungefähr 16 Jahre alt sind, so ein Schnupperpraktikum machen und danach eine Wahl für ihre weitere Ausbildung treffen. Für viele Organisationen in Twente war dies eine heikle Frage. Das Schnupperpraktikum dauert nur zwei Wochen und erfordert darum intensive Betreuung und viel Aufmerksamkeit. Darum haben wir es umgesetzt in Betriebsbesuche. Die Gemeinde Enschede ist selber einer der Teilnehmer und auch das Interesse von Unternehmen ist groß.

Wir organisieren in diesem Zusammenhang allerlei zusätzliche Aktivitäten, wie beispielsweise ein Rahmenprogramm im Fußballstadion Grolsch Veste oder einen Aufenthalt in einer Gastfamilie.

Die Bedeutung für die Region liegt auf der Hand. Wir hoffen, dass sich einige der Schüler für ein Studium an der Saxion Hochschule oder der Universität Twente entscheiden und anschließend vielleicht auch für einen Arbeitsplatz in Twente.“ \

Contact • Wilt u meer weten over het project EDL? Neem dan contact op met projectleider Barbara Verbeek: b.verbeek@enschede.nl • Bent u benieuwd wat Grenswerk voor u of uw organisatie kan betekenen? Neem dan contact op met Grenswerk: www.grenswerk.eu/nl • Bent u benieuwd wat gemeente Enschede allemaal doet in samenwerking met Duitsland en in de Euregio? Kijk dan op: www.enschede.nl/duitsland

Kontakt • Möchten Sie mehr zum EDL-Projekt erfahren? Nehmen Sie dann Kontakt auf mit Projektleiterin Barbara Verbeek: b.verbeek@enschede.nl • Möchten Sie wissen, was GrensWerk für Sie oder Ihr Unternehmen bedeuten kann? Nehmen Sie dann Kontakt auf mit GrensWerk: www.grenswerk.eu • Möchten Sie mehr über die Aktivitäten der Gemeinde Enschede im Rahmen der deutsch-niederländischen Zusammenarbeit und in der Euregio wissen? Erfahren Sie mehr unter www.enschede.nl/duitsland Barbara Verbeek

Hengelosestraat 51, 7514 AD Enschede / T 14 053 / www.enschede.nl

18 /

Infotorial /

Möbel Steinbach

Anzeige

Mühlenstraße 75-91, 48703 Stadtlohn Tel. 02563 93730 www.moebel-steinbach.com

STOFFVORTEIL*/ STOFVOORDEEL*

Destination you.

Rolf Benz NUVOLA Das Komfortsystemprogramm Rolf Benz NUVOLA kombiniert grenzenlose Freiheit mit legerer Lässigkeit. Durch eine Vielzahl von frei kombinierbaren Einzelelementen bekommen Sie den Raum, all ihre Ideen zu verwirklichen.

Het comfortsysteemprogramma Rolf Benz NUVOLA combineert grenzeloze vrijheid met een ongedwongen nonchalance en transformeert beide in een gevoel om beet te pakken en te genieten. Een groot aantal vrij te combineren, afzonderlijke elementen biedt u de ruimte om al uw ideeën in een stijlvaste ambiance te realiseren.

Celebrate the art of choice.

Rolf Benz DINING Gemeinsam speisen, zu Hause arbeiten oder gemütliche Abende in gedimmtem Licht verbringen: Das Esszimmer ist das Herz des Hauses, der zentrale Begegnungsort für Familie und Freunde. Die Rolf Benz DINING Kollektion vereint die Flexibilität eines modernen Lifestyles mit dem Extra an Komfort. Am weitläufigen Naturholztisch und auf den einladend weichen Stühlen fühlen sich alle zuhause.

Samen dineren, thuis werken of gezellige avonden in een sfeervolle verlichting doorbrengen: de eetkamer is het hart van de woning, de centrale ontmoetingsplaats voor familie en vrienden. De Rolf Benz DININGcollectie combineert de flexibiliteit van een moderne levensstijl met het extra aan comfort. Aan de uitgestrekte tafel van natuurlijk hout en op de uitnodigend zachte stoelen voelt iedereen zich thuis.

* Entspricht der Preisgruppe 11. Gültig bis 30.04.2023. Nicht mit anderen Aktionen kombinierbar.

Komt overeen met prijsgroep 11. Geldig tot 30-04-2023. Niet combineerbaar met andere acties.

/ 19

Blick ins „Steps"

Zicht op het Steps-interieur

Ein Inkubator fürs grenzenloses Unternehmertum Broedplaats voor grenzeloos ondernemerschap Mit dem Ziel, das grenzübergreifende Unternehmer­ tum im Münsterland und im Raum Twente zu fördern, haben der Gronauer Unternehmer Ingo Hoff und sein Geschäftspartner David Verstegge die Idee für ein Gebäude entwickelt, das Ansätze für Startups, Coworking und das unternehmerische Netzwerken im Allgemeinen miteinander verbinden soll.

De stimulering van grenzeloos ondernemerschap in het Münsterland en de regio Twente – met dit doel voor ogen hebben ondernemer Ingo Hoff uit Gronau en zijn zakenpartner David Verstegge het idee voor een gebouw ontwikkeld, dat concepten voor startups, coworking en ondernemersnetwerken in het algemeen met elkaar moet verbinden.

„Steps” heißt der Neubau, der aktuell im Herzen der Stadt Gronau direkt am Bahnhof – also mit unmittelbarem Anschluss an die Bahnlinie Münster-Enschede – entsteht. Das Gebäude >

`Steps’ – zo is de naam van het nieuwe gebouw, dat momenteel verrijst in het hart van de stad Gronau, dicht bij het station, dus met directe aansluiting op de treinverbinding Münster - Enschede. >

Text Michael Terhörst / Fotografie HOFF und Partner GmbH

20 /

Infotorial /

Anzeige

soll nach der Fertigstellung drei Etagen umfassen, in denen „Unternehmertum gelebt werden soll”, so der Wunsch der Initiatoren. „Dafür wollen wir unter anderem ein optimales Umfeld für Gründerinnen und Gründer schaffen. Indem wir Startups eine erste Heimat geben und sie gleichzeitig mit potenziellen Investoren, Ideengebern und­­Netzwerkpartnern in Kontakt bringen, schaffen wir eine Art Gründungsinkubator, den es in der Form in unserer Region bis dato noch nicht gibt”, betont Verstegge, der sich als Geschäftsführer der neu gegründeten Steps GmbH um die Umsetzung des Projektes kümmert.

Anreize für aussichtsreiche Startups Um möglichst viele aussichtsreiche Startups oder auch ambitionierte Studierende – zum Beispiel aus der benachbarten Saxion Hochschule in Enschede – für diesen Weg zu gewinnen, wollen die Initiatoren gezielt Barrieren abbauen und Anreize schaffen. Zum Beispiel mit einem Stipendien-Modell, das es besonders aussichtsreichen Gründerinnen und Gründern ermöglicht, die Räumlichkeiten (vorgesehen sind feste Arbeitsbereiche zur Vermietung an Ankermieter und Coworking-Bereiche) im Steps vergünstigt oder gar kostenlos zu nutzen.

So soll das „Steps” aussehen.

Na de voltooiing moet het gebouw drie verdiepingen bevatten, waar ‘ondernemerschap beleefd moet worden,’ volgens de wens van de initiatiefnemers. `Daarvoor willen wij onder meer een optimale omgeving voor starters creëren. Door startups een eerste thuisplek te bieden en hen tegelijk in contact te brengen met potentiele investeerders, ideeënleveranciers en netwerkpartners creëren wij een soort startersbroedplaats, die er in deze vorm in de regio nog niet bestaat.’ benadrukt Verstegge, die als directeur van de nieuw opgezette Steps GmbH voor de uitvoering van het project verantwoordelijk is.

Prikkels voor startups Om zoveel mogelijk veelbelovende startups of ambitieuze studenten – bijvoorbeeld van de nabije Saxion Hogeschool in Enschede – voor dit traject te winnen, willen de initiatiefnemers gericht obstakels wegnemen en prikkels creëren. Bijvoorbeeld met een beursconcept, dat bijzonder kansrijke starters in staat stelt om in het Steps-gebouw tegen een gunstig tarief of zelfs gratis gebruik te maken van ruimte (gepland zijn vaste werkruimten voor de verhuur aan ankerhuurders en coworking-ruimten).

Dit is hoe „Steps“ er uit zal gaan zien.

/ 21

Zwanglose Zusammenkünfte Eine weitere Facette des Steps ist der geplante Kongress- und Tagungsbereich im zweiten Obergeschoss, den auch externe Unternehmen für ihre Veranstaltungen und Workshops anmieten können. „Mindestens genauso wichtig sind für uns aber die zwanglosen Zusammenkünfte im Steps. Wir freuen uns auf Besuche von deutschen und niederländischen Unternehmenden, die unseren Netzwerkgedanken teilen und sich einfach zu einem FeierabendBier bei uns treffen wollen. Dafür muss niemand Mieter sein”, betont Verstegge.

Für Investor Ingo Hoff, dessen Unternehmen HOFF und Partner die komplette Planung und Umsetzung des Neubauprojektes übernimmt, ist das Steps ein echtes Herzensprojekt: „Nicht umsonst nennen mich meine niederländischen Freunde ,Duitse Tukker‘. Ich bin ein echtes Kind der Grenzregion. Ich liebe es, mal eben nach Holland zu fahren, um dort zu bummeln oder um mich mit Freunden und Geschäftspartnern zu treffen. Diese Möglichkeit hat mein Leben als Privatperson und Unternehmer schon oft bereichert”, verrät Hoff, dessen Unternehmen vor diesem Hintergrund bereits vor vielen Jahren eine Kooperation mit MAS architectuur aus Hengelo auf den Weg gebracht hat. „Unsere Unternehmen arbeiten immer mal wieder bei ausgewählten Projekten eng zusammen.

Gemeinsam mit den niederländischen Kolleginnen und Kollegen bei MAS sind wir in der Lage, Schritte zu gehen, die wir allein nicht gehen könnten. Das ist grenzübergreifende Zusammenarbeit im allerbesten Sinne des Wortes”, stellt Hoff klar. Der Unternehmer weiß aus Erfahrung, dass aus der Kombination von deutscher Gründlichkeit und niederländischer Kreativität Großes entstehen kann. „Mit dem Steps schlagen wir letztlich genau in diese Kerbe. Wir bringen Menschen zusammen, damit sie gemeinsam etwas Großes bewegen können”, bringt er es auf den Punkt. \

Een ander aspect van Steps is de geplande congres- en vergaderruimte op de tweede verdieping, die ook door externe partijen voor evenementen en workshops gehuurd kan worden. `Maar minstens net zo belangrijk zijn voor ons de informele bijeenkomsten in Steps. Wij kijken uit naar de bezoeken van Duitse en Nederlandse ondernemers, die onze netwerkideeën delen en elkaar gewoon bij een biertje na werktijd willen ontmoeten.

Daarvoor hoef je geen huurder te zijn.’ benadrukt Verstegge.

Duitse Tukker Investeerder Ingo Hoff neemt met zijn bedrijf HOFF und Partner de complete planning en uitvoering van het nieuwbouwproject voor zijn rekening. Voor hem is Steps een project, dat hem na aan het hart ligt: `Het is niet voor niets dat mijn Nederlandse vrienden mij ‘Duitse Tukker’ noemen. Ik ben echt een kind van de grensregio. Ik ga graag naar Nederland om door een dorpje te slenteren of om af te spreken met vrienden of zakenpartners. De mogelijkheid om dit te doen heeft mijn leven als privépersoon en als ondernemer al vaak verrijkt.’ vertelt Hoff, die met zijn bedrijf tegen deze achtergrond ook al jaren geleden een samenwerking met MAS architectuur uit Hengelo is begonnen. `Onze bedrijven werken van tijd tot tijd nauw samen aan geselecteerde projecten. Samen met de Nederlandse collega’s bij MAS kunnen wij stappen zetten, die wij alleen niet zouden kunnen zetten. Dat is grensoverschrijdende samenwerking in de beste zin van het woord.’ verduidelijkt Hoff. Uit ervaring weet de ondernemer, dat uit de combinatie van Duitse ‘Gründlichkeit’ en Nederlandse creativiteit grootse dingen kunnen ontstaan. `Met het Steps-project haken wij uiteindelijk precies daarop in. We brengen mensen bij elkaar, zodat ze samen grootse dingen in beweging kunnen zetten.` zo vat Hoff het samen. \ www.steps-hub.de

Eine offene Treppe im Innenraum gibt dem Gebäude seinen Namen.

Bahnhofstr. 36, 48599 Gronau / T +49 2562 705-0 / www.hoffundpartner.de

Een open trap in het interieur geeft het gebouw zijn naam.

22 /

Anzeige /

Infotorial

Arjen Westerdijk

Column Dat was toch de schuld van Corona?! oor velen lijkt de Corona pandemie alweer voorbij. Beperkingen worden overal opgeheven, iedereen kijkt weer V vooruit. Maar hoe zit dat in juridisch Nederland? De rechtbanken zijn nog volop bezig met Corona gerelateerde zaken. Of het nu gaat om huur-, arbeids- of koopovereenkomsten, veel partijen doen een beroep op “Corona”.

Daarmee bedoelen zij vaak een beroep op overmacht of de zogeheten onvoorziene omstandigheden. Onder overmacht worden situaties verstaan, die van buiten af komen en waar een partij niets tegen kon doen en die ook niet naar verkeersopvatting voor rekening van die partij komen. Hiervan kan bijvoorbeeld sprake zijn bij extreme weersomstandigheden. Van overmacht is echter niet snel sprake. Een onvoorziene omstandigheid is een omstandigheid die op het moment van totstandkoming van de overeenkomst nog in de toekomst is gelegen en die daarin niet is verdisconteerd.

Bovendien is daarvoor vereist dat ongewijzigde instandhouding van de overeenkomst van een partij naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid niet mag worden verwacht. Het moet daarbij altijd gaan om toekomstige omstandigheden die men van tevoren niet had kunnen bedenken.

En Corona dan? Kan men Corona als “excuus” gebruiken om bijvoorbeeld onder een betalingsverplichting uit te komen? Corona

is toch immers overmacht, of in ieder geval een onvoorziene omstandigheid? Niemand had twee jaar geleden immers kunnen voorzien dat winkels massaal zouden moeten sluiten of personeel opeens in quarantaine moest. Een onderzoek naar de rechtspraak over de afgelopen twee jaar laat een duidelijk beeld zien: Corona is in beginsel geen overmacht. Soms slaagt een beroep op onvoorziene omstandigheden daarentegen wèl. In december vorig jaar oordeelde ook de hoogste rechter in Nederland, de Hoge Raad, in het kader van een huurgeschil dat Corona een onvoorziene omstandigheid is, ten minste als de huurovereenkomst vóór 15 maart 2020 is gesloten en de huurder voor de betaling van de huurpenningen afhankelijk is van de komst van publiek. Duidelijk is wel dat men anno 2022 met (bijna) alles rekening moet houden, zij het met Corona of (wie had dat ooit gedacht) oorlog in Europa.

Opstellers van contracten doen er goed aan zich hiervan bewust te zijn en deze materie daarin goed en volledig te regelen. \

Arjen Westerdijk advocaat contracten-, proces- en aansprakelijkheidsrecht, arjen.westerdijk@kienhuishoving.nl mr. dr. A.S. (Arjen) Westerdijk Vertrags-, Prozess- und Haftungsrecht

/ 23

Kristina Adam

Kolumne Eigentlich war doch Corona schuld?!

Für viele scheint die Corona-Pandemie vorbei zu sein. Überall werden die Einschränkungen aufgehoben, alle schauen wieder freudig in die Zukunft. Aber wie sieht die juristische Praxis in den Niederlanden das? Die Gerichte sind nach wie vor mit Fällen im Zusammenhang mit der Corona-Pandemie beschäftigt. Ob es sich um Miet-, Arbeits- oder Kaufverträge handelt, viele Parteien berufen sich auf „Corona”.

Sie berufen sich dabei häufig auf höhere Gewalt oder sogenannte „unvorhergesehene Umstände“. Unter höherer Gewalt werden Situationen verstanden, die von außen kommen und gegen die eine Partei nichts unternehmen konnte und die ihr auch nach der Verkehrsauffassung nicht angerechnet werden können.

Dies kann z. B. bei extremen Wetterbedingungen der Fall sein.

Es ist jedoch nicht leicht, sich erfolgreich auf höhere Gewalt zu berufen. Ein unvorhergesehener Umstand ist ein Umstand, der zum Zeitpunkt des Vertragsabschlusses noch in der Zukunft liegt und nicht berücksichtigt worden ist. Dazu ist es erforderlich, dass die unveränderte Aufrechterhaltung des Vertrages nach den Maßstäben von Treu und Glauben von einer Partei nicht erwartet werden kann. Dabei muss es sich immer um zukünftige Umstände handeln, die vorher nicht absehbar waren.

Was ist mit Corona? Kann Corona zum Beispiel als „Vorwand” benutzt werden, um sich einer Zahlungsverpflichtung zu entziehen?

Schließlich handelt es sich bei Corona um höhere Gewalt oder

zumindest um einen unvorhergesehenen Umstand? Schließlich konnte niemand vor zwei Jahren vorhersehen, dass Geschäfte massenhaft schließen müssen oder dass das Personal plötzlich unter Quarantäne gestellt werden muss. Ein Blick auf die Rechtsprechung der letzten zwei Jahre zeigt ein klares Bild: Corona ist im Prinzip kein Fall von höherer Gewalt. Manchmal gelingt es aber einer Partei, sich erfolgreich auf unvorhergesehene Umstände zu berufen. Im Dezember letzten Jahres entschied auch das höchste Gericht der Niederlande, der Hoge Raad, in einem Mietrechtsstreit, dass Corona ein unvorhergesehener Umstand sein kann, zumindest wenn der Mietvertrag vor dem 15. März 2020 abgeschlossen wurde und der Mieter für die Zahlung der Miete von Laufkundschaft bzw.

Besuchern abhängig ist. Klar ist, dass man im Jahr 2022 (fast) alles in Betracht ziehen muss, sei es Corona oder (wer hätte es gedacht) ein Krieg in Europa. Diejenigen, die Verträge aufsetzen, tun gut daran, sich dessen bewusst zu sein und diese Angelegenheit gut und vollständig zu regeln. \

Kristina Adam advocaat contracten-, proces- en aansprakelijkheidsrecht, kristina.adam@kienhuishoving.nl mr. K.C. (Kristina) Adam LL.M., Vertrags-, Prozess- und Haftungsrecht

24 /

Infotorial /

Anzeige

Brandweer Twente:

In noodgevallen mogen er geen grenzen zijn Sinds de jaren 90 zijn er diverse samenwerkingsverbanden tussen Nederlandse en Duitse brandweerkorpsen. Bij brand en andere calamiteiten rijdt het korps met de kortste aanrijtijd als eerste weg, ongeacht aan welke kant van de grens zich de situatie voordoet. Maar er gebeurt veel meer op samenwerkingsgebied. Stephan Wevers, commandant bij Brandweer Twente, vertelt erover.

Wevers: ‘Het tekenen van de convenanten tussen de Nederlandse en Duitse gemeenten is eigenlijk het formaliseren van een samenwerking die heel vanzelfsprekend is. Als het nodig is, dan help je je buren. Maar naast goede buren hebben we ook ‘verre vrienden’. Dit jaar zijn we gestart met een Officers Development Program, een ontwikkelprogramma voor brandweerofficieren

in Europa. Als voorzitter van de Europese brandweerfederatie kon ik de 18 deelnemers uit 12 landen als onderdeel van dit programma kennis laten maken met onze Twente Safety Campus.’

Twente Safety Campus: uniek in Europa De Safety Campus heeft meerdere functies. Ten eerste het Trainingscentrum Oost Nederland (Troned). Daar worden jaarlijks ongeveer 10.000 first responders (de schakels tussen melders en hulpverleners) van defensie, brandweer, politie en ambulancediensten getraind. Het bijzondere is dat ze trainen in realistische omstandigheden, bijvoorbeeld met echt vuur. Duitse brandweerlieden zijn van harte welkom om deze unieke manier van trainen zelf te ervaren.

Risk Factory Twente: educatiecentrum op gebied van veiligheid Wevers: ‘In de Risk Factory komen jaarlijks zo’n 6.000 kinderen uit groep 8 en vanaf juni 2022 ook uit de tweede klas van >

Feuerwehr Twente:

In Notsituationen darf es keine Grenzen geben Seit den neunziger Jahren gibt es verschiedene Kooperationen zwischen niederländischen und deutschen Feuerwehren. Bei Brand und anderen Notfällen rückt die Einheit mit der kürzesten Anfahrtszeit als erste aus, unabhängig davon, an welcher Seite der Grenze die Hilfe erforderlich ist.

Aber es geschieht noch viel mehr im Bereich der Zusammenarbeit. Stephan Wevers, Kommandant der Feuerwehr Twente, verrät mehr darüber.

Wevers: „Die Unterzeichnung von Vereinbarungen zwischen niederländischen und deutschen Gemeinden ist eigentlich die Formalisierung einer ganz selbstverständlichen Zusammenarbeit.

Nachbarn helfen sich, wenn es nötig ist. Aber wir haben nicht nur gute Nachbarn, sondern auch europäische Freunde. In diesem Jahr haben wir mit einem Officers Development Program, einem Fortbildungsprogramm für Feuerwehroffiziere in Europa, begonnen.

Als Präsident der europäischen Föderation der Feuerwehrverbände

Tekst Petra Lubbers / Fotografie Lars Smook

hatte ich im Rahmen dieses Programms die Gelegenheit, den 18 Teilnehmern aus zwölf verschiedenen Ländern unser Projekt Twente Safety Campus vorzustellen.”

Twente Safety Campus: einzigartig in Europa Der Safety Campus hat mehrere Funktionen. Zunächst als Trainingszentrum Oost Nederland (Troned): Hier werden jährlich circa 10.000 First Responders (qualifizierte Ersthelfer in der Rettungskette zwischen Meldern und Rettungsdiensten) aus den Bereichen Verteidigung, Feuerwehr, Polizei und Krankentransport ausgebildet. Das Besondere daran ist, dass sie hierbei unter realistischen Bedingungen trainieren, beispielsweise mit echtem Feuer. Deutsche Feuerwehrleute sind herzlich willkommen, diese einzigartige Trainingsmethode selbst zu erleben.

Risk Factory Twente: Lernzentrum im Bereich Sicherheit Wevers: „In der Risk Factory empfangen wir jährlich ungefähr 6.000 Schüler aus der letzten Klasse der Grundschule und ab Juni 2022 auch aus der 2. Klasse der Sekundarstufe. Sie lernen hier alles Mögliche über Brandschutz, Verkehrssicherheit, >

/ 25

Na een versoepeling van de wetgeving kunnen we de natuurgebieden in het grensgebied met drones bewaken.

Nach einer Lockerung der Gesetzgebung können wir die Naturlandschaft in der Grenzregion mit Drohnen überwachen.

26 /

Infotorial /

Anzeige

Denken, doen en beleven. Daar draait het om in de veiligheid. Vanuit deze pijlers werken we op de Twente Safety Campus, de ontmoetingsplek voor veiligheid.

Denken, Handeln und Erleben. Darum geht es bei der Sicherheit. Auf diesen drei Pfeilern beruht unsere Arbeit auf dem Twente Safety Campus, dem Treffpunkt für Sicherheit.

het voortgezet onderwijs. Ze leren er over brandveiligheid, verkeersveiligheid, internetveiligheid, groepsdruk, cybercrime, EHBO en hoe je een 112-melding doet. Op dit moment komen er alleen Nederlandse kinderen, maar we hopen uiteraard ook Duitse schoolklassen op de Campus te ontvangen.’

Internetsicherheit, Gruppenzwang, Cyberkriminalität, Erste Hilfe und wie sie eine korrekte 112-Notmeldung machen müssen. Derzeit sind es ausschließlich niederländische Kinder, aber wir würden uns freuen, auch deutsche Schulklassen auf dem Campus begrüßen zu können.”

Safety Field Lab voor innovatieve veiligheidsoplossingen

„Die dritte Funktion ist das Safety Field Lab, eine innovative Umgebung, in der wir neue Produkte testen”, fährt Wevers fort. „Denken Sie hierbei beispielsweise an virtuelle Trainingsprogramme und Techniken, die uns bei der Brandbekämpfung helfen. Wir gehen hier gemeinsam mit Partnern aus der Wirtschaft und dem Bildungswesen vor. Ziel ist es, Produkte zu entwickeln, die den Unternehmen ein wirtschaftliches Einkommensmodell bieten, die die Sicherheit der Bürger in Twente erhöhen und mit denen wir als Feuerwehr sinnvoll arbeiten können. Wie haben mehrere internationale Partner, bei denen wir natürlich auch Deutschland gerne vertreten sehen würden.”

Wevers vervolgt: ‘De derde functie is het Safety Field Lab, een innovatieomgeving, waarin we nieuwe producten testen. Denk aan virtuele oefenprogramma’s en technieken die ons helpen bij de brandbestrijding. Dat doen we samen met het bedrijfsleven en het onderwijs. Het doel is om producten te ontwikkelen die bedrijven een economisch verdienmodel opleveren, die de veiligheid van de burgers van Twente vergroten en die voor ons als brandweer zinvol zijn om mee te werken. We hebben diverse internationale partners, maar hier zien we Duitsland uiteraard ook graag vertegenwoordigd.’

Safety Field Lab für innovative Sicherheitslösungen

Toepassing van drones in de brandpreventie

Drohneneinsatz auch im Brandschutzbereich

De toepassingsmogelijkheden van drones groeien. De eerste automatische drone staat op een droneplatform op de kazerne in Glanerbrug. Bij een alarmering vliegt de drone naar de situatie en legt die met de camera vast, zodat politie en brandweer direct op de hoogte zijn. Maar de drone kan straks ook zelfstandig natuurgebieden bewaken in droge perioden. Via een (warmtebeeld) camera verzendt hij livebeelden. Wevers: ‘We wachten nog op een versoepeling van de wetgeving, want op dit moment mag de automatische drone niet zomaar in het publieke domein en de grens over vliegen. Maar als dat geregeld is, dan kunnen we de inzet van drones nog beter met Duitsland coördineren.’ \

Die Einsatzmöglichkeiten für Drohnen wachsen. Die erste automatische Drohne steht auf einer Drohnenplattform auf dem Dach der Kaserne in Glanerbrug. Im Alarmfall fliegt die Drohne zum Einsatzort und hält die Situation mit der Kamera fest, sodass Polizei und Feuerwehr sofort im Bilde sind. Aber die Drohne kann demnächst in Trockenperioden auch selbstständig Naturgebiete überwachen. Über eine Wärmebildkamera werden Live-Bilder übertragen. Wevers: „Wir warten noch auf eine Lockerung der Gesetzgebung, denn derzeit darf die automatische Drohne nicht einfach über den öffentliche Raum und über die Grenze fliegen.

Wenn das jedoch geklärt ist, können wir den Einsatz von Drohnen noch besser mit Deutschland koordinieren.” \

Spaansland 20, 7543 BG Enschede / T 088 256 7000 / www.brandweertwente.nl

/ 27

Shopware: Global Player aus der Nachbarschaft

Mit Offenheit den E-Commerce verändern Shopware: Global Player uit de buurt

Met frisse blik de E-Commerce veranderen

Der Shopware-Kunde ARMEDANGELS ist eines der größten Eco & Fair Fashion Labels Europas.

Wer einen Onlineshop eröffnen will, steht zuallererst vor der Herausforderung, welche Software er verwenden möchte. Früher oder später landet er bei der Recherche dann unweigerlich bei den Lösungen der im münsterländischen Schöppingen ansässigen Firma Shopware.

Die gleichnamige Lösung Shopware ist ein führendes E-CommerceSystem und wird von einigen der größten Marken, Einzelhändlern und Herstellern aus der B2C-, D2C- und B2B-Branche >

Text shopware / Fotografie shopware

De Shopware klant ARMEDANGELS is een van de grootste Eco & Fair Modemerken van Europa.

Wie een webwinkel wil openen staat meteen voor een uitdaging: welke software moet je gebruiken?

Vroeg of laat eindigt de zoektocht dan onvermijdelijk bij de oplossingen van Shopware, een bedrijf dat in Schöppingen in het Duitse Münsterland gevestigd is.

De gelijknamige Shopware oplossing is een toonaangevend e-commerce-systeem, dat gebruikt wordt door retailers en producenten uit de B2C-, D2C- en B2B-sector, maar ook grote merken, waaronder Philips, Jägermeister en Aston Martin. >

28 /

Infotorial /

Anzeige

eingesetzt, darunter Philips, Jägermeister und Aston Martin. Als zukunftsweisende Open-Commerce-Plattform gibt Shopware Nutzern die Freiheit, Wachstumspotenziale schnell und einfach zu entfalten – mit mehr Flexibilität und weniger Komplexität. Im Jahr 2021 generierten Kunden, die auf eine Shopware-Lösung vertrauen, ein Gross Merchandise Volume (GMV) von knapp 20 Milliarden US-Dollar.

Wer hinter Shopware steckt Gegründet wurde Shopware im Jahr 2000 von den Brüdern Stefan und Sebastian Hamann, die damals noch im TeenagerAlter waren. Am Hauptsitz im westfälischen Schöppingen beschäftigt das Unternehmen heute 350 Mitarbeitende und stützt sich darüber hinaus auf ein weltweites Netzwerk aus 1.200 Vertriebs-, Technologie- und Lösungspartnern. Eine Community mit hunderttausenden Mitgliedern bietet den Kunden außerdem Zugang zu bisher über 4.000 Erweiterungen sowie umfangreiche Unterstützung. Durch hohe Investitionen in Forschung und Entwicklung nimmt Shopware eine Spitzenposition als Innovationstreiber im Digital Commerce ein.

Was die Lösung von Shopware leistet Das Unternehmen bietet eine ganzheitliche Omnichannel-Plattform für den-E-Commerce, die hochflexibel ist und über eine Vielzahl von Funktionen verfügt und damit einfache und komplexe B2C-, D2C-, B2B- sowie serviceorientierte Geschäftsmodelle unterstützt.

Die Technologie von Shopware ist API-first und verwendet eine Open-Source-Architektur, die es Händlern ermöglicht, zu skalieren und gleichzeitig einzigartige Kundenerlebnisse zu schaffen.

Die Plattform von Shopware bedient einen breit gefächerten Kundenstamm in einer Vielzahl unterschiedlicher Branchen. Dabei liegt der Schwerpunkt auf anspruchsvollen mittelständischen Händlern, aber auch multinationale Marktführer werden bedient.

Im Jahr 2021 hat Shopware einen Plattform-Bruttowarenwert (GMV) von knapp 20 Milliarden USD erzielt. Nach der erfolgreichen Einführung von Shopware 6 wurde das Unternehmen in den Gartner „Magic Quadrant for Digital Commerce“ aufgenommen, was in der Branche einem Ritterschlag gleichkommt. Die jüngsten Produkt-Innovationen haben das Unternehmen an der Spitze des expandierenden Marktes für E-Commerce-Software mittelständischer Händler positioniert.

Duifhuizen ist einer der größten Anbieter von Taschen und Koffern in den Niederlanden – und setzt auf Shopware.

„Unsere E-Commerce-Lösung ist prinzipiell dazu gedacht, Händlern eine möglichst geringe Einstiegshürde zu bieten und sie auf dem gesamten Wachstumspfad zu begleiten. Das ist dank der flexiblen, offenen Software-Architektur ohne weiteres umsetzbar“, erklärt Shopware-Gründer und Co-CEO Stefan Hamann.

Besonders aktiv ist Shopware in Europa in den Regionen DACH und BeNeLux. Die USA werden als ein weiterer Fokus-Markt in den Blick genommen, wozu Shopware im Februar 2022 eine Partnerschaft mit dem internationalen Investmentmanager Carlyle und dem globalen Zahlungs- und Handelsunternehmen PayPal eingegangen ist.

Binnen Jahresfrist möchte Shopware 160 weitere Mitarbeitende einstellen. Wer Interesse hat, den globalen E-Commerce mitzugestalten und eine Karriere bei Shopware zu starten, kann sich unter dem folgenden Link informieren: www.shopware.com/jobs \ Innerhalb von nur 18 Werktagen wurde der Shopware-Shop von Hagemeyer realisiert.

/ 29

Als baanbrekend open commerce platform geeft Shopware gebruikers de vrijheid om snel en eenvoudig groeipotentieel te ontwikkelen – met meer flexibiliteit en minder complexiteit. In het jaar 2021 genereerden klanten, die vertrouwen op een Shopwareoplossing, een Gross Merchandise Volume (GMV) van bijna 20 miljard US Dollar.

Wie zit er achter Shopware?

Shopware werd in het jaar 2000 opgericht door de broers Stefan en Sebastian Hamann, die toen nog teenagers waren. Vandaag heeft het bedrijf in zijn hoofdvestiging in Schöppingen in Westfalen 350 medewerkers in dienst en beschikt daarnaast over een wereldwijd netwerk van 1.200 verkoop-, technologie- en oplossingspartners.

Een community van honderdduizenden leden biedt aan de klanten bovendien toegang tot meer dan 4.000 uitbreidingen en een brede ondersteuning. Door hoge investeringen in onderzoek en ontwikkeling behoort Shopware tot de topaanjagers van innovatie in de digitale handel.

Wat biedt de oplossing van Shopware?

Duifhuizen is een van de grootste aanbieders van tassen en koffers in de Nederland - en vertrouwt op Shopware.

Het bedrijf biedt een integraal omnichannel E-Commerce platform, dat uiterst flexibel is, over een groot aantal functies beschikt en op die manier eenvoudige en complexe B2C- D2C-, B2Bbedrijfsmodellen en ook business modellen uit de dienstensector ondersteunt. De technologie van Shopware is API-first en maakt gebruik van een open-source-architectuur, die de handelaren in staat stelt op- en af te schalen en tegelijkertijd een unieke klantbeleving te creëren. Het platform van Shopware bedient een breed klantenbestand uit tal van verschillende sectoren.

De grootste groep bestaat uit mkb-ondernemers uit het hogere segment, maar ook multinationals en marktleiders behoren tot de gebruikers. In 2021 behaalde Shopware met zijn platform een bruto handelsvolume (GMV) van bijna 20 miljard US Dollar. Na de succesvolle lancering van Shopware 6 werd de onderneming opgenomen in de Gartner `Magic Quadrant for Digital Commerce’, wat in de sector gelijk komt aan een riddering. Recente productinnovaties hebben het bedrijf aan de top van de groeiende markt van de e-commerce software voor handelaren uit het mkb gepositioneerd. `In principe is onze e-commerce oplossing bedoeld om handelaren een zo laag mogelijke instapdrempel te bieden en hen vervolgens op het hele groeitraject te begeleiden. Dankzij de flexibele, open software architectuur is dit zonder meer te realiseren.’ legt Shopware-oprichter en co-CEO Stefan Hamann uit.

Shopware is vooral actief in de Europese regio’s DACH (Duitsland, Oostenrijk, Zwitserland) en Benelux. De blik is nu op de Verenigde Staten gericht. Hiervoor is Shopware in februari 2022 een samenwerking aangegaan met de internationale investeringsmaatschappij Carlyle en de wereldwijde betaal- en handelsonderneming PayPal. Binnen een jaar wil Shopware nog eens 160 nieuwe medewerkers in dienst nemen. Wie mee wil werken aan de vormgeving van de wereldwijde E-Commerce en belangstelling heeft voor een carrière bij Shopware, vindt bij www.shopware.com/jobs meer informatie \

De Shopware shop is door Hagemeyer binnen slechts 18 werkdagen gerealiseerd.

Ebbinghoff 10, 48624 Schöppingen / T 02555 92885-0 / www.shopware.com

30 /

Infotorial /

Anzeige

GrensMatch: Tinder voor de arbeidsmarkt Een ‘360 graden arbeidsmarkt’ – dat staat bij het netwerk EURES en bij GrensWerk centraal. Dit laatste is een servicepunt in de drielandenhoek Nedersaksen, Noordrijn-Westfalen en Nederland haalt de drempels weg rondom het werken over de grens. De initiatieven zijn vernieuwend, creatief en meestal gratis. Eén ervan is GrensMatch, een soort Tinder voor de arbeidsmarkt. >

GrensMatch: Tinder für den Arbeitsmarkt Ein „360-Grad-Arbeitsmarkt”- das ist das zentrale Thema für das Netzwerk EURES und für GrensWerk, einem Servicebüro, das im Dreiländereck Nieder­ sachsen, Nordrhein-Westfalen und den Niederlanden die Hürden für grenzüberschreitende Beschäftigung abbauen will. Die Dienstleistungen sind innovativ, kreativ und meistens kostenlos. Eine dieser Initiativen ist GrensMatch, eine Art Tinder für den Arbeitsmarkt. >

Tekst Jochem Vreeman / Fotografie Lars Smook

/ 31

Melanie Brueker van GrensWerk | Melanie Brueker von GrensWerk

32 /

Infotorial /

Anzeige

GrensWerk is meer dan een arbeidsbemiddelaar voor mensen, die aan de andere kant van de Nederlandse of Duitse grens willen werken. ‘Welke gevolgen hebben de beperkingen van de pandemie voor grenspendelaars op het gebied van bijvoorbeeld belastingen en sociale zekerheid? Of welke zorgen heeft een ondernemer over de toekomst van zijn personeel?’, vertelt Melanie Brueker, werkzaam voor Werkplein Twente, de gemeente Enschede en GrensWerk. Als expert op het gebied van grensoverschrijdende arbeids- en opleidingsbemiddeling noemt zij een aantal onderwerpen waar ze dagelijks mee te maken krijgt.

‘Wij zijn grensverleggende netwerkers, met als doel werknemers, werkgevers en euregionale organisaties met elkaar te verbinden.

Mensen kunnen bij ons aankloppen voor diploma-erkenning, het melden van vacatures, beroepsoriëntatie of een gesprek over de (bedrijfs-)cultuur van het buurland.’

GrensMatch Maar er is tegenwoordig meer nodig om de krappe arbeidsmarkten aan beide zijden van de grens met elkaar te verbinden, zo signaleerde GrensWerk. Daarom werd GrensMatch geïntroduceerd, een gratis matching-app voor de arbeidsmarkt in de grensregio.

Werkgevers kunnen swipen tussen verschillende profielen van werkzoekenden of studenten, die op zoek zijn naar een stageplaats.

Deze ‘Tinder van de arbeidsmarkt’ koppelt relevante profielen aan elkaar en zorgt ervoor, dat werkgevers en werkzoekenden snel met elkaar in contact kunnen komen.

Profiel Minouche den Doelder van Den Doelder Recruitment, geeft uitleg over de app. ‘Als werkzoekende maak je een profiel aan en deze wordt dan voorgesteld aan relevante werkgevers over de grens.

We zien dat zowel Nederlands als Duitse werkgevers vanwege de krapte op de arbeidsmarkt naar extra mogelijkheden zoeken, om nieuwe werknemers aan zich te binden.’ Den Dolder bracht de app in een publiek-private samenwerking met EURES in Zeeland en Vlaanderen op de markt en breidde inmiddels uit naar Brabant, Limburg en dus ook Twente. ‘We hebben landelijk nu al zo’n 2000 succesvolle matches gemaakt. Op dit moment staan er ongeveer 500 werkgevers en 1.000 werkzoekenden uit uiteenlopende sectoren ingeschreven. Als er een match is, zetten we die door naar de betreffende EURES-adviseur, die het dan verder oppakt, bijvoorbeeld met individueel advies op gebied van grensarbeid.

Op deze manier hebben we ook in Twente al veel werkzoekenden aan een baan over de grens kunnen helpen.’ \

Over EURES GrensMatch werd voor dit project ingeschakeld door EURES. Dat staat voor EURopean Employment Services en is een netwerk, dat vrije en eerlijke arbeidsmobiliteit tussen de Europese lidstaten faciliteert en stimuleert. De partners binnen EURES brengen vraag en aanbod op de arbeidsmarkt samen en geven advies over alle aspecten die bij grensoverschrijdend werken aan bod komen.

Über EURES

GrensWerk ist mehr als nur ein Arbeitsvermittler für Personen, die jenseits der deutschen oder niederländischen Grenze arbeiten möchten. „Welche Folgen haben die Beschränkungen der Pandemie für die Grenzpendler beispielsweise im Bereich der Steuerabgaben oder der Sozialversicherung? Oder welche Sorgen hat ein Unternehmen um die Zukunft seines Personals?”, so Melanie Brueker, die für Werkplein Twente, die Gemeinde Enschede und GrensWerk tätig ist. Als Expertin für grenzüberschreitende Arbeitsund Ausbildungsvermittlung nennt sie einige der Themen aus ihrem täglichen Arbeitsfeld. „Als grenzübergreifende Netzwerker sehen wir es als unsere Aufgabe, Arbeitnehmer, Arbeitgeber und euregionale Organisationen miteinander zu verbinden. Man kann sich an uns für die Anerkennung von Diplomen wenden, um offene Stellen zu melden, sich beruflich zu orientieren oder für Informationen über die (Geschäfts-)Kultur im Nachbarland.”

GrensMatch Aber es ist mehr nötig, um die angespannten Arbeitsmärkte an beiden Seiten der Grenze miteinander zu verbinden, stellte GrensWerk fest. Darum wurde GrensMatch eingeführt, eine kostenlose Matching-App für den Arbeitsmarkt in der Grenzregion.

Arbeitgeber können zwischen verschiedenen Profilen von Arbeits­ suchenden und Studenten auf der Suche nach einer Praktikumstelle wählen. Diese App – eine Art „Tinder für den Arbeitsmarkts” – verbindet passende Profile und sorgt dafür, dass Arbeitgeber und Arbeitssuchende schnell miteinander in Kontakt treten können.

T 0800 4080 4080 / www.ec.europa.eu

GrensWerk wurde von EURES für dieses Projekt eingeschaltet. EURES (EURopean Employment Services) ist ein Netzwerk, das freie und faire Arbeitsmobilität zwischen den EU-Mitgliedstaaten unterstützt und stimuliert. Die EURES-Partner bringen Angebot und Nachfrage auf dem Arbeitsmarkt zusammen und bieten Beratung zu allen Aspekten der grenzüberschreitenden Beschäftigung.

Profil Minouche den Doelder von Den Doelder Recruitment erklärt, wie die App funktioniert: „Der Arbeitsuchende erstellt ein Profil, das dann relevanten Arbeitgebern jenseits der Grenze vorgestellt wird. Wir sehen, dass sowohl deutsche als auch niederländische Arbeitgeber aufgrund des angespannten Arbeitsmarktes zusätzliche Wege suchen, wie sie neue Mitarbeiter an sich binden können.”

Den Dolder brachte die App im Rahmen einer öffentlich-privaten Partnerschaft mit EURES in Seeland und Flandern auf den Markt und hat sie inzwischen auch in Brabant, Limburg und nun auch Twente eingeführt. „Wir haben landesweit mittlerweile rund 2.000 erfolgreiche Vermittlungen zustande gebracht. Derzeit sind ungefähr 500 Arbeitgeber und 1.000 Arbeitssuchende aus diversen Sektoren registriert. Gibt es ein Matching, dann leiten wir es an den zuständigen EURES-Berater weiter, der die Sache übernimmt, zum Beispiel mit individueller Beratung über grenzüberschreitende Arbeit. Auf diese Weise konnten wir auch in Twente schon vielen Arbeitssuchenden helfen, einen Job jenseits der Grenze zu finden.” \

/ 33

Ook in Duitsland gaat Demcon voor hightech Innovaties Demcon uit Enschede heeft volop ambities in Duitsland. Het techbedrijf heeft veel ervaring met mechatronisch productontwerp en vertaalt dat naar oplossingen voor efficiënte en duurzame innovaties. ‘Vlak over de grens valt er voor ons op dat vlak nog een wereld te winnen.’ vertelt Jan Leideman namens Demcon.

Leideman weet waar hij over praat als het gaat over zakendoen in Duitsland. Hij is met zijn dienstverband van 17 jaar een Demconprofessional met een lange staat van dienst. ‘Ik begon toen we nog een klein bedrijf in Oldenzaal waren, nu werken bij ons duizend man.’ vertelt hij.

Leideman werkte jarenlang in Münster. Tegenwoordig focust hij zich bij Demcon op het opzetten van nieuwe bedrijfstakken in onder meer energiesystemen. ‘We hebben een paar jaar geleden het bedrijf Systec in Münster overgenomen, toen nog een vrij traditioneel bedrijf in de machinebouw. We hebben Systec ontwikkeld tot een typisch Demcon bedrijf, met volop ruimte voor innovatie. In Duitsland liggen enorme kansen. Heel veel bedrijven

zijn op dit moment bezig met technologische innovaties, waarbij steeds vaker externe expertise noodzakelijk is.’

Verschillende innovatiemodellen Demcon heeft zo’n 15 mensen in de vestiging in Münster in dienst, die daar geautomatiseerde productieoplossingen ontwikkelen, iets wat in Nederland al gebeurt in Enschede en Groningen. Leideman: ‘Onze Duitse klanten produceren vaak nu nog deels handmatig, bijvoorbeeld in de medische hoek, en willen dat productieproces automatiseren. In Nederland zien we tegenwoordig een open innovatiemodel. Bedrijven trekken samen op om te innoveren.

In Duitsland is dat minder gebruikelijk, daar willen bedrijven hun kerntechnologie toch vaak zelf in handen houden. >

Demcon: Hightech-Innovationen auch in Deutschland Demcon aus Enschede hat große Ambitionen für den deutschen Markt. Das Technologieunternehmen hat langjährige Erfahrung im mechatronischen Produktdesign und setzt diese in Lösungen für wirtschaftliche und nachhaltige Innovationen um. „Auf der anderen Seite der Grenze gibt es in dieser Hinsicht für uns noch viel zu gewinnen”, berichtet Jan Leideman von Demcon.

Er weiß, wovon er spricht, wenn es um Geschäfte in Deutschland geht. Mit 17 Dienstjahren ist er ein Demcon-Profi mit langer Betriebszugehörigkeit. „Als ich hier anfing, waren wir noch ein kleiner Betrieb in Oldenzaal, jetzt haben wir 1.000 Mitarbeiter und Mitarbeiterinnen.”

Leideman arbeitete viele Jahre in Münster. Heutzutage konzentriert er sich bei Demcon auf den Aufbau neuer Unternehmensbereiche, zum Beispiel auf dem Gebiet der Energiesysteme. Leideman: „Vor einigen Jahren haben wir das Unternehmen Systec in Münster übernommen, derzeit noch ein recht traditioneller Maschinenbaubetrieb. Wir haben Systec zu einem typischen Demcon-Unternehmen entwickelt, wo es viel Raum für Innovation gibt. In Deutschland sehen wir enorme Möglichkeiten.

Tekst Jochem Vreeman / Fotografie Lars Smook

Viele Unternehmen arbeiten momentan an technologischen Innovationen, die zunehmend externe Fachkenntnisse erfordern.”

Verschiedene Innovationsmodelle An seinem Standort in Münster beschäftigt Demcon rund 15 Mitarbeiter, die dort automatisierte Produktionslösungen entwickeln. In den Niederlanden geschieht das bereits in Enschede und Groningen. Leideman: „Unsere deutschen Kunden stellen ihre Produkte, beispielsweise im medizinischen Bereich, jetzt oft noch teilweise manuell her und möchten den Produktionsprozess automatisieren. In den Niederlanden haben wir heutzutage ein offenes Innovationsmodell: Unternehmen arbeiten zusammen, um zu innovieren. In Deutschland ist dies weniger üblich, weil die Unternehmen ihre Kerntechnologien oft in eigener Hand >

34 /

Infotorial /

Anzeige

Wij proberen de ontwikkeling te ondersteunen met externe kennis.

Dan is het noodzakelijk dat we daar een vestiging hebben. Duitsers willen in de eerste plaats zakendoen met Duitsers, dat geldt voor Nederlanders net zo.’

Op zoek naar nieuwe talenten Demcon heeft nóg een reden om vlak over de grens actief te zijn: het aantrekken van nieuw talent. Leideman: ‘Werk vinden is voor ons niet zo’n probleem, maar je moet ook goede mensen hebben die het uitvoeren. Dat gaat nu nog goed. We zijn een bekende naam in Twente, maar de vijver is niet onbeperkt.

In Ovo sampler voor pluimveesector Een uniek project waar Demcon samen met innovatieve partners momenteel aan werkt, is een zogenaamde sampler voor eieren. In de pluimveesector worden jaarlijks meteen na het uitkomen 6,5 miljard haantjes gedood, omdat ze geen eieren kunnen leggen. In verschillende landen neemt de maatschappelijke weerstand hiertegen toe. Het bedrijf In Ovo komt daarom met een systeem voor geslachtsbepaling ín het ei. Het ontwikkelde een oplossing die het afmaken van de kuikens voorkomt door al in een vroeg stadium de eieren met haantjes uit te sorteren, zodat deze helemaal niet worden uitgebroed. Daarvoor gebruikt het de snelste massaspectrometer ter wereld, die het geslacht kan bepalen aan de hand van een miniem vloeistofmonster dat uit een ei is genomen. Demcon heeft de automatisering verzorgd van het complete proces voor het nemen van monsters uit de eieren. Als systeemontwikkelaar heeft het bedrijf alle stappen voor de handling van eieren en het nemen van monsters ontwikkeld en geautomatiseerd.

Het begint met de nauwkeurige positionering van de eieren in een tray. Voor het maken van een minuscuul gaatje in de eierschaal heeft Demcon een effectieve techniek ontwikkeld. Monstername gebeurt met pipetten bij meerdere eieren tegelijk. De monsters worden vervolgens, met een kleinere steek dan bij de monstername, geplaatst in een multititerplaat. De pipetten worden gereinigd en daarna wordt de multititerplaat doorgevoerd naar de massaspectrometer, die het geslacht bepaalt. Na de geslachtsbepaling worden de mannelijke en vrouwelijke eieren gesorteerd in verschillende trays. Dit systeem, dat is toegepast in een bèta-machine van In Ovo, kan meer dan duizend eieren per uur verwerken.

We merken dat die vestiging in Münster aantrekkingskracht heeft op hightech talent. Zeker nu we daar een duidelijke link leggen met oplossingen voor sociale en maatschappelijke problemen, zoals de energietransitie. Het Münsterland is een heel aantrekkelijk gebied om te wonen. Vaak gaan jongeren uit die regio eerst ergens anders studeren en werken, bijvoorbeeld in deelstaten als Beieren, BadenWürttemberg of Hamburg, waar een grote hightech industrie is.

Veel van hen keren daarna terug. Best grappig, die parallel met Twente, want hier is dat ook steeds vaker het geval. Kortom, genoeg redenen voor ons om ook in Duitsland te groeien.’ \

/ 35

behalten wollen.” Demcon versucht, die Entwicklungen mit externem Fachwissen zu unterstützen. „Das erfordert die Anwesenheit einer deutschen Niederlassung. Deutsche machen am liebsten Geschäfte mit Deutschen, das gleiche gilt auch für die Niederländer”, so ist Leidemans Erfahrung.

Neue Talente anwerben Demcon hat einen weiteren Grund, jeneits der Grenze aktiv zu sein: die Anwerbung neuer Talente. Leideman: „Es ist für uns kein Problem, Aufträge zu bekommen, aber wir brauchen auch gute Fachleute, die sie ausführen. Bis jetzt geht das noch gut. Unser

Name ist in Twente bekannt, aber die Möglichkeiten auf dem Arbeitsmarkt sind nicht unbeschränkt.

Wir merken, dass unser Standort in Münster High-Tech-Talente anzieht. Das kommt nicht zuletzt durch unsere deutliche Verbindung zu Lösungen für soziale und gesellschaftliche Probleme, wie beispielsweise die Energiewende. Das Münsterland ist ein sehr attraktives Gebiet zum Leben. Oft verlassen junge Menschen die Region erst einmal, um irgendwo anders zu studieren oder zu arbeiten. Zum Beispiel in Bayern, Baden-Württemberg oder Hamburg, Bundesländer mit einer großen High-Tech-Industrie. Viele von ihnen kehren danach zurück – eine interessante Parallele zu Twente, wo dies auch zunehmend der Fall ist. Kurz gesagt – genug Gründe für uns, auch in Deutschland zu wachsen.” \

In Ovo Sampler für Geflügelbranche Ein einzigartiges Projekt, an dem Demcon derzeit gemeinsam mit innovativen Partnern arbeitet, ist ein sogenannter Sampler für Eier. In der Geflügelbranche werden jährlich 6,5 Milliarden Hähnchen sofort nach dem Schlüpfen getötet, weil sie keine Eier legen können. In mehreren Ländern stößt dies auf zunehmend auf gesellschaftlichen Widerstand.

Das Unternehmen In Ovo kommt darum mit einem System für Geschlechtsbestimmung im Ei selbst auf den Markt.

Es entwickelte eine Lösung, die die Tötung der Hähnchen verhindert, indem schon im Frühstadium die Eier mit Hähnchen aussortiert werden, sodass diese gar nicht erst ausgebrütet werden. Dabei wird das weltweit schnellste Massenspektrometer eingesetzt, das mit einer minimalen Flüssigkeitsprobe aus dem Ei das Geschlecht bestimmen kann. Demcon übernahm hierbei die Automatisierung des gesamten Prozesses der Probeentnahmen aus den Eiern. Als Systementwickler hat das Unternehmen alle Phasen für die Handhabung der Eier und die Probeentnahmen entwickelt und automatisiert.

Der Prozess beginnt mit der exakten Positionierung der Eier in einen Tray. Demcon entwickelte eine effektive Technik, um ein winziges Loch in die Eierschale zu machen. Mithilfe von Pipetten werden bei mehreren Eiern gleichzeitig Proben entnommen. Diese Proben werden anschließend mit einem kleineren Rastermaß als bei der Entnahme in eine Multititerplatte gegeben. Die Pipetten werden gereinigt, danach wird die Mikrotiterplatte weitergeleitet zum Massenspektrometer, das das Geschlecht bestimmt. Nach der Geschlechtsbestimmung werden die weiblichen und männlichen Eier in verschiedene Schalen sortiert. Dieses System, das in einer Bèta-Maschine von In Ovo eingesetzt wird, kann über Tausend Eier pro Stunde verarbeiten.

Institutenweg 25, 7521 PH Enschede / T 088 115 2000 / www.demcon.com

Mobiliteit / Mobilität

36

EuregioRail: betere verbinding met minder uitstoot EuregioRail: Mobil über die Grenze Een betere verbinding tussen de grensregio’s, kortere reistijden en minder uitstoot: dit zijn de doelstellingen van een doorgaande treinverbinding tussen Münster en Zwolle.

Onder de naam ‘EuregioRail’ hebben de projectpartners Euregio, de provincie Overijssel en het Zweckverband Nahverkehr WestfalenLippe (NWL) de handen ineen geslagen om dit infrastructurele project aan te jagen.

Tekst Julia Schwietering / Fotografie EuregioRail

Eine bessere Anbindung der Grenzregionen, verkürzte Reisezeiten und geringere Emissionen: Das soll mit einer durchgehenden Zugverbindung zwischen Münster und Zwolle erreicht werden.

Unter dem Namen „EuregioRail“ haben sich die Projektpartner Euregio, die provincie Overijssel und der Zweckverband Nahverkehr Westfalen-Lippe (NWL) zusammengeschlossen, um das Infrastrukturprojekt voranzutreiben.

/ 37

Met een relatief kleine investering van 100 miljoen euro kan de mobiliteit aan beide zijden van de grens in een eerste fase worden verbeterd, zo blijkt uit een onderzoek uit 2021. `Dat is een betrekkelijk kleine investering, als je kijkt naar de grote voordelen.’ legt projectleider Tjeu Semmekrot von de EUREGIO uit. 70 miljoen euro worden aan Nederlandse kant besteed voor de financiering van de elektrificatie van het traject tussen Enschede en Gronau en de aansluiting met de trein naar Zwolle. Nog eens 30 miljoen euro moeten naar Duitsland vloeien, om een treinverbinding tussen Dortmund en Coesfeld te realiseren. Hierdoor ontstaat de mogelijkheid de bestaande lijn tussen Dortmund en Enschede uit te breiden tot een Regionaal-Express met batterijlocomotief, die doorrijdt tot Hengelo. `Bij elkaar genomen zorgen deze maatregelen voor sneltreinverbindingen tussen zowel Münster en Zwolle als tussen Dortmund en Hengelo. Het investeringsbedrag van 100 miljoen euro stond vast, omdat het hierbij om een zogenaamde ‘no-regret-maatregel’ gaat – het geld moet dus worden geïnvesteerd.’ benadrukt Semmekrot. De elektrificatie kan tot 2030 zijn voltooid.

Schon mit 100 Millionen Euro lässt sich die Mobilität auf beiden Seiten der Grenze im ersten Schritt verbessern, wie eine technische Studie aus dem Jahr 2021 zeigt. „Das ist eine vergleichsweise geringe Investition, wenn man sich den hohen Nutzen anschaut“, erklärt Projektleiter Tjeu Semmekrot von der Euregio. 70 Millionen Euro sollen auf niederländischer Seite eingesetzt werden, um die Elektrifizierung der Strecke zwischen Enschede und Gronau und die Verknüpfung mit dem Zug nach Zwolle zu finanzieren. Weitere 30 Millionen Euro sollen auf deutscher Seite fließen, um einen weiteren Zug zwischen Dortmund und Coesfeld einzuführen.

Dies ermöglicht den Ausbau der bestehenden Bahnverbindung zwischen Dortmund und Enschede zu einem Regionalexpress mit einer Batterielokomotive, die bis Hengelo weiterfährt. „Zusammen ermöglichen diese Maßnahmen schnelle, direkte Züge zwischen Münster und Zwolle sowie zwischen Dortmund und Hengelo. Die Investitionssumme von 100 Millionen Euro war unvermeidbar, weil das Ganze eine no-regret-Maßnahme ist – das Geld muss also investiert werden“, betont Semmekrot. Die Elektrifizierung könnte bis 2030 abgeschlossen sein.

Batterijtreinen

Die Elektrifizierung, die Verknüpfung und der zusätzliche Zug auf deutscher Seite sind nur die ersten Schritte im Projekt EuregioRail.

Langfristig soll die Taktung der Züge auf dem niederländischen Abschnitt zwischen Zwolle und Enschede erhöht werden. Auf deutscher Seite wird ebenfalls die Taktung der Züge erhöht und die Reisezeit verkürzt, sowohl Richtung Münster als auch Richtung Dortmund. Dazu ist ein Ausbau der Gleise notwendig.

Darüber hinaus haben sich die Projektpartner zum Ziel gesetzt, batteriebetriebene Züge auf der Strecke Enschede-Dortmund einzusetzen und die Verbindung nach Hengelo zu verlängern. Dies soll bereits im ersten Schritt erfolgen. Wenn das gelingt, wird Hengelo zum zentralen Verkehrsknotenpunkt: Vier Verbindungen laufen dann im Nah- und Fernverkehr über die niederländische Stadt. „Damit verbessern wir die Erreichbarkeit der gesamten Grenzregion“, unterstreicht Semmekrot. Mit der EuregioRail wird außerdem die Anbindung der Regionen Zwolle, Twente und Münsterland verbessert – ein wichtiger Schritt, wie eine sozioökonomische Studie aus 2019 zeigt: Nach Angaben der niederländischen Studie ist die Region Twente ein geschlossenes „daily urban system“, also ein System mit nur geringen Anbindungen an umliegende Regionen. „Durch den Ausbau der Zugverbindungen schaffen wir eine bessere Erreichbarkeit, stärken die Verbindung zu anderen Regionen und können so auch ökonomisches Wachstum anstoßen“, ist der Projektleiter sicher. 440 Millionen Euro werden für das gesamte EuregioRail-Projekt kalkuliert. Um diese Summe stemmen zu können, braucht es die Unterstützung aus Den Haag, Berlin, Düsseldorf und Brüssel. Seit 2020 ist deshalb das niederländische Verkehrsministerium sowie das NRWVerkehrsministerium Teil der Projektlenkungsgruppe. Auch die EU ist an Bord: Die Kommission hat bereits signalisiert, dass die Strecke Zwolle-Münster für eine Europäische CEF-Finanzierung in Frage kommen würde, insofern auch die deutsche und die niederländische Regierung ihre Unterstützung zusagen. „Um von einer solchen Finanzierung profitieren zu können, müssen wir in das comprehensive network aufgenommen werden – das ist das Netzwerk für regionale Verbindungen auf EU-Ebene“, erläutert Semmekrot. „Die Verhandlungen darüber laufen noch bis Anfang 2023.“ Das comprehensive network ist Teil der Transeuropäischen >

De elektrificatie, de aansluiting en de extra trein aan Duitse zijde zijn slechts de eerste stappen in het EuregioRail-project.

Op de lange termijn moet de rijfrequentie op het Nederlandse traject Zwolle-Enschede worden verhoogd. Aan Duitse zijde zal de frequentie eveneens worden opgevoerd en de reistijd verkort, zowel in richting Münster als in richting Dortmund. Dit vereist een uitbreiding van het spoor. Daarnaast hebben de projectpartners nog twee doelstellingen afgesproken: de inzet van batterijtreinen op de lijn Enschede-Dortmund en de verlenging van de verbinding naar Hengelo. Dit moet al in de eerste fase gebeuren. Als het lukt, wordt Hengelo een centraal verkeersknooppunt: vier verbindingen in het lokale en het lange-afstandverkeer lopen dan via de Nederlandse stad. `Daarmee verhogen we de bereikbaarheid van de hele grensregio.’ benadrukt Semmekroot. Met de EuregioRail wordt bovendien de verbinding van de regio’s Zwolle, Twente en Münsterland verbeterd – een belangrijke stap, zoals uit een sociaaleconomisch onderzoek uit 2019 blijkt: volgens dit Nederlandse onderzoek is de regio Twente een gesloten ‘daily urban system’, d.w.z. een systeem met slechts weinig verbindingen naar de omliggende regio’s. De projectleider weet zeker: `Met de uitbreiding van de treinverbindingen creëren wij een betere bereikbaarheid, versterken we de verbinding naar andere regio’s en kunnen zo ook een impuls voor economische groei geven.’

Europese steun Voor het totale EuregioRail-project is een bedrag van 440 miljoen euro uitgetrokken. Om dit te kunnen opbrengen is ondersteuning nodig vanuit Den Haag, Berlijn, de deelstaatregering in Düsseldorf en vanuit Brussel. Sinds 2020 maken daarom het Nederlandse ministerie voor infrastructuur en het verkeersministerie van Nordrhein-Westfalen deel uit van de stuurgroep van het project.

Ook de EU doet mee: de Commissie heeft al laten weten dat het traject Zwolle-Münster in aanmerking komt voor Europese CEFfinanciering, op voorwaarde dat ook de Duitse en de Nederlandse regering hun steun toezeggen. ‘Om van deze financiering te kunnen profiteren, moeten we worden opgenomen in het `comprehensive network’- het netwerk voor regionale verbindingen op EU-niveau.’ >

BAUFUCHS Plewa:

DER Partner für Bauen und Modernisieren in der Grenzregion! #Bauen, Renovieren und Modernisieren

Egal ob Unternehmer oder Privatperson – als Baustoffgroßhandel stehen wir unseren Kunden vom ersten Spatenstich bis zum energiesparenden Dachbodenausbau mit unserem umfangreichen Sortiment zuverlässig zur Seite. Unsere Produktpalette umfasst unter anderem: Baustoffe, Dachziegel, Dachfenster, Holz, Türen, Böden, Schüttgüter, Verblender und vieles mehr!

#Flexibilität

Flexibilität ist gerade für Bau- und Renovierungsprojekte extrem wichtig. Dank unseres umfangreichen Lagerbestandes können wir unseren Kunden viele der gängigen Baustoffe und Baumaterialen auch kurzfristig zur Verfügung stellen.

#Baumarkt

Der Besuch in unserem Bau- und Gartenmarkt lässt HandwerkerHerzen höherschlagen. Die Bandbreite unseres Sortiments reicht von verschiedenen Werkzeugen und Eisenwaren über Elektro- und Sanitärartikel bis hin zu Farben und Tapeten. Auch Holzzuschnitte, Zubehör fürs Rad oder das Auto und Tiernahrung sind feste Bestandteile unseres Baumarkt-Angebotes. Sie möchten es sich draußen gemütlich machen? Dann sollten Sie unbedingt in unserem gut sortierten Gartenmarkt und in unserer facettenreichen Gartenausstellung vorbeischauen!

#Gute Beratung

Gute Beratung ist für uns in allen Bereichen das A und O. Garant dafür sind unsere qualifizierten und überaus engagierten Mitarbeiter. Sie haben eine Frage? Kein Problem – wir helfen Ihnen gern!

BAUFUCHS Plewa:

Uw partner voor bouwen en moderniseren in de grensregio! #Bouwen, renoveren en moderniseren

Of u nu ondernemer of particulier bent – als groothandel voor bouwmaterialen staan we onze klanten met ons brede assortiment als betrouwbare partner terzijde, vanaf het moment dat de schop de grond in gaat tot aan de energiebesparende zolderverbouwing.

Ons productaanbod omvat onder andere: bouwmaterialen, dakpannen, dakramen, hout, deuren, vloeren, bulkgoederen, gevelstenen en nog veel meer!

#Flexibiliteit

Juist voor bouw- en renovatieprojecten is flexibiliteit enorm belangrijk. Dankzij onze grote magazijnvoorraden kunnen wij ook op korte termijn tal van gangbare bouwmaterialen aan onze klanten leveren.

#Bouwmarkt

Een bezoek aan onze bouwmarkt met tuincentrum laat elk klussershart sneller kloppen. Het scala van ons assortiment omvat gereedschappen en ijzerwaren, elektra en sanitair tot aan verf en behang. Op maat gezaagd hout, accessoires voor fiets en auto en diervoeding zijn eveneens vaste onderdelen in ons aanbod.

En in ons goed gesorteerde tuincentrum vindt u alles om uw tuin en terras te verfraaien!

#Goed advies

Bij ons staat en valt alles met goed advies. Onze gekwalificeerde en uitermate betrokken medewerkers staan daarvoor garant. Hebt u een vraag? Geen probleem – we helpen u graag!

BAUSTOFFE/-ELEMENTE - BOUWMATERIALEN/-ELEMENTEN: Wüllener Str. 89-91 · 48691 Vreden · Tel. 02564-936510 BAU- UND GARTENMARKT - BOUWMARKT EN TUINCENRUM: Wüllener Str. 76-78 · 48691 Vreden · Tel. 02564-936550 BAUSTOFFE - BOUWMATERIALEN: Neue Mühle 16 · 48739 Legden · Tel. 02566-5239966

www.baufuchs-plewa.de

/ 39

In het Duits-Nederlandse grensverkeer met de trein moeten er in de toekomst nog minder slagbomen komen.

Im deutsch-niederländischen Grenzverkehr mit dem Zug soll es künftig noch weniger Barrieren geben.

licht Semmekrot toe. `De onderhandelingen hierover duren nog tot begin 2023.’ Het comprehensive network maakt deel uit van de Trans-Europese netwerken (TEN-T) en moet tot 2050 in de hele EU zijn gerealiseerd. Door met het TEN-T de afzonderlijke regio’s onder elkaar beter te verbinden, wil de EU haar concurrentiepositie versterken. Andere cofinanciers van de EuregioRail zijn de gemeenten Enschede, Hengelo en Almelo, de Kreise Coesfeld, Steinfurt en Borken, de regio’s Achterhoek, Twente en Zwolle als ook de steden Münster en Osnabrück.

Fietssnelweg Münster - Zwolle Parallel aan de planningen rond EuregioRail lopen momenteel ook voorbereidingen voor een 150 kilometer lange fietssnelweg van Zwolle naar Münster: de Fietscorridor F35. `Een fietssnelweg past bij onze ambities op het gebied van het treinverkeer en bij de doelstellingen van de EU en de EUREGIO voor multimodale mobiliteit.’ benadrukt Semmekrot. Een plan voor dit project ligt al klaar en werd in oktober 2021 gepubliceerd. Ook bij dit infrastructurele project werken Duitse en Nederlandse partijen hand in hand: de provincie Overijssel, de regio Twente, de Kreise Borken en Steinfurt, de stad en de Regierungsbezirk Münster zitten mee aan tafel. Het is de bedoeling de fietssnelweg aan te laten sluiten aan de stations van de toekomstige EuregioRail.

Project `Regiopa‘: treinen tot aan Coevorden Ook in de Grafschaft Bentheim is een grensoverschrijdende spoorverbinding gepland: al in 2019 werd het streekvervoer per trein tussen Bad Bentheim, Nordhorn en Neuenhaus opnieuw in gebruik genomen. In de toekomst moeten deze treinen ook doorrijden tot aan het Nederlandse Coevorden.

De planning voor dit project `Regiopa’ is al in gang gezet: de planningsopdracht ter hoogte van vijf miljoen euro werd gegund >

Netze (TEN-T) und soll bis 2050 in der gesamten EU umgesetzt sein.

Mit dem TEN-T will die EU ihre Wettbewerbsfähigkeit verbessern, indem die einzelnen Regionen besser miteinander vernetzt werden.

Weitere Mit-Finanzierer der EuregioRail sind die Kommunen Enschede, Hengelo und Almelo, die Kreise Coesfeld, Steinfurt und Borken, die Regionen Achterhoek, Twente und Zwolle sowie die Städte Münster und Osnabrück.

Fahrradschnellweg geplant Parallel zu den Planungen der EuregioRail laufen aktuell Vorbereitungen für einen 150 Kilometer langen Fahrradschnellweg von Zwolle nach Münster: den Fahrradkorridor F 35. „Ein Radschnellweg passt zu unseren Ambitionen im Schienenverkehr und zum Ziel der EU und der EUREGIO, multimodale Mobilität zu schaffen“, betont Semmekrot. Ein Masterplan für das Vorhaben liegt bereits vor, er wurde im Oktober 2021 veröffentlicht. Auch bei diesem Infrastrukturprojekt arbeiten deutsche und niederländische Akteure Hand in Hand: An Bord sind die Provinz Overijssel, die Region Twente, die Kreise Borken und Steinfurt, die Stadt Münster und die Bezirksregierung Münster. Der Radschnell­weg soll an die Bahnhöfe der künftigen EuregioRail angebunden werden.

Projekt „Regiopa“: Züge rollen bis nach Coevorden Auch in der Grafschaft Bentheim soll es eine grenzüberschreitende Bahnverbindung geben: Bereits im Juli 2019 wurde dort der Schienenpersonennahverkehr zwischen Bad Bentheim, Nordhorn und Neuenhaus reaktiviert. Künftig sollen die Züge bis nach Coevorden in den Niederlanden rollen.

Die Planungen für das Projekt laufen bereits: Der fünf Millionen Euro schwere Planungsauftrag liegt beim Unternehmen Lindschulte aus Nordhorn. Aktuell werden die Entwurfsplanungen aufgestellt, die das Land Niedersachsen anschließend genehmigen muss. >

40 /

Infotorial /

Anzeige

Full Service Event Productions since 1978.

Die POOLGroup GmbH mit Sitz in Emsdetten hat über 40 Jahre Erfahrung im Veranstaltungs- und Live-Entertainment-Bereich. Mit über 250 Mitarbeitenden an insgesamt vier Standorten wurden bis heute mehr als 30.000 Veranstaltungen für Wirtschaft und Industrie, Politik und Gesellschaft sowie Touring und Entertainment in der ganzen Welt konzipiert, geplant und umgesetzt – und das alles aus einer Hand.

De POOLGroup GmbH, gevestigd in Emsdetten, heeft meer dan 40 jaar ervaring in de evenementen- en liveentertainmentsector. Met meer dan 250 medewerkers op in totaal 4 locaties zijn meer dan 30.000 evenementen voor het bedrijfsleven, de politiek en de samenleving, maar ook voor touring en entertainment over de hele wereld ontworpen, gepland en uitgevoerd – en dat allemaal vanuit één enkel bedrijf.

Durch die fachliche Expertise der eigenen und erfahrenen Crew ermöglicht die POOLgroup die 360° Umsetzung von professionellen Konferenzen, Shows, Tagungen sowie Festivals und Konzerten - von Konzept und Idee, über das gesamte Projekt- und Teilnehmermanagement, über Onlineanwendungen und Streaming bis zur perfekten technischen Umsetzung vor Ort.

Dankzij de technische expertise van haar eigen ervaren crew, maakt de POOLgroup de 360° implementatie van professionele conferenties, shows, meetings, festivals en concerten mogelijk - van concept en idee, via het volledige project- en deelnemersbeheer, via online applicaties en streaming tot de perfecte technische uitvoering ter plaatse.

Hybrid, digital und vor Ort.

Hybride, digitaal en op locatie.

Der Name „POOLgroup“ setzt die Benchmark, jeden Aspekt in Szene zu setzen und echte Emotionen zu transportieren. Heute ist die Marke „POOLgroup“ ein Gütesiegel für Kompetenz und Qualität in allen Teilmärkten des Veranstaltungsgeschäfts und gehört zu den führenden Event-Produktionsfirmen in Europa. die Profis mit Hauptsitz in Emsdetten wissen, welche zentrale Rolle Events auch in Zukunft für ihre Kunden aus Wirtschaft, Politik sowie Musik, TV und Entertainment hat. Die POOLgroup setzt auf sein starkes Team und ist immer auf der Suche nach motivierten Talenten, die bereit sind, die Zukunft der Veranstaltungsbranche aktiv mit zu gestalten. Mehr Infos: pool.de/karriere

De naam „POOLgroup“ zet de maatstaf, elk aspect in scène te brengen en echte emoties over te brengen. Tegenwoordig is het merk „POOLgroup“ een kwaliteitskeurmerk voor competentie en kwaliteit in alle deelmarkten van de evenementenbranche en is het een van de toonaangevende evenementenproductiebedrijven in Europa.

De professionals met hoofdkantoor in Emsdetten weten welke centrale rol evenementen in de toekomst voor hun klanten uit het bedrijfsleven, de politiek, muziek, tv en entertainment zullen blijven spelen. De POOLgroup bouwt op haar sterke team en is altijd op zoek naar gemotiveerde talenten die de toekomst van de evenementenbranche actief willen vormgeven. Meer informatie: pool.de/karriere

POOLgroup GmbH - Südring 26 - 48282 Emsdetten - Deutschland - www.pool.de - threesixty@pool.de

/ 41

aan het bedrijf Lindschulte in Nordhorn. Momenteel wordt gewerkt aan de ontwerpplannen, die vervolgens door de deelstaat Niedersachsen goedgekeurd moeten worden. Ondertussen werd het traject al voorzien van signalen voor goederen- en personenvervoer. Ook de vereiste standaard beoordeling voor het project is al voltooid. Joachim Berends, bestuursvoorzitter van de Bentheimer Eisenbahn AG (BE), die de treindiensten op het traject exploiteert, benadrukt: `Wij hopen tot einde 2022 groen licht krijgen voor de vervroegde start van de maatregelen, zodat wij al voor het verkrijgen van de officiële vergunningen aan de slag kunnen gaan.’

De uitbreiding van het traject tot aan Emlichheim moet tot einde 2025 zijn afgerond, één jaar later moeten de treinen tot Coevorden rijden. De totale kosten van het project bedragen rond de 30 miljoen euro. Daarvan moeten 20 miljoen euro aan Duitse kant en 10 miljoen euro aan Nederlandse kant worden besteed. Er zijn vijf nieuwe haltes gepland en er komen twee extra treinen, die tussen Emlichheim en Coevorden worden ingezet.

Opbrengsten Om de grensoverschrijdende uitbreiding te coördineren werken de betrokken partijen nauw samen. Aan Nederlandse zijde is er een aparte projectleider aangenomen en er lopen er gesprekken met beleidsmakers in Den Haag en de provincie Drenthe. Tal van onderwerpen moeten worden besproken: bijvoorbeeld welke veiligheidstechnologieën er worden gebruikt, wie voor welke kosten opdraait, welke vervoersbewijzen waar geldig zijn en hoe de opbrengsten worden verdeeld. Berends benadrukt: `De verlenging van het traject tot aan Coevorden is een duidelijk signaal en laat zien dat onze regio heel attractief is. Economisch gezien zal de regio Niedergrafschaft in de komende jaren nog interessanter worden.

Daarvan profiteren zowel de Duitse als ook de Nederlandse kant.’ \

Derweil wurde die Strecke bereits für den Güter- und den Personenverkehr signalisiert, also mit Signalen ausgestattet.

Auch die notwendige standardisierte Bewertung für das Projekt ist abgeschlossen. Joachim Berends, Vorstandsvorsitzender der Bentheimer Eisenbahn AG (BE), die die Zugverbindungen auf der Strecke betreibt, betont: „Wir hoffen, dass wir bis Ende 2022 die Erlaubnis für den vorzeitigen Maßnahmenbeginn erhalten. Dann können wir bereits vor Erhalt der offiziellen Genehmigung mit den Arbeiten beginnen.“ Der Ausbau der Strecke bis Emlichheim soll bis Ende 2025 abgeschlossen sein, ein Jahr später sollen die Züge bis Coevorden rollen. Die Gesamtkosten für das Projekt liegen bei 30 Millionen Euro. 20 Millionen davon müssen auf deutscher Seite und zehn Millionen auf niederländischer Seite fließen. Fünf neue Haltestellen werden entstehen und es braucht zwei zusätzliche Fahrzeuge, die zwischen Emlichheim und Coevorden eingesetzt werden.

Um den grenzübergreifenden Ausbau zu koordinieren, befinden sich alle Beteiligten in enger Abstimmung. So wurde ein eigener Projektleiter auf niederländischer Seite eingesetzt und es laufen Gespräche mit den Entscheidern in Den Haag und der Provinz Drenthe. Zahlreiche Themen müssen besprochen werden: Zum Beispiel, welche Sicherheitstechnik verwendet wird, welche Seite für welche Kosten aufkommt, welche Fahrscheine anerkannt und wie die Fahrerlöse aufgeteilt werden. Berends betont: „Der Ausbau der Strecke bis nach Coevorden ist ein deutliches Signal und zeigt, dass unserer Region sehr attraktiv ist. Der Wirtschaftsraum in der Niedergrafschaft wird in den kommenden Jahren noch interessanter werden. Davon profitiert sowohl die deutsche als auch die niederländische Seite.“ \

In de toekomst stopt de Regiopa ook in Nederland.

Der Regiopa soll künftig auch in den Niederlanden Halt machen.

42 /

Infotorial /

Anzeige

Renate Warmers

Kolumne Grenzenloser Wissenstransfer?

Gehen wir es an!

Die Erfahrung zeigt: Unternehmen, die Innovationen vorantreiben wollen, erzielen erhebliche Mehrwerte, wenn sie mit Hochschulen kooperieren. Um wie viel größer könnte der Mehrwert aber sein, wenn dieser Austausch nicht nur im eigenen Land, sondern über die Landesgrenzen hinweg erfolgen würde? Genau das gehen wir jetzt an!

Gemeinsam mit der Saxion Hogeschool in Enschede, der Fachhochschule Münster und der Westfälischen Hochschule am Standort Bocholt wollen wir schon heute die Türen für den grenzüberschreitenden Wissenstransfer in der EUREGIO aufstoßen.

Im Zentrum steht dabei unser „Smart Solution Lab”, in dem sich neun Studierende der drei Hochschulen zu interdisziplinären, binationalen Teams zusammenschließen, um gemeinsam für Unternehmen auf beiden Seiten der Grenze Forschungs- und Entwicklungsprojekte (F&E) voranzutreiben.

Nach einem ersten Kennenlernen und einem ausführlichen Briefing, in dem die Unternehmen ihre individuellen Zielsetzungen und die genauen Leitplanken für das jeweilige Projekt definieren, geht es mit Hochdruck an die Umsetzung der Innovation. In einem F&E-Sprint, der auf eine Laufzeit von nur acht Wochen angelegt ist, erarbeiten die Teams mit ihrer fachübergreifenden Expertise und der Erfahrung aus der Forschung in zwei Ländern konkrete Lösungsansätze. Egal, ob es um die Entwicklung eines Prototyps, eine neue technische Anwendung oder Prozessoptimierungen geht – thematische Grenzen gibt es für die Studierenden im Smart Solution Lab kaum.

bekommen Unternehmen nicht nur wertvolle Unterstützung bei der Umsetzung ihrer Projekte, sondern auch die Gelegenheit, über den eigenen Tellerrand zu schauen. Sie erfahren mehr darüber, wie im jeweiligen Nachbarland Innovationen vorangetrieben werden.

Alle Unternehmen, die aktiv von den Stärken anderer profitieren möchten, sind aufgerufen, sich am Smart Solution Lab zu beteiligen oder den Kontakt zur WFG suchen. Die möglichen Lerneffekte sind enorm!

Um diese Lerneffekte auf eine möglichst breite Basis zu stellen, wollen wir zudem ein Netzwerk aufbauen, in dem sich Unternehmen auf beiden Seiten aktiv über Innovationsprojekte austauschen können. Am Ende – da sind wir uns sicher – werden nicht nur die Unternehmen und die Studierenden von diesem lebendigen Austausch profitieren. Wir möchten mit dem Smart Solution Lab die Basis für eine intensivere grenzüberschreitende Zusammenarbeit schaffen. Auf lange Sicht muss es einfach selbstverständlich werden, dass Unternehmen im Grenzgebiet ihre Handelspartner, Lieferanten und Mitarbeiter nicht nur im eigenen Land, sondern auch auf der anderen Seite der Grenze suchen und finden. Wir haben es in der Hand, lassen Sie uns diesen Weg gemeinsam gehen.

Es wird sich lohnen! \

Vor allem für kleine und mittelständische Unternehmen, die nicht über ausreichend eigene Kapazitäten für Forschung und Entwicklung verfügen, bietet das Projekt, für das es in der zweiten Jahreshälfte sogar INTERREG-Fördergelder geben könnte, tolle Chancen: Durch die Zusammenarbeit mit dem Smart Solution Lab

Die Autoren: Dr. Daniel Schultewolter, WFG-Geschäftsführer · Renate Warmers, WFG-Innovationsberatung

Interesse an einem grenzenlosen Wissenstransfer und einem starken Netzwerk im Nachbarland?

Wir sind gern für Sie da!

/ 43

Dr. Daniel Schultewolter

Column Grenzeloze kennisoverdracht?

Laten we het aanpakken!

De ervaring laat zien: bedrijven, die innovatie willen aanjagen, behalen een aanzienlijke toegevoegde waarde uit de samenwerking met hogescholen. Maar hoeveel groter zou deze meerwaarde zijn, als de uitwisseling niet alleen in eigen land, maar over de landsgrenzen heen zou plaatsvinden? Dat is precies wat wij nu aanpakken!

Samen met Saxion in Enschede, Fachhochschule Münster en Westfälische Hochschule, locatie Bocholt, willen we vandaag al de deuren openen voor een grensoverschrijdende kennistransfer in de EUREGIO. Centraal staat daarbij ons `Smart Solution Lab’, waar negen studenten van de drie hogescholen samenwerken in interdisciplinaire, binationale teams, om samen onderzoeks- en ontwikkelingsprojecten (O&O) aan te jagen voor bedrijven aan beiden zijden van de grens.

Na een eerste kennismaking en een gedetailleerde briefing, waarin ondernemingen hun individuele doelstellingen en de kaders voor het betreffende project definiëren, komt de realisatie van de innovatie meteen op stoom. In een O&O-sprint, die niet langer dan acht weken duurt, werken de teams vanuit hun interdisciplinaire expertises en onderzoekservaringen in twee landen concrete oplossingsconcepten uit. Of het nu gaat over de ontwikkeling van een prototype, een nieuwe technische toepassing of om procesoptimalisatie – er zijn vrijwel geen thematische grenzen voor de studenten in het Smart Solution Lab. Vooral voor kleine en middelgrote bedrijven die zelf niet de capaciteit voor onderzoek en ontwikkeling hebben, biedt het project, waarvoor in de tweede helft van het jaar zelfs mogelijk INTERREG-middelen beschikbaar komen, geweldige kansen: door de samenwerking met het Smart Solution Lab krijgen bedrijven niet alleen waardevolle ondersteuning bij de uitvoering van hun projecten, maar ook de gelegenheid, buiten de geijkte kaders te

Erhardstraße 11, 48683 Ahaus / T 02561/97999-0 / www.wfg-borken.de

denken. Zo komen zij meer te weten over de manier waarop in het buurland innovaties worden gestimuleerd. Alle bedrijven, die actief willen profiteren van elkaars sterke punten, zijn hierbij opgeroepen om mee te doen met het Smart Solution Lab of contact op te nemen met de WFG. De potentiele leereffecten zijn enorm!

Om deze leereffecten een zo breed mogelijke basis te geven, willen wij daarnaast een netwerk opbouwen, waarin bedrijven aan beide zijden actief informatie kunnen uitwisselen over innovatieprojecten.

Uiteindelijk – daarvan zijn wij overtuigd – zullen niet alleen de ondernemingen en studenten van deze levendige uitwisseling profiteren. Met het Smart Solution Lab willen wij het fundament leggen voor een intensievere grensoverschrijdende samenwerking.

Op den duur moet het gewoon vanzelfsprekend worden, dat bedrijven in de grensregio hun handelspartners, leveranciers en medewerkers niet alleen in eigen land, maar ook aan de overkant van de grens zoeken en vinden. We hebben het in eigen hand, laten we dit pad gezamenlijk opgaan. Het zal de moeite waard zijn! \

Geïnteresseerd in grenzeloze kennisoverdracht en een sterk Duits Nederlands netwerk?

Wij staan graag voor u klaar!

44 /

Anzeige /

Infotorial

Daisy de Bruijn en Frans Ringsma

/ 45

Alles onder één dak bij emigratie naar Duitsland Daisy de Bruijn van Foqus Makelaardij en Frans Ringsma van financieel dienstverlener Euregio Finanz Center werken sinds kort intensief samen. Zij begeleiden Nederlanders die willen emigreren naar Duitsland.

‘Wij nemen onze klanten bij de hand. De vraag groeit sterk.’

Het aantal verhuisbewegingen vanuit Nederland naar de andere kant van de grens is nog altijd hoog. ‘Dat zie je inmiddels ook terug in de prijzen in Duitsland.’ vertelt De Bruijn. `De prijsstijging is niet zo hoog als in Nederland, maar er is ook in Duitsland weinig aanbod. Tien jaar geleden gingen mensen met hele andere redenen verhuizen dan tegenwoordig. Corona heeft hier ook een aandeel in. Mensen beseffen ineens hoe belangrijk een thuis is. Zeker als je daar moet wonen, werken en ontspannen. Mensen uit het hele land gaan het avontuur aan, maar zo’n stap is vaak lastiger en spannender dan ze denken. Ze spreken niet altijd de taal en zijn niet gewend aan de werkwijze van Duitse makelaars en banken. Dat is waar wij om de hoek komen.’

Persoonlijk De Bruijn en Ringsma signaleerden een duidelijke behoefte. Het stel woonde ruim tien jaar in Duitsland en verhuisde toen naar een pand aan de Tubantiasingel in Enschede, waar ze ook kantoor houden.

Ringsma: ‘Ik focus me al sinds eind jaren ’90 op de zogenaamde financiële emigratie voor Nederlanders in Duitsland. Of je nou naar een grensstad, dorp of naar Berlijn verhuist, het blijft emigreren.

Alles wat met geld te maken heeft, kan ik regelen. Het werkt over de grens allemaal net even anders.’

De Bruijn is makelaar in Twente en Duitsland. Haar specialisme ligt in de grensstreek Euregio. De Bruijn: ‘Nederlanders hebben >

Rundum-Betreuung bei der Auswanderung nach Deutschland Seit Kurzem arbeiten Daisy de Bruijn von Foqus Makelaardij und Frans Ringsma vom Finanzdienstleister Euregio Finanz Center intensiv zusammen. Sie unterstützen Niederländer, die nach Deutschland auswandern wollen. „Wir nehmen unsere Kunden an die Hand. Die Nachfrage nimmt stark zu.”

Die Zahl der Umzüge von den Niederlanden auf die andere Seite der Grenze ist nach wie vor hoch. „Das spiegelt sich inzwischen auch in den Preisen in Deutschland wider”, berichtet De Bruijn. „Der Preisanstieg ist nicht so hoch wie in den Niederlanden, aber auch in Deutschland ist das Angebot gering. Vor zehn Jahr zogen die Menschen aus ganz anderen Gründen um als heutzutage. Corona spielt hierbei auch eine Rolle. Viele erkennen plötzlich, wie wichtig ein Zuhause ist, vor allem, wenn man dort wohnen, arbeiten und die Freizeit verbringen möchte. Menschen aus dem ganzen Land lassen sich auf dieses Abenteuer ein, aber der Schritt ist doch oft schwieriger und aufregender als sie denken. Sie sprechen die Sprache nicht immer und sind nicht an die Arbeitsweise der deutschen Makler und Banken gewöhnt. Und dann kommen wir ins Spiel.”

Tekst Jochem Vreeman / Fotografie Emiel Muijderman

Persönlich De Bruijn und Ringsma stellten einen klaren Bedarf fest. Das Paar wohnte gut zehn Jahre in Deutschland und zog danach an den Tubantiasingel in Enschede um, wo sich auch ihre Büros befinden. Ringsma: „Ich beschäftige mich schon seit Ende der neunziger Jahren mit der sogenannten finanziellen Emigration von Niederländern nach Deutschland. Ob Sie nun in eine Grenzstadt, ein Dorf oder nach Berlin umziehen, es bleibt eine Auswanderung. Alles, was mit Geld zu tun hat, kann ich in dieser Situation regeln. Jenseits Seite der Grenze funktionieren die Dinge alle ein bisschen anders.”

De Bruijn ist Immobilienmaklerin in Twente und in Deutschland. Ihr Spezialgebiet ist die Grenzregion EUREGIO. De Bruijn: „Niederländer brauchen etwas mehr persönliches Engagement. Sie suchen >

46 /

Infotorial /

Anzeige

behoefte aan wat meer persoonlijke betrokkenheid. Ze willen een makelaar die naast je blijft lopen totdat je de sleutel hebt en daarna ook nog aanspreekbaar is voor vragen. En dat allemaal in je eigen taal.’ De Bruijn weet als geen ander wat Nederlanders die verhuizen naar Duitsland nodig hebben. ‘Ooit was ik zelf de onwetende Nederlander die naar Duitsland ging verhuizen.’

De Bruijn en Ringsma genieten van het persoonlijke contact met hun klanten. De Bruijn: ‘We hebben recentelijk een leuke transactie gehad in het Duitse Laar, vlak over de grens bij Coevorden. Ik begeleid zowel de kopers als de verkopers en Frans verzorgt de hypotheek. Het stel dat aankoopt, gaat de woning opknappen. Ze zeiden: jullie komen toch wel kijken als het af is? Daar doen we het natuurlijk voor.’

Laagdrempelig contact

einen Immobilienmakler, der sie bis zur Schlüsselübergabe begleitet und auch danach noch für Fragen zur Verfügung steht. Und das alles in der eigenen Sprache.” De Bruijn weiß nur allzu gut, was Niederländer die nach Deutschland umziehen, brauchen: „Ich war selbst auch einmal die unwissende Niederländerin, die nach Deutschland umzog.”

De Bruijn und Ringsma genießen den persönlichen Kontakt mit ihren Kunden. De Bruijn: „Kürzlich hatten wir eine schöne Transaktion im deutschen Ort Laar, gleich an der Grenze bei Coevorden. Ich betreue sowohl die Käufer als auch die Verkäufer und Franz kümmert sich um die Hypothek. Das Paar, das das Haus kauft, will es renovieren.

Sie sagten: Ihr kommt doch und seht es euch an, wenn es fertig ist?

Das sind die Dinge, um die es uns geht.”

Zugänglicher Ansatz

De laagdrempelige en persoonlijke aanpak wordt gewaardeerd door hun klanten. Ringsma: ‘Ze kunnen ons altijd appen of bellen.

We zitten er kort op, want verhuizen naar Duitsland zorgt voor onzekerheid en spanning. Het voordeel is dat we alles onder één dak hebben. Zeker bij complexere transacties is de kans op miscommunicatie daardoor kleiner en valt alles goed samen. Als ik merk dat er een klant van mij vragen over een woning heeft, zeg ik: maak even een afspraak met Daisy. Het is een continue wisselwerking. Dat vinden we zelf leuk en onze klanten voelen zich er comfortabel bij. Het brengt rust.’

Der zugängliche und persönliche Ansatz wird von ihren Kunden sehr geschätzt. Ringsma: „Sie können uns jederzeit anrufen oder eine WhatsApp-Nachricht schicken. Wir handeln schnell, denn ein Umzug nach Deutschland bedeutet oft Unsicherheit und Spannung.

Der Vorteil ist, dass bei uns alles unter einem Dach ist. Vor allem bei komplexeren Transaktionen verringert dies das Risiko von Missverständnissen und fügt sich alles gut ineinander. Wenn ich merke, dass einer meiner Kunden Fragen zu einer Immobilie hat, sage ich: Machen Sie einfach einen Termin mit Daisy. Es ist eine kontinuierliche Wechselwirkung. Das gefällt uns gut und unsere Kunden fühlen sich wohl dabei. Es schafft innere Ruhe.”

Doet het stel dan alles samen? De Bruijn: ‘Nee, dat ook weer niet.

We hebben het kantoor naast ons huis, maar ieder heeft een eigen plek. We lopen makkelijk bij elkaar binnen, maar meestal is de deur naar elkaar dicht. ’s Avonds hebben we elkaar nog voldoende te vertellen’, besluit ze lachend. \

Macht das Paar dann alles gemeinsam? De Bruijn: „Nein, das nun auch wieder nicht. Wir haben unser Büro neben unserem Haus, aber jeder hat seinen eigenen Arbeitsplatz. Wir können leicht mal beim anderen hereinschauen, aber normalerweise ist die Tür geschlossen. Abends haben wir uns noch genug zu erzählen”, schließt sie lachend ab. \

Tubantiasingel 89, 7514 AB Enschede / T 053 209 3000 / www.foqus.nl

/ 47

Samenwerking MSG en Brief und mehr levert voor iedereen voordeel op De dienstverlening van de Nederlandse bezorgdienst MSG en het Duitse Brief und mehr overlapt gedeeltelijk.

Toen Arjan Kleizen en de voorganger van Torben Krebs - directeuren van de beide bedrijven - elkaar zo’n vijf jaar geleden ontmoetten, waren ze er snel over uit: alle betrokken partijen hebben profijt van samenwerking, ook de postontvangers. Kleizen en Krebs kijken terug op een succesvolle gezamenlijke periode én hebben grootse toekomstplannen.

Zusammenarbeit zwischen MSG und Brief und mehr bringt Vorteile für alle Die Dienste des niederländischen Zustelldienstes MSG und des deutschen Unternehmens Brief und mehr decken sich teilweise. Als sich Arjan Kleizen und der Vorgänger von Torben Krebs – die Geschäftsführer der Unternehmen – vor rund fünf Jahren begegneten, waren sie sich schnell einig: Von einer Kooperation profitieren alle Beteiligten, auch die Postempfänger. Kleizen und Krebs blicken mittlerweile auf eine erfolgreiche Zeit der Zusammenarbeit zurück und haben große Pläne für die Zukunft.

Tekst Petra Lubbers / Fotografie Lars Smook

Arjan Kleizen van MSG | Arjan Kleizen von MSG

48 /

Infotorial /

Anzeige

Er zijn overeenkomsten en verschillen. En juist van die verschillen leren we.

Es gibt Gemeinsamkeiten und Unterschiede. Und gerade von den Unterschieden lernen wir.

Torben Krebs Krebs: `De voordelen van samenwerking in de postbezorging zijn vooral snelheid en kwaliteit. Voorheen waren Deutsche Post en Post NL tussenschakels in ons bezorgproces. Die partijen kunnen we er nu tussenuit laten. De kortere lijnen die daardoor ontstaan, zorgen voor een grotere bezorgsnelheid. We bezorgen de post nu in maximaal 48 uur, terwijl dat vóór onze samenwerking ongeveer een week was.’

Krebs: „Die Vorteile einer Zusammenarbeit bei der Postzustellung liegen vor allem bei der Schnelligkeit und der Qualität. Früher waren Deutsche Post und Post NL Zwischenstationen in unserem Zustellprozess. Diese Parteien können wir jetzt überschlagen. Die kürzeren Wege, die hierdurch entstehen, ermöglichen eine höhere Liefergeschwindigkeit. Wir stellen die Post jetzt innerhalb von maximal 48 Stunden zu, während dies vor unserer Zusammenarbeit noch ungefähr eine Woche war.”

/ 49

Betere bezorgkwaliteit

Bessere Zustellqualität

`Onze busjes rijden dagelijks naar Brief und mehr in Gronau.’ vervolgt Kleizen. `Daar wisselen beide bedrijven de post uit. Heel efficiënt en zoals gezegd: zonder tussenschakels. En dat heeft nog een tweede voordeel. Hoe minder partijen er betrokken zijn, hoe kleiner de kans op fouten. De ontvangers van post krijgen door onze samenwerking dus een betere bezorgkwaliteit.’

„Unsere Lieferwagen fahren täglich zu Brief und mehr nach Gronau”, so Kleizen. „Dort tauschen beide Unternehmen die Post aus. Sehr effizient und, wie bereits gesagt: ohne Zwischenstationen.

Und das hat noch einen weiteren Vorteil: Je weniger Parteien beteiligt sind, desto kleiner ist das Fehlerrisiko. Für die Postempfänger bedeutet unsere Partnerschaft darum eine bessere Zustellqualität.”

Krebs: `Niet alleen de ontvanger van de post heeft voordeel van onze samenwerking. Wij zien zelf ook de meerwaarde. We spreken elkaar regelmatig en tijdens die gesprekken zien we de overeenkomsten én de verschillen. En juist van die verschillen kunnen we leren. Onze samenwerking is de optelsom van het beste van twee werelden.’ Kleizen vult aan: `Als Nederlands of Duits bedrijf ben je gefocust op je eigen markt. Door met een open blik over de grens te kijken en ervaringen uit te wisselen, krijg je nieuwe inzichten en ideeën over kansen en mogelijkheden voor de toekomst.’

En die toekomstplannen zijn er volop.

Op dit moment werken MSG en Brief und mehr samen op gebied van de postbezorging. In de toekomst hopen ze ook (brievenbus)pakketten samen te bezorgen. Kleizen: `Het is nog wel een uitdaging om daar een dekkend netwerk voor te organiseren. Zeker in Duitsland, dat veel groter is dan Nederland en waar de netwerkdichtheid dus wat kleiner is. In Nederland hebben we dat al goed voor elkaar. MSG is lid van Business Post, een organisatie van samenwerkende postbedrijven in heel Nederland. Alle Business Postpartners samen dekken ongeveer de helft van Nederland af qua bezorging. Brief und mehr werkt ook met lokale en regionale partners. Het verschil is, dat Business Post waar mogelijk met mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt werkt. Bij Brief und mehr gebeurt dat (nog) niet.’

Missie: een CO2-neutraal bezorgnetwerk MSG is al volop aan de slag met het realiseren van zero-emissie-bezorging.

Met het Netwerk Groene Stadsdistributie (NGS) bezorgen ze in Nederland vanuit de winkels in de binnenstad bij de consument thuis. Daarnaast distribueren ze pakketten van de rand van de stad naar de binnenstad én van de webshop naar de klant. Kleizen: `Het zou natuurlijk mooi zijn als we deze CO2-neutrale bezorging met Brief und mehr ook kunnen uitrollen naar Duitsland.’ \

Krebs: „Nicht nur der Postempfänger profitiert von unserer Zusammenarbeit. Wir sehen selber auch den Mehrwert für unsere Unternehmen. Wir sprechen regelmäßig miteinander, und bei diesen Gesprächen erkennen wir sowohl Gemeinsamkeiten als auch Unterschiede. Und gerade aus diesen Unterschieden können wir lernen. Unsere Partnerschaft ist die Summe des Besten aus beiden Welten.” Kleizen ergänzt: „Als niederländisches oder deutsches Unternehmen konzentrieren Sie sich auf den eigenen Markt.

Durch einen offenen Blick über die Grenze und den Austausch von Erfahrungen entstehen neue Perspektiven und Ideen über Chancen und Möglichkeiten in der Zukunft.”

Onze samenwerking levert een betere bezorgkwaliteit op.

Unsere Zusammenarbeit ermöglicht eine bessere Zustellqualität.

Arjan Kleizen Und Zukunftspläne gibt es vollauf. Derzeit arbeiten MSG und Brief und mehr im Bereich der Postzustellung zusammen. In Zukunft hoffen die Unternehmen auch gemeinsam (Briefkasten-) Pakete abliefern zu können. Kleizen: „Hier liegt allerdings noch die Herausforderung, ein flächendeckendes Netzwerk zu organisieren.

Dies gilt vor allem für Deutschland, das wesentlich größer als die Niederlande ist und damit eine geringere Netzwerkdichte hat. In den Niederlanden sind wir schon gut organisiert. MSG ist Mitglied von Business Post, einer Organisation von kooperierenden Zustellunternehmen in den ganzen Niederlanden. Als Business PostPartner decken wir gemeinsam ungefähr die Hälfte der Niederlande mit der Zustellung ab. Brief und mehr arbeitet auch mit lokalen und regionalen Partnern zusammen. Der Unterschied ist, dass Business Post nach Möglichkeit arbeitsmarktferne Menschen beschäftigt. Bei Brief und mehr ist das (noch) nicht der Fall.”

Mission: ein CO2-neutrales Zustellnetzwerk MSG arbeitet bereits intensiv an der Realisierung einer NullEmission-Zustellung. Mit dem Netzwerk Grüne Stadtdistribution (NSG) liefern sie in den Niederlanden von Geschäften in den Stadtzentren zum Verbraucher nach Hause. Dazu kommen Pakete, die vom Stadtrand in die Innenstädte sowie vom Webshop zum Kunden geliefert werden. „Es wäre natürlich großartig, wenn wir diese CO₂-neutrale Zustellung gemeinsam mit Brief und mehr auch in Deutschland ausrollen könnten.” \

Veilingstraat 10, 7545 LZ Enschede / T 088 434 1212 / www.msg.eu

50 /

Infotorial /

Anzeige

Der AIW zu Gast an der SAXION (rechts) und beim MittagsMeeting in Bocholt.

De AIW te gast bij de SAXION (rechts) en tijdens de lunchbijeenkomst in Bocholt.

Grenzübergreifender Netzwerkaufbau: AIW will es „behutsam” angehen

Kooperation mit niederländischem Verband zeigt erste Erfolge

Als regionale Netzwerkplattform für Unternehmerinnen und Unternehmer hat der Verband „Aktive Unternehmen im Westmünsterland” – kurz AIW – traditionell einen guten Draht in die Niederlande. „Unser Ziel ist es, Mehrwerte für unsere Mitglieder zu schaffen. Da die Niederlande für viele der Unternehmen im Westmünsterland ein attraktiver Markt sind, ist es für uns nur folgerichtig, auch auf dieser Ebene Hilfestellungen zu geben.” betont AIW-Geschäftsführer Andreas Brill. Ganz aktuell hat der AIW vor diesem Hintergrund zusammen mit dem niederländischen Unternehmens-Verband MKB eine neue Initiative gestartet.

Indem sich der AIW immer wieder ganz bewusst auch mit Verbänden in den Niederlanden zusammenschließt, wollen die Verantwortlichen die Grundlage für einen „behutsamen” grenzübergreifenden Netzwerkaufbau schaffen. „Wir müssen einfach zur Kenntnis nehmen, dass es leider immer noch kulturelle

Text Michael Terhörst / Fotografie AIW

Unterschiede und Barrieren gibt, die den deutsch-niederländischen Austausch auf Unternehmensebene erschweren. Da sich diese Hindernisse aber nicht von heute auf morgen aus dem Weg räumen lassen, wollen wir es bewusst langsam angehen lassen, indem wir maximal zwei bis dreimal im Jahr Unternehmerinnen und >

/ 51

Grensverleggende netwerkopbouw: AIW wil een `voorzichtige’ aanpak

Samenwerking met Nederlandse ondernemersorganisatie boekt eerste successen Als regionaal netwerkplatform voor ondernemers heeft de vereniging `Aktive Unternehmen im Westmünsterland’ – kortweg AIW – traditioneel een goede band met Nederland. `Onze doelstelling is, toegevoegde waarde voor onze leden te creëren. Aangezien Nederland een aantrekkelijke markt is voor veel bedrijven in het Westmünsterland, is het voor ons niet meer dan logisch om ook op dit gebied ondersteuning te bieden.’ benadrukt AIW-directeur Andreas Brill. Tegen deze achtergrond heeft de AIW onlangs samen met de Nederlandse ondernemersorganisatie MKB een nieuw initiatief gelanceerd.

Door steeds weer bewust de krachten ook met ondernemersorganisaties in Nederland te bundelen, wil de AIW het fundament leggen voor een `voorzichtige’ grensoverschrijdende netwerkopbouw. `We moeten gewoon constateren, dat er helaas nog steeds culturele verschillen en barrières zijn, die de ­

Duits-Nederlandse contacten op ondernemersgebied bemoeilijken.

Omdat deze obstakels niet van de ene dag op de andere uit de weg geruimd kunnen worden, willen we het bewust rustig aan doen door maximaal twee à drie keer per jaar ondernemers uit de grensregio bij elkaar te brengen, om op die manier de >

Der AIW erreicht mit seinen Veranstaltungen viele Entscheiderinnen und Entscheider.

De AIW bereikt met zijn evenementen veel beslissers.

Unternehmer aus dem Grenzgebiet zusammenbringen, um so die Basis für ein deutsch-niederländisches Netzwerk zu schaffen”, erläutert der AIW-Geschäftsführer.

basis voor een Duits-Nederlands Netwerk te creëren.’ aldus de AIW-directeur.

Vielversprechender Auftakt

Het initiatief beleefde een veelbelovende aftrap in het voorjaar van 2022: onder het motto `grenzen overschrijden’ hadden AIW en MKB Twente Duitse en Nederlandse ondernemers bij het Center for Entrepreneurship van Saxion Hogeschool Enschede uitgenodigd, om informatie over potentiele concepten voor kennistransfer te geven.

In een korte presentatie vertelden Bas Olde Hampsink en Rob Reuvekamp van Saxion over de hogeschool en haar inzet op het gebied van economie, ondernemerschap en onderzoek. Bij de aansluitende rondleiding over de City Campus Connect-U van Saxion konden de gasten ook kennis maken met enkele startups, die in de invloedsfeer van de hogeschool zijn opgericht. `Het is werkelijk indrukwekkend, wat er bij Saxion voor startups wordt gedaan. Dit heeft een echte voorbeeldfunctie. Vooral de Duitse gasten, die nog niet bekend waren met Saxion, waren duidelijk verrast over de spannende mogelijkheden, die daar - slechts enkele kilometers over de grens - geboden worden. ‘ benadrukt Brill. Hij is ervan overtuigd, dat de nabijheid van Saxion, waar trouwens zo’n 1.000 Duitse jongeren studeren, ook voor bedrijven in het Westmünsterland een echt concurrentievoordeel kan zijn.

Der sehr vielversprechende Auftakt der Initiative erfolgte im Frühjahr 2022: Unter dem Stichwort: „Grenzen überschreiten” hatten der AIW und MKB Twente deutsche und niederländische Unternehmen ins Center for Entrepreneurship der Saxion Hochschule nach Enschede eingeladen, um über mögliche Ansätze des Wissenstransfers zu informieren.

Veelbelovende start

In einem kurzen Vortrag stellten Bas Olde Hampsink und Rob Reuvekamp von der Saxion die Universität und ihr Engagement in Sachen Wirtschaft, Unternehmertum und Forschung vor. Auf dem anschließenden Rundgang durch den City Campus Connect-U an der Saxion hatten die Gäste zudem die Gelegenheit, einige der Startups, die sich im Dunstkreis der Universität gegründet haben, kennenzulernen. „Es ist wirklich beeindruckend, was an der Saxion für Startups getan wird. Das hat Vorbildcharakter. Insbesondere die deutschen Gäste, die die Saxion noch nicht kannten, waren sichtlich überrascht, von den spannenden Möglichkeiten, die sich dort – nur wenige Kilometer hinter der Grenze – bieten”, betont Brill. Er ist davon überzeugt, dass die Nähe zur Saxion, Übrigens an der übrigens etwa 1.000 deutsche Auch niederländische Unternehmen, die junge Menschen studieren, auch für die Geschäfte im Westmünsterland machen, sind Unternehmen im Westmünsterland ein jederzeit im AIW willkommen. echter Wettbewerbsvorteil sein kann.

Ongedwongen sfeer

Zoals bij alle AIW bijeenkomsten was er ook volop tijd om te netwerken. Bij een hapje en drankje in ongedwongen sfeer konden Duitse en Nederlandse gasten Trouwens Lockere Atmosphäre hun indrukken over het gehoorde Ook Nederlandse ondernemers die zaken doen Zeit fürs Netzwerken gab es wie bei delen en nieuwe contacten leggen. in Westmünsterland zijn bij de AIW van allen AIW-Veranstaltungen ebenfalls `Grensoverschrijdend netwerken harte welkom. reichlich. Bei einem kleinen Essen in kan alleen werken, als iedereen lockerer Atmosphäre konnten deutsche een beetje uit zijn comfortzone und niederländische Gäste das Gehörte komt. De angst voor taalblunders miteinander vertiefen und Kontakte is vooral bij de Duitsers nog steeds knüpfen. „Grenzübergreifendes Netzwerken kann nur funktionieren, groot. Daarbij laat de ervaring zien, dat je ook met gebrekkig wenn alle ein wenig über ihren Schatten springen. Die Angst, sich schoolengels en een beetje goede wil geweldige gesprekken aufgrund fremdsprachlicher Defizite in die Nesseln zu setzen, ist kunt voeren en een echte toegevoegde waarde kunt behalen. De gerade bei den Deutschen immer noch sehr groß. Dabei zeigt die feedback over deze bijeenkomst bij Saxion was in elk geval zeer Erfahrung, dass man auch mit wackeligem Schulenglisch und ein veelbelovend, zodat ik al uitkijk naar verdere grensoverschrijdende wenig gutem Willen tolle Gespräche führen und echte Mehrwerte bijeenkomsten.’ benadrukt Brill. \ erzielen kann. Die Feedbacks, die wir für die Veranstaltung an der Saxion bekommen haben, waren jedenfalls sehr vielversprechend, sodass ich mich schon jetzt auf weitere grenzübergreifende Veranstaltungen freue”, betont Andreas Brill. \

Industriestr. 4-6, 48703 Stadtlohn / T 02563-2073-0 / www.aiw.de

Euregionale Oogzorg Euregionale Augenversorgung

/ 53

• Oogheelkundig spreekuur • Ooginjecties • Augenärztliche Sprechstunde • Augeninjektionen

OOGARTSENPRAKTIJK DENEKAMP (NL)

AUGENKLINIK AHAUS (DE)

• • • • • •

Algehele oogheelkunde Staaroperaties Glaucoombehandelingen Netvliesaandoeningen Zien zonder bril Ooglidcorrecties

• • • • • •

Allgemeine Augenheilkunde Kataraktoperationen Glaukombehandlungen Netzhauterkrankungen Sehen ohne Brille Lidchirurgie

Afspraak maken? Termin vereinbaren?

Wilt u een afspraak maken bij Augenklinik Ahaus of voor de Oogartsenpraktijk Denekamp, neem dan contact met ons op via telefoon: 085-88 82 288 Wenn Sie einen Termin in der Augenklinik Ahaus oder in der Praxis in Denekamp vereinbaren möchten, nehmen Sie gern Kontakt mit uns auf unter: Tel.02561 955 55 Oogartsenpraktijk Denekamp Augenklinik Ahaus B. V. Het Gezondheidsplein Oldenzaalsestraat 12 B 7591 GM Denekamp

Augenklinik Ahaus Am Schlossgraben 13 D-48683 Ahaus www.augenklinik.de/nl info@augenklinik.de/nl

54 /

Infotorial /

Anzeige

Het gaat om wat ons verbindt In de showroom van Global Car Company in Bad Bentheim staat wohlfühlen voorop. Tussen de jonggebruikte auto´s uit heel Europa werken Duitsers en Nederlanders samen aan een internationale strategie. Sinds 2020 doen zij dit samen met Coffee & Mind Unternehmensberatung.

Het is een goede combinatie van Duitse Gründlichkeit en de Nederlandse Lockerheit aangevuld met een mix van van knowhow, kwaliteit en plezier. ´We spreken elkaars taal, zowel letterlijk als figuurlijk.´ zegt Onno Sikkink, Manager Inkoop/Verkoop van Global Car Company. `We hebben een gemeenschappelijk doel en zijn het met elkaar eens hoe we dat doel willen bereiken. Dan maakt het niet uit welke nationaliteit je hebt. Belangrijk is dat je open-minded bent en respect hebt voor andermans denkwijze en aanpak.´ Hier knallen iedere dag beide culturen op elkaar, en wat daaruit ontstaat is succesvol teamwork en een fijne werksfeer.

Global Car Company is gespecialiseerd in de handel van jonggebruikte auto´s in een markt die op dit moment voor grote uitdagingen staat. Coffee & Mind begeleidt bedrijven bij strategische vraagstukken o.a. op het gebied van marketing en HR. `Met de juiste strategie en focus zorg je er als bedrijf voor dat je relevant bent en blijft. En dat trekt weer de juiste partners en collega´s aan. Dat is de bedrijfscultuur die wij samen hebben gebouwd´, zegt Milou Vaartjes, Adviseur bij Coffee & Mind. `We brengen het beste uit beide nationaliteiten samen en stimuleren een ieder om te doen waar hij of zij goed in is.´ `Wij merken dat het aanbod in de autohandel krapper wordt´, zegt Sikkink. `Maar wij hebben de afgelopen jaren ondanks de beperkingen veel in ons Europese netwerk en in de positionering geïnvesteerd. We hebben niet stilgezeten, noem het de Nederlandse handelsgeest of Duitse resultaatgerichtheid, maar daar plukken wij nu de vruchten van.´ `Betrouwbaarheid uitstralen is een belangrijke factor in de autobranche´, vult Vaartjes aan. ´Wij zorgen ervoor dat de juiste doelgroep bereikt wordt en dat zij deze betrouwbaarheid al voelen voordat ze het terrein in Bad Bentheim oprijden.´ \

Das Verbindende zählt Im Showroom der Global Car Company in Bad Bentheim steht das Wohlfühlen an erster Stelle. Zwischen den jungen Gebrauchtwagen aus ganz Europa arbeiten Deutsche und Niederländer gemeinsam an einer internationalen Strategie. Seit 2020 tun sie dies in Zusammenarbeit mit der Coffee & Mind Unternehmensberatung.

Es ist eine gute Kombination aus deutscher Gründlichkeit und niederländischer Lockerheit, ergänzt durch eine Mischung aus Knowhow, Qualität und Humor. „Man versteht sich blind, obwohl wir nicht die gleiche Sprache sprechen”, sagt Onno Sikkink, Manager Einkauf/ Verkauf der Global Car Company. „Wir haben ein gemeinsames Ziel und sind uns einig, wie wir dieses Ziel erreichen wollen. Es spielt keine Rolle, welche Nationalität man hat. Wichtig ist, dass man open-minded ist und die Denkweise und Herangehensweise seines Gegenübers respektiert.”

Hier prallen täglich beide Kulturen aufeinander, und das Ergebnis sind eine erfolgreiche Teamarbeit und ein tolles Arbeitsklima.

Tekst en fotografie Coffee & Mind

Kennis uit beide landen Global Car Company GmbH is een universeel autobedrijf en handelt in jonggebruikte auto´s zowel voor de particuliere markt als B2B. Het bedrijf is in 2008 opgericht door de Nederlandse moederorgansiatie Axero uit Enschede. Coffee & Mind Unternehmensberatung GmbH bestaat sinds 2018 en komt voort uit een Duits-Nederlandse samenwerking tussen de beide oprichters.

Know-how aus beiden Länder Die Global Car Company GmbH ist ein universelles Autohaus und handelt mit jungen Gebrauchtwagen für den privaten Markt sowie B2B. Das Unternehmen wurde 2008 von der niederländischen Muttergesellschaft Axero in Enschede gegründet. Die Coffee & Mind Unternehmensberatung GmbH besteht seit 2018 und geht auf eine deutsch-niederländische Kooperation der beiden Gründer zurück.

/ 55

Global Car Company ist auf den Handel mit jungen Gebrauchtwagen spezialisiert, einen Markt, der derzeit vor großen Herausforderungen steht. Coffee & Mind unterstützt Unternehmen bei strategischen Fragen in den Bereichen Marketing und HR. „Mit der richtigen Strategie und Fokus ist und bleibt ein Unternehmen relevant. Und das wiederum zieht die richtigen Partner und Kollegen an. Das ist die Unternehmenskultur, die wir gemeinsam aufgebaut haben”, sagt Milou Vaartjes, Unternehmensberaterin bei Coffee & Mind. „Wir bringen das Beste beider Nationalitäten zusammen und ermutigen jeden, das zu tun, was er am besten kann.” \

„Klar merken wir, dass das Angebot im Autohandel knapper wird”, sagt Sikkink. „Aber trotz der Einschränkungen der letzten zwei Jahre haben wir viel in unser europäisches Netzwerk und in unsere Positionierung investiert. Wir haben nicht stillgesessen, nenne es den niederländischen Handelsgeist oder die deutsche Ergebnisorientierung, aber wir ernten jetzt die Früchte dieser Arbeit.” „Zuverlässigkeit auszustrahlen ist ein wichtiger Faktor in der Automobilbranche”, fügt Vaartjes hinzu. „Wir sorgen dafür, dass die richtige Zielgruppe erreicht wird und sie diese Verlässlichkeit schon vor der Fahrt auf das Gelände in Bad Bentheim spüren.” \

Am Kathagen 17, 48455 Bad Bentheim / +49 (0)176 31160566 / www.coffeeandmind.com

56 /

Infotorial /

Anzeige

NDIX helpt grensregio aan stabiel en snel netwerk Een snelle digitale infrastructuur is voor een regio cruciaal om bedrijven aan te trekken en te behouden.

NDIX weet dat als geen ander. Het IT-bedrijf uit Enschede is al jarenlang actief op de Duitse markt.

NDIX is samen met Stadt Münster druk bezig een groot gedeelte van de bedrijventerreinen in die stad aan te sluiten op het glasvezelnetwerk. >

NDIX sorgt für stabiles und schnelles Netz in der Grenzregion Eine schnelle digitale Infrastruktur ist entscheidend, wenn es darum geht, Unternehmen für eine Region anzuwerben und zu behalten. NDIX weiß das wie kein anderer. Das IT-Unternehmen aus Enschede ist seit Jahren auf dem deutschen Markt aktiv. Gemeinsam mit der Stadt Münster ist NDIX derzeit damit beschäftigt, einen großen Teil der städtischen Gewerbegebiete an das Glasfasernetz anzuschließen. >

Tekst Jochem Vreeman / Fotografie Lars Smook

/ 57

Over NDIX NDIX startte in 2001 als spin-off bedrijf van de Universiteit Twente. Het bedrijf telt zo’n veertig medewerkers. De aandeelhouders zijn Oost NL, Holding Technopolis Twente en Stadtwerke Münster GmbH. NDIX is actief in de zakelijke markt en sluit Nederlandse en Duitse klanten aan op haar eigen glasvezelnetwerk. Dit doet NDIX niet alleen in Nederland en Duitsland. In feite kan iedere locatie wereldwijd op dit netwerk worden aangesloten.

Über NDIX NDIX wurde 2001 als Spin-off Unternehmen der Universität Twente gegründet.

Das Unternehmen beschäftigt rund 40 Mitarbeiter. Die Gesellschafter sind Oost NL, Holding Technopolis Twente und Stadtwerke Münster GmbH. NDIX ist im Geschäftsmarkt tätig und schließt niederländische und deutsche Kunden an das eigene Glasfasernetz an. Dies geschieht nicht nur in den Niederlanden und Deutschland: Tatsächlich kann weltweit jeder Standort an dieses Netz angeschlossen werden.

Kathy Gaalman, Dennis Snijder en Guido Möllers bij NDIX in Enschede | Kathy Gaalman, Dennis Snijder und Guido Möllers bei NDIX in Enschede

58 /

Infotorial /

Anzeige

Dennis Snijder, senior account- en business development manager bij NDIX, werkt al zo’n elf jaar bij het bedrijf en is even zo lang actief in de Duitse markt. ‘Duitsland is met een gigantische inhaalslag bezig rondom glasvezelnetwerken. Het is mooi, dat wij daarbij kunnen helpen. Dat doen we samen met investeerders. Nederland is maar een klein landje, qua oppervlakte en inwoneraantal vergelijkbaar met de deelstaat Noordrijn-Westfalen. We hebben hier geen bergen én geen gefragmenteerde besluitvorming van de overheid bij dit soort thema’s. Glasvezel aanleggen is hier daardoor een stuk eenvoudiger. Dat wordt in Nederland allemaal op landelijk niveau bepaald. In Duitsland zijn er wat meer hobbels, maar die worden nu in sneltreinvaart overwonnen.’

Dataverkeer als goudtransport Guido Möllers uit Steinfurt heeft een achtergrond in de telecommunicatie en is nu zo’n 2,5 jaar actief voor NDIX in Münster.

‘Het project in Münster, waarin wij de kar trekken, heet GigabitCity.

We breiden ook uit naar onder andere Gronau, Emsdetten, Nordhorn en Greven. We sluiten meer dan 750 bedrijven gratis aan op het glasvezelnetwerk. Stabiele en snelle data-uitwisseling is crucialer dan ooit én noodzakelijk voor het vestigingsklimaat voor bedrijven. Vooral in Münster groeit het aantal startups en techbedrijven snel. Voor hen gaat het om veel meer dan een snellere internettoegang. Dankzij het Next Generation Access (NGA)netwerk kunnen we betrouwbare en vooral veilige verbindingen leggen, onafhankelijk van het internet. Deze bedrijven hoeven dus geen VPN-verbinding meer te gebruiken, waarbij je nooit weet

Dennis Snijder, Senior Account- und Business Development Manager bei NDIX, ist schon seit rund elf Jahren für das Unternehmen tätig und genau so lange auch auf dem deutschen Markt aktiv. „In Deutschland vollzieht sich momentan ein gigantischer Aufholprozess im Bereich der Glasfasernetzwerke. Es ist großartig, dass wir dabei helfen können. Das tun wir gemeinsam mit Partnern und Investoren.

Die Niederlande sind – was Fläche und Einwohnerzahl angeht - kleiner als Deutschland. Vergleichbar mit dem Bundesland NordrheinWestfalen. Es gibt hier keine Hürden und in diesen Themenbereichen auch keine fragmentierten politischen Entscheidungsprozesse. Die Verlegung von Glasfaserkabeln ist dadurch wesentlich einfacher. In den Niederlanden wird dies alles auf nationaler Ebene entschieden. In Deutschland gibt es ein paar Hindernisse, aber die werden derzeit in rasantem Tempo überwunden.”

Datenverkehr als Goldtransport Guido Möllers aus Steinfurt kommt aus der Telekommunikation und ist seit ungefähr zweieinhalb Jahren für NDIX in Münster aktiv. „Neben Münster betreiben wir ähnliche Netze in Gronau, Emsdetten, Nordhorn und Greven. Wir schließen über 750 Unternehmen kostenlos an das Glasfasernetz an. Stabiler und schneller Datenverkehr ist wichtiger denn je und dazu unerlässlich für das Wirtschaftswachstum. Vor allem in Münster nimmt die Anzahl der Startups und Tech-Unternehmen schnell zu. Für sie geht es um viel mehr als nur um einen schnelleren Internetzugang. Dank des NextGeneration-Access (NGA)-Netzes können wir zuverlässige und vor allem sichere Verbindungen herstellen, unabhängig vom Internet. Die Unternehmen sind nicht mehr auf VPN-Verbindungen angewiesen, bei denen man nie weiß, wer mitlesen kann. Ich vergleiche es immer

Zuiderval 64, 7543 EZ Enschede / T 053 711 41 50 / www.ndix.net

wie er meekijkt. Ik vergelijk het altijd met het verplaatsen van een voorraad goud. Als je een VPN-verbinding gebruikt, stop je dat goud in een beveiligde auto en hoop je maar, dat die niet overvallen wordt. Je weet bovendien niet wie er rijdt, welke route er wordt genomen en hoe lang het duurt voordat de auto aankomt. Wij bouwen een speciale route tussen locaties waar niemand anders bij kan en waarbij we precies weten, hoe lang de rit duurt.’

Steeds minder stropdassen Snijder en Möllers kennen de IT-wereld aan beide zijden van de grens inmiddels door en door. Dat geldt ook voor de cultuur en de manier waarop er wordt samengewerkt. Ze zien interessante verschillen en overeenkomsten. Snijder: ‘Het duurt langer om met Duitse klanten tot een contract te komen. Alles moet tot op de bodem worden uitgezocht. Maar als de handtekening eenmaal gezet is, is de Duitse klant veel trouwer. Afspraak is afspraak. In Nederland kan na ondertekening opeens nog van alles veranderen en gaan klanten soms voor een luttel bedrag naar de concurrent.

Ook het beeld, dat het in Duitsland allemaal een stuk hiërarchischer is, verandert. Ik zie steeds minder stropdassen. Dat komt ook door de opkomst van al die jonge tech-bedrijven.’ Möllers: ‘Dat herken ik. Toch blijft de mentaliteit verschillend, maar dat maakt samenwerken juist leuk. Zo’n Duitse startup denkt goed na over elke stap en plant alles zorgvuldig. Een Nederlandse startup verzint voortdurend nieuwe ideeën en kijkt dan verder. We kunnen leren van de verschillen en ik hoop dat dat zo blijft, ook binnen NDIX.’ \

mit dem Transport eines Goldvorrats. Mit einer VPN-Verbindung lädt man das Gold in einen gesicherten Transportwagen und hofft, dass er nicht überfallen wird. Man kennt zudem den Fahrer nicht, weiß nicht welche Route genommen wird und wie lange die Fahrt dauert.

Wir bauen eine spezielle Route zwischen den Standorten, die für niemand sonst zugänglich ist und wir wissen genau, wie lange die Fahrt dauern wird.”

Immer weniger Krawatten Snijder und Möllers kennen die IT-Welt an beiden Seite der Grenzen mittlerweile durch und durch. Das gilt auch für die Kultur und die Art und Weise, wie zusammengearbeitet wird. Sie sehen interessante Unterschiede und Gemeinsamkeiten. Snijder: „Mit deutschen Kunden dauert es länger, bis es zum Vertragsabschluss kommt. Alles muss bis ins letzte Detail geprüft werden. Aber wenn die Unterschrift einmal gesetzt ist, erweist sich der deutsche Kunde als wesentlich loyaler.

Ein Deal ist ein Deal. In den Niederlanden können sich die Dinge auch nach der Unterschrift noch plötzlich ändern, oder Kunden wechseln wegen eines geringen Betrags manchmal zum Konkurrenten.

Auch das Bild, dass in Deutschland alles viel hierarchischer zugeht, verändert sich. Ich sehe immer weniger Krawatten. Das kommt auch durch den Vormarsch der jungen Tech-Unternehmen.”

Möllers: „Das sehe ich ähnlich. Trotzdem gibt es noch immer Mentalitätsunterschiede, aber dadurch macht die Zusammenarbeit gerade so viel Spaß. Ein deutscher Startup-Unternehmer denkt gut über jeden einzelnen Schritt nach und plant alles sorgfältig. Ein niederländischer kommt immerzu mit neuen Ideen und schaut dann weiter. Wir können aus den Unterschieden viel lernen, und ich hoffe, dass das so bleibt, auch bei NDIX.” \

/ 59

FC Twente

FC Twente

Focus op de Duitse markt

Den deutschen Markt im Fokus

Na een aantal moeilijke jaren heeft FC Twente haar weg omhoog weer gevonden. Door hulp van supporters en sponsoren kon aan de wederopbouw worden begonnen.

Op de weg terug focust FC Twente zich ook op de Duitse markt. Binnenkort is informatie over FC Twente op de online- en offlinekanalen van FC Twente ook weer in het Duits te lezen en zal er meer aandacht gegeven worden aan Duitse bedrijven. Daarnaast speelt de geografische nabijheid van de club en het stadion “De Grolsch Veste” tot Duitsland een belangrijke rol.

Den FC Twente prägt eine Vergangenheit mit vielen Höhen und Tiefen. Nach der Gründung im Jahr 1965 folgten die „goldenen 70er“, in denen viele nationale Titel gewonnen werden konnten, und auch international war der FC Twente ein Begriff. Der absolute Höhepunkt der Vereinsgeschichte war der Gewinn der niederländischen Meisterschaft im Jahr 2010 mit den darauffolgenden Jahren in den internationalen Wettbewerben. Nur wenige Jahre später kämpfte man mit Lizenzproblemen und einer finanziellen Krise. Diese Krise gipfelte 2018 in dem Abstieg in die zweite niederländische Liga. Nur ein Jahr später gelang der direkte Wiederaufstieg und seitdem ist man sowohl sportlich als auch finanziell auf dem Weg zurück zu alter Stärke.

Skybox „Duitse Tukkers“ De Grolsch Veste beschikt in totaal over 55 skyboxen. Een skybox, die naar eigen wens ingericht mag worden, is ideaal om samen met klanten of zakelijke partners de wedstrijden van FC Twente te bezoeken. >

Auf dem Weg zurück zu alter Stärke legt der FC Twente seinen Fokus auch wieder auf den deutschen Markt. In Zukunft werden Inhalte auf der Website und in den sozialen Medien auch in deutscher Sprache zu lesen sein. Auch die geografische Nähe des Vereins und des Stadions „De Grolsch Veste“ zu Deutschland spielt eine wichtige Rolle.

Skybox „Duitse Tukkers“ Das Stadion des FC Twente verfügt über insgesamt 55 Skyboxen.

Eine Skybox ist eine VIP-Loge, in der ein Fußballspiel zu einem neuen Erlebnis wird. Die nach eigenen Wünschen eingerichtete Loge eignet sich hervorragend, um das Spiel zusammen mit Kollegen, Kunden oder Partnern zu verfolgen. So wird es auch von einigen deutschen Firmen aus dem Raum Gronau, Ahaus und Heek getan.

Seit mehreren Jahren besteht die Skybox „Duitse Tukkers“, benannt nach den Einwohnern aus der Region Twente, den „Tukkers“. Waren es bis zur Saison 2020/21 noch drei Firmen, die jeweils drei Plätze in der Loge abnehmen, konnten im Laufe der Saison 2021/22 drei weitere Firmen begrüßt werden. So treffen an Spieltagen immer wieder neue Menschen aufeinander. „Für uns ist es einfach eine großartige Möglichkeit, um Kunden oder Geschäftspartner einzuladen. Für sie ist es oftmals auch eine neue, aber sicherlich positive Erfahrung“, erklärt ein Gast der Skybox. Auch um die Verpflegung muss sich nicht gekümmert werden. Speisen werden im Laufe des Spiels serviert und auch nach dem Spiel können auf Wunsch weitere niederländische Spezialitäten bestellt werden.

Die luxuriösen Businessplätze vor der Loge runden den Spieltag zu einem einzigartigen Fußballerlebnis ab. Sowohl vor als auch nach dem Spiel machen es sich die Gäste der Skybox in der Loge bequem.

Verschiedene Sitzmöglichkeiten und eine Bar sorgen dafür, dass die Gäste sich wohlfühlen und in Ruhe mit anderen Gästen unterhalten können. „Neben der Tatsache, dass man neue Leute trifft, >

Tekst FC Twente / Fotografie FC Twente

60 /

Infotorial /

Anzeige

Zo wordt het ook door een aantal Duitse bedrijven gedaan uit de regio Gronau, Ahaus en Heek. Sinds enkele jaren bestaat de skybox “Duitse Tukkers”. Tot en met het seizoen 2020/2021 waren het nog drie bedrijven die elk drie stoelen in de skybox afnamen. Gedurende het seizoen 2021/2022 werden drie nieuwe bedrijven verwelkomd.

Op wedstrijddagen komen elke keer nieuwe ondernemers bijeen en beleven ze samen de wedstrijd.

“Voor ons als bedrijf is het een uitstekende manier om klanten of zakelijke partners uit te nodigen. Voor hen is het meestal ook een nieuwe, maar zeker een positieve ervaring”, vertelt een lid van de skybox. Ook de catering wordt van top tot teen verzorgd door de club. Gedurende de wedstrijd wordt het eten in de skybox geserveerd en kunnen na de wedstrijd nog andere Nederlandse specialiteiten besteld worden. De luxe business-seats maken de wedstrijd af tot een unieke voetbalervaring. Zowel voor als na de wedstrijd kunnen de gasten in de skybox onder het genot van een drankje met elkaar in gesprek. Verschillende zitmogelijkheden, de bar en de gezellige sfeer zorgen ervoor, dat de gasten in alle rust met elkaar kunnen praten. “Naast het feit dat je nieuwe mensen

ontmoet, is het bovenal ook een gezellig uitje”, benadrukt een ander lid van de skybox.

Netwerk van FC Twente Naast het afnemen van een skybox zijn er meerdere mogelijkheden om het zakelijke netwerk uit te breiden bij FC Twente. Zo zijn er twee businessgeledingen bij FC Twente: de “Twentse Ondernemers Sociëteit” (TOS) en de “Talent Group Twente” (TGT).

De businessclubs zijn ideaal om nieuwe mensen te ontmoeten, te netwerken, kennis en ervaring uit te wisselen en gezamenlijk de club te steunen. Het is mooi om te zien dat ook bedrijven uit Duitsland aansluiten bij de businessgeledingen. FC Twente beschikt hierdoor over een internationaal netwerk, met zelfs een Duitse stersponsor: GGM Gastro. In het verleden zijn vaker samenwerkingen ontstaan tussen bedrijven die via FC Twente en de businessclubs in contact kwamen, waaronder ook samenwerkingen tussen Duitse en Nederlandse bedrijven. De club is altijd bereid om als tussenpersoon op te treden en bedrijven met elkaar in contact te brengen, zowel in de Duitse- als Nederlandse taal. \

/ 61

ist es immer noch ein toller Ausflug, der immer wieder Spaß macht“, betont ein weiterer Gast der Skybox.

Das FC Twente-Netzwerk Neben der Möglichkeit, eine Skybox zu mieten, gibt es noch weitere Möglichkeiten, sein Netzwerk zu erweitern oder eigene geschäftliche Kontakte zu pflegen. Die „Twentse Ondernemers Sociëteit“, kurz TOS, ist der größte Businessclub des FC Twente und dazu die größte Sport- und Businessplattform der Ost-Niederlande, dem sich sowohl niederländische als auch deutsche Firmen angeschlossen haben. An Heimspieltagen trifft man in der

„Hatrans Plaza“, einer weiteren Loge im Stadion, auf viele andere Mitglieder und kommt mit unterschiedlichen Menschen ins Gespräch. Auch außerhalb der Spieltage werden Veranstaltungen organisiert, ideal, um Erfahrungen auszutauschen und andere Mitglieder näher kennenzulernen.

FC Twente verfügt somit über ein internationales Netzwerk und hat mit GGM Gastro aus Ochtrup sogar einen großen Sponsor aus Deutschland in den eigenen Reihen. Der Verein ist jederzeit bereit, eine vermittelnde Instanz innerhalb des eigenen Netzwerks zu sein, und stellt auf Wunsch Kontakte zwischen niederländischen und/oder deutschen Firmen her und hat dies in der Vergangenheit bereits öfter getan.

Stadion „De Grolsch Veste“ Das Stadion des FC Twente fasst insgesamt 30.000 Zuschauer. Mit 28.000 Zuschauern im Schnitt ist die Spielstätte des Vereins jedes Heimspiel nahezu ausverkauft. Auch außerhalb der Spieltage wird die „Grolsch Veste“ genutzt. Verschiedene Räumlichkeiten können für Seminare, Tagungen und Messen, aber auch für betriebliche Feierlichkeiten verwendet werden. Ausgestattet mit allen nötigen technischen Voraussetzungen und einer einzigartigen Ausstrahlung, sorgen die Mitarbeiter der Abteilung Meeting & Events für einen reibungslosen Ablauf. \

Colosseum 65, 7451 PP Enschede / T 053 852 55 25 / www.fctwente.nl

62 /

Infotorial /

Anzeige

Mit fünf Standorten im Westmünsterland, ca. 200 Mitarbeiterinnen und Mitarbeitern und einem ganzheitlichen Ansatz in den Bereichen Wirtschaftsprüfung, Steuern, Recht und Notariat hat sich die Kanzlei FP Freckmann & Partner in den vergangenen Jahrzehnten sowohl bei deutschen als auch bei niederländischen Unternehmen als kompetenter Partner etabliert.

FP Freckmann & Partner setzt auf ganzheitliche Beratung.

Gut beraten von der Gründung bis zur Übergabe „Wir beraten und unterstützen Unternehmen in sämtlichen Phasen von der Gründung bis zur Übergabe. Wirtschaftsprüfer, Steuerberater, Rechtsanwälte und Notare arbeiten bei uns Hand in Hand, sodass wir unsere Mandantinnen und Mandaten wirklich vollumfänglich in allen unternehmerischen Belangen begleiten können. So bekommen wir einen sehr guten Gesamtüberblick, der uns in vielen Situationen dabei hilft, Impulse zu geben, mit denen wir erheblich zum wirtschaftlichen Erfolg der Unternehmen beitragen können“, betont Kanzleipartner Heiner Schwaaf.

FP Freckmann & Partner berät Unternehmen aller Rechtsformen, Freiberufler, Handwerksbetriebe, Kommunen und Existenzgründer.

In jedem Fall steht die persönliche und dauerhafte Beziehung zu den Mandantinnen und Mandanten im Vordergrund: „Wir verstehen uns als partnerschaftlicher Ratgeber für Unternehmer und Privatpersonen. Vertrauen, Kontinuität in der Betreuung und natürlich auch die entsprechende Kompetenz sind dabei unabdingbar. So haben wir in den vergangenen Jahrzehnten die Basis für viele sehr langfristige Mandantenbeziehungen gelegt.

Und es werden von Jahr zu Jahr mehr“, freut sich Dipl.-Kfm. André Geller, der als Partner am Standort Borken immer wieder auch für niederländische Unternehmen im Einsatz ist, und Kanzleipartner Dipl.-Kfm. Olaf Brockmeyer ergänzt: „Aufgrund der räumlichen Nähe sind viele gute, persönliche Kontakte in die Niederlande entstanden. Wir haben Kooperationen mit Kanzleien vor Ort und können somit auch Unternehmerinnen und Unternehmer aus den Niederlanden ganzheitlich betreuen.“ Auch wenn im Laufe der Jahre die Beratung in allen möglichen relevanten unternehmerischen Fragen bei FP Freckmann & Partner

immer mehr Raum eingenommen hat, steht die Kanzlei ihren Mandanten nach wie vor bei Jahresabschlüssen, Steuerklärungen sowie im Bereich der Finanz- und Lohnbuchhaltung aktiv zu Seite.

Um dabei stets auf dem aktuellen Stand zu bleiben, verfolgt FP Freckmann & Partner eine konsequente Fort- und Weiterbildungsstrategie. „Dadurch, dass sich Rahmenbedingungen und Gesetze ändern, sind die vielfältigen Themenbereiche, in denen wir unsere Mandantinnen und Mandanten beraten und unterstützen, praktisch ständig im Wandel. Darauf stellen wir uns mit einer Vielzahl interner und externer Schulungen ein. Das hilft uns als Kanzlei, aber auch unseren Mitarbeiterinnen und Mitarbeitern, denen wir so immer wieder attraktive Möglichkeiten zu persönlichen, beruflichen Weiterentwicklung bieten können“, erklärt Kanzleipartner Gerd Steffen Mohnfeld. \

Dipl.-Kfm. Heiner Schwaaf Wirtschaftsprüfer, Steuerberater

Text Michael Terhörst / Fotografie oben AdobeStock/bongkarn, unten Freckmann & Partner

Dipl.-Kfm. André Geller Wirtschaftsprüfer

/ 63

FP Freckmann & Partner vertrouwt op alomvattend advies.

Met vijf vestigingen in het Westmünsterland, circa 200 medewerkers en een integrale aanpak van accountancy, fiscale, juridische en notariële diensten heeft het kantoor FP Freckmann & Partner zich in de afgelopen decennia bewezen als een deskundige partner voor zowel Duitse als Nederlandse bedrijven.

Goed advies van start tot overdracht Wij adviseren en ondersteunen ondernemingen in alle fases, van de oprichting tot aan de overdracht. Accountants, belastingadviseurs, advocaten en notarissen werken bij ons intensief samen, zodat wij onze cliënten integraal in alle zakelijke belangen kunnen begeleiden. Dit geeft ons een goed totaaloverzicht, dat ons in veel situaties helpt om impulsen te geven, die een aanzienlijke bijdrage kunnen leveren aan het economisch succes van de bedrijven.’ benadrukt kantoorpartner Heiner Schwaaf.

FP Freckmann & Partner adviseert ondernemingen in alle rechtsvormen, freelancers, ambachtelijke bedrijven, gemeenten en startende bedrijven. In alle gevallen staat de persoonlijke en duurzame relatie met de cliënten op de voorgrond: `Wij zien onszelf als een partner-adviseur voor ondernemer en

Dipl.-Kfm. Olaf Brockmeyer Wirtschaftsprüfer, Steuerberater

Gerd Steffen Mohnfeld, LL.M. Rechtsanwalt, Notar

particulieren. Vertrouwen, continuïteit in de ondersteuning en uiteraard ook de vereiste deskundigheid zijn daarbij absoluut onmisbare factoren. Op die manier hebben wij in de afgelopen decennia de basis gelegd voor veel langdurige cliëntrelaties. En het worden er elk jaar meer’, zo is de verheugde constatering van bedrijfskundige André Geller, die als partner in de vestiging Borken ook regelmatig voor Nederlandse ondernemingen werkt. Kantoorpartner en bedrijfskundige Olaf Brockmeyer vult aan: `Door de geografische nabijheid zijn er in Nederland veel goede en persoonlijke contacten ontstaan.

We werken samen met lokale kantoren en kunnen op deze wijze ook aan Nederlandse ondernemers complete ondersteuning bieden.’

Hoewel de advisering over uiteenlopende relevante ondernemersvragen door de jaren heen steeds meer ruimte heeft ingenomen, staat het kantoor FP Freckmann & Partner zijn cliënten ook nog steeds bij jaarrekeningen, belastingaangiftes en bij financiële en salarisadministratie actief ter zijde.

Om daarbij steeds op de hoogte te blijven van de nieuwste ontwikkelingen hanteert FP Freckmann & Partner een consistent scholings- en ontwikkelingsbeleid. `Doordat randvoorwaarden en wetten veranderen, zijn de vele verschillende gebieden, waarop wij onze cliënten adviseren en ondersteunen, vrijwel voortdurend in beweging. Daarop spelen wij in met een groot aantal aan interne en externe opleidingen. Dat helpt ons kantoor, maar ook onze medewerkers, die we op deze manier telkens weer attractieve mogelijkheid kunnen bieden om zich professioneel en persoonlijk te ontwikkelen,’ zo legt kantoorpartner Gerd Steffen Mohnfeld uit. \

Dülmener Str. 92, 48653 Coesfeld / T 02541 / 915 - 01 / Weitere Standorte: Dülmen, Brilon, Lüdinghausen, Borken / www.fp.nrw

FRECKMANN & PARTNER KANZLEI FÜR STEUERN UND RECHT

64 /

Infotorial /

Anzeige

Over de grens werken of ondernemen?

Beperk je risico’s met het juiste verzekeringspakket Bedrijven en organisaties die grensoverschrijdend opereren hebben verzekeringstechnisch met grote verschillen in de wetgeving te maken. En dat kan leiden tot onaangename verrassingen. Om dat te voorkomen, werken Gerrit Jan Overbeek en Huub Scharenborg als samenwerkingspartners van Scharenborg Bedrijfsverzekeraars in Enschede nauw samen met Stefan Karkossa van Allianz Generalvertretung KARKOSSA OHG in Bad Bentheim.

Grensoverschrijdend werken of ondernemen is er in vele vormen.

Je bedrijf verhuist bijvoorbeeld over de grens, je bouwt nieuwe vestigingen in het buurland of je hebt personeel dat over de grens woont. En dan kun je tegen bijzondere vraagstukken aanlopen.

Kwesties die nooit eerder aan de orde waren.

Overbeek, Scharenborg en Karkossa maken je bewust van de risico’s én ze dekken ze af.

Overbeek: ‘Ik doe al meer dan twintig jaar zaken met Allianz Generalvertretung KARKOSSA OHG. Eerst met vader Reinhard Karkossa en sinds 2000 met zijn zoon Stefan. Toen Scharenborg en ik gingen samenwerken, zetten we die samenwerking gezamenlijk voort. En door de toenemende globalisering groeit de vraag naar onze gezamenlijke diensten.’

Welk risico wil en kun je dragen?

‘Het belangrijkste is dat klanten zonder zorgen kunnen ondernemen’, zegt Karkossa. ‘Daarom is onze eerste stap altijd het analyseren van de bedrijfsrisico’s en af te wegen welke je moet verzekeren omdat je de mogelijke schade niet zelf kunt of wilt dragen. Vervolgens zoeken we daar het best passende verzekeringspakket bij, van een Nederlandse en/of een Duitse verzekeraar.’ >

Grenzüberschreitend arbeiten oder Geschäfte machen?

Reduzieren Sie Ihre Risiken mit dem richtigen Versicherungspaket Unternehmen und Organisationen, die grenzüberschreitend aktiv sind, stoßen auf große Unterschiede im Versicherungsrecht. Und das kann zu unangenehmen Überraschungen führen. Um das zu vermeiden, arbeiten Gerrit Jan Overbeek und Huub Scharenborg als Kooperationspartner von SCHARENBORG BEDRIJFSVERZEKERAARS in Enschede, einem auf Unternehmensversicherungen spezialisierten Makler, eng zusammen mit Stefan Karkossa von der Allianz Generalvertretung KARKOSSA OHG in Bad Bentheim.

Es gibt viele Formen, grenzüberschreitend zu arbeiten oder Geschäfte zu machen. So kann ein Unternehmen beispielsweise ins Nachbarland übersiedeln, eine neue Niederlassung jenseits der Grenze eröffnen oder Personal aus dem Nachbarland beschäftigen.

Tekst Petra Lubbers / Fotografie Lars Smook

Und das kann zu besonderen Fragestellungen und Problemen führen. Overbeek, Karkossa und Scharenborg weisen auf die Risiken hin und decken sie gleichzeitig ab.

Overbeek: „Schon seit über 20 Jahren arbeite ich mit der Allianz Generalvertretung KARKOSSA OHG geschäftlich zusammen.

Zunächst mit Vater Reinhard Karkossa und seit 2000 mit seinem Sohn Stefan. Nach Beginn meiner Partnerschaft mit Scharenborg setzten wir diese Zusammenarbeit gemeinsam fort. Und aufgrund der zunehmenden Globalisierung wächst die Nachfrage nach unseren gemeinschaftlichen Dienstleistungen.”

Welches Risiko wollen und können Sie eingehen? „Das Wichtigste ist, dass Gewerbekunden möglichst unbesorgt ihren Geschäften nachgehen können”, sagt Karkossa. „Darum ist unser erster Schritt immer die Analyse der Geschäftsrisiken und die Überlegung, welche davon existenziell sind und versichert werden sollten. Danach schauen wir, welches Versicherungspaket dazu passt.

Und der Unternehmer entscheidet letztendlich, welchen potenziellen Schaden das Unternehmen selbst tragen kann oder will.” >

/ 65

66 /

Infotorial /

Anzeige

De vraag naar internationale samenwerking op gebied van verzekeringen groeit door de toenemende globalisering.

Die Nachfrage nach internationaler Zusammenarbeit im Versicherungswesen wächst aufgrund der zunehmenden Globalisierung.

‘Door de verschillende wetgeving in Nederland en Duitsland moet je goed onderzoeken welke zaken je verzekert’, vult Scharenborg aan.

‘We hebben een EU, maar de wetten van alle deelnemende landen zijn totaal verschillend. Dat zie je vooral bij de aansprakelijkheids- en rechtsbijstandsverzekeringen.’

„Aufgrund der unterschiedlichen Gesetzgebung in den Niederlanden und Deutschland ist es wichtig, genau zu prüfen, was Sie versichern.” ergänzt Scharenborg. „Wir haben zwar eine EU, aber die nationalen Gesetze der Länder sind total unterschiedlich. Das merkt man insbesondere in der Haftpflicht- oder Rechtsschutzversicherung.”

‘Maar het wordt nog ingewikkelder’, vervolgt Karkossa. ‘Want als je pand bijvoorbeeld polystyreen bevat, dan sijpelen de verbrande resten daarvan met het bluswater de bodem in. De daaruit voortvloeiende milieuschade wordt in Duitsland gedekt door de brandverzekering, als onderdeel van de saneringskosten. In Nederland heb je daar een aparte milieuschadeverzekering voor nodig.’

Verschil in wetgeving vraagt om experts uit beide landen Overbeek: ‘Een ander voorbeeld is dat een werkgever in Nederland een zieke werknemer minimaal twee jaar (gedeeltelijk) moet doorbetalen. De werkgever kan zich tegen dat risico verzekeren.

In Duitsland is dat heel anders geregeld. Dit soort voorbeelden maakt het noodzakelijk dat wij internationaal samenwerken.

Scharenborg en Overbeek met kennis van de Nederlandse wetgeving en Allianz Generalvertretung KARKOSSA OHG met Duitse expertise en ervaring.’

„Aber es wird noch komplizierter”, fährt Karkossa fort. „Denn wenn in ihrem Betriebsgebäude beispielweise Styropor verbaut wurde und Reste davon nach einem Brand mit dem Löschwasser in den Boden sickern, werden die daraus resultierenden Umweltschäden in Deutschland über die Feuerversicherung im Rahmen der Dekontaminationskosten gezahlt. In den Niederlanden brauchen Sie dafür eine separate Umweltschadenversicherung.”

Unterschiede in der Gesetzgebung erfordern Experten aus beiden Ländern Overbeek: „Ein anderes Beispiel ist, dass ein niederländischer Arbeitgeber einen kranken Mitarbeiter mindestens zwei Jahre (teilweise) weiterbezahlen muss. Der Arbeitgeber kann sich gegen dieses Risiko versichern. In Deutschland ist das ganz anders geregelt. Beispiele wie diese machen es notwendig, dass wir international zusammenarbeiten: Scharenborg und Overbeek mit den Kenntnissen der niederländischen Gesetzgebung und die Allianz Generalvertretung KARKOSSA OHG mit deutscher Expertise und Erfahrung.”

‘Die experts moeten regelmatig zaken met elkaar afstemmen’, aldus Scharenborg. ‘En dat doen we. Om de risico’s te minimaliseren en om dubbele verzekeringen te voorkomen. En om ervoor te zorgen dat iedereen zorgeloos over de grens kan werken en ondernemen.’ \

Hogelandsingel 9, 7512 GA Enschede / T +31 053 480 0120 / www.onderneemzeker.nl Südstraße 60, 48455 Bad Bentheim / T +49 5922 9025-0 / www.allianz-karkossa.de

„Diese Experten müssen sich regelmäßig untereinander abstimmen.” so Scharenborg. „Genau das tun wir, um Risiken zu minimieren und Doppelversicherungen zu vermeiden. Und um dafür zu sorgen, dass jeder unbesorgt über die Grenze hinweg arbeiten und Geschäfte machen kann.” \

/ 67

Hand in hand naar Duitsland Gemeinsam den deutschen Markt erobern Maarten Vazquez, eigenaar van digitaal marketingbureau Kemari, en Jeroen Pronk, directeur van Abro Projectafbouw, hebben elkaar gevonden.

Met hun beide bedrijven uit Enschede zijn zij klaar om de Duitse markt te betreden. In die ambitie trekken zij samen op.

Over Kemari Digitaal marketingbureau Kemari, voorheen Vazquez, loopt middenin de digitale revolutie voorop met zijn strategie.

Het bedrijf focust zich op de volgende generaties, de klant van morgen. Die bereik je niet meer met een algemene campagne. Kemari creëert communities, fans van een merk.

Über Kemari Online Marketing Agentur Kemari, früher Vazquez, hat mitten in der digitalen Revolution eine Führungsposition mit ihrer Marketingstrategie erreicht. Das Unternehmen richtet sich an die nächsten Generationen, die Kunden der Zukunft. Die sind nicht mehr mit einer allgemeinen Kampagne zu erreichen.

Kemari entwickelt Communities, kreiert Markenfans.

Tekst Jochem Vreeman / Fotografie Stefan Schipper

Maarten Vazquez, Inhaber der Online Marketing Agentur Kemari, und Jeroen Pronk, Geschäftsführer von Abro Projectbouw (Innenausbau), haben einander gefunden. Beide stehen mit ihren beiden Unternehmen in Enschede auf der Schwelle des Zutritts zum deutschen Markt. Mit diesem Ziel vor Augen gehen sie gemeinsam voran.

Die gemeinschaftliche Flagge steht schon da. Am Seestern in Düsseldorf sind Vazquez und Pronk momentan vollauf mit der Einrichtung von circa 250 Quadratmetern Büroräumen beschäftigt.

Pronk: „Damit nehmen unsere Ziele nun echt tastbare Formen an und das ist einfach super.”

Pronk, verheiratet mit einer Deutschen und wohnhaft im deutschen Gronau, träumt schon seit Jahren von diesem Schritt.

Over Abro Projectbouw Abro Projectbouw heeft zo’n 130 man in dienst. Het team van specialisten houdt zich in de kantoor-, winkel- en horecamarkt bezig met het hele traject van 3D-tekening tot volledige afwerking, interieurbouw en aankleding.

Über Abro Projectbouw Abro Projectbouw hat rund 130 Mitarbeiter. Ein Team von Spezialisten ist mit dem gesamten Spielfeld des Büro-, Geschäfts- und Gastronomiemarkts beschäftigt, vom 3D-Entwurf bis hin zur vollständigen Ausführung, sowie Innenausbau und Dekoration.

/ 69

De gezamenlijke vlag staat er al. Aan de straat Am Seestern in Düsseldorf zijn Vazquez en Pronk momenteel druk bezig met de inrichting van zo’n 250 vierkante meter kantoorruimte. Pronk: ‘Daarmee begint onze ambitie echt tastbaar te worden en dat is ontzettend tof.’

Pronk, die een Duitse vrouw heeft en in het Duitse Gronau woont, droomt er al jaren van deze stap te zetten. ‘De Duitse markt voor woning- en kantoorinrichting is anders dan in Nederland. Ik houd van de Duitse aanpak. Alles is grondig en punctueel. Tegelijkertijd zie je dat Duitsland iets achterloopt op Nederland als het gaat om innovatie in projectafbouw en -inrichting. Ons concept (zie kader, red.) vertalen we onder de vlag Prozap Projektpartner naar de Duitse situatie en regelgeving. Ik weet dat veel Nederlandse bedrijven nadenken over de stap naar Duitsland, maar het niet aandurven. Wij gaan het doen. Maar dat kan ik niet alleen. Daarvoor heb ik Maarten nodig.’

Bruggenbouwer De twee ondernemers zien soms wat gefronste wenkbrauwen als ze over hun Duitse missie vertellen. Een marketingbureau en een afbouwbedrijf samen, is dat niet gek? Maarten: ‘In ons geval niet.

Natuurlijk zijn we totaal verschillend, maar we vullen elkaar ook aan.

Jeroen ondersteunt ons bovendien qua huisvesting in Duitsland en op ondernemersniveau sparren we. Het concept met Kemari is dat we Champions League willen spelen, zoals we dat noemen. Dat doe je in Europa. We behoren in onze sector tot de snelst groeiende bedrijven in Nederland. Die groei laat zien dat ons concept werkt.

Ook in Duitsland, daar ben ik van overtuigd. We bouwen het merk Prozap daar zorgvuldig op met onze digitale tools en vervullen daarmee een brugfunctie naar de Duitse markt.’

Nonnen van Vught Dat het duo zijn ambitie serieus neemt, was recent ook op een ander gebied te zien. Ze verdwenen een week van de radar.

Bestemming: taalinstituut Regina Coeli, in de volksmond beter bekend als ‘de nonnen van Vught’. Pronk: ‘Ik vind dat wanneer je aan tafel zit met een Duits bedrijf, je er alles aan moet doen om fatsoenlijk Duits te spreken. Ik kon deze opfriscursus wel gebruiken.’

Vazquez: ‘Een intensieve week en een unieke ervaring. Niet alleen voor de taal, maar ook voor mijn persoonlijke ontwikkeling. We kwamen er meer ondernemers tegen die beseffen, dat NoordrijnWestfalen net zoveel inwoners heeft als heel Nederland en dat er enorme kansen liggen. Ik heb een Duitse collega met wie ik nu doelbewust alleen maar Duits praat. Oefenen helpt.’

Vazquez en Pronk hebben duidelijk voor ogen hoe hun Duitse avontuur moet uitpakken. Pronk: ‘We hebben de ambitie tot 2025 uitgestippeld. Ik wil dan met acht man op kantoor zitten in Düsseldorf en vooral een goede naam en klantenkring hebben in de zakelijke bouwwereld. Iedereen die ik spreek, zegt: ‘Wat stoer dat je deze stap zet’. Dat maakt me nu al trots.’ Vazquez hoopt met Kemari de brugfunctie straks ook voor andere bedrijven te vervullen. ‘Als we dit tot een succes maken, weet ik zeker dat er meer klanten volgen. De contacten daarover zijn er nu ook al.’ \ Maarten Vazquez (links) en Jeroen Pronk in Düsseldorf Maarten Vazquez (links) und Jeroen Pronk in Düsseldorf

Parkweg 102, 7545 MV Enschede / T 085 401 65 10 / www.kemari.digital

„Der deutsche Markt für Wohnungs- und Büro-Einrichtung ist anders als der niederländische. Mir gefällt die deutsche Arbeitsweise: Alles verläuft gründlich und pünktlich. Zugleich ist deutlich, dass Deutschland in Bezug auf Innovation im Bereich von BüroInnenausbau und -Einrichtung noch etwas Nachholbedarf hat. Unser Konzept (Anm. d. Red.: siehe Kasten) setzen wir unter dem Namen Prozap Projektpartner auf die deutsche Situation und Gesetzgebung um. Ich weiß, dass viele niederländische Unternehmer darüber nachdenken, den Schritt über die Grenze zu machen, aber es dann doch nicht wagen. Wir machen diesen Schritt. Aber das kann ich nicht allein, dafür brauche ich Maarten.”

Brückenfunktion Wenn sie über ihre deutsche Mission erzählen, stoßen die beiden Unternehmer manchmal auf Stirnrunzeln. Eine Marketing-Agentur und einen Innenausbaubetrieb, die gemeinsam vorgehen, ist das nicht ein bisschen merkwürdig? Maarten: „In unserem Fall nicht.

Natürlich sind unsere Unternehmen völlig unterschiedlich, aber wir ergänzen einander auch. Jeroen unterstützt uns außerdem bei unserer deutschen Niederlassung, und auf Unternehmerebene sind wir gute Sparringspartner. Mit Kemari gehen wir davon aus, dass wir – wie wir es nennen – Champions League spielen wollen.

Und das spielt sich in Europa ab. Wir gehören in unserer Branche zu den schnell wachsenden Unternehmen in den Niederlanden.

Dieses Wachstum zeigt, dass unser Konzept anschlägt. Auch in Deutschland, davon bin ich überzeugt. Wir bauen die Marke Prozap dort mit unseren digitalen Tools sorgfältig auf und stellen damit eine Brückenfunktion zum deutschen Markt her.”

Sprachkurs Dass das Unternehmerduo seine Ambitionen ernst nimmt, wurde kürzlich auch auf anderem Gebiet deutlich. Sie tauchten eine Woche im Sprachinstitut Regina Coeli unter, im niederländischen Volksmund besser bekannt als „die Nonnen von Vught”. Pronk: „Ich bin der Meinung, dass man bei Geschäftskontakten mit deutschen Unternehmen alles daran setzen muss, gut Deutsch zu sprechen.

Ich konnte diesen Auffrischungskursus gut gebrauchen.” Vazquez: „Es war eine intensive Woche und eine besondere Erfahrung. Nicht nur für die Sprache, aber auch für meine persönliche Entwicklung.

Wir begegneten dort mehreren Unternehmern, denen bewusst ist, dass Nordrhein-Westfalen genauso viele Einwohner hat wie die Niederlande und dass dort enorme Chancen liegen. Ich habe einen deutschen Kollegen, mit dem ich seitdem bewusst nur noch Deutsch spreche. Übung hilft.”

Vazquez und Pronk haben deutlich vor Augen, wie sie bei ihrem deutschen Abenteuer vorangehen wollen. Pronk: „Wir haben unser Ziel bis 2025 abgesteckt. Ich möchte dann ein Büro mit acht Mitarbeitern in Düsseldorf haben und vor allem einen guten Ruf und Kundenkreis im Bereich der Büro- und Projektgestaltung. Alle Leute, die ich spreche, sagen, Mutig, dass du diesen Schritt gehst. Das erfüllt mich schon jetzt mit Stolz.” Vazquez hofft, mit seiner Agentur Kemari auch für andere Unternehmen die Rolle des Brückenbauers zum deutschen Markt spielen zu können. „Wenn wir hiermit Erfolg haben, bin ich sicher, dass mehr Kunden folgen. Kontakte hierzu gibt es jetzt schon.” \

70

Startups

Grenzeloze aanpak voor startups

Grenzenloses Ökosystem für Startups

De Duitse en Nederlandse grensregio slaan de handen steeds verder ineen bij het creëren van een succesvol ecosysteem voor startups en spin-off bedrijven. De samenwerking is vooral zichtbaar bij de hechte band tussen Novel-T en REACH Euregio Startup Center, de valorisatiekantoren van de Universiteit Twente (UT) en de Westfälische Wilhelms Universiteit (WWU).

Die deutschen und niederländischen Grenzregionen bündeln zunehmend ihre Kräfte bei der Schaffung eines erfolgreichen Ökosystems für Startups und Spinoff Unternehmen. Diese Zusammenarbeit zeigt sich vor allem in der engen Verbindung zwischen Novel-T und REACH Euregio Startup Center, den Gründungszentren der Universität Twente (UT) und der Westfälischen Wilhelms-Universität Münster (WWU).

Tekst Julia Schwietering, Jochem Vreeman / Fotografie Eric Brinkhorst

/ 71

Ergänzende Unterstützung Mike Verkouter von Novel-T schaut sich im Incubase, dem Kreativraum des Startup Inkubators auf dem Campus der Universität Twente, gut um. Unternehmungslustige Studenten und Studentinnen, gehen ein und aus, tauschen sich aus oder trinken etwas miteinander. „Viele von ihnen spielen mit dem Gedanken, früher oder später den Schritt nach Deutschland zu machen, und ich weiß, dass dies andersherum auch der Fall ist.

Ob es nun um Enschede oder Münster geht, eigentlich sollte es keine Rolle spielen, bei welchem der Gründerzentren so ein junger Unternehmer gerade ist. Wir müssen vor allem dafür sorgen, dass sich unsere Unterstützung ergänzt. Daran arbeiten wir intensiv.

Wenn ein deutscher Student mit seinem Unternehmen den Schritt über die Grenze machen will, zeige ich ihm, wo der Kaffeeautomat steht, und wir setzen uns zum Gespräch zusammen, ohne allzu viel formales Brimborium. So einfach ist das.”

Führungspersönlichkeit Startups in Twente Mike Verkouter van Novel-T kijkt eens goed om zich heen in de creatieve ruimte Incubase, de startup incubator op de campus van de Universiteit Twente. Ondernemende studenten lopen in en uit, delen inspiratie en drinken er een borrel. ‘Veel van hen spelen met het idee om vroeg of laat de stap naar Duitsland te zetten en ik weet dat dat andersom ook zo is. Eigenlijk zou het niet moeten uitmaken in welke van deze incubator-locaties je dan als jonge ondernemer zit, of dat nou in Enschede of Münster is. We moeten vooral zorgen dat onze support complementair is aan elkaar. Daar zijn we druk mee bezig. Wil je als Duitse student je jonge bedrijf over de grens helpen? Dan wijs ik je hier, waar de koffiemachine staat en gaan we in gesprek. Zonder al te veel formeel gedoe. Zo simpel is het.’

Boegbeeld Verkouter heeft zichzelf als doel gesteld om een dag per maand vanuit Münster te werken, dicht op het vuur bij evenknie REACH en hun startups. Ten tijde van dit gesprek in Incubase is hij net terug van een ‘mini-missie’ naar Münster. Een touringcar vol Twentse startups en staf sloot aan bij de eerste editie van een evenement van de gezamenlijke Reach Euregio Chair of Entrepreneurship.

‘Zowel Münster als Twente stellen een jaar lang iemand aan als gastdocent binnen deze samenwerking. Hij of zij inspireert Duitse en Nederlandse startups in hun groeiplannen en geeft gastcolleges en lezingen. Vanuit Duitsland was dit Kathy Ernst, alumna van de WWU en succesvol ondernemer. Wij zelf legden Corinne Goddijn-Vigreux vast, medeoprichter van softwarebedrijf TomTom en toezichthouder van TechLeap. Ze wordt gezien als één van de topvrouwen in Nederland en Europa op het vlak van tech en innovatie. Ook zij ging mee naar Münster, geweldig om zo’n boegbeeld bij onze samenwerking te kunnen betrekken.’

Concreet en praktisch Voor Verkouter moet de verbinding tussen Novel-T en Reach ook vooral concreet en praktisch zijn. ‘De samenwerking tussen de kennisinstellingen in Twente en Münster moet niet alleen blijven hangen op bestuurlijk niveau. We moeten vooral kijken naar wat >

Verkouter hat sich zum Ziel gesetzt, einen Tag im Monat von Münster aus zu arbeiten, in unmittelbarer Nähe zum deutschen Partnerzentrum REACH und dessen Startups. Zum Zeitpunkt dieses Interviews ist er gerade von einer „Mini-Handelsmission” nach Münster zurückgekommen. Mit einem Bus voller Startups und Dozenten aus Twente besuchte er die erste Veranstaltung des gemeinsamen errichteten Lehrstuhls Reach Euregio Chair of Entrepreneurship. „Sowohl Münster als auch Twente ernennen im Rahmen dieser Partnerschaft für ein Jahr einen Gastdozenten.

Er oder sie inspiriert deutsche und niederländische Startups bei ihren Wachstumsplänen und hält Gastvorträge und Lesungen.

An deutscher Seite war dies Kati Ernst, WWU-Absolventin und erfolgreiche Unternehmerin. Wir konnten Corinne GoddijnVigreux, Mitbegründerin des Softwareunternehmens TomTom und Aufsichtsratsvorsitzende von TechLeap, hierfür gewinnen. Sie gilt sie als eine der führenden Frauen in den Niederlanden und Europa auf dem Gebiet Technologie und Innovation. Auch sie reiste mit nach Münster – fantastisch, solch eine Persönlichkeit für unser Projekt mit an Bord zu haben.”

Konkret und praktisch Für Verkouter muss die Verbindung zwischen Novel-T und REACH vor allem konkret und praktisch sein. „Die Zusammenarbeit zwischen den beiden Wissenseinrichtungen in Twente und Münster sollte nicht nur auf die Führungsebene beschränkt bleiben. Wir müssen erkennen, was die Studenten und Startups brauchen und hierbei voneinander lernen. In formalen Meetings wird schnell deutlich, dass es dabei um ganz praktische Dinge geht. So gibt es einen gemeinsamen Slack-Kanal für Startups in der EUREGIO, der bereits rund 700 Mitglieder hat. Es gibt eine Notion-Website, einen Austausch von Coaches und, nicht unwichtig, auch mal einen gemeinsamen Umtrunk. Ab und zu organisieren wir eine ,Barübernahme‘, wobei wir die Bar des jeweils anderen Inkubatorstandorts übernehmen. Wir sind zudem dabei, Business Developers einzustellen, die sowohl im Ökosystem in Twente als auch in Deutschland operieren. Für das Thema Künstliche Intelligenz haben wir bereits jemand eingestellt. Auslandsreisen sind ein weiterer wichtiger Punkt. Damit haben wir beide viel Erfahrung.

Von Twente aus unternehmen wir regelmäßig Auslandsreisen, darum wäre es schön, wenn wir auf Messen oder Veranstaltungen >

72 /

Startups

studenten en startups nodig hebben en daarin van elkaar leren. In de formele overleggen zie je daarom dat het al snel over praktische zaken gaat. Zo is er een gezamenlijk Slack-kanaal voor startups in de Euregio, met al zo’n zevenhonderd leden. Er is een Notion-website, uitwisseling van coaches en niet onbelangrijk: borrels. Eens in de zoveel tijd organiseren we een ‘bar take-over’, waarbij we de bar in elkaars incubator-locaties overnemen. We zijn ook bezig met de aanstelling van business developpers, die zich zowel in het Twentse als in het Duitse ecosysteem begeven. Voor het thema Artificial Intelligence is er al iemand in dienst genomen. Missies naar het buitenland zijn ook een belangrijk punt. Daar hebben we beiden veel ervaring mee. Vanuit Twente gaan we regelmatig de grens over, dan zou het ook mooi zijn, als we op beurzen en evenementen eens een gezamenlijk UT en WWU-stand kunnen hebben. Kortom, samenwerking rondom startups werkt nou eenmaal het beste als je elkaar goed kent en bij elkaar over de vloer komt. Daar gaan we de komende tijd, zeker nu de coronapandemie verleden tijd is, veel actie op ondernemen.’ \

auch einmal einen gemeinsamen Stand der UT und WWU hätten.

Kurz, Zusammenarbeit im Bereich Startups funktioniert nun einmal am besten wenn man sich gut kennt und einander auch vor Ort trifft. In der kommenden Zeit werden wir auf diesem Gebiet sehr aktiv sein, vor allem jetzt, da die Corona-Pandemie vorbei ist.” \

Moovd: erfolgreiche Reise Moovd: geslaagde trip Novel-T nodigde een aantal ‘pareltjes’ uit Twente uit voor de trip naar REACH in Münster. Onder de deelnemende Twentse startups onder meer Wellbased (soft-skill trainingen voor scholieren), Flux Robotics (medische robotica) en Moovd uit Nijverdal. Sander Kamphuis is medeoprichter van Moovd, dat intussen marktleider in Nederland is op het vlak van digitale therapie, en deelt zijn ervaringen. Net als in Nederland vindt er in Duitsland momenteel veel beweging plaats in de transitie naar een toekomstbestendige zorg. De innovaties van Moovd sluiten goed aan op die beweging. Moovd heeft serieuze intenties om de stap naar Duitsland te maken.

‘De trip naar Münster was interessant, relevant en bovendien gezellig.’ vertelt Kamphuis. ‘Ik zeg eerlijk, dat ik niet al te vaak bij dit soort initiatieven wil en kan aansluiten, maar hier zagen we duidelijk de toegevoegde waarde.

Het bleek zeker geen verspilde tijd, want mede dankzij de contacten van Novel-T zat ik aan tafel bij een groot ziekenhuis en bij de innovatiemanagers en wetenschappers van REACH. In Duitsland ontstaat een groeiende intentie om de zorg te digitaliseren en efficiënter en goedkoper te maken. Ons werk komt dan op het juiste moment. De wet- en regelgeving biedt voor ons bovendien veel mogelijkheden.

Ook wordt er gezien, dat Nederland vooroploopt met traumatherapie en dat wij de laatste wetenschappelijke studies hebben geïntegreerd in ons platform. Al met al had deze dag de juiste ingrediënten. Inspirerende presentaties, zoals die van Corinne Goddijn-Vigreux, boeiende contacten en een leuk diner aan het einde.’

Novel-T lud einige „Perlen” aus Twente zu der Reise zu REACH in Münster ein. Unter den Teilnehmern waren Startups wie Wellbased (Soft-Skill Training für Schüler), Flux Robotics (medizinische Robotik) sowie Moovd aus Nijverdal. Sander Kamphuis ist Mitbegründer von Moovd, das mittlerweile in den Niederlanden Marktführer im Bereich der digitalen Therapie ist, und teilt seine Erfahrungen.

Genau wie in den Niederlanden ist in Deutschland derzeit viel Bewegung im Übergang zu einem zukunftsbeständigen Gesundheitswesen. Die Innovationen von Moovd fügen sich gut in diese Bewegung ein. Moovd hat darum ernsthafte Absichten, den Schritt nach Deutschland zu machen. „Die Reise nach Münster war interessant, relevant und machte außerdem Spaß”, berichtet Kamphuis. „Ehrlich gesagt, kann und will ich mich nicht allzu oft an solchen Initiativen beteiligen, aber hier erkannten wir klar den Mehrwert. Es war sicherlich keine Zeitverschwendung, denn dank der Kontakte von Novel-T konnte ich ins Gespräch mit einem großen Krankenhaus kommen sowie mit Innovationsmanagern und Wissenschaftlern von REACH. In Deutschland besteht zunehmend die Absicht, das Gesundheitswesen zu digitalisieren und es effizienter und kostengünstiger zu gestalten. Unsere Arbeit kommt also zum richtigen Zeitpunkt.

Die Gesetze und Vorschriften bieten uns zudem viele Möglichkeiten. Es wird auch gesehen, dass die Niederlande führend in der Traumatherapie sind und dass wir die neuesten wissenschaftlichen Studien in unsere Plattform integriert haben. Alles in allem hatte dieser Tag genau die richtigen Elemente. Inspirierende Präsentationen, wie die von Corinne Goddijn-Vigreux, interessante Kontakte und ein schönes Abendessen zum Abschluss.”

/ 73

Münster: steun voor studenten bij bedrijfsstart Münster: Studierende bei Gründungen unterstützen Op 16 maart 2020 – de eerste dag van de lockdown in Duitsland – werd aan de Westfälische WilhelmsUniversität (WWU) in Münster het startschot gegeven voor het Reach Euregio Startup Center.

Het centrum heeft tot doel, bedrijfsoprichtingen vanuit de wetenschap te bevorderen. Directeur Ninja Schmiedgen legt uit, hoe de start aan het begin van de pandemie gelukt is, welke werkzaamheden het Reach Center verricht en hoe starters met dit project concreet worden ondersteund.

Am 16. März 2020 hat das Reach Euregio Startup Center an der Westfälischen Wilhelms-Universität (WWU) in Münster seine Arbeit aufgenommen – am ersten Tag des Lockdowns in Deutschland. Ziel des Centers ist es, Gründungen aus der Wissenschaft zu fördern. Wie der Start zu Beginn der Pandemie gelungen ist, welche Arbeit das Center leistet und wie Gründerinnen und Gründer in dem Projekt konkret unterstützt werden, erklärt Geschäftsführerin Ninja Schmiedgen.

De WWU Münster heeft het Reach als starterscentrum in samenwerking met de Universiteit Twente, haar startupcentrum `Novel-T’, de FH (Hogeschool) Münster en de Digital Hub münsterLAND opgericht. Het project, dat de eerste vijf jaar 20 miljoen euro subsidie ontvangt, hoort bij de zes `Exzellenz Startup Centers’ in de deelstaat Nordrhein-Westfalen. `De opstartcondities waren voor ons vanaf het begin totaal anders dan oorspronkelijk gepland.’ herinnert Schmiedgen zich. `Wij moesten direct digitaal van start gaan – dat was ook een voordeel. Op die manier konden wij alle tijd nemen om ons team te structureren en nieuwe processen vast te leggen.’ Het feit dat ook de eerste gesprekken met de toekomstige starters, alle evenementen en adviesgesprekken digitaal moesten plaatsvinden, was echter een uitdaging. `De start van een bedrijf is vooral een kwestie van vertrouwen.’ legt Schmiedgen uit. `Vertrouwen ontstaat makkelijker als er persoonlijk contact is.’ Des te blijer is het 60-koppige team met het feit, dat events en adviesgesprekken nu weer op locatie mogelijk zijn.

Die WWU Münster hat das Reach als Gründungszentrum gemeinsam mit der Universität Twente, deren Gründungszentrum Novel-T, der FH Münster sowie dem Digital Hub münsterLAND aufgebaut. 20 Millionen Euro Fördergelder erhält das Center für fünf Jahre. Das Projekt gehört zu den sechs Exzellenz Startup Centern in NRW. „Für uns waren die Startvoraussetzungen von Beginn an völlig anders als ursprünglich geplant“, erinnert sich Schmiedgen. „Wir mussten direkt digital starten – das war auch ein Vorteil. Denn so konnten wir uns viel Zeit nehmen, um unser Team zu strukturieren und neue Prozesse zu etablieren.“ Dass jedoch auch die ersten Gespräche mit angehenden Gründerinnen und Gründern, alle Veranstaltungen und Beratungstermine digital laufen mussten, war eine Herausforderung. „Gründung ist vor allem Vertrauenssache.“ erklärt Schmiedgen. „Vertrauen lässt sich aber besser schaffen, wenn man sich persönlich kennenlernen kann.“ Umso mehr freut sich das 60-köpfige Team, dass Veranstaltungen und Beratungen vor Ort wieder möglich sind.

Momenteel worden er in het Center 158 startersteams begeleid.

Eenzame strijders zijn er zelden bij: de potentiële startups bestaan meestal uit twee à drie personen, vaak uit verschillende disciplines. `Dit is een echt voordeel voor deze teams, omdat de individuele leden verschillende competenties en ervaringen meenemen, die elkaar aanvullen.’ benadrukt de directeur van het startup-centrum. De sectoren waarin de teams actief zijn lopen sterk uiteen. Van biologie tot bedrijfskunde, van scheikunde, logistiek tot aan informatica - de studenten hebben hun wortels in heel verschillende vakgebieden. >

Aktuell werden im Center 158 Gründungsteams betreut.

Einzelkämpfer gibt es bei den Neugründungen selten: Die potenziellen Startups bestehen meist aus zwei bis drei Personen und sind häufig interdisziplinär zusammengesetzt. „Das ist ein echter Vorteil für die Teams, weil die einzelnen Mitglieder unterschiedliche Kompetenzen und Erfahrungen mitbringen, die sich gegenseitig ergänzen“, betont die Geschäftsführerin des Startup Centers. In welchen Branchen die Gründungsteams aktiv sind, ist sehr unterschiedlich: Von Biologie über BWL, Chemie, Logistik bis hin zur Informatik haben die Studierenden ihre Wurzeln in >

74 /

Startups

Zij werken niet alleen vakoverschrijdend maar ook over de grenzen van de verschillende instituten heen: er zijn bijvoorbeeld gezamenlijke teams bestaande uit starters van de WWU en de Hogeschool Münster.

ganz verschiedenen Fachrichtungen. Nicht nur fachübergreifend, auch über die Institutionen hinaus arbeiten die Studierenden zusammen. So gibt es auch gemeinsame Teams mit Gründerinnen und Gründern der WWU und der FH Münster.

Het Reach bereidt jongeren met gestructureerde programma’s voor op de start van een onderneming. De doelstelling is om de kwaliteit en het aantal van de startende ondernemingen te verhogen. De eerste stap voor geïnteresseerden is de deelname aan het preincubatorprogramma: deze online-academie bestaat uit twaalf lesmodules die de bedrijfsstart op de juiste spoor moeten zetten.

Het programma omvat coaching sessies, interactieve workshops en netwerkevents, daarnaast krijgen de deelnemers ook toegang tot de startup-community. Wie het hele programma doorlopen heeft moet een beeld van de markt hebben, de klantbehoefte in kaart hebben gebracht en een eerste oplossing hebben ontwikkeld.

Het pre-incubatorprogramma staat open voor iedereen, die geïnteresseerd is in het starten van een bedrijf.

Das Startup Center bereitet die jungen Menschen mit strukturierten Programmen auf eine Gründung vor. Ziel ist es, die Qualität und die Quantität von Gründungen zu erhöhen. Der erste Schritt für die Gründungsinteressierten ist die Teilnahme am PreInkubator-Programm. Diese Online-Akademie besteht aus zwölf Lerneinheiten, die dabei helfen soll, die Gründung auf den richtigen Weg zu bringen. Zum Programm gehören Coaching-Einheiten, interaktive Workshops und Netzwerk-Events, zusätzlich erhalten die Teilnehmenden Zugang zur Startup-Community. Wer das Programm absolviert hat, soll eine Vorstellung vom Markt bekommen haben, das Bedürfnis seiner Kunden definiert und eine erste Lösung entwickelt haben. An dem Pre-Inkubator-Programm können alle Gründungsinteressierten teilnehmen.

Stap twee voor de teams is het incubatorprogramma, dat een hogere toegangsdrempel heeft: kandidaten moeten het preincubatorprogramma hebben doorlopen, door gesprekken met klanten en deskundigen al hun doelgroepen goed in beeld hebben en daarnaast ook al klantenfeedback hebben gekregen over de eerste productideeën. Bovendien moet er minstens één verkoopgerichte en één productgerichte persoon deel uitmaken van het startersteam.

Schritt zwei für die Teams ist das Inkubator-Programm, das höhere Zugangsbeschränkungen hat: Die Bewerberinnen und Bewerber müssen das Pre-Inkubator-Programm absolviert haben, ihre Zielgruppen durch Kunden- und Experteninterviews bereits gut kennen und schon ein Kundenfeedback zu ersten Produktideen eingeholt haben. Außerdem muss mindestens eine vertriebsorientierte und eine produktorientierte Person Mitglied im Gründungsteam sein. Ziel des Teams sollte es sein, künftig Vollzeit im Startup zu arbeiten. In dem sechsmonatigen Programm gibt es vertiefende Workshop-Angebote und einen persönlichen Coach, der die Gründungsteams betreut. „Die Coaches sollen motivieren, aber auch herausfordern und ehrliches Feedback geben“, unterstreicht Schmiedgen. „Denn eine schlecht vorbereitete Gründung oder ein nicht ausgereiftes Produkt scheitern am Markt schnell. Das wollen wir durch unsere Programme verhindern.“ Auch der Aufbau von Netzwerken, die Bereitstellung von Infrastruktur wie Arbeitsräumen und Software sowie Hilfe bei der Beantragung von Fördermitteln sind Teile des Inkubator-Programms. Darüber hinaus tauschen sich die Teilnehmerinnen und Teilnehmer untereinander in sogenannten Peer Coachings aus. Insgesamt 25 Unternehmen sind so im vergangenen Jahr an den Start gegangen. Durch die Programme werden Teams außerdem gezielt auf eine Förderung durch die öffentliche Hand vorbereitet: Sie lernen zum Beispiel, wie sie sich Forschungsarbeiten im Rahmen ihrer Gründung fördern lassen können.

Het doel van het team moet zijn om in de toekomst full-time in het nieuwe bedrijf te werken. Het zes maanden durende programma biedt verdiepende workshops en een persoonlijke coach, die het startersteam begeleidt. `De coaches moeten motiveren, maar ook uitdagen en eerlijke feedback geven.’ benadrukt Schmiedgen. `Want een slecht voorbereide startup of een niet uitontwikkeld product mislukken snel in de markt. Dat willen wij met onze programma’s voorkomen.’

Het REACH-team | Das REACH-Team Fotografie: Witte

Das Reach Center arbeitet dabei intensiv mit niederländischen Kooperationspartnern zusammen, zum Beispiel mit dem Novel-T der Universität Twente und der Saxion Hogeschool. Das Novel-T fördert ebenfalls Gründungen von Studierenden. „Zu Beginn haben wir uns intensiv mit den Verantwortlichen des Novel-T ausgetauscht – schon bei Fragen wie der Ausstattung der Seminarräume haben uns die Kolleginnen und Kollegen sehr geholfen.“ erinnert sich Schmiedgen. Außerdem wurde für das Sommersemester 2022 der Euregio-Chair aus der Taufe gehoben, ein zeitlich begrenzter Lehrstuhl, in dem Gastdozierende aus der Praxis einen Einblick in ihren Berufsalltag geben. Aktuell hat Dr. Kati Ernst den Lehrstuhl auf deutscher Seite inne. Sie ist Mitbegründerin der ooshi Gmbh, die Periodenunterwäsche

/ 75

Veel gasten kwamen naar het openingsevenement van REACH. Zur Eröffnungsveranstaltung des REACH kamen viele Gäste.

Fotografie: Thomas Mohn

Ook de opbouw van netwerken, het faciliteren van infrastructuur zoals werkruimte en software, evenals ondersteuning bij het aanvragen van subsidies maken onderdeel uit van het incubatorprogramma. Daarnaast wisselen de deelnemers in zogenaamde `peer coachings’ ideeën onder elkaar uit. In totaal zijn er in het afgelopen jaar 25 bedrijven op deze manier van start gegaan. De deelnemers worden met de programma’s bovendien gericht voorbereid op het benutten van overheidssubsidies. Zij leren bijvoorbeeld, hoe hun researchwerk gesubsidieerd kan worden als onderdeel van hun bedrijfsstart.

Het Reach Center werkt hierbij nauw samen met Nederlandse partners, bijvoorbeeld met starterscentrum Novel-T van de Universiteit Twente en met Saxion Hogeschool. Novel-T ondersteunt eveneens studenten bij hun bedrijfsstart. `In het begin hebben wij intensief van gedachten gewisseld met de verantwoordelijken van Novel-T – zelfs bij vragen over de inrichting van de leszalen hebben ons de collega’s erg geholpen.’ herinnert Schmiedgen zich. Bovendien werd er voor het zomersemester 2022 de Euregio-chair gelanceerd, een tijdelijke leerstoel, waarbij gastdocenten uit het werkveld een inkijk geven in de dagelijkse praktijk. Dr. Kati Ernst vervult momenteel aan de Duitse kant de leerstoel. Zij is medeoprichtster van ooshi GmbH, een bedrijf dat menstruatieondergoed en voedingsbeha’s produceert. Aan Nederlandse kant is de leerstoel toegekend aan Corinne Vigreux, medeoprichtster van TomTom, de Nederlandse producent van navigatiesystemen. De twee vrouwelijke ondernemers zullen spreken over onderwerpen als het nieuwe werken of teamdiversiteit. De lezingen zijn open voor studenten uit alle studiegebieden. Door het thema bedrijfsstart in de studie te integreren moet ondernemerschap als carrièreoptie voor studenten voor het voetlicht worden gebracht.

Alle diensten van het Reach Center zijn gratis en uitsluitend beschikbaar voor leden van de universiteit. De ondersteuning eindigt als de studenten de universiteit verlaten of afstuderen.

Dat is belangrijk, benadrukt Schmiedgen. `Uiteindelijk moeten de starters leren om op eigen benen te staan. Daarbij hoort ook, dat zij vanaf een bepaald punt zelf moeten zorgen voor werkruimte, internettoegang en andere infrastructuur.’ Voor Schmiedgen is het uitermate belangrijk, jongeren aan te moedigen om dingen uit te proberen en het starten van een eigen bedrijf als een serieuze optie te beschouwen. `Studenten zijn meestal in een levensfase waar zij nog niet de verantwoordelijkheden voor een gezin moeten dragen en nog relatief onafhankelijk zijn. Zij zijn het meer gewend om met weinig rond te komen. En als jonge mensen brengen zij tal van creatieve ideeën en nieuwe inzichten mee, waaruit goede business modellen kunnen ontstaan.’ \

und Still-BHs produziert. Auf niederländischer Seite wurde der Lehrstuhl an Corinne Vigreux vergeben, die den niederländischen Hersteller von Navigationssystemen TomTom mitgegründet hat.

Die beiden Unternehmerinnen werden zum Beispiel über Themen wie New Work oder Diversität in Teams sprechen, die Vorlesungen können von Studierenden aus allen Fachrichtungen besucht werden. Durch die Integration des Themas Gründung in die Lehre soll den Studierenden die Selbstständigkeit als Karriereoption nähergebracht werden.

Alle Services des Reach Centers sind kostenfrei und ausschließlich für Mitglieder der Universität verfügbar. Mit der Exmatrikulation beziehungsweise dem Abschluss des Studiums endet auch die Unterstützung. Das ist wichtig, betont Schmiedgen. „Die Gründerinnen und Gründer sollen schließlich lernen, auf eigenen Beinen zu stehen. Dazu gehört auch, dass sie sich ab einem gewissen Punkt selbst um Räumlichkeiten, einen Internetzugang und die weitere Infrastruktur kümmern müssen.“ Für Schmiedgen ist es enorm wichtig, junge Menschen zu animieren, sich auszuprobieren und eine Gründung als ernsthafte Option ins Auge zu fassen. „Studierende befinden sich meist in einer Lebensphase, in der sie noch keine Kinder zu ernähren haben und relativ unabhängig sind. Sie sind es eher gewohnt, mit wenig auszukommen. Und sie bringen als junge Menschen zahlreiche kreative Ideen und neue Perspektiven mit, die sich zu guten Geschäftsmodellen entwickeln lassen.“ \

Zicht op de REACH kantoorruimte Blick in die REACH-Bürofläche

76 /

Infotorial /

Anzeige

PFREUNDT: Einfach. Besser. Wiegen.

PFREUNDT: wereldspeler met innovatief weegsysteem 1979 legte Hans-Günther Pfreundt mit der Entwicklung eines mobilen Wiegesystems im Keller seines Privathauses in Südlohn den Grundstein für eine Marke, die heute weltweit bekannt ist. PFREUNDT zählt zu den Marktführern im Bereich der mobilen Wiegetechnik. Mehr als 40.000 Systemeinheiten der Marke sind mittlerweile rund um den Globus u.a. in Radladern, Baggern, Dumpern, LKW, Staplern und Förderbandanlagen im Einsatz. Qualität, Präzision und Service haben dabei immer oberste Priorität – von der Entwicklung innovativer Produkte bis zur Betreuung der Kunden über den Kauf hinaus. „Um diesem hohen Standard auch wirklich weltweit gerecht werden zu können, haben wir im Laufe der Jahre ein internationales Vertriebs- und Servicenetz mit mehr als 40 Standorten aufgebaut – einen davon selbstverständlich auch in den benachbarten Niederlanden”, verrät Judith Deitert, die das Familienunternehmen heute gemeinsam mit ihrem Bruder Jonas Wissing leitet.

GrootJebbink heißt das Unternehmen, das den Vertrieb und Service der verschiedenen PFREUNDT-Waagen in den Niederlanden federführend übernimmt. „Dennoch befinden wir uns praktisch ständig im Austausch: Es finden regelmäßig persönliche Treffen statt, bei denen wir die Kolleginnen und Kollegen schulen oder über Neuheiten informieren. Der Beratungsbedarf ist bei uns nun einmal besonders groß, daher ist es sehr wichtig, dass alle Beteiligten immer auf aktuellstem Wissensstand sind”, erläutert Jonas Wissing.

Partner in Sachen Prozessoptimierung Die Beratungsanforderungen sind unter anderem deshalb so hoch, weil sich PFREUNDT im Laufe der Jahre bei vielen Kunden zum Partner in Sachen Prozessoptimierung entwickelt hat. Mit dezentralen Serviceteams helfen die Südlohner ihren Kunden dabei, Arbeitsabläufe im Kontext der Gewichtsermittlung zu optimieren und Lösungen zu schaffen, die Hand in Hand mit den bestehenden Strukturen der Kundenunternehmen reibungslos funktionieren. Ziel ist es immer, Arbeitsprozesse einfacher, genauer und transparenter zu gestalten, um Zeit, Kosten und CO2 einzusparen. >

Text Michael Terhörst / Fotografie Pfreundt

In 1979 legde Hans-Günther Pfreundt met de ontwikkeling van een mobiel weegsysteem in de kelder van zijn woonhuis in het Duitse Südlohn de basis voor een merk, dat inmiddels wereldwijde bekendheid geniet. PFREUNDT behoort op het gebied van mobiele weegtechniek tot de wereldspelers. Meer dan 40.000 systeemeenheden van het merk worden intussen wereldwijd gebruikt in onder meer shovels, graafmachines, dumpers, vrachtwagens, heftrucks en transportbandsystemen. Kwaliteit, precisie en service hebben daarbij altijd de hoogste prioriteit – van de ontwikkeling van innovatieve producten tot de klantenservice na de aankoop. `Om deze hoge standaard wereldwijd ook echt waar te kunnen maken, hebben wij in de loop van de jaren een internationaal verkoop- en servicenetwerk opgebouwd met meer dan 40 vestigingen - waarvan één uiteraard ook in het buurland Nederland.’ vertelt Judith Deitert, die het familiebedrijf nu samen met haar broer Jonas Wissing leidt. GrootJebbink is de naam van het bedrijf dat in Nederland verantwoordelijk is voor de verkoop en klantenservice voor de verschillende PFREUNDT-weegsystemen. `Niettemin zijn wij continue in met elkaar in gesprek: er zijn regelmatig persoonlijke meetings, waarbij wij onze collega’s opleiden of informeren over nieuwe ontwikkelingen. Productadvies speelt bij ons een grote rol, daarom is het heel belangrijk, dat alle betrokkenen altijd op de hoogte zijn van de nieuwste ontwikkelingen.’ aldus Jonas Wissing.

Tijd, geld en CO2 besparen De eisen die aan het advies gesteld worden zijn hoog, onder andere omdat PFREUNDT in de loop van de tijd voor veel klanten een partner in procesoptimalisatie is geworden. Met gedecentraliseerde serviceteams helpt het bedrijf zijn klanten bij de optimalisering van werkprocessen rond de gewichtsbepaling en het creëren van oplossingen, die samen met de bestaande structuren bij de klant probleemloos functioneren. Het doel is altijd de werkprocessen eenvoudiger, nauwkeuriger en transparanter te maken en zo tijd, kosten en CO2 te besparen. >

/ 77

PFREUNDT ist Marktführer im Bereich der mobilen Wiegetechnik.

PFREUNDT is marktleider op het gebied van mobiele weegtechnologie.

Infotorial /

Anzeige

© Julian Schäpertöns

78 /

Judith Deitert und Jonas Wissing

Judith Deitert en Jonas Wissing

Zeichen weiterhin auf Wachstum

Verdere groei

In den vergangenen vier Jahrzehnten hat sich PFREUNDT technisch kontinuierlich weiterentwickelt und immer wieder innovative Produkte und Services neu an den Markt gebracht. Auch das Team und der Stammsitz in Südlohn, der 2011 in einen Neubau an die Robert-Bosch-Straße verlegt wurde, wuchsen stetig. Ein Ende ist nicht in Sicht: Ganz aktuell wurde eine zusätzliche Etage an der Robert-Bosch-Straße fertiggestellt und auch eine weitere Fläche in unmittelbarer Nähe hat sich das Unternehmen unlängst gesichert.

Die Zeichen stehen also auch weiterhin auf Wachstum.

In de afgelopen vier decennia heeft PFREUNDT zich op technisch gebied voortdurend verder ontwikkeld en steeds weer innovatieve producten en nieuwe diensten op de markt gebracht. Ook het team en de hoofdvestiging in Südlohn, die in 2011 naar een nieuwbouw aan de Robert-Bosch-Straße verhuisde, zijn gestaag gegroeid. Het einde is nog niet in zicht: recent werd er een extra etage aan de hoofdvestiging toegevoegd en ook een ander, nabij gelegen terrein is door de onderneming al veiliggesteld. Alle signalen wijzen dus op verdere groei in de toekomst.

Erfolgsfaktoren

Succesfactoren

Mit den Geschwistern Judith Deitert und Jonas Wissing ist 2021 die nächste Generation in die PFREUNDT-Geschäftsführung eingestiegen. Aktuell leiten sie die Geschäfte noch gemeinsam mit ihrem Vater Ludger Wissing, der das Unternehmen 1995 von HansGünther Pfreundt übernommen hatte. Im kommenden Jahr soll der Generationswechsel mit dem Ausstieg von Ludger Wissing aber komplett vollzogen werden. „Die Weichen für den Übergang sind gestellt. Mein Bruder und ich sind schon länger im Unternehmen tätig, wir kennen die Prozesse und vor allen Dingen: Wir haben ein richtig starkes Team an unserer Seite. Denn die eigentlichen Macher hinter der Marke PFREUNDT sind unsere 100 Mitarbeiterinnen und Mitarbeiter”, betont Judith Deitert nicht ohne Stolz.

Wesentliche Erfolgsfaktoren sind dabei eine offene Kommunikation, Transparenz, Wertschätzung und das Vertrauen, das den Mitarbeiterinnen und Mitarbeitern entgegengebracht wird. „Wir binden unser Team in alle wichtigen Prozesse ein, weil wir wissen, dass die besten Lösungen gemeinsam entstehen.

Dieses gute Miteinander hilft uns auch dabei, die Talente unserer Mitarbeiterinnen und Mitarbeiter zu erkennen und sie so an Aufgaben heranzuführen, die optimal zu ihren Fähigkeiten und Vorlieben passen. Davon profitieren alle Beteiligten”, weiß Jonas Wissing aus Erfahrung. \

Met broer Jonas Wissing en zus Judith Deiter is in 2021 de volgende generatie toegetreden tot de PFREUNDT-directie. Momenteel besturen zij het bedrijf nog samen met hun vader Ludger Wissing, die de onderneming in 1995 van Hans-Günther Pfreundt had overgenomen. Het is echter de bedoeling dat de generatiewisseling volgend jaar met het vertrek van Ludger Wissing zijn uiteindelijk beslag krijgt. `De koers voor de overgang is uitgezet. Mijn broer en ik werken al langere tijd in het bedrijf, wij kennen de processen en vooral: we hebben een echt sterk team aan onze zijde. Want het zijn eigenlijk onze 100 medewerkers, die het merk PFREUNDT maken tot wat het is.’ benadrukt Judith Deiters, niet zonder trots. Doorslaggevende succesfactoren zijn daarbij een open communicatie, transparantie, waardering en het vertrouwen dat in medewerkers wordt gesteld. `Wij betrekken ons team bij alle belangrijke processen omdat wij weten, dat de beste oplossingen vaak gezamenlijk tot stand komen. Deze goede samenwerking helpt ons ook om de talenten van onze medewerkers herkennen en hen voor taken in te zetten, die optimaal aansluiten bij hun competenties en voorkeuren. Daarvan profiteert iedereen.’ weet Jonas Wissing uit ervaring. \

Robert-Bosch-Str. 5, 46354 Südlohn / T 02862 98070 / www.pfreundt.de

/ 79

Verbinder voor betere infectiezorg in EUREGIO

Netzwerker für besseren Infektionsschutz in der EUREGIO

`Micro-organismen kennen geen grenzen. Ze reizen mee ‘aan boord’ van mensen - soms patiënten- van Nederland naar Duitsland en andersom.’ Aldus Nashwan al Naiemi, bestuurder, arts-microbioloog en opleider van medisch microbiologisch laboratorium Labmicta in Hengelo. `Het komt de gezondheidszorg ten goede als we over landsgrenzen heen kijken én samenwerken.

Labmicta heeft een groot netwerk in zowel Nederland als Duitsland en blijkt een natuurlijke verbinder tussen diverse partijen.’ >

„Mikroorganismen kennen keine Grenzen. Sie reisen ,an Bord‘ von Menschen – manchmal Patienten – von den Niederlanden nach Deutschland und umgekehrt.” Dies sagt Nashwan al Naiemi, Direktor, Facharzt für Mikrobiologie und Weiterbilder beim Labor für Med. Mikrobiologie Labmicta in Hengelo. „Die Gesundheitsfürsorge profitiert davon, wenn wir über die Landesgrenzen hinwegschauen und zusammenarbeiten. Labmicta hat ein großes Netzwerk sowohl in den Niederlanden als auch in Deutschland und erweist sich immer mehr als ein natürliches Bindeglied zwischen den verschiedenen Parteien.” >

Tekst Naam Achternaam / Fotografie Lars Smook

80 /

Infotorial /

Anzeige

Kansen voor optimale infectiezorg

Chancen für optimalen Infektionsschutz

Ook voor infectiezorg - de expertise van Labmicta- zijn er volop kansen. Zo is de antibioticaresistentie in Nederland beter op peil dan in Duitsland. Het is een belangrijk thema in het creëren van een gezonde grensregio. Zoals al eerder gezegd: micro-organismen hebben lak aan landsgrenzen. Als Duitsland hierin profiteert van de Nederlandse expertise, beïnvloedt dit de gezondheidszorg positief op vele vlakken. Minder resistentie betekent meer behandelmogelijkheden - ook over de grens - en minder infecties en kortere wachttijden voor patiënten. Nashwan: `Een mooie basis voor een euregionaal infectiepreventieplan is bijvoorbeeld het in kaart brengen van de verspreiding van micro-organismen over onze landsgrenzen. Met zulke data en plannen ondersteunen we de euregionale zorgprocessen beter en efficiënter. Zo kunnen we mensen aan beide kanten van de grens in de toekomst veilige en goede zorg aanbieden.’

Auch für den Infektionsschutz – das Fachgebiet von Labmicta – bietet Zusammenarbeit zahlreiche Chancen. So ist beispielsweise die Antibiotikaresistenz in den Niederlanden auf einem besseren Niveau. Dies ist ein wichtiges Thema bei der Schaffung eines guten

Over Labmicta Labmicta is een medisch microbiologisch laboratorium in Hengelo dat patiëntmateriaal onderzoekt op virussen, bacteriën, schimmels of parasieten en behandelaren consulten biedt voor de beste behandeling. Aangevuld met infectiepreventie, expertise in antibioticaresistentie, scholing en diagnostiek op locatie (POCT) bieden we complete infectiezorg.

Über Labmicta Labmicta ist ein medizinisch-mikrobiologisches Labor in Hengelo, das Patientenmaterial auf Viren, Bakterien, Pilze oder Parasiten untersucht und behandelnde Ärzte über die beste Therapie berät. Hinzu kommen Infektionsvorsorge, Expertise im Bereich Antibiotikaresistenz, Fortbildung und Diagnostik vor Ort (POCT), womit wir umfassende Infektionsfürsorge bieten.

Nashwan Al Naiemi (rechts), arts-microbioloog en bestuurder Labmicta en Alex Friedrich, arts-microbioloog en voorzitter raad van bestuur van het Universitätsklinikum Münster Nashwan Al Naiemi (rechts), Facharzt für Mikrobiologie und Direktor bei Labmicta, und Alex Friedrich, Ärztlicher Direktor sowie Vorstandsvorsitzender des Universitätsklinikums Münster

/ 81

Innovatieve samenwerking met Universitair Medisch Centrum in Münster Labmicta nam eerder deel aan diverse projecten in Duitsland en geeft nu vorm aan een innovatieve samenwerking met onder andere de medische Universiteit Münster (UKM). Dat is precies in lijn met de ambitie van de EUREGIO, die zich al jarenlang inzet voor samenwerking tussen Nederland en Duitsland. Hier liggen veel kansen. Als ondernemende, zelfstandige stichting met een missie pakt Labmicta die graag op, samen met anderen. Zo onderhoudt Nashwan nauw contact met Alex Friedrich, die het UKM bestuurt. `In onze regio kampen we met tekorten aan zorgcapaciteit, huisartsen en medische ondersteuning. Dit resulteert in lange wachtlijsten, die verder oplopen door inhaalzorg als gevolg van de COVID-19-pandemie. In Duitsland is er juist meer capaciteit en zijn er nauwelijks wachttijden. Daarmee kunnen we elkaar vanuit heldere afspraken helpen,’ beschrijft Nashwan.

Gezonde grensregio als maatschappelijke missie Het creëren van die gezonde grensregio – dat is een maatschappelijke missie voor Labmicta en haar samenwerkingspartners in Duitsland. `Met het Universitair Medisch Centrum in Münster, de Universiteit Twente en diverse topklinische ziekenhuizen starten we een wetenschappelijke samenwerking. Daarin analyseren we de verschillen in cultuur, zorgsysteem, data en processen in de zorg en inventariseren : wat helpt en wat is belemmerend? Uiteindelijk willen we komen tot duurzame, innovatieve oplossingen waarmee we zorgverleners bewuster maken van antibioticaresistentie en we hen ondersteunen bij de opvolging van de richtlijnen. Ik begeleidde onlangs een promotie van een vergelijkbaar onderzoek, maar dan op ziekenhuisniveau. Nu tillen we dat naar EUREGIO-niveau,’ licht Nashwan toe.

Kortom, Labmicta timmert niet alleen in Nederland flink aan de weg maar ook in het nabijgelegen Duitsland. Gezien de ambities en maatschappelijke missie van Labmicta zijn dat hele logische stappen. Nashwan en Alex zijn het eens: `Als micro-organismen al niet stoppen bij de grens, waarom wij dan wel?!’ \

interregionalen Gesundheitsstandards. Wie schon zu Beginn gesagt: Mikroorganismen stören sich nicht an Landesgrenzen. Wenn Deutschland hierbei von der niederländischen Erfahrung profitiert, beeinflusst dies die Gesundheitsversorgung auf vielen Gebieten.

Weniger Resistenz bedeutet mehr Behandlungsoptionen – auch jenseits der Grenze – sowie weniger Infektionen und kürzere Wartezeiten für Patienten. Nashwan: „Eine gute Grundlage für einen euregionalen Pan zur Infektionsvorsorge ist beispielsweise die Erfassung der Verbreitung von Mikroorganismen über die Landesgrenzen hinaus. Mit solchen Daten und Plänen unterstützen wir die euregionalen Gesundheitsprozesse besser und effizienter. So können wir in der Zukunft den Menschen an beiden Seiten der Grenze eine gute und sichere Gesundheitsversorgung bieten.”

Innovative Zusammenarbeit mit dem Universitätsklinikum Münster Labmicta war in der Vergangenheit bereits an verschiedenen Projekten in Deutschland beteiligt und verwirklicht derzeit eine innovative Zusammenarbeit mit unter anderem dem Universitätsklinikum Münster (UKM). Dies entspricht exakt den Zielen der EUREGIO, die sich bereits seit Jahren für eine Zusammenarbeit zwischen den Niederlanden und Deutschland einsetzt. Hier liegen noch viele Chancen. Als eine unternehmende, selbstständige Stiftung mit einer Mission ergreift Labmicta, gemeinsam mit anderen, hierin gerne die Initiative. So steht Nashwan zum Beispiel in engem Kontakt mit Alex Friedrich, dem Ärztlichen Direktor und Vorstandsvorsitzenden des UKM. „In unserer Region haben wir einen Mangel an Pflegekapazität, Hausärzten und medizinischer Unterstützung. Dies resultiert in langen Wartelisten, die durch den Nachholbedarf infolge der COVID-19-Panemie nur noch länger werden. In Deutschland dagegen ist die Kapazität erheblich größer, es gibt deutlich kürzere Wartezeiten. Hierin können wir einander auf der Basis von deutlichen Absprachen helfen”, so Nashwan.

Gesunde EUREGIO als gesellschaftliche Mission Labmicta und seine deutschen Kooperationspartner sehen die Schaffung einer gesunden EUREGIO als eine gesellschaftliche Mission. „Gemeinsam mit dem Universitätsklinikum in Münster sowie der Universität Twente und diversen Spitzenkliniken starten wir eine wissenschaftliche Zusammenarbeit. Darin analysieren wir die Unterschiede in der Landeskultur und der Gesundheitssysteme sowie Daten und Prozessen in der Gesundheitsversorgung. Wir machen eine Bestandsaufnahme: Was hilft und was hindert? Letztendlich möchten wir nachhaltige, innovative Lösungen entwickeln, mit denen wir bei den Leistungserbringern im Gesundheitswesen das Bewusstsein für Antibiotikaresistenz schärfen und bei der Einhaltung von Richtlinien helfen können. Vor kurzem betreute ich eine Promotion über eine vergleichbare Studie, in diesem Fall auf Krankenhausebene. Jetzt möchten wir dasselbe eine Stufe höher auf EUREGIO-Niveau ausführen”, erläutert Nashwan.

Kurzum, Labmicta macht nicht nur in den Niederlanden große Schritte, sondern auch im benachbarten Deutschland – logische Schritte im Hinblick auf Labmictas Ambitionen und gesellschaftliche Mission.

Nashwan und Alex sind sich einig: „Wenn Mikroorganismen bei der Grenze nicht Halt machen, warum sollten wir es dann tun?!” \

Boerhaavelaan 59, 7555 BB Hengelo / T 088 537 4200 / www.labmicta-ontwikkelt.nl

82 /

Infotorial /

Anzeige

Frank Ikink

Column IkinkBekman Gerechtsdeurwaarder voor ondernemers en advocatuur IkinkBekman Gerechtsdeurwaarders is een gerechtsdeurwaarderskantoor voor Nederland en Duitsland.

Vanuit ons kantoor in Almelo kunnen wij bedrijven en organisaties bedienen.

Kan of wil uw klant niet betalen?

Juist in deze tijd is het belangrijk om helder te krijgen wat de reden is dat uw klant uw factuur niet betaalt. U hebt zelf al de nodige pogingen ondernomen om uw klant te bewegen de facturen te voldoen, maar uw klant geeft niet thuis. Hier kunnen meerdere redenen voor aanwezig zijn.

IkinkBekman Incasso & Gerechtsdeurwaarders biedt maatwerk voor ondernemers en advocatuur De werkzaamheden van IkinkBekman zijn in eerste instantie gericht om te achterhalen wat de reden is dat uw factuur niet is betaald. In het algemeen zijn er 4 hoofdredenen te onderscheiden: 1. Uw klant kan niet betalen en wil ook niet betalen.

2. Uw klant kan niet direct betalen, maar wil wel betalen.

3. Uw klant kan wel betalen, maar wil niet betalen.

4. Uw klant kan wel betalen en wil ook wel betalen.

Elke reden vereist gerichte benadering. IkinkBekman heeft een incassotool ontwikkeld dat hiervoor maatwerk biedt.

Korte lijnen en persoonlijk contact Kennis van zaken, korte lijnen en persoonlijk contact (de gerechtsdeurwaarder is uw contactpersoon) kenmerken de dienstverlening van IkinkBekman. Vanuit Almelo incasseren wij vorderingen in Nederland en Duitsland. Geïnteresseerd? Bel of mail: info@ikinkbekman.nl / 0546-799844 \

/ 83

Gerrit Jan Bekman

Kolumne IkinkBekman Gerichtsvollzieher für Unternehmer und Rechtsanwälte IkinkBekman Gerechtsdeurwaarders ist ein Gerichtsvollzieherbüro für die Niederlande und Deutschland.

Von unserem Büro in Almelo aus können wir Unternehmen und Rechtsanwälte bedienen.

Ist Ihr Kunde zahlungsunfähig oder zahlungsunwillig?

Gerade in diesen Zeiten ist es wichtig, sich Klarheit über die Gründe zu verschaffen, warum Ihr Kunde Ihre Rechnung nicht bezahlt. Sie haben bereits die notwendigen Versuche unternommen, um Ihren Kunden zur Zahlung der Rechnungen zu bewegen, aber Ihr Kunde reagiert nicht. Hierfür kann es mehrere Gründe geben.

IkinkBekman Inkasso & Gerichtsvollzieher bietet maßgeschneiderte Dienstleistungen für Unternehmer und Rechtsanwälte Die Arbeit von IkinkBekman zielt in erster Linie darauf ab zu ermitteln, warum Ihre Rechnung nicht bezahlt worden ist. Im Allgemeinen können 4 Hauptgründe unterschieden werden:

1. Ihr Kunde kann und will nicht zahlen.

2. Ihr Kunde kann nicht sofort zahlen, will aber zahlen.

3. Ihr Kunde kann zahlen, will aber nicht zahlen.

4. Ihr Kunde kann zahlen und will zahlen.

Jeder Grund erfordert einen gezielten Ansatz. IkinkBekman hat ein Inkasso-Tool entwickelt, das hierfür maßgeschneiderte Lösungen bietet.

Kurze Wege und persönlicher Kontakt.

Kompetenz, kurze Kommunikationswege und persönlicher Kontakt (der Gerichtsvollzieher ist Ihr Ansprechpartner) zeichnen die Dienstleistungen von IkinkBekman aus. Von unserem Büro in Almelo aus ziehen wir Forderungen in den Niederlanden und in Deutschland ein. Sind Sie interessiert? Rufen Sie an oder schicken Sie eine E-Mail: info@ikinkbekman.nl / +31 546 799844 \

Twentepoort Oost 61 - 29, 7609 RG Almelo / T +31 (0)546 - 799844 / www.ikinkbekman.nl

84 /

Infotorial /

Anzeige

Souverän von Anfang an – mit Sandberg, Kemper & Kollegen Mit viel Empathie und jahrzehntelanger Erfahrung berät die Steuerberatungskanzlei Sandberg, Kemper & Kollegen Unternehmen, Selbstständige und Privatpersonen in allen Steuerangelegenheiten und unterstützt bei der Unternehmensgründung. Nicht nur im Münsterland ist das Team für Sie da – durch die unmittelbare Nähe zur niederländischen Grenze profitieren deutsche sowie niederländische Mandant:innen von dem umfangreichen Know-how der Kanzlei aus Ahaus.

Die vertrauensvolle Kommunikation und der wertschätzende Umgang innerhalb des Teams, um gemeinsam gute Lösungen zu finden, für jeden von uns persönlich als auch für unsere Mandant:innen in fast allen Lebensbereichen – das erfüllt uns mit täglicher Freude.

Geschäftsführer Jürgen Sandberg

Seit über 60 Jahren kümmert sich die Kanzlei Sandberg, Kemper & Kollegen um die Steuererklärung, die Lohn- und Finanzbuchhaltung, den Jahresabschluss und um die Nachlassregelung ihrer Mandant:innen. Bei der Existenzgründung steht die Kanzlei beratend zur Seite und strukturiert die nächsten wichtigen Schritte.

Immer im Fokus – der persönliche Austausch mit den Mandant:innen.

Mit viel Gespür für Details erarbeitet das Team individuelle Lösungen. Die Kanzlei Sandberg, Kemper & Kollegen berät auch bei schwierigen Entscheidungen und ist Ihr zuverlässiger Partner in herausfordernden Zeiten. Zuhören, verstehen und ganzheitliche Lösungswege entwickeln – das ist nicht nur die Devise innerhalb des Teams.

Die Kanzlei setzt auf Vertrauensaufbau und Kundennähe. Die Mandant:innen schätzen die persönliche und unkomplizierte Kommunikation sowie die schnelle und gewissenhafte Bearbeitung der unterschiedlichen Fälle.

Gemeinsam mehr erreichen: Um effiziente und nachhaltige Ergebnisse zu erzielen, werden Ideen im Team entwickelt und Kräfte gebündelt.

Teamwork wird bei Sandberg, Kemper & Kollegen gelebt – und das ist auch für die Mandant:innen spürbar. \

Text Sandberg Kemper & Kollegen / Fotografie Sandberg Kemper & Kollegen

Die Kanzlei-Partner

/ 85

Vol vertrouwen vanaf het begin – met Sandberg, Kemper & Kollegen Met veel inlevingsvermogen en tientallen jaren ervaring staan belastingadviseurs Sandberg, Kemper & Kollegen bedrijven, ondernemers en particulieren in alle belastingzaken ter zijde en ondersteunen ondernemers bij de start van hun bedrijf. Niet alleen in het Münsterland staan zij voor u klaar – door de directe nabijheid van de Nederlandse grens profiteren zowel Duitse als Nederlandse cliënten van de brede expertise van het kantoor in Ahaus.

De vertrouwensvolle communicatie en waarderende interactie binnen het team om voor iedereen tot een goede oplossing te komen, voor onszelf ons én voor onze cliënten in vrijwel alle levenssituaties – dat geeft ons dagelijks veel voldoening.

Directeur Jürgen Sandberg

Sinds meer dan 60 jaren verzorgt het kantoor Sandberg, Kemper & Kollegen voor zijn cliënten belastingaangiften, loonadministratie en financiële administratie, jaarrekeningen en nalatenschappen. Bij de bedrijfsstart ondersteunt het kantoor met advies en zorgt voor gestructureerde belangrijke vervolgstappen.

Altijd centraal – het persoonlijke contact met cliënten Met veel oog voor detail ontwikkelt het team individuele oplossingen. Het belastingkantoor Sandberg, Kemper & Kollegen adviseert ook bij moeilijke beslissingen en is uw betrouwbare partner in tijden van uitdagingen. Luisteren, begrijpen en integrale oplossingen vinden – dat is niet alleen het motto binnen het team.

Het kantoor richt zich op het opbouwen van vertrouwen en wil dicht bij zijn cliënten staan. Deze waarderen de persoonlijke en ongecompliceerde communicatie en de snelle en nauwgezette behandeling van de verschillende zaken.

Partners van het advocatenkantoor

Bispinckplatz 1-3, 48683 Ahaus / T 02561/93020 / www.sandberg-kemper.de

Samen meer bereiken: om tot efficiënte en duurzame resultaten te komen, worden ideeën in teamverband ontwikkeld en krachten gebundeld. Teamwork staat bij Sandberg, Kemper & Kollegen centraal – en dat is ook merkbaar voor de cliënten. \

86 /

Infotorial /

Anzeige

Anke van der Locht, loonheffingenspecialist bij het Employment advisory team van Baker Tilly | Anke van der Locht, Lohnsteuerspezialistin im Employment advisory Team von Baker Tilly

/ 87

Werkgeverschap over de grens: ken de valkuilen Over de grens werken is in de grensregio heel gebruikelijk. Dit geldt voor ondernemingen, die in Nederland en Duitsland vestigingen hebben en ook voor bedrijven, die in het ene land gevestigd zijn, terwijl een aantal werknemers in het andere land woont. En dat is niet altijd zonder gevolgen, zegt Anke van der Locht, loonheffingenspecialist bij het Employment advisory team van Baker Tilly.

Van der Locht: `Als je werknemers in dienst hebt die grensoverschrijdend werken, dan kan dat ingrijpende gevolgen hebben voor zowel de werknemer als de werkgever. Niet alleen op gebied van belasting, maar ook vanuit het perspectief van arbeidsrecht en sociale zekerheid. Daarom nemen we die drie elementen mee bij vraagstukken, die onze klanten ons voorleggen.

Want veel ondernemers kennen niet alle consequenties. Wij wel.

Neem bijvoorbeeld de 183-dagenregeling. De meeste werkgevers denken, dat er geen fiscale consequenties in het andere land zijn, zolang de werknemer minder dan 183 dagen over de grens werkt.

Maar dat is niet zo. Stel, je leent als Duits bedrijf een werknemer

uit aan een Nederlandse vestiging. Die werknemer komt dan onder leiding en toezicht in Nederland te staan en de loonkosten worden door de Duitse vestiging doorbelast. Op dat moment is er al sprake van Nederlandse loonheffing, ongeacht om hoeveel dagen het gaat.’

Thuiswerkbeleid goed inrichten Wie meer dan 25% van de tijd in zijn woonland werkt, is daar sociaal verzekerd. Voor Nederlandse werkgevers kan dat betekenen, dat je in Duitsland premies voor de sociale verzekeringen moet afdragen.

Tot het coronatijdperk was dat niet vaak aan de orde. >

Grenzüberschreitende Beschäftigung: die Fallstricke erkennen Arbeiten im Nachbarland ist in der Grenzregion sehr verbreitet. Das gilt sowohl für Unternehmen mit Niederlassungen in den Niederlanden und in Deutschland als auch für Betriebe, die in einem Land ansässig sind, während ein Teil ihrer Mitarbeiter im anderen Land wohnt. Und das bleibt nicht immer ohne Folgen, wie Anke van der Locht, Lohnsteuerspezialistin im Employment Advisory Team von Baker Tilly, erläutert.

Van der Locht: „Die Beschäftigung von Mitarbeitern, die grenzübergreifend arbeiten, kann schwerwiegende Folgen für sowohl Arbeitnehmer als auch für Arbeitgeber haben. Nicht nur auf Steuergebiet, sondern auch im Bereich des Arbeitsrechts und der Sozialversicherung. Darum integrieren wir diese drei Elemente in die Behandlung der Fragestellungen, die unsere Mandanten uns vorlegen. Denn viele Unternehmer haben nicht alle Konsequenzen im Fokus, wir wohl.

nicht der Fall. Angenommen, ein deutsches Unternehmen leiht einen Mitarbeiter an eine niederländische Niederlassung aus.

Dieser Arbeitnehmer steht dann unter niederländischer Leitung und Beaufsichtigung; die Lohnkosten werden von der deutschen Niederlassung weitergegeben. Bereits in dem Moment fällt die niederländische Lohnsteuer an, unabhängig davon, um wie viel Arbeitstage es geht.”

Nehmen wir beispielsweise die 183-Tage-Regelung. Die meisten Arbeitgeber denken, dass es im anderen Land keine steuerlichen Konsequenzen hat, solange der Mitarbeiter weniger als 183 Tage auf der anderen Seite der Landesgrenze arbeitet. Das ist jedoch

Wer mehr als 25 Prozent in seinem Wohnsitzland arbeitet, ist dort auch sozialversichert. Für niederländische Arbeitgeber kann das bedeuten, dass sie in Deutschland Sozialversicherungsbeiträge zahlen müssen. Bis an das Corona-Zeitalter kam dies nicht oft vor. >

Tekst Petra Lubbers / Fotografie Lars Smook

Bauen Sie eine Homeoffice-Strategie auf

88 /

Infotorial /

Anzeige

Maar sinds twee jaar werken veel mensen (groten)deels vanuit huis. Van der Locht: `In de coronaperiode werd er soepel met de regels omgegaan, maar na 30 juni 2022 is dat niet meer het geval.

En wat doe je dan? Ga je werknemers, die in het buitenland wonen, verplichten om vaker naar kantoor te komen? En hoe richt je als ondernemer je thuiswerkbeleid in, rekening houdend met de sociale verzekeringen? Wellicht is daar nog niet over nagedacht. In die gevallen denken wij graag mee.’

Baker Tilly heeft vestigingen in Nederland en Duitsland. De experts helpen ondernemers om nu de keuzes voor morgen te maken en werken bij internationale vraagstukken samen.

Aansprakelijkheidsrisico’s beheersen

Door de internationale samenwerking krijgt onze klant het beste van twee werelden.

Durch internationale Zusammenarbeit bekommen unsere Mandanten das Beste aus zwei Welten.

Van der Locht: `Dat gezamenlijk optrekken is prettig en efficiënt.

De klant krijgt letterlijk het beste van twee werelden. Niet alleen qua advisering, maar ook op gebied van praktische zaken die we kunnen overnemen, zoals bijvoorbeeld de salarisadministratie. Overigens helpen we ondernemers ook om aansprakelijkheidsrisico’s te beheersen als ze buitenlandse bedrijven en werknemers inhuren. Want niet iedereen weet, dat de belastingdienst bij de opdrachtgever aan kan kloppen, als het uitzendbureau niet meer aan de fiscale verplichtingen kan voldoen.

Of als er problemen ontstaan met de Arbeidsinspectie bij illegale tewerkstelling van niet-EU-werknemers. En dat moet je niet willen.’

Seit zwei Jahren arbeiten jedoch viel Menschen (größten)teils im Homeoffice. Van der Locht: „Während der Corona-Pandemie wurde locker mit den Regeln umgegangen, aber dies gilt nicht mehr nach dem 30. Juni 2022. Was geschieht dann? Verpflichten Sie die im Ausland wohnenden Arbeitnehmer, öfter ins Büro zu kommen? Und wie organisieren Sie als Unternehmen Ihre Homeoffice-Strategie unter Berücksichtigung der Sozialversicherungen? Möglicherweise ist hierüber noch nicht nachgedacht worden. In diesen Fällen beraten wir Sie gern.”

Is het dan wel een goed idee, werken over de grens? ‘Ja hoor!’, zegt Van der Locht. ‘Je moet je alleen wel bewust zijn van de consequenties. Laat je goed informeren en adviseren, zodat je zorgeloos grensoverschrijdend kan werken en ondernemen.’ \

Baker Tilly hat Niederlassungen in den Niederlanden und Deutschland. Die Experten helfen Unternehmen, jetzt die richtigen Entscheidungen für die Zukunft zu treffen. In internationalen Fragen arbeiten Experten aus beiden Ländern zusammen.

Haftungsrisiken im Griff behalten

Wij helpen ondernemers om nu de beste keuzes voor morgen te maken.

Wir helfen Unternehmen, jetzt die richtigen Entscheidungen für die Zukunft zu treffen.

Adastraat 7, 7607 HA Almelo / T 0546 82 70 00 / www.bakertilly.nl

Van der Locht: „Das gemeinsame Vorgehen ist angenehm und effizient. Der Mandant bekommt buchstäblich das Beste aus zwei Welten. Nicht nur im Bereich der Beratung, sondern auch auf praktischen Gebieten können wir ihn entlasten, beispielsweise in der Lohnbuchhaltung. Daneben helfen wir Unternehmern, die ausländische Betriebe und Arbeitskräfte einsetzen, auch ihr Haftungsrisiko im Griff zu behalten. Nicht bei allen Unternehmern ist bekannt, dass der Fiskus sich an den Auftraggeber wenden kann, wenn das Zeitarbeitsunternehmen nicht mehr in der Lage ist, seine steuerlichen Verpflichtungen zu erfüllen. Oder wenn es bei illegaler Beschäftigung von Nicht-EU-Arbeitnehmern Probleme mit dem Gewerbeaufsichtsamt gibt. Das wünscht sich niemand.”

Ist arbeiten jenseits der Grenze dann eigentlich eine so gute Idee? „Aber ja!”, so Van der Locht. „Man sollte sich nur der Konsequenzen bewusst sein. Lassen Sie sich gut informieren und beraten, dann können Sie sorglos grenzübergreifend arbeiten und unternehmen.” \

/ 89

MKB Twente brengt Nederlandse en Duitse ondernemers samen We staan met z’n allen nog te veel met de rug naar de grens. Ondernemers kijken te vaak enkel naar het westen. En dat terwijl er in Duitsland zoveel moois ligt te wachten. Dat vindt het bestuur van ondernemersvereniging MKB Twente. Ze roepen op tot meer samenwerking.

De intentie hebben om samen te werken en van elkaar te leren en het daadwerkelijk doen, zijn twee verschillende dingen. Dat beseft Laura Reimerink maar al te goed. Reimerink is relatiebeheerder voor MKB Twente en stond eerder twintig jaar lang aan het roer van een betonrenovatiebedrijf in Duitsland en Nederland. ‘We horen het vaak om ons heen. Twentse ondernemers snappen best dat er kansen liggen aan de andere kant van de grens, maar hoe pakken ze die? We zitten te veel in onze eigen bubbel. Taalen cultuurverschillen zijn dan barrières die lastig overbrugbaar lijken, maar dat hoeft niet zo te zijn. Ik zie het als onze missie hen daarbij te helpen. Hoe? Bijvoorbeeld door Nederlandse en Duitse ondernemers bij elkaar te brengen. Letterlijk. En om ze vervolgens aan de hand van thema’s als arbeidsmarkt, onderwijs, bereikbaarheid en digitalisering in gesprek te laten gaan.’ >

MKB Twente bringt niederländische und deutsche Unternehmer zusammen Wir stehen alle noch zu viel mit dem Rücken zur Grenze.

Unternehmer blicken oft nur Richtung Westen. Und doch wartet in Deutschland so viel Gutes. Das ist die Meinung der Vorstandsmitglieder des Arbeitgeberverbands MKB Twente. Sie rufen zu mehr Zusammenarbeit auf.

Die Absicht, zusammenzuarbeiten und voneinander zu lernen und die tatsächliche Umsetzung sind zwei verschiedene Dinge.

Das weiß Laura Reimerink nur allzu gut. Sie ist Relationship Manager für MKB Twente und stand davor 20 Jahre lang an der Spitze eines Betonsanierungsunternehmens in Deutschland und den Niederlanden. „Wir hören es oft in unserer Umgebung.

Tekst Jochem Vreeman / Fotografie Lars Smook

Unternehmer in Twente wissen durchaus, dass an der anderen Seite der Grenze Möglichkeiten liegen – aber wie ergreifen sie diese? Wir leben viel zu oft in der eigenen Blase. Sprach- und Kulturunterschiede sind dann Barrieren, die scheinbar schwierig zu überwinden sind. Aber das muss nicht so sein. Ich betrachte es als unsere Mission, ihnen dabei zu helfen. Wie? Beispielsweise indem wir niederländische und deutsche Unternehmer zusammenbringen.

Wörtlich. Um sie danach anhand von Themen wie Arbeitsmarkt, Ausbildung, Infrastruktur und Digitalisierung miteinander ins Gespräch zu bringen.”

Fördermittel MKB Twente empfing kürzlich Fördermittel aus dem Twente Noaber Fonds, der von der Provinz Overijssel mitfinanziert wird. >

90 /

Infotorial /

Anzeige

Noaber Fonds MKB Twente ontving recent een subsidie uit het Twentse Noaber Fonds, dat mede gefinancierd wordt door de Provincie Overijssel.

Het doel: goede ideeën rondom samenwerking stimuleren. Dat kan ook gaan over samenwerking met onze oosterburen. ‘Samen met onze Duitse evenknie Aktive Unternehmen im Westmünsterland, de AIW, organiseerden we een evenement voor dertig Duitse en dertig Nederlandse ondernemers.’ vertelt Albert van Winden, voorzitter van MKB Twente. ‘Dat deden we in stadscampus Connect-U van het Saxion Centrum voor Ondernemerschap. De thema’s arbeidsmarkt en onderwijs stonden centraal. We lieten zien, dat in Connect-U onderwijs en ondernemers op een vernieuwende manier samenwerken. Bedrijven staan daar direct in contact met creatief talent, ze zitten er dichtbij elkaar. Het werkte inspirerend voor Duitse ondernemers.’

Laura Reimerink en Albert van Winden

Van Winden werd tijdens de bijeenkomst door Duitse ondernemers op een opvallend feit gewezen. ‘Ze vroegen: waarom komen er eigenlijk zo weinig Nederlandse studenten naar Münster en Osnabrück? De beweging andersom, naar Saxion en de Universiteit Twente, is vele malen groter. Daar moeten we iets mee. Wij op onze beurt kunnen ook van onze Duitse collega-ondernemers leren, bijvoorbeeld als het gaat om de energietransitie. In 2050 moeten hier alle woningen van het gas af, maar hoe pakken mkb-bedrijven dat aan? Duitsland is daar veel verder in.’

Familiebedrijven Het bestuur van MKB Twente werd na afloop op hun beurt uitgenodigd door de AIW om te praten over familiebedrijven.

Van Winden: ‘Ze zien dat die bedrijven uniek zijn voor Twente en veel toevoegen aan de samenleving. We gaan in gesprek over het

/ 91

Das Ziel: gute Ideen zum Thema Zusammenarbeit anzuregen.

Dabei kann es auch um Zusammenarbeit mit dem Nachbarland gehen. „Gemeinsam mit unserem deutschen Pendant AIW - Aktive Unternehmen im Westmünsterland haben wir eine Veranstaltung für 30 deutsche und 30 niederländische Unternehmer organisiert”, berichtet Albert van Winden, Vorsitzender von MKB Twente. „Das geschah im Stadtcampus Connect-U des Saxion Centre for Entrepreneurship. Im Mittelpunkt standen die Themen Arbeitsmarkt und Bildung. Wir zeigten, dass im Connect-U Bildungswesen und Unternehmen auf innovative Weise zusammenarbeiten. Betriebe stehen dort in direktem Kontakt mit kreativen Talenten, alles liegt nah beisammen. Die deutschen Unternehmer fanden es sehr inspirierend.”

Bei dieser Gelegenheit wurde Van Winden von deutschen Unternehmern auf eine auffällige Tatsache hingewiesen. „Sie fragten: Warum kommen eigentlich so wenig niederländische Studierende nach Münster und Osnabrück? Die Bewegung in umgekehrter Richtung, nach Saxion und zur Universität Twente, ist um ein Vielfaches größer. Hiermit müssen wir etwas tun. Wir selber können von den deutschen Unternehmerkollegen auch lernen, zum Beispiel zum Thema Energiewende. Im Jahre 2050 müssen hier alle Haushalte vom Gasnetz abgeschaltet sein, aber wie gehen mittelständische Unternehmen dieses Problem an? Deutschland ist in dieser Hinsicht viel weiter.”

Familienunternehmen Zum Ende der Veranstaltung wurde der Vorstand von MKB Twente seinerseits von AIW zu einem Gespräch über Familienunternehmen eingeladen. Van Winden: „Sie sehen, dass diese Unternehmen für Twente einzigartig sind und einen wertvollen gesellschaftlichen Beitrag leisten. Wir werden über das Programm Familiy Next der Provinz Overijssel sprechen. Ich war überrascht zu hören, dass der AIW in der Grenzregion etwas in dieser Richtung unternehmen will.

Dabei geht es vor allem um die Frage, wie ein Familienbetrieb ein Familienbetrieb bleibt, wie die Nachfolge gefördert werden kann. In Twente sind Familienunternehmen ein konstanter Faktor. Sie setzen sich für Arbeitsplätze ein und sind tief in der lokalen Gemeinschaft verwurzelt. Schauen Sie sich mal die Sportplätze an, die hängen oft voll mit Sponsorenschildern von Familienunternehmen.”

programma Family Next van de provincie. Ik was verrast om te horen dat de AIW daar iets mee wil in het grensgebied. Daarbij gaat het vooral over de vraag, hoe je een familiebedrijf een familiebedrijf houdt, hoe je opvolging stimuleert. In Twente zijn familiebedrijven een continue factor. Ze zetten net een stapje meer voor werkgelegenheid en zijn diep geworteld in de lokale samenleving.

Kijk maar eens langs het veld bij sportverenigingen, daar hangt het vaak vol met sponsorborden van familiebedrijven.’

Voor MKB Twente is duidelijk, dat er genoeg van elkaar te leren valt.

Reimerink: ‘We willen vooral bedrijven in Twente en de grensstreek met elkaar verbinden. Kennisoverdracht staat daarbij centraal. We zijn niet alleen een borrelclub die leuke dingen doet, we zetten de schouders eronder.’ \

Ariënsplein 1, 7511 JX Enschede / T 06 41606169 / www.mkb-twente.nl

Für MKB Twente ist es deutlich, dass beide Seiten voneinander lernen können. Reimerink: „Wir möchten vor allem Unternehmen in Twente und der Grenzregion miteinander verbinden.

Wissenstransfer steht dabei im Mittelpunkt. Wir sind nicht nur ein sozialer Club bei dem es vor allem um Geselligkeit geht, wir möchten auch echt etwas erreichen.” \

Hoe pakken ondernemers kansen over de grens?

Wie ergreifen Unternehmer Chancen jenseits der Grenze?

92 /

Infotorial /

Anzeige

Grenzenlos erfolgreich mit der RFS MediaGroup BeNeLux Wenn Johannes B. Schneider über Potenziale spricht, die deutsche oder niederländische Unternehmen im jeweiligen Nachbarland haben, ist ihm eines vollkommen klar: „Die Möglichkeiten für erfolgreiches grenzübergreifendes Marketing sind längst noch nicht ausgeschöpft”, betont der Geschäftsführer der RFS MediaGroup BeNeLux. Die Stadtlohner Agentur unterstützt seit mehr als 35 Jahren deutsche und niederländische Unternehmen dabei, schlummernde Potenziale auf dem jeweiligen Nachbarmarkt zu wecken.

(von links): Kai Schlüter, Robert Kip, Johannes Schneider und Christoph Dinkelborg (Team RFS MediaGroup BeNeLux)

Text Michael Terhörst / Fotografie Anja Wittenberg

/ 93

Grenzeloos succesvol met de RFS MediaGroup BeNeLux Als Johannes B. Schneider het heeft over het potentieel, dat er voor Duitse en Nederlandse bedrijven in het buurland ligt, is één ding voor hem volkomen duidelijk: `De mogelijkheden voor succesvolle grensoverschrijdende marketing zijn nog lang niet uitgeput,’ benadrukt de directeur van de RFS MediaGroup BeNeLux. Al meer dan 35 jaar ondersteunt het in Stadtlohn gevestigde bureau Duitse en Nederlandse ondernemingen bij het aanboren van potentieel op de markt aan de andere kant van grens.

94 /

Infotorial /

Anzeige

Ein Selbstläufer ist das aber nicht. Neben der Sprachbarriere gibt es nicht zu unterschätzende kulturelle Unterschiede, die oft über Erfolg und Misserfolg einer Marketingkampagne im Nachbarland entscheiden. „Niederländer sind werbetechnisch anders sozialisiert als Deutsche. Werbung und Marketing sind in den Niederlanden deutlich frecher, farbenfroher und aggressiver als in Deutschland.

Wir kennen beide Marketing-Kulturkreise und wissen, wie man auf beiden Seiten der Grenze den passenden Ton trifft“, erläutert Schneider.

Die RFS MediaGroup BeNeLux verfügt zudem über profunde Marktkenntnisse in Deutschland und den Niederlanden. Die Agentur beschäftigt sowohl deutsche als auch niederländische Fachleute, die die Medienlandschaft sehr genau kennen. Sie wissen, wie sie bestimmte Zielgruppen effektiv erreichen können, und mit diesem Wissen holen sie das Maximum aus Marketingbudgets ihrer Kunden heraus. In den meisten Fällen geht es dabei heute mehr denn je um ­­den richtigen Medienmix. Dahinter steckt die Tatsache, dass die meisten Unternehmen heterogene Zielgruppen haben, die man über ein einzelnes Medium allein nicht vollständig erreichen kann. „Wir entwickeln daher Kampagnen, die sowohl klassische Elemente wie Printanzeigen, Prospektverteilungen, Fernseh- oder Radiowerbung, aber auch Online-Komponenten wie Google-, Social Media- oder Landingpage-Marketing enthalten können. So holen wir die verschiedenen Zielgruppen immer genau da ab, wo sie sind”, verdeutlicht Schneider.

Welche Medien sind für welche Zielgruppe?

Es gibt Unternehmen, die vor diesem Hintergrund zum Beispiel mit einer Kombination aus Onlinekampagne plus Prospektverteilung – die in den Niederlanden immer noch bei vielen Zielgruppen sehr effektiv ist – optimal aufgestellt sind, während andere eher mit Audio-, TV- oder Zeitungskampagnen punkten können.

Entscheidend ist immer die Frage, über welche Medien einzelne Zielgruppen am besten zu erreichen sind. „Am Anfang steht daher für uns immer eine intensive Analyse, in der wir uns gemeinsam mit dem Kunden sehr genau anschauen, was die individuellen Marketingziele sind und welche Möglichkeiten es gibt, diese Ziele zu realisieren. Wichtig ist uns an dieser Stelle ein wirklich offener Austausch. Im Zweifel kann das sogar dazu führen, dass wir Kunden davon abraten, im jeweiligen Nachbarland zu werben, weil ihre Produkte und Dienstleistungen einfach nicht dazu passen. Wieder anderen haben wir dabei geholfen, ihre Produkte so anzupassen, dass sie jenseits der Grenze genauso gut funktionieren wie auf dem Heimatmarkt. Letztlich sehen wir unsere Aufgabe darin, unsere Kunden erfolgreicher zu machen”, erläutert Schneider. \

Dat gaat echter niet vanzelf. Naast de taalbarrière zijn er niet te onderschatten culturele verschillen, die vaak beslissend zijn voor het slagen of mislukken van een marketing campagne in het buurland. `Nederlanders zijn op reclamegebied anders gesocialiseerd dan Duitsers. Reclame en marketing zijn in Nederland duidelijk gedurfder, kleurrijker en agressiever dan in Duitsland.

Wij kennen beide marketing-culturen en weten aan beide zijden van de grens de juiste toon te treffen.’ licht Schneider toe.

Daarnaast beschikt de RFS MediaGRoup BeNeLux over diepgaande kennis van de Nederlandse en Duitse markt. Het bureau heeft zowel Duitse als Nederlandse professionals in dienst, die het medialandschap door en door kennen. Zij weten, hoe ze bepaalde doelgroepen effectief kunnen bereiken, en met deze kennis halen zij het maximale uit de marketingbudgets van hun klanten. In de meeste gevallen gaat het daarbij nu meer dan ooit om de juiste mediamix. Dat komt door het feit, dat de meeste bedrijven heterogene doelgroepen hebben, die niet enkel met één medium te volledig bereiken zijn. `Wij ontwikkelen daarom campagnes, die klassieke elementen kunnen bevatten zoals printadvertenties, folderverspreiding, tv- en radioreclame, maar ook online-componenten zoals Google-, social media en landingpagemarketing. Op die manier pikken wij de verschillende doelgroepen altijd daar op, waar ze zich bevinden,’ verduidelijkt Schneider.

Welke media voor welke doelgroep?

Er zijn bedrijven, die in dit kader bijvoorbeeld optimaal gepositioneerd zijn met een combinatie van onlinecampagne plus folderverspreiding – wat in Nederland nog steeds bij veel doelgroepen effectief is – terwijl anderen eerder kunnen scoren met een audio-, tv- of krantencampagne. De beslissende vraag is altijd, welke media het meest geschikt zijn om afzonderlijke doelgroepen het beste te bereiken. `We beginnen daarom altijd met een intensive analyse, waarbij we samen met de klant precies kijken, wat de individuele marketingdoelstellingen zijn en welke mogelijkheden er zijn om die te behalen. Wat voor ons op dat moment belangrijk is, is een open gesprek. Bij twijfel kan het zelfs gebeuren, dat we een klant adviseren om van een campagne in het buurland af te zien, omdat hun diensten of producten er gewoon niet passen. Andere bedrijven hebben we geholpen om hun producten zo aan te passen dat zij aan de andere kant van de grens net zo goed werken als op de thuismarkt. Uiteindelijk zien wij het als onze taak om onze klanten succesvoller te maken.’ legt Schneider uit. \

Info:

Info:

RFS MediaGroup BeNeLux ist ein Joint Venture der Stadtlohner RFS MediaGroup und dem belgischen Konzern DPG Media. Zu DPG Media, dem größten Medienkonzern in BeNeLux, gehören Fachzeitschriften und Zeitungen wie die Tubantia, de Gelderlander und AD, aber auch nationale Radiosender und Online-Portale. Die RFS Mediagroup als Unternehmensgruppe verfügt zudem über ein breites Medien-Netzwerk in Deutschland und einer Medienkompetenz, die über 120 Jahre zurückreicht.

RFS MediaGroup BeNeLux is een joint venture van de in Stadtlohn gevestigde RFS MediaGroup en het Belgische concern DPG Media. Onder DPG Media, het grootste mediaconcern in de Benelux, vallen vakbladen en kranten als Tubantia, De Gelderlander en het AD, maar ook nationale radiozenders en online-portals. De RFS MediaGroup beschikt als ondernemingsgroep daarnaast over een breed medianetwerk in Duitsland en over media-expertise, die meer dan 120 jaar teruggaat.

Boschstr. 1, 48703 Stadtlohn / T +49 2563 929 300 / www.rfsbenelux.de

RFS MediaGroup BeNeLux GmbH

/ 95

Ontdek je ware ik met de Core Value Index scan

De juiste mens op de juiste plek Taylor Protocols vindt de ideale match tussen persoon, werkzaamheden en plek in de organisatie.

Daarbij snijdt het mes aan twee kanten: de werknemer zit lekker in zijn vel en is daardoor productiever en mentaal gezonder. En daar heeft de werkgever natuurlijk ook voordeel van. Van die win-winsituatie zouden ook Duitse bedrijven en organisaties meer kunnen profiteren, aldus Jan Gerritsen (COO/ directeur) en Thijs Holtkamp (marketeer). Daarom zoeken ze Duitse ambassadeurs.

Om de beste match te vinden tussen mens, werk en de plek in de organisatie, maakt Taylor Protocols - als eerste in Europa - gebruik van de Core Value Index (CVI). Dat is een wetenschappelijk bewezen methode om objectief vast te stellen, wie je van nature bent.

Daarbij gaat het bijvoorbeeld om intrinsieke motivatie, drijfveren en kerncapaciteiten. Het verschil met andere tests en methoden is dat die vaak onderzoeken, wat je bent geworden en wat je kunt. Denk aan talenten, vaardigheden en competenties. En in dat onderscheid zit hem de crux.

De CVI-test is méér dan een persoonlijkheidstest Holtkamp: ‘De test legt je aangeboren kern bloot, die bepaalt hoe je een productieve bijdrage kan leveren aan een organisatie, met een takenpakket dat het beste bij je past. Andere tests richten zich vaak op competenties, gedrag en communicatiestijlen, maar die veranderen in de loop der tijd. Je kern niet: ook na tien jaar hertesten levert de CVI-test in 98% van de gevallen dezelfde uitslag op.’

Gerritsen vult aan: ‘CVI is het fundament van alle Taylor Protocols programma’s voor team- en bedrijfsoptimalisatie. We gaan met CVI eerst terug naar de basis. Pas als duidelijk is wie jij bent en wat je kernwaarden zijn, onderzoeken we je vaardigheden. Dat kan met aanvullende testen. >

Sich selbst entdecken mit dem Core Value Index Scan

Die richtige Person am richtigen Platz Taylor Protocols findet das perfekte Matching zwischen Person, Arbeit und Platz im Unternehmen.

Dabei schlägt man zwei Fliegen mit einer Klappe: Der Arbeitnehmer fühlt sich wohl und ist daher produktiver und geistig gesünder. Und das ist natürlich auch ein Vorteil für den Arbeitgeber. Von dieser Win-win-Situation sollten eigentlich auch mehr deutsche Unternehmen profitieren, finden Jan Gerritsen (COO/Geschäftsführer) und Thijs Holtkamp (Marketeer). Darum sind sie auf der Suche nach deutschen Partnern.

Taylor Protocols ist das erste Unternehmen in Europa, das den Core Value Index (CVI) verwendet, um das beste Matching zwischen Person, Arbeit und Platz im Unternehmen zu finden. Dies ist eine wissenschaftlich bewiesene Methode, mit der objektiv festgestellt werden kann, wie eine Person von Natur aus ist. Dabei geht es

Tekst Petra Lubbers / Fotografie Lars Smook

beispielsweise um intrinsische Motivation, Beweggründe und Kernfähigkeiten. Der Unterschied zu anderen Tests und Methoden ist, dass diese oft untersuchen, was die Testperson geworden ist und was sie kann. Hierbei geht es dann um Talente, Fähigkeiten und Kompetenzen. Und gerade in diesem Unterschied liegt der springende Punkt.

Der CVI-Test ist mehr als ein Persönlichkeitstest Holtkamp: „Der Test deckt den Kern auf, mit dem Du geboren bist, Deine unveränderliche Natur. Dieser Kern bestimmt, welchen produktiven Beitrag Du in einem Unternehmen leisten kannst, mit einem Aufgabenpaket, das optimal zu Dir passt. Andere Tests richten sich oft auf Kompetenz, Verhalten und Kommunikationsstil, aber die können sich im Laufe der Zeit ändern. Dein unveränderlicher Kern nicht: Auch bei zehn Jahren von Wiederholungstests zeigt der CVITest in 98 Prozent aller Fälle das gleiche Ergebnis.” „CVI ist das Fundament aller Taylor Protocols Programme für Teamund Betriebsoptimierung”, ergänzt Gerritsen. „Mit CVI gehen wir zunächst zurück zur Basis. Erst wenn deutlich ist, wer Du bist und was Deine Kernwerte sind, untersuchen wir Deine Fähigkeiten. >

96 /

Infotorial /

Anzeige

Uit het totaal van die uitkomsten volgt je natuurlijke rol. En als we die kennen, dan kunnen we de juiste match maken (zie figuur 1).’

Optimaliseer je team en je bedrijf met toppers op de beste plek Gerritsen: ‘De perfecte match is niet alleen belangrijk bij het vinden van nieuwe medewerkers, maar ook voor het optimaliseren van teams en bedrijven als geheel. Veel bedrijven hebben op dit moment een capaciteitstekort en nieuwe medewerkers zijn niet te vinden. Dan zul je op een andere manier naar je huidige team moeten kijken. Door binnen dat team de juiste mens op de juiste plek te zetten, kun je een flinke efficiencyslag maken. Niet door medewerkers harder te laten werken, maar door ervoor te zorgen dat ze lol in hun werk hebben en ze dat te laten doen waar ze goed in zijn.’

Taylor Protocols is klaar voor de Duitse markt. Daarom zoeken ze de samenwerking met Duitse partners, die CVI en de daarop gebaseerde programma’s voor team en bedrijf gaan inzetten bij hun dienstverlening. Dat zijn bijvoorbeeld organisatieadviesbureaus, coaches, consultants en recruiters. Daarbij krijgen ze alle hulp: ze mogen zelf ervaren wat CVI inhoudt, ze worden geschoold en gecertificeerd.

Dus ben of ken jij de ideale Duitse match voor Taylor Protocols?

Neem dan vrijblijvend contact op. \

Das geschieht mit zusätzlichen Tests. Aus dem Gesamtbild aller Resultate ergibt sich Deine natürliche Rolle. Und wenn wir die kennen, folgt das ideale Matchmaking.” (siehe Figur 1)

Team und Unternehmen optimieren mit Spitzenkräften am richtigen Platz Gerritsen: „Das perfekte Matching ist nicht nur wichtig bei der Suche nach neuen Mitarbeitern, sondern auch bei der Optimierung von Teams und ganzen Unternehmen. Viele Betriebe haben momentan ein Kapazitätsdefizit und können keine neuen Mitarbeiter finden.

Das erfordert eine neue Perspektive auf das bestehende Team. Mit der Positionierung der richtigen Person an der richtigen Stelle kann die Effizienz eines Teams einen erheblichen Sprung machen. Nicht, weil die Mitarbeiter härter arbeiten müssen, sondern weil sie Spaß an der Arbeit haben und das tun, was sie am besten können.”

Taylor Protocols ist bereit für den deutschen Markt. Darum sucht das Unternehmen die Zusammenarbeit mit deutschen Partnern, die CVI und die darauf beruhenden Programme für Teams und Unternehmen in ihrer Dienstleistung einsetzen möchten. Das sind beispielsweise Büros für Organisationsberatung, Business-Coaches, Unternehmensberater und Recruiter. Diese Partner bekommen alle Unterstützung, die sie brauchen: Sie können selber erfahren, was CVI beinhaltet, werden ausgebildet und zertifiziert.

Sind Sie für Taylor Protocols der perfekte Partner? Oder kennen Sie jemanden, der dies möglicherweise ist? Nehmen Sie dann unverbindlich Kontakt mit uns auf. \

Als je de echte kern van iemand niet kent, dan bouw je op drijfzand.

Wer den echten Kern einer Person nicht kennt, baut auf Treibsand.

/ 97

Figuur 1. De zelfactualiseringspiramide | Figur 1. Die Selbstaktualisierungs-Pyramide Hoge Bothofstraat 39, 7511 ZA Enschede / T 053 851 7148 / www.taylorprotocols.nl

98 /

Infotorial /

Anzeige

Payt: de meest complete software om sneller en makkelijker betaald te krijgen Klanten die hun rekening niet op tijd betalen zijn één van de grootste frustraties voor veel bedrijven. Het is van groot belang een strak debiteurenbeleid te voeren om ervoor te zorgen dat klanten sneller zullen betalen. Het platform van Payt biedt klanten een totaaloplossing om het debiteurenbeheer zelf op de gewenste manier te automatiseren, zonder daarbij de klantrelatie uit het oog te verliezen.

Bij Payt geloven ze dat klanten bereid zijn de facturen voor geleverde producten en diensten te betalen. Soms wordt er vanwege allerlei mogelijke redenen niet op tijd betaald. Sander Kamstra, oprichter en directeur van Payt: “Sommigen hebben het zo druk dat ze niet aan de administratie toekomen of een factuur zelfs helemaal over het hoofd zien”. Door betalen zo makkelijk mogelijk te maken, zie je dat een groot deel van de klanten direct het verschuldigde bedrag overmaakt. In Duitsland kunnen de klanten van Payt bijvoorbeeld de online betaalmethode SOFORT banking aanbieden aan hun klanten. Maar ook credit card, PayPal en automatische incasso zijn betaalwijzen die aangeboden kunnen worden. Kamstra: “Onze klanten kunnen de betaalwijze kiezen die het beste bij hun klanten past. Het betaalgedrag van klanten wordt hierdoor aanzienlijk verbeterd”.

Een betaallink toevoegen in facturen en herinneringen is één van de functionaliteiten die Payt biedt. Maar de grote kracht van Payt zit hem vooral in het online platform. “We bieden onze klanten een complete oplossing om het debiteurenbeheer te automatiseren.

Zo kan er automatisch een betaalherinnering worden verstuurd of kan de klant de mogelijkheid aanbieden om een specifieke betalingsregeling te treffen met zijn of haar debiteur. Daarnaast kan onze klant debiteuren die nog geld verschuldigd zijn in de gelegenheid stellen om via een chat contact te zoeken”, aldus Kamstra. In het platform van Payt is het dus mogelijk om verschillende zaken in te stellen naar de wensen van de klant.

Daarnaast biedt Payt een overzichtelijk dashboard waar haar klanten alle zaken precies kunnen bijhouden.

Debitorenmanagement mit Payt: So kommen Sie schneller und einfacher an Ihr Geld Kunden, die ihre Rechnungen nicht pünktlich bezahlen, sind für viele Unternehmen ein großes Ärgernis und mitunter sogar ein Risiko. Daher ist es von großer Bedeutung, ein striktes Debitorenmanagement zu betreiben, um sicherzustellen, dass die Kunden schneller zahlen. Die Plattform von Payt bietet den Kunden eine Gesamtlösung zur Automatisierung des eigenen Debitorenmanagements, ohne dabei die Kundenbeziehung aus den Augen zu verlieren.

Bei Payt geht man davon aus, dass Kunden bereit sind, die Rechnungen für gelieferte Produkte und Dienstleistungen zu bezahlen. Manchmal zahlen sie aus den unterschiedlichsten Gründen nicht pünktlich. Sander Kamstra, Gründer und Geschäftsführer von Payt: „Manche Menschen sind so beschäftigt, dass sie sich nicht um die Buchhaltung kümmern oder sogar eine Rechnung übersehen. Indem wir die Zahlung so einfach wie möglich machen, werden Sie feststellen, dass ein großer Teil der Kunden den geschuldeten Betrag direkt überweist.” In Deutschland können Payt-Kunden ihren Kunden zum Beispiel das Online-Bezahlverfahren SOFORT-Überweisung anbieten. Aber auch Kreditkarte, PayPal und Bankeinzug sind Zahlungsmöglichkeiten, die angeboten werden

können. Kamstra: „Unsere Kunden können die Zahlungsmethode wählen, die am besten zu ihnen passt. Das verbessert die Zahlungsmoral der Kunden erheblich.”

Das Hinzufügen eines Zahlungslinks in Rechnungen und Mahnungen ist eine der von Payt angebotenen Funktionalitäten. Die große Stärke von Payt liegt aber vor allem in der Online-Plattform. „Wir bieten unseren Kunden eine Komplettlösung zur Automatisierung ihres Debitorenmanagements. So kann beispielsweise automatisch eine Zahlungserinnerung verschickt werden oder der Kunde kann seinem Schuldner die Möglichkeit bieten, eine bestimmte Zahlungsvereinbarung zu treffen. Außerdem kann unser

/ 99

Een klant ziet direct wat het openstaande saldo is, in welke fase van het facturatieproces een debiteur zich bevindt en welke facturen extra aandacht vereisen.

Payt in de praktijk- Quooker: “Dankzij Payt meer consistentie en efficiëntie in het order to cash proces” Eén van de klanten van Payt is Quooker. Waar Google een begrip is voor zoekmachines, zo is Quooker dat voor kokendwaterkranen.

Met een sterk groeiende omzet nam ook de behoefte aan een consistent en efficiënt creditmanagement toe bij Quooker.

“Voorheen werd één keer per week een uitdraai gemaakt van alle openstaande posten op factuurniveau, waarna er handmatig werd gekeken welke debiteuren een herinnering hoorden te krijgen.

Deze werden vervolgens allemaal per post verstuurd”, aldus Jesse van Hofwegen, business analyst bij Quooker. Om dit proces efficiënter te laten verlopen heeft Quooker gekozen voor de software van Payt, gekoppeld aan hun ERP-systeem. Van Hofwegen: “De manier waarop de automatisering van het creditmanagement in Payt kan worden opgezet en de handige overzichten op het platform sprak ons erg aan”. Tevens was de wens van Quooker om het betalingsproces voor hun klanten makkelijker te maken door een betaallink in de facturen toe te voegen. “Nadat we alle herinneringen via Payt verstuurd hadden, stroomde het geld vrijwel letterlijk binnen”, aldus van Hofwegen. >

Kunde Schuldnern, die noch Geld schulden, die Möglichkeit geben, über einen Chat mit uns Kontakt aufzunehmen”, so Kamstra. Auf der Plattform von Payt ist es möglich, verschiedene Dinge nach den Wünschen des Kunden einzustellen. Darüber hinaus bietet Payt ein übersichtliches Dashboard, auf dem die Kunden den Überblick behalten können. Ein Kunde kann sofort sehen, wie hoch der ausstehende Saldo ist, in welcher Phase des Abrechnungsprozesses sich ein Schuldner befindet und welche Rechnungen besondere Aufmerksamkeit erfordern.

Payt in der Praxis - Quooker: „Dank Payt mehr Konsistenz und Effizienz im Order-to-Cash-Prozess” Einer der Kunden von Payt ist Quooker. Wo Google ein Konzept für Suchmaschinen ist, ist Quooker ein Konzept für kochende Wasserarmaturen. Mit einem stark wachsenden Umsatz stieg auch der Bedarf von Quooker an einem konsequenten und effizienten Debitorenmanagement. „Früher wurde einmal pro Woche ein Ausdruck aller offenen Posten auf Rechnungsebene erstellt, und anschließend wurde manuell geprüft, welche Schuldner eine Mahnung erhalten sollten. Diese wurden dann alle per Post verschickt”, sagt Jesse van Hofwegen, Business Analyst bei Quooker. Um diesen Prozess effizienter zu gestalten, hat sich Quooker für die Software von Payt entschieden, die mit seinem ERP-System verbunden ist. >

100 /

Infotorial /

Anzeige

Van Hofwegen: „Die Art und Weise, wie sich die Automatisierung des Debitorenmanagements in Payt einrichten lässt, und die praktischen Übersichten auf der Plattform haben uns überzeugt.”

Quooker wollte auch den Zahlungsvorgang für seine Kunden vereinfachen, indem es einen Zahlungslink in die Rechnungen einfügte. „Nachdem wir alle Mahnungen über Payt verschickt hatten, floss das Geld buchstäblich in Strömen”, so van Hofwegen.

Jeroen Krosse Country Manager Payt Niederlande j.krosse@paytsoftware.com / +31 6 29 00 24 96

Door de inzet van Payt is de werkdruk bij Quooker een stuk lager geworden. Het hele herinneringsproces is nu volledig geautomatiseerd, waardoor veel handmatige werkzaamheden zijn weggevallen. Van Hofwegen: “Bovendien hebben we nu op ieder moment een compleet overzicht van het aantal uitstaande herinneringen, verdeeld in verschillende fases van het herinneringsproces. Alleen het inschakelen van een incassobureau of gerechtsdeurwaarder wordt door ons (nog) op individuele basis beoordeeld”. Ondanks het feit dat veruit het grootste deel van het debiteurenbeheer geautomatiseerd wordt, hebben klanten van Payt nog ontzettend veel controle over elke stap. Kamstra: “Klanten hebben veel mogelijkheden om op een snelle en passende manier in te spelen op de situatie en het betalingsgedrag van hun debiteuren.

Wij bieden het platform, maar onze klanten houden de volledige regie”. Het is mogelijk: op een efficiënte en effectieve manier het debiteurenbeheer automatiseren, zonder daarbij voorbij te gaan aan de situatie waarin een debiteur zich bevindt. Payt is de meest complete software op het gebied van debiteurenbeheer en te koppelen met vrijwel alle boekhoud- en facturatiepakketten. \

Durch den Einsatz von Payt hat sich die Arbeitsbelastung bei Quooker deutlich verringert. Der gesamte Erinnerungsprozess ist nun vollständig automatisiert, sodass viele manuelle Tätigkeiten entfallen. Van Hofwegen: „Außerdem haben wir jetzt jederzeit einen vollständigen Überblick über die Anzahl der ausstehenden Mahnungen, unterteilt in verschiedene Phasen des Mahnprozesses. Lediglich die Einschaltung eines Inkassobüros wird von uns (noch) im Einzelfall geprüft.” Obwohl der weitaus größte Teil des Debitorenmanagements automatisiert abläuft, haben Payt-Kunden immer noch ein hohes Maß an Kontrolle über jeden einzelnen Schritt. Kamstra: „Kunden haben viele Möglichkeiten, schnell und angemessen auf die Situation und das Zahlungsverhalten ihrer Schuldner zu reagieren. Wir bieten die Plattform, aber unsere Kunden behalten die volle Kontrolle.” Es ist möglich, das Debitorenmanagement auf effiziente und effektive Weise zu automatisieren, ohne die Situation des Schuldners zu ignorieren. Payt ist die umfassendste Software im Bereich der Debitorenverwaltung und kann mit praktisch allen Buchhaltungsund Rechnungsprogrammen verbunden werden. \ Paul Ikink Country Manager Payt Deutschland p.ikink@paytsoftware.com / +31 6 82 50 67 60

Ubbo Emmiussingel 21, 9711 BB Groningen / +31 085 002 1960 / www.paytsoftware.com

/ 101

Zakendoen over de grens?

Deelnemers aan Grenzenlo(o)s plukken de vruchten van de succesvolle Duits-Nederlandse samenwerking.

Culturele verschillen overbruggen, grensoverschrijdende handel bevorderen en door middel van praktische ervaring leren over de Duitse-Nederlandse samenwerking met als doel succesvol(ler) zakendoen in het buurland, dát is waar het over gaat bij de masterclass Grenzenlo(o)s.

Grenzüberschreitende Geschäfte machen?

Die Teilnehmer der Grenzenlo(o)s Masterclass profitieren von der erfolgreichen deutsch-niederländischen Zusammenarbeit. Kulturunterschiede überbrücken, den grenzüberschreitenden Handel fördern und durch praktische Erfahrungen die deutsch-niederländische Zusammenarbeit kennenlernen, damit man erfolgreich im Nachbarland Geschäfte machen kann - genau darum geht es in der Grenzenlo(o)s.

Tekst en fotografie Grenzenlo(o)s

102 /

Infotorial /

Anzeige

Eind vorig jaar is het eerste traject van Grenzenlo(o)s gestart met vijf bedrijven die potentie zien voor hun product of dienst op de Duitse markt. De rode draad van het traject is een eigen business case waar de cursist aan werkt, met als resultaat een concreet plan. Een deskundige begeleidt de totstandkoming van het plan.

De deelnemer leert de do´s en don´ts van zakendoen in Duitsland zodat de business case succesvol omgezet kan worden naar het daadwerkelijk genereren van business in het buurland.

Seit Ende letzten Jahres läuft das erste Programm der Grenzenlo(o)s mit fünf Unternehmen, die für ihr Produkt oder ihre Dienstleistung Potenzial auf dem deutschen Markt sehen. Der rote Faden des Programms ist der eigene Business Case, an dem der Teilnehmer arbeitet und der zu einem konkreten Plan führt. Ein Experte begleitet die Verwirklichung des Plans. Der Teilnehmer lernt, was zu tun und zu lassen ist, um den Business Case im Nachbarland erfolgreich in die Praxis umzusetzen.

Jaap Koopman For Pets produceert hoogwaardige voeding voor dieren met 100% natuurlijke ingrediënten

Jaap Koopman For Pets produziert hochwertige Tiernahrung mit 100 % natürlichen Zutaten

Het doel is om met het CO2-neutrale geproduceerde product Konacorn de Duitse markt te betreden. `Onze hoofdvraag is via welk b-to-b verkoopkanaal we het product op de markt gaan brengen.

De internationale vakbeurs InterZOO is het perfecte moment om de potentiële doelgroepen te bereiken en te onderzoeken hoe de Duitse markt op ons product reageert. Deelname aan Grenzenlo(o)s helpt ons in de voorbereiding en vormgeving van ons beursoptreden. Dankzij de tips over bijvoorbeeld de cultuurverschillen hebben we de aanpak kunnen finetunen.´ Dick Bunskoeken - Jaap Koopman For Pets Schoonebeek.

Ziel ist es, mit dem CO2-neutral hergestellten Produkt Konacorn in den deutschen Markt einzusteigen. „Unsere Hauptfrage ist, über welchen B2B-Vertriebskanal wir das Produkt am besten vermarkten können. Die internationale Fachmesse InterZOO ist der perfekte Zeitpunkt, um die potenziellen Zielgruppen zu erreichen und zu untersuchen, wie der deutsche Markt auf unser Produkt reagiert. Die Teilnahme an Grenzenlo(o)s hilft uns bei unseren Vorbereitungen auf die Messeteilnahme. Dank der Tipps zu den Kulturunterschieden konnten wir unser Vorgehen verfeinern.”

Dick Bunskoeken - Jaap Koopman For Pets Schoonebeek (NL).

Het concept E-Flyboarding Xperience Center is ontwikkeld om internationaal vermarkt te worden Om te beginnen bij de Oosterburen. `E-Flyboarden valt in de categorie “extreme sports” maar is in de basis veilig en gemakkelijk om te leren. Centrale vraag in onze business case is: wat is er nodig om de markt te betreden, voor wie is het product interessant en hoe kunnen we deze partijen bereiken? Onze uitdaging is om de Duitse markt te overtuigen van ons concept en de unieke maar veilige ervaring. Grenzenlo(o)s helpt daarbij door ons op een pragmatische manier inzicht te geven hoe we de markt kunnen betreden.´ Paul Venema – E-Flyboarding Xperience Center Wierden.

SmartTechNXT automatiseert bedrijfsprocessen met slimme technologie in dienst van mensen Het bedrijf is reeds internationaal actief en wil één van de nieuwe software producten lanceren op de Duitse markt. `Het product dat we willen lanceren is interessant voor de maakindustrie en de bouw.

Twee branches die sterk vertegenwoordigd zijn op de Duitse markt.

Ons doel van deelname aan Grenzenlo(o)s is het opzetten van een entreestrategie. Met als hoofdvraag: hoe scoren we die ene launching customer? Grenzenlo(o)s biedt een kader om samen met gelijkgezinden van andere bedrijven deze grensoverschrijdende thema´s te verkennen. Laureen van Aswegen – SmartTechNXT Hengelo.´

Transportonderneming J. Wessels & Zn is een echt familiebedrijf en is sterk in niet-standaard transport Het bedrijf wil de cirkel rondmaken door het klantenbestand over de grens uit te breiden. `Flexibiliteit en betrouwbaarheid zijn voor ons belangrijke waarden en onze chauffeurs zijn de ambassadeurs van ons bedrijf. We willen samenwerken met Duitse partijen die passen bij deze werkwijze. Dankzij Grenzenlo(o)s begrijpen we niet alleen de Duitse klant beter, maar ook waar we als bedrijf naar toe willen.´ Anne-Ruth Scheijgrond – Transportonderneming J. Wessels & Zn Vriezenveen. >

Das Konzept des E-Flyboarding Xperience Center wurde mit dem Ziel entwickelt, es international zu vermarkten Zunächst bei den Nachbarn. „E-Flyboarding fällt unter die Kategorie ,Extremsportarten', ist aber grundsätzlich sicher und leicht zu lernen. Die zentrale Frage in unserem Business Case lautet: Was brauchen wir zum Markteintritt, für wen ist das Produkt interessant und wie können wir die Zielgruppe erreichen? Die Herausforderung besteht darin, den deutschen Markt von unserem Konzept und dem einzigartigen, aber sicheren Erlebnis zu überzeugen. Grenzenlo(o)s hilft uns dabei, indem es uns einen pragmatischen Einblick gibt, wie wir in den Markt einsteigen können.” Paul Venema – E-Flyboarding Xperience Center Wierden (NL).

SmartTechNXT automatisiert Geschäftsprozesse mit intelligenter Technologie im Dienste des Menschen Das Unternehmen ist bereits international tätig und möchte eines seiner neuen Softwareprodukte auf dem deutschen Markt einführen. >

/ 103

Nijdeken Graveer- en Freestechniek is gespecialiseerd in het combineren van verschillende productietechnieken en wil de naamsbekendheid in Duitsland vergroten `Bij Nijdeken is maatwerk standaard, dat is ons onderscheidend vermogen. Indirect werken wij reeds voor Duitse bedrijven maar we willen graag beter in beeld komen bij potentiële klanten met ons volledige aanbod. De vraag is hoe wij dit kunnen vertalen naar de Duitse markt. Grenzenlo(o)s begeleidt ons bij proces.´ Wouter Konijnenburg – Nijdeken Graveer- en Freestechniek Hengelo.

Over Grenzenlo(o)s Grenzenlo(o)s is een initatief van Rabobank, World Trade Center Twente, Saxion en DNL Business e.V. Als kennispartners zijn onder meer de Wirtschaftsförderung Kreis Borken en netwerkorganisatie JCI Noabers aangesloten. Een grensoverschrijdende samenwerking die hét voorbeeld is waaruit blijkt dat samenwerken ondernemers in beide landen ten goede komt.

De initiatiefnemers zien dat interesse in grensoverschrijdend zakendoen groeit. En dat is ook niet zo vreemd als je kijkt naar de potentie bij onze buren. Voor bedrijven in de grensregio is de stap naar het buurland snel gemaakt. Maar hoe zorg je ervoor dat je succesvol de markt betreedt, in een cultuur die net even anders is? Het begint met een goede voorbereiding en kennis van de markt. Vaak ziet men dat de handel vastloopt door een gebrek aan kennis van het buurland. Door het volgen van de masterclass Grenzenlo(o)s vergroot het deelnemende bedrijf deze kennis en daarmee de mogelijkheid om het volledige potentieel te benutten.

Über Grenzenlo(o)s Grenzenlo(o)s ist eine Initiative der Rabobank, des World Trade Center Twente, Saxion und DNL Business e.V. Zu den Wissenspartner gehören die Wirtschaftsförderungs­ gesellschaft Kreis Borken und die Netzwerkorganisation Wirtschaftsjunioren Kreis Noabers. Diese grenzüber­ schreitende Zusammenarbeit ist ein perfektes Beispiel dafür, wie die Zusammenarbeit den Unternehmern in beiden Ländern zugutekommt.

Die Initiatoren sehen ein wachsendes Interesse an grenzüberschreitenden Aktivitäten. Und das ist nicht verwunderlich, wenn man sich das Potenzial unserer Nachbarn ansieht. Für Unternehmen in der Grenzregion ist der Schritt ins Nachbarland schnell gemacht. Aber wie stellt man einen erfolgreichen Markteintritt sicher, in einer Kultur, die doch ein wenig anders ist? Es beginnt mit einer guten Vorbereitung und Marktforschung.

Denn oft stagniert der Handel aufgrund mangelnder Kenntnisse über das Nachbarland. Durch die Teilnahme an der Grenzenlo(o)s Masterclass erhöht das teilnehmende Unternehmen dieses Wissen und damit die Möglichkeit, das volle Potenzial zu nutzen.

„Das Produkt, das wir auf den Markt bringen wollen, ist für die Fertigungs- und Bauindustrie interessant. Zwei Branchen, die auf dem deutschen Markt stark vertreten sind. Unser Ziel bei der Teilnahme an den Grenzenlo(o)s ist es, eine Einstiegsstrategie zu entwickeln. Die wichtigste Frage ist: Wie können wir diesen einen neuen Kunden gewinnen? Grenzenlo(o)s bietet einen Rahmen, um gemeinsam mit Gleichgesinnten aus anderen Unternehmen diese grenzüberschreitenden Themen zu vertiefen.” Laureen van Aswegen – SmartTechNXT Hengelo (NL).

Das Transportunternehmen J. Wessels & Zn ist ein echtes Familienunternehmen und stark im Bereich der Spezialtransporte Das Unternehmen möchte den Kreis schließen, indem es seinen Kundenstamm über die Grenze hinaus erweitert. „Flexibilität und Zuverlässigkeit sind für uns wichtige Werte und unsere Fahrer sind die Botschafter unseres Unternehmens. Wir suchen deutsche Geschäftspartner, die zu dieser Arbeitsweise passen.

Dank Grenzenlo(o)s verstehen wir nicht nur den deutschen Kunden besser, sondern auch, was wir als Unternehmen erreichen wollen.”

Anne-Ruth Scheijgrond – Transportonderneming J. Wessels & Zn Vriezenveen (NL).

Nijdeken Graveer- en Freestechniek ist spezialisiert auf das Kombinieren verschiedener Produktionstechniken und möchte seinen Wiedererkennungswert in Deutschland steigern „Für Nijdeken ist Maßarbeit selbstverständlich, das zeichnet uns aus. Indirekt arbeiten wir bereits für deutsche Unternehmen, aber wir möchten potenziellen Kunden die gesamte Produktpalette anbieten. Die Frage ist, wie wir das dem deutschen Markt vermitteln können. Grenzenlo(o)s begleitet uns bei diesem Prozess.” Wouter Konijnenburg – Nijdeken Graveer- en Freestechniek Hengelo (NL). \

Bahnhofstraße 35, 48565 Steinfurt / T +49 (0)2551 7047110 / www.www.grenzenloos.org

Na de zomer start het volgende traject van Grenzenlo(o)s, meer informatie hierover op de website.

Nach dem Sommer startet der nächste Kurs von Grenzenlo(o)s, weitere Informationen dazu auf der Website.

104 /

Infotorial /

Anzeige

„ Die Frage ist nicht, ob man gehackt wird, sondern wann” „Stellen Sie sich vor, alle Rechner Ihres Netzwerks fallen in dieser Sekunde aus – welchen Notfallplan haben Sie?” Diese Frage stellt Hans-Jörg Sudhaus Unternehmerinnen und Unternehmern immer wieder. Der Geschäftsführer des IT-Unternehmens CMS, Sudhaus & Partner aus Stadtlohn weiß: In einer digitalisierten Welt gehören die Angriffe von Hackern in jeder Branche zu einem der größten Geschäftsrisiken. Der IT-Sicherheitsexperte berät daher mit seinem Team Unternehmen, wie sie sich vorbereiten können und wie sie dabei ihre eigenen Mitarbeiter einbinden können.

Die Angriffsszenarien sind unterschiedlich: Ein Einfallstor für Hacker können zum Beispiel nicht gewartete Systeme sein.

Sicherheitsupdates sollten deshalb auf jeden Fall regelmäßig installiert werden. Außerdem gelingt es Hackern immer wieder, über Phishing Mails sensible Informationen und persönliche Daten abzugreifen und so Schadsoftware ins Unternehmen zu schleusen. „Ransomware verschlüsselt die Unternehmensdaten, sodass der Zugriff auf lokale oder im Netzwerk erreichbare Daten nicht mehr möglich ist”, erklärt Sudhaus. „Die Angreifer verlangen dann ein Lösegeld, um die Daten freizukaufen.”

Immer mehr Cyber-Erpressungen Auch die Zahl der Cyber-Erpressungen steigt ständig: Vor der Verschlüsselung leiten die Angreifer Unternehmensdaten ab und drohen mit der Veröffentlichung sensibler Informationen, wenn nicht das geforderte Lösegeld bezahlt wird. Neben dem Imageschaden, der für das Unternehmen dadurch entstehen kann, ist auch wichtig zu wissen: Es könnte sich um eine Datenpanne handeln, die nach DSGVO innerhalb von 72 Stunden den Behörden gemeldet werden muss. „Die Frage ist nicht, ob man gehackt wird, sondern wann”, weiß Sudhaus. Um sich bestmöglich gegen Angriffe zu wehren, sei eine IT-Infrastruktur auf dem aktuellen Stand der Technik enorm wichtig. „Wie der Schutz genau aussehen muss, ist abhängig vom Schutzbedarf der Daten”, erläutert der CMSGeschäftsführer. „Der ist in einem Krankenhaus höher als in einem kleinen Handwerksbetrieb.” Wie schnell Systeme mittlerweile überholt sein können, zeigt das Beispiel von Sicherheitssoftware. „Standardvirenprogramme, die wir noch vor drei Jahren eingesetzt haben, sind heute unsicher.” gibt der Geschäftsführer einen Einblick. „Mittlerweile arbeitet Sicherheitssoftware mit KI-basierter Verhaltenserkennung auf allen Ebenen von der Firewall bis zum PC intensiv zusammen, um einen Rechner schon bei einem Verdacht auf Ransomware vollständig zu isolieren.” >

Text Julia Schwietering / Fotografie AdobeStock/sasun Bughdaryan, CMS

Hackerangriffe können erheblichen Schaden in Unternehmen anrichten.

/ 105

' De vraag is niet of je gehackt wordt, maar wanneer' `Stel, alle computers van uw netwerk vallen op dit moment uit – welk noodplan is er dan?’ Deze vraag stelt Hans-Jörg Sudhaus steeds weer aan ondernemers. De directeur van het IT-bedrijf CMS, Sudhaus & Partner uit Stadtlohn weet het zeker: in een gedigitaliseerde wereld behoren aanvallen van hackers in elke sector tot één van de grootste bedrijfsrisico’s. De IT-beveiligingsexpert en zijn team adviseren daarom bedrijven, hoe zij zich hierop kunnen voorbereiden en hoe zij hun eigen medewerkers bij dit proces kunnen betrekken. >

Hackeraanvallen kunnen bedrijven aanzienlijke schade toebrengen.

106 /

Infotorial /

Anzeige

Statistiken Wie wichtig es für Unternehmen ist, sich mit dem Thema intensiv auseinanderzusetzen, zeigt der Blick in die Statistik: Im Durchschnitt sind ein halbes Jahr nach einem Hackerangriff nur 70 Prozent der ursprünglichen Programme wieder betriebsbereit. Zudem hat das Unternehmen ein deutlich erhöhtes Risiko, drei Jahre nach dem Vorfall insolvent zu sein. Sudhaus empfiehlt daher jedem Unternehmen, auf der Basis einer Risikoanalyse einen Notfallplan zurechtzulegen, um im Schadensfall handlungsfähig zu bleiben. „Damit verschafft man sich enorm große Vorteile.” weiß der IT-Sicherheitsexperte. CMS unterstützt zum Beispiel mit Sicherheitsanalysen, um Unternehmen Hilfestellungen sowie konkrete Vorschläge für die Verbesserung der IT-Sicherheit geben zu können. „Oft reichen schon kleine technische Veränderungen, um die Sicherheit zu erhöhen”, weiß Sudhaus. „Ein ganz wesentlicher Baustein ist aber auch die Sensibilisierung der Mitarbeiterinnen und Mitarbeiter.” Er rät, das Thema IT-Sicherheit und Phishing in regelmäßigen Meetings immer wieder mit auf die Agenda zu nehmen. So werde ein Bewusstsein für die Risiken geschaffen und Mitarbeitende werden sensibilisiert. \

De aanvalsscenario’s zijn verschillend: zo kunnen niet onderhouden systemen een toegangspoort voor hackers bieden. Daarom is het belangrijk om regelmatig veiligheidsupdates te installeren.

Bovendien slagen hackers er keer op keer in om via phishing mails aan gevoelige informatie en persoonlijke gegevens te komen en op die manier malware in het bedrijfssysteem te sluizen. `Ransomware versleutelt de bedrijfsgegevens, zodat ze lokaal of in het netwerk niet meer toegankelijk zijn.` legt Sudhaus uit. `De aanvallers eisen dan losgeld, om de data weer vrij te kopen.’

Steeds meer cyber-afpersing Ook het aantal cyber-afpersingen neemt bestendig toe: voor de versleuteling leggen aanvallers beslag op bedrijfsgegevens en dreigen vervolgens met publicatie van gevoelige informatie, tenzij er een losgeld wordt betaald. Afgezien van de imagoschade die hieruit voor de onderneming kan ontstaan is het ook belangrijk om te weten: het kan hierbij om een datalek gaan, dat volgens de wet binnen 72 uren aan de autoriteiten gemeld moet worden. `De vraag is niet of je gehackt wordt, maar wanneer.’ weet Sudhaus. Om zich optimaal tegen aanvallen te beschermen, is een IT-infrastructuur op het nieuwste technische niveau van enorm belang. `Hoe de bescherming er precies uit moet zien, is afhankelijk van de gevoeligheid van de gegevens.‘ licht de CMS-directeur toe. `Die is een ziekenhuis groter dan in een klein ambachtsbedrijf.’ Hoe snel systemen intussen verouderd zijn, laat het voorbeeld van de beveiligingssoftware zien. `Standaard antivirus programma’s die wij drie jaar geleden nog gebruikt hebben, zijn nu niet meer veilig.’ weet Sudhaus uit ervaring. `Intussen werkt beveiligingssoftware met AI-gebaseerde gedragsherkenning op alle niveaus intensief samen, van de firewall tot aan de pc, zodat een computer al bij een vermoeden op ransomware volledig geïsoleerd kan worden.’

Statistieken Een blik op de statistieken laat zien, hoe belangrijk het voor bedrijven is, dit thema serieus aan te pakken: gemiddeld is een half jaar na een aanval slechts 70 procent van de oorspronkelijke programma’s weer operationeel. Bovendien loopt het bedrijf een aanzienlijk hoger risico om drie jaar na de aanval insolvent te worden. Sudhaus adviseert elke onderneming daarom, op basis van een risicoanalyse een noodplan klaar te hebben liggen, zodat men in geval van schade in staat blijft om te handelen. `Dat levert enorm grote voordelen op.’ weet de IT-beveiligingsdeskundige.

CMS ondersteunt bedrijven bijvoorbeeld met beveiligingsanalyses, om zo hulp te kunnen geven en met concrete verbetervoorstellen voor de IT-beveiliging te kunnen komen. `Vaak zijn kleine technische wijzigingen al voldoende om de veiligheid te verhogen.’ weet Sudhaus. `Een essentieel onderdeel hiervan is ook de bewustmaking van de medewerkers.’ Hij adviseert om het onderwerp IT-beveiliging en phishing in regelmatige vergaderingen steeds weer op de agenda te zetten. Op die manier wordt het risicobewustzijn bij de medewerkers aangescherpt. \

Hans-Jörg Sudhaus

Boschstr. 1, 48703 Stadtlohn / T +49 2563 929 400 / www.cms-sudhaus.de

Unternehmensberatung GmbH

/ 107

Euregionale Kenniswerkplaats

Interreg VI vergroot de arbeidsmobiliteit Bij scholen en bedrijven in de grensstreek staat internationalisering hoog op de agenda. Ook de overheid ziet het belang ervan in. Met het Europese Interreg subsidieprogramma krijgt de regionale samenwerking binnen Europa al sinds 1990 een boost.

Het doel van Interreg is een sterke, concurrerende en duurzame economie en een leefbare omgeving in de grensregio. ROC van Twente en partners ondersteunen dit streven en hebben daarom onlangs een Interreg VI projectaanvraag ingediend met de naam De Euregionale Kenniswerkplaats.

Marcel Wiggers, International Office ROC van Twente: ‘Onze studenten leven en werken in een globaliserende wereld. Een

deel gaat daarom op buitenlandse stage en wie in Nederland blijft maakt kennis met internationalization@home. Daarbij ontwikkelen studenten tijdens het onderwijs in Nederland internationale competenties. Ons practoraat Internationalisering (een lectoraat op mbo-niveau) onderzoekt om welke specifieke competenties het gaat en hoe we de kennislacunes kunnen opvullen. Bij het Interreg VI EKW project gaat het vooral om de wederzijdse DuitsNederlandse context.’

Werkgevers en werknemers vissen in een grotere vijver Rob Rouwers, projectleider van het Interreg VI project bij ROC van Twente, was ook betrokken bij de voorloper van dit project, Interreg V Leren zonder Grenzen. Rouwers: ‘Interreg V was gericht op de verkenning van de overeenkomsten en verschillen in het beroepsonderwijs zelf. Vanuit vijf ROC ’s en zo’n vijftig Berufskollegs in Nordrhein Westfalen en Niedersachsen waren 57 Duits-Nederlandse docenten-tandems en 7000 studenten >

Euregionale Wissenswerkstatt

Interreg VI fördert Arbeitsmobilität Bei Schulen und Unternehmen im Grenzgebiet steht Internationalisierung ganz oben auf der Tagesordnung. Auch die Politik hat das Thema schon lange im Fokus. Mit dem europäischen Interreg Förderprogramm hat die regionale Zusammenarbeit in Europa bereits seit 1990 neue Impulse bekommen. Das Ziel von Interreg ist eine starke, wettbewerbsfähige und nachhaltige Wirtschaft sowie eine lebenswerte Umgebung in der Grenzregion. ROC van Twente und Partner wollen diese Zielsetzungen unterstützen und haben dafür einen Interreg VI-Projektantrag mit dem Namen „De Euregionale Kenniswerkplaats” (EKW) - auf Deutsch „Die euregionale Wissenswerkstatt” eingereicht.

Tekst Petra Lubbers / Fotografie Lars Smook

Marcel Wiggers, International Office ROC van Twente: „Unsere Studierenden leben und arbeiten in einer globalisierenden Welt.

Einige von ihnen absolvieren darum ein ausländisches Praktikum und diejenigen, die in den Niederlanden bleiben, arbeiten mit internationalization@home. Dabei entwickeln Studierende während ihrer Ausbildung in den Niederlanden internationale Kompetenzen. Unser ‚Praktorat‘ Internationalisierung, ein Lektorat auf Berufsschulebene, untersucht, um welche spezifischen Kompetenzen es dabei geht und wie wir die Wissenslücken schließen können. Bei dem Interreg VI EKW-Projekt geht es hauptsächlich um den gegenseitigen deutsch-niederländischen Kontext.”

Größeres Angebot für Arbeitgeber und Arbeitnehmer Rob Rouwers, Projektleiter für Interreg VI am ROC van Twente, war auch am Vorläufer dieses Projekts beteiligt, Interreg V „Lernen ohne Grenzen.” Rouwers: „Ziel von Interreg V war hauptsächlich, die Unterschiede und Gemeinsamkeiten im Berufsschulwesen zu untersuchen. 57 deutsch-niederländische Dozenten-Duos >

108 /

Infotorial /

Anzeige

We onderzoeken welke euregionale competenties ontbreken en hoe we die kennislacunes kunnen opvullen.

Wir untersuchen, welche euregionalen Kompetenzen fehlen und wie wir die Wissenslücken schließen können.

Marcel Wiggers

hierbij actief om de onderwijssystemen beter te leren kennen.

Het Interreg V project is daarmee een groot succes geworden.’

Op naar de volgende fase, die vooral gericht is op het vergroten van de arbeidsmarktmobiliteit. En daarbij snijdt het mes aan twee kanten: zowel werkgevers als werknemers vissen in een grotere vijver bij het zoeken naar een geschikte functie of passend personeel.

Euregionale competenties ontwikkelen Johannes Reef van het Duitse bedrijf DNL-contact begeleidt organisaties onder andere bij de aanvraag van de Interreg subsidie.

Reef: ‘Als je in het grensgebied een 360 graden arbeidsmobiliteit wilt creëren, dan zul je over de grens moeten kijken. Stopt je zoekgebied bij de grens, dan benut je maar een halve cirkel. En dat zijn gemiste kansen voor alle partijen. Scholen in de grensregio moeten studenten voorbereiden op grensoverschrijdend werken door ze de kans te geven om euregionale competenties te ontwikkelen. Op gebied van taal, maar ook wat betreft cultuur en het vak.’

Rouwers is erg enthousiast over de Interreg-projecten.

‘Internationaal samenwerken versterkt en inspireert. Door over de grens te kijken krijg je een bredere kijk op je vak en daarvan profiteert iedereen, ook de werkgever.’ Reef, zelf eigenaar van een bedrijf met zowel Duitse als Nederlandse werknemers, beaamt dat.

‘Een internationale mix van werknemers is een verrijking voor je bedrijf. Het heeft absoluut meerwaarde.’

Wiggers vult aan: ‘De Euregio maakt zich hard voor gezamenlijk (eu)regionaal beleid, ook gezien de huidige tekorten op de arbeidsmarkt. En die regio houdt niet op bij de grens. Je kunt prima overdag over de grens werken en ’s avonds weer aanschuiven bij de Twentse bakleverworst of de Duitse Sauerbraten.’ \

und 7.000 Studierende an fünf ROC’s und rund 50 Berufskollegs in Nordrhein-Westfalen und Niedersachsen waren dabei aktiv, um die Schulsysteme besser kennenzulernen. Das Interreg V Projekt war damit ein großer Erfolg.”

Nun folgt die nächste Phase, die sich hauptsächlich auf die Förderung der Mobilität auf dem Arbeitsmarkt richtet. Dabei liegen an beiden Seiten Vorteile: Sowohl für Arbeitgeber als auch für Arbeitnehmer wird das Angebot auf der Suche nach einer passenden Stelle oder nach geeignetem Personal erheblich größer.

Euregionale Kompetenzen entwickeln Johannes Reef von der deutschen Firma DNL-contact unterstützt Organisationen unter anderem bei der Beantragung von Interreg Fördermitteln. Reef: „Wenn man eine 360-Grad-Arbeitsmobilität im Grenzgebiet schaffen will, muss man über die Grenze hinweg schauen. Wenn Ihr Suchgebiet an der Grenze endet, können Sie nur einen halben Kreis nutzen. Und das bedeutet verpasste Chancen für alle Beteiligten. Die Schulen in der Grenzregion müssen ihre Schüler und Studierenden auf grenzüberschreitende Arbeit vorbereiten, indem sie ihnen die Möglichkeit geben, euregionale Kompetenzen zu entwickeln. Im Bereich Sprache, aber auch auf dem Gebiet der Kulturunterschiede oder im eigenen Fachbereich.”

Rouwers ist begeistert über die Interreg-Projekte. „Internationale Zusammenarbeit stärkt und inspiriert. Durch den Blick über die Grenze verbreitert sich die Perspektive auf das eigene Fachgebiet und das kommt allen zugute, auch dem Arbeitgeber.” Reef, selbst Inhaber eines Unternehmens mit sowohl deutschen als niederländischen Mitarbeitern, bestätigt das: „Ein internationale Mischung von Arbeitnehmern ist eine Bereicherung für das Unternehmen und sorgt definitiv für einen Mehrwert.”

Wiggers ergänzt: „Die EUREGIO setzt sich für eine gemeinsame (eu)regionale Politik ein, auch im Hinblick auf die derzeitigen Engpässe auf dem Arbeitsmarkt. Und diese Region endet nicht an der Grenze. Sie können ohne Weiteres tagsüber jenseits der Grenze arbeiten und abends wieder zuhause „Twentse Bratleberwurst” oder deutschen Sauerbraten essen.” \

Een internationale mix van werknemers is een verrijking voor je bedrijf.

Ein international gemischtes Team ist eine Bereicherung für Ihr Unternehmen.

Johannes Reef

/ 109

Door over de grens te kijken krijg je een bredere kijk op je vak en daar profiteert iedereen van.

Durch den Blick über die Grenze verbreitert sich die Perspektive auf das eigene Fachgebiet und das kommt allen zugute.

Rob Rouwers

Gieterij 200, 7553 VZ Hengelo / T 074 852 50 00 / www.rocvantwente.nl

110 /

Infotorial /

Anzeige

Duitsland is klaar voor StoreKeeper William Sprakel verlegt met zijn bedrijf StoreKeeper uit Rijssen zijn grenzen naar Duitsland. Na een voorbereiding van drie jaar kwam de ambitie de laatste maanden in een stroomversnelling. Eén van de redenen daarvoor: de zoektocht naar de juiste partner. Die werd gevonden in de persoon van Gregor Schlingschröder. Beide ondernemers delen hun verhaal.

Dat de coronapandemie rampzalig is geweest voor veel ondernemers, staat buiten kijf. Toch schiep de mondiale crisis ook kansen en nieuwe inzichten, zoveel is inmiddels ook duidelijk.

Dat de tijd voor StoreKeeper nu rijp is om de Duitse grens over te steken, heeft deels met corona te maken. ‘In Duitsland zijn pinbetalingen een stuk populairder geworden’, ziet Gregor Schlingschröder uit Coesfeld. ‘Veel Duitse winkelondernemers hebben een gedateerd point-of-sale (POS) systeem, een ouderwetse kassa met soms nog zo’n oude rekenmachine.

Dat verandert in rap tempo. De noodzaak voor een moderne POS en een webshop groeit en daar liggen kansen voor StoreKeeper.’ >

Deutschland ist bereit für Storekeeper William Sprakel macht mit seinem Unternehmen StoreKeeper aus Rijssen den Schritt über die Grenze nach Deutschland. Nach drei Jahren der Vorbereitung hat dieses Vorhaben in den vergangenen Monaten extra Schwung bekommen. Einer der Gründe: die Suche nach dem richtigen Partner. Dieser wurde in der Person von Gregor Schlingschröder gefunden. Hier erzählen beide, wie es dazu kam.

Dass die Corona-Pandemie für viele Unternehmer katastrophal war, ist unbestritten. Doch es entstanden in dieser weltweiten Krise auch neue Perspektiven und Chancen, soviel ist inzwischen auch deutlich geworden. Dass die Zeit für StoreKeeper jetzt reif für den Schritt über die Grenze ist, liegt teilweise an der Corona-Pandemie. „In Deutschland sind PINZahlungen ansehnlich populärer geworden”, sieht Gregor Schlingschröder aus Coesfeld. „Viele deutsche Einzelhandelsunternehmen haben ein veraltetes Point-of-Sale (POS)-System, manche sogar noch eine altmodische Registrierkasse mit einer alten Rechenmaschine. Das ändert sich nun schnell. Der Bedarf nach einem modernen POS-System und einem Webshop wächst, und hier liegen Chancen für StoreKeeper.” >

Tekst Jochem Vreeman / Fotografie Lars Smook

/ 111

Gregor Schlingschröder, Jan Weitenberg, William Sprakel in de Duitse Storekeeper flagshipstore in Coesfeld Gregor Schlingschröder, Jan Weitenberg, William Sprakel im Deutschen Storekeeper Flagshipstore in Coesfeld

112 /

Infotorial /

Anzeige

Alles-in-één-oplossing De unieke alles-in-één-oplossing (zie kader) van StoreKeeper is het antwoord op die groeiende vraag. Schlingschröder: ‘Als we StoreKeeper hier drie jaar geleden hadden gelanceerd, was er minder kans op succes geweest. Maar het besef dat je nu ook een e-commerce systeem moet hebben naast je lokale, fysieke systeem in de winkel, is doorgedrongen. Als je dat hebt, kun je veilig en online blijven verkopen als de winkeldeuren gesloten zijn. Lokale winkels kunnen blijven focussen op klantrelaties en mensen, die blij zijn met hun winkelervaring. Die relaties wil je benutten voor je aftersales en dat maakt het plaatje compleet.’

Zien we in de Duitse grensregio de komende tijd tal van StoreKeeper-busjes rondrijden? ‘Nee, dat niet’, benadrukt Schlingschröder. ‘We werken bijna volledig digitaal. We stemmen de implementatie met de klant af in een online meeting. De harden software configureren we in Coesfeld en sturen we vervolgens op. Het is een plug-en-play-systeem en we bieden alle benodigde hulp. Dit betekent dat we in heel Duitsland kunnen leveren en tegelijkertijd zeer kostenefficiënt zijn. Dat zie je terug in onze lage verkoopprijzen.’

Zin in avontuur William Sprakel heeft alle vertrouwen in de sprong naar Duitsland.

De Rijssense ondernemer liep al langer rond met deze ambitie.

‘Al vanaf 2018. Toen ontvingen we van het World Trade Center in Hengelo een voucher voor professionele ondersteuning bij internationalisering.

All-in-one-Konzept Das einzigartige All-in-one-Konzept von StoreKeeper (siehe Kasten) ist die Antwort auf diesen wachsenden Bedarf. Schlingschröder: „Hätten wir StoreKeeper vor drei Jahren hier auf den Markt gebracht, wären die Erfolgschancen erheblich kleiner gewesen.

Aber die Erkenntnis, dass ein Unternehmen neben dem lokalen, physischen Geschäft auch ein E-Commerce-System braucht, hat sich inzwischen durchgesetzt. Hiermit kann der Verkauf online sicher weitergehen, auch wenn die Ladentüren geschlossen bleiben müssen. Lokale Geschäfte können sich weiterhin auf ihre Kundenbeziehungen und das Einkaufserleben richten. Die Kontakte, die dabei entstehen, können dann wieder im After-Sales genutzt werden und das rundet das Bild ab.”

Werden wir in der kommenden Zeit in der deutschen Grenzregion überall StoreKeeper-Firmenwagen auf den Straßen sehen? „Nein, das nicht”, betont Schlingschröder. „Wir arbeiten fast vollständig digital. In einem Online-Meeting stimmen wir die Umsetzung mit dem Kunden ab. Die Hard- und Software wird in Coesfeld konfiguriert und dann an den Kunden geschickt. Es geht um ein Plug-and-Play-System, bei dem wir alle notwendige Unterstützung bieten. Dies bedeutet, dass wir deutschlandweit liefern können und dabei sehr kosteneffizient sind. Das spiegelt sich in unseren günstigen Verkaufspreisen wider.”

Reggesingel 44, 7461 AK Rijssen / T 850 16 8008 / www.storekeeper.nl

Daarmee hebben we de hulp van Gregor ingeschakeld. Hij heeft al dertig jaar ervaring in sales en marketing en heeft een eigen marketingbureau met zo’n tien mensen. We zijn samen in een joint venture gestapt. Duitsland is klaar voor onze innovatie. We zijn nu druk bezig met het aanpassen van onze software aan de Duitse markt en regelgeving. In Nederland zijn we het afgelopen jaar verdubbeld in omvang. We zijn actief in dertien branches. Dat geeft vertrouwen voor deze stap. Natuurlijk is het ook spannend, maar we hebben vooral ook veel zin in dit nieuwe avontuur.’ \

Over StoreKeeper StoreKeeper biedt een alles-in-één kassasysteem voor retailers. Data uit de webshop, backoffice, winkelkassa, productvoorraad en klantgegevens worden daarin aan elkaar gekoppeld. Het systeem werkt naadloos samen met de webshop, pakketverzenders en e-mailmarketingsystemen.

StoreKeeper maakt het verkoop- en bestelproces voor ondernemers een stuk eenvoudiger en efficiënter.

Uitbreiding van een fysieke winkel naar een webshop is daarmee eveneens makkelijker.

Über StoreKeeper StoreKeeper bietet ein All-in-one-Kassensystem für den Einzelhandel. Darin werden Daten aus dem Webshop, dem Backoffice, der Ladenkasse, dem Warenbestand und den Kundenangaben gesammelt und miteinander verbunden.

Das System arbeitet nahtlos mit dem Onlineshop, Paketdiensten und E-Mail-Marketingsystemen zusammen.

StoreKeeper macht den Verkaufs- und Bestellprozess für Unternehmer erheblich einfacher und effizienter. Die Erweiterung eines physischen Geschäfts zu einem Webshop ist damit ebenfalls leichter.

Neues Abenteuer William Sprakel ist zuversichtlich über den Sprung nach Deutschland. Der Unternehmer aus Rijssen hat dieses Projekt bereits seit einiger Zeit im Kopf. „Schon seit 2018. In dem Jahr bekamen wir vom World Trade Center in Hengelo einen Gutschein für professionelle Unterstützung bei der Internationalisierung des Unternehmens. Damit konnten wir die Hilfe von Gregor in Anspruch nehmen. Er hat bereits 30 Jahre Erfahrung im Bereich Verkauf und Marketing und leitet seine eigene Marketingagentur mit rund zehn Mitarbeitern. Gemeinsam haben wir eine Joint Venture gegründet.

Deutschland ist bereit für unsere Innovation. Momentan sind wir damit beschäftigt, unsere Software an den deutschen Markt und die deutschen Vorschriften anzupassen. In den Niederlanden hat sich unsere Unternehmensgröße im vergangenen Jahr verdoppelt. Wir sind in 13 Branchen aktiv. Das alles stärkt unser Vertrauen in diesen Schritt. Natürlich ist es auch spannend, aber wir freuen uns vor allem auch auf dieses neue Abenteuer.” \

/ 113

Recruitment Process Outsourcing

Pro Contact: een goedkope en moderne manier van werven Er heerst krapte op de arbeidsmarkt. Veel bedrijven hebben snel nieuw personeel nodig om de productie draaiende te houden of om groeiambities waar te maken. En dat is in Oost-Nederland misschien nog wel uitdagender dan in dichtbevolktere gebieden. Hoe vind je die toppers? Waar je in het verleden moest schieten met hagel, kan recruitment tegenwoordig heel gericht: tot op postcode- en werkervaringsniveau. Zo zit je als werkgever veel sneller met je ideale sollicitant rond de tafel. Dit is precies wat Pro Contact doet: met online job marketingcampagnes trekken zij kandidaten aan. En hun interim recruiter selecteert vervolgens de allerbeste voor de klant. Eigenaar Martijn van Steenbeek vertelt hoe dat zit. >

Recruitment Process Outsourcing

Pro Contact: eine kostengünstige und moderne Art der Personalwerbung Auf dem Arbeitsmarkt herrscht Personalmangel. Viele Unternehmen benötigen schnell neue Mitarbeiter, um die Produktion aufrechtzuerhalten oder ihre Wachstumsambitionen zu verwirklichen. Im östlichen Teil der Niederlande ist das möglicherweise noch eine größere Herausforderung als in dichtbevölkerten Gebieten. Wie finden Sie diese Spitzenkräfte?

Während Rekrutierung in früheren Zeiten noch „ein Schuss ins Blaue” war, geht es heutzutage wesentlich gezielter zu: bis hin zum Postleitzahlgebiet und zur Berufserfahrung. Für Arbeitgeber bedeutet dies, dass sie wesentlich schneller mit dem Idealkandidaten ins Gespräch kommen. Dies ist genau das, was Pro Contact bietet: mit Online-Marketing-Strategien werben sie geeignete Kandidaten an. Und ihr Interim Recruiter wählt anschließend die allerbesten für Sie aus. Inhaber Martijn van Steenbeek erklärt, wie es funktioniert. >

Tekst Veertje Heemstra / Fotografie Roos Klijn

114 /

Infotorial /

Anzeige

‘Om even helemaal bij het begin te beginnen: Pro Contact bestaat 9 jaar. We begonnen destijds in de sales met echt koude acquisitie.

Koptelefoon op en lijsten afbellen, dat idee. Daar is de marketingkant bijgekomen, toen ik erbij kwam. Inmiddels ben ik samen met oprichter Noud Baijens mede-eigenaar. We focusten toen op het binnenhalen van leads, maar kregen steeds meer aanvragen over het invullen van vacatures. We dachten: waarom niet? We hebben op ons kantoor toch veel mensen die de hele dag aan het bellen zijn, dan kunnen we ook wel (potentiële) kandidaten opbellen en screenen. Dat werd de basis van het huidige Recruitment Process Outsourcing (RPO) model, waarbij we gerichte online marketingcampagnes inzetten in combinatie met een interim recruiter. De recruiter maakt alvast een eerste selectie en checkt of die sollicitant voor vrachtwagenchauffeur het juiste rijbewijs bezit en of die ene IT-specialist de juiste programma’s beheerst. Je weet dus dat het kwalitatief geschikte kandidaten zijn, dat scheelt een hoop tijd. Ons verdienmodel zit hem niet in de plaatsing, maar in de campagne. Hierdoor zijn wij voor heel veel bedrijven aantrekkelijk omdat we het wervingsproces goedkoper en ook moderner hebben gemaakt.’

Meer contactmomenten ‘We doen alles uit naam van de klant. We communiceren bijvoorbeeld via de LinkedIn-pagina van de directeur. Daarom zorgen we ervoor dat we een goed visitekaartje achterlaten. Met een team van copywriters, designers, creatives, advertentie specialisten,

„Um beim Beginn anzufangen: Pro Contact gibt es seit neun Jahren.

Wir starteten damals im Vertrieb mit echter Kaltakquise: Kopfhörer aufsetzen und Listen abrufen. Gleichzeitig mit meinem Eintritt ins Unternehmen kam der Marketingbereich dazu. Mittlerweile bin ich gemeinsam mit Gründer Noud Baijens Mitinhaber. Wir konzentrierten uns zu Beginn auf das Generieren von Leads, aber im Laufe der Zeit bekamen wir immer mehr Anfragen für Stellenangebote. Warum eigentlich nicht? dachten wir. In unserem Büro sitzen zahlreiche Mitarbeiter den ganzen Tag am Telefon, so dass wir genauso gut auch (potenzielle) Bewerber anrufen und überprüfen können. Dies wurde die Grundlage unseres heutigen Recruitment Process Outsourcing Modells, kurz RPO, bei dem wir gezielte Online-Marketingkampagnen in Kombination mit einem Interim Recruiter einsetzen. Dieser trifft bereits die erste Auswahl, überprüft ob der Lkw-Fahrer den richtigen Führerschein hat oder der IT-Spezialist die richtigen Programme beherrscht. So wissen Sie als Arbeitgeber, dass Sie mit Qualitätskandidaten ins Gespräch gehen und das erspart eine Menge Zeit. Unser Ertragsmodell liegt nicht in der Vermittlung, sondern in der Kampagne. Das macht uns für sehr viele Unternehmen attraktiv, weil wir den Rekrutierungsprozess kostengünstiger und auch moderner gemacht haben.”

Mehrere Kontaktmomente „Wir handeln bei allem im Namen des Kunden. So kommunizieren wir beispielsweise über die LinkedIn-Seite des Geschäftsführers.

Hierbei sorgen wir mit einem professionellen Team von Textern, Designern, Kreativen, Werbespezialisten, Personalvermittlern und

115 /

Kandidaten moeten denken: wauw, hier wil ik werken!

Kandidaten müssen denken: Wow, hier will ich arbeiten!‘

recruiters en recruitment consultants zorgen we ervoor dat het eerste contact klopt, maar ook alles wat de doelgroep daarna ziet. Wij zien namelijk dat meerdere contactmomenten tot kwalitatief betere kandidaten leiden. Een voorbeeld van het ideale proces: moment één is dat iemand je online wervingscampagne ziet. Hij of zij neemt vervolgens even een kijkje op je website en op je vacaturepagina. Later die dag of die week ziet die persoon je vacature via een retargeting campagne nog eens voorbijkomen, bijvoorbeeld al scrollend door social media. Dat zijn al drie contactmomenten. Die persoon ‘kent’ je organisatie intussen al best goed. Er is vertrouwen en herkenbaarheid. De stap naar zijn of haar sollicitatie is een heel stuk kleiner geworden. Die aanpak is voor veel sectoren steeds belangrijker, denk bijvoorbeeld aan de IT. Daarbij is het echt essentieel om actief mensen aan te trekken. Voor die branche hebben we een apart IT-team van mensen die dezelfde taal spreken en heel specifiek kunnen werven.’

Aantrekkelijke werkgever ‘Daarnaast houden we ons ook bezig met ‘employer branding, het gevoel dat je creëert als werkgever. Met alleen een simpele vacaturepagina red je het niet meer. Laat zien dat je een aantrekkelijk bedrijf bent, bijvoorbeeld met een ‘werken bij’-pagina, die helemaal gericht is op nieuwe kandidaten. Die omgeving verzorgen wij ook. We bekijken wat je als werkgever uniek maakt, schrijven blogs, maken video’s en interviewen je werknemers. We willen bereiken dat kandidaten alleen nog maar denken: wauw, hier wil ik werken! Zo kunnen onze klanten hun groeiambitie waar maken. Zelf zijn we gelukkig, ondanks de coronaklap van afgelopen tijd, ook enorm aan het groeien. Er is (nog) meer focus op online gekomen en er is een enorme vraag naar goede medewerkers. Wij zijn er klaar voor om bedrijven in Oost-Nederland te helpen om die perfecte kandidaten te vinden!’ \

Personalberatern dafür, dass wir eine gute Visitenkarte hinterlassen. Nicht nur der erste Kontakt muss stimmen, aber auch alles, was die Zielgruppe danach sieht. Wir konstatieren nämlich, dass mehrere Kontaktmomente zu einer besseren Bewerberqualität führen. Ein Beispiel für den idealen Prozess: Es beginnt in dem Moment, in dem jemand die OnlineRekrutierungskampagne sieht. Er oder sie wirft dann einen Blick auf Ihre Website und Ihre Stellenangebote. Etwas später sieht diese Person Ihr Stellenangebot mithilfe einer Retargeting-Kampagne wieder, beispielsweise beim Scrollen durch die sozialen Medien. Das sind schon drei Kontaktmomente. Die Person ‚erkennt’ Ihr Unternehmen nun schon recht gut – das schafft Vertrauen. Der Schritt zur Bewerbung ist nun wesentlich leichter geworden.

Dieser Ansatz wird für viele Sektoren, zum Beispiel im IT-Bereich, immer wichtiger. Hier ist aktive Mitarbeiterwerbung essentiell. Darum haben wir für diese Branche ein spezielles ITTeam, das dieselbe Sprache der Kandidaten spricht und gezielt rekrutieren kann.”

Attraktiver Arbeitgeber „Darüber hinaus beschäftigen wir uns auch mit ‘Employer Branding’. Damit ist das Gefühl gemeint, das Sie als Arbeitgeber vermitteln. Mit einer simplen Seite mit Stellenangeboten kommen Sie heutzutage nicht mehr weit. Zeigen Sie, dass Sie ein attraktives Unternehmen sind, z.B. mit einer ‚Arbeiten bei‘-Seite, die sich vollständig auf neue Kandidaten richtet.

Wir bieten auch dieses Umfeld an. Dabei untersuchen wir, was Sie als Arbeitgeber von anderen unterscheidet, schreiben Blogs, produzieren Videofilme und interviewen Ihre Mitarbeiter, sodass der Kandidat nur noch denkt ,Wow, hier will ich arbeiten!‘. So können Sie Ihre Wachstumsambitionen verwirklichen. Selbst können wir, trotz der Corona-Pandemie, erfreulicherweise auch ein enormes Wachstum verzeichnen. Der Internetbereich steht (noch) mehr im Fokus und der Bedarf an guten Mitarbeitern ist groß. Wir helfen Unternehmen im Osten der Niederlande gerne bei der Suche nach den perfekten Kandidaten!” \

Gyroscoopweg 144, 1042 AZ Amsterdam / T 020 218 2988 / www.pro-contact.nl

116 /

Infotorial /

Anzeige

Mit einem Handelsvolumen von 172 Milliarden Euro im Jahr 2020 gehören Deutschland und die Niederlande zu den am stärksten verflochtenen Volkswirtschaften weltweit. 2020 haben die Niederlande Waren im Wert von 88,4 Milliarden Euro nach Deutschland exportiert, umgekehrt exportierte Deutschland Waren im Wert von rund 84 Milliarden Euro in die Niederlande. Für das deutsche Bundesland Nordrhein-Westfalen ist das Nachbarland sogar wichtigster Handelspartner. Niederländische und deutsche Unternehmen arbeiten also Hand in Hand zusammen – aber worauf kommt es an, wenn niederländische und deutsche Geschäftspartner an einem Tisch sitzen? Welches Verhalten und welches Auftreten wird im Nachbarland geschätzt, was sollte man lieber vermeiden? Das beleuchten die beiden Artikel.

Tekst Julia Schwietering

Do’s and Don’ts

Met een handelsvolume van 172 miljard euro in 2020 behoren Duitsland en Nederland tot de meest verweven economieën van de wereld. In 2020 exporteerde Nederland goederen ter waarde van 88,4 miljard euro naar Duitsland, omgekeerd exporteerde Duitsland voor van circa 84 miljard euro goederen naar Nederland. Voor de Duitse deelstaat NordrheinWestfalen is het buurland zelfs de belangrijkste handelspartner. Nederlandse en Duitse bedrijven werken dus hand in hand – maar wat is belangrijk als Nederlandse en Duitse zakenrelaties met elkaar aan tafel zitten? Welk gedrag en welke houding wordt in het buurland op prijs gesteld, en wat kun je beter vermijden? Hierover gaat het in deze twee artikelen.

/ 117

Do‘s and Don‘ts in der deutschen Geschäftswelt Do‘s and Don‘ts in de Duitse zakenwereld Was niederländische Unternehmerinnen und Unternehmer bei der Zusammenarbeit mit deutschen Unternehmen beachten sollten, wie die Kommunikation über die Grenze gelingt und wie sich Veranstaltungen in Deutschland von niederländischen Events unterscheiden, erklärt Simon BoeingMessing für INN*terregio. Boeing-Messing ist mit seiner Beratungsagentur Zerebas GmbH für das Internationale Netzwerkbüro in Bocholt tätig. Er war lange in der niederländischen Musikindustrie aktiv, spricht fließend Niederländisch und hat bereits viele Unternehmen auf beiden Seiten der Grenze kennengelernt und begleitet.

Waarmee moeten Nederlandse ondernemers bij de samenwerking met Duitse bedrijven rekening houden? Hoe ziet een succesvolle communicatie over de grens eruit? En wat is het verschil tussen bijeenkomsten in Duitsland en Nederlandse events?

Dat legt Simon Boeing-Messing voor INN*terregio uit.

Boeing-Messing werkt met zijn adviesbureau Zerebas GmbH voor het Internationale Netwerkbureau in Bocholt. Hij was lange tijd actief in de Nederlandse muziekindustrie, spreekt vloeiend Nederlands en heeft al veel bedrijven aan beiden zijden van de grens ontmoet en begeleid.

Die richtige Ansprache

De juiste benadering

In den Niederlanden ist es üblich, bei geschäftlichen Korres­ pondenzen unter seinem Handels- oder dem Produktnamen aufzutreten. Von welchem Unternehmen der Ansprechpartner oder die Ansprechpartnerin kommt, ist auf den ersten Blick also nicht unbedingt klar – etwas, das in Deutschland nicht gerne gesehen wird. Besser ist es, unter dem Unternehmensnamen aufzutreten und so Irritationen zu vermeiden. Das hilft den deutschen Geschäftspartnern auch dabei, das Unternehmen später besser zuordnen und wiederfinden zu können. Simon Boeing-Messing rät außerdem: „Kommen Sie schnell zur Sache. In der Regel gibt es bei der Ansprache eines potenziellen Kunden oder Geschäftspartners in Deutschland nur ein bis zwei Versuche. Wenn der deutschen Seite dann noch nicht klar ist, wie die Beziehung konkret aussehen soll und wie man von einer Zusammenarbeit profitiert, wird es schwierig.” Auch Bewerbungen laufen auf deutscher Seite anders als in den Niederlanden: Zuerst werden die Bewerbungsunterlagen eingereicht, mit denen die Kandidaten die Unternehmen überzeugen müssen. Erst im zweiten Schritt folgt die Einladung zum Vorstellungsgespräch. Auch der Dresscode ist in der deutschen Geschäftswelt anders: Schlichte Kleidung ist die Norm. >

In Nederland is het gebruikelijk om bij zakelijke correspondentie onder de eigen handels- of productnaam te communiceren. Voor de ontvanger is daardoor niet altijd duidelijk, van welk bedrijf de contactpersoon afkomstig is – iets dat in Duitsland niet erg op prijs wordt gesteld. Het is beter, de bedrijfsnaam te gebruiken en daarmee verwarring te voorkomen. Daardoor kan de Duitse zakenpartner het bedrijf op een later moment beter plaatsen en terugvinden. Daarnaast adviseert Boeing-Messing: `Kom snel ter zake. Bij de benadering van een potentiële klant of zakenrelaties in Duitsland zijn er in de regel maar één of twee pogingen mogelijk.

Als het voor de Duitse gesprekspartner dan nog niet duidelijk is, hoe de zakelijke relatie er concreet uit gaat zien en wat de samenwerking op gaat leveren, wordt het lastig.’ Ook sollicitaties verlopen in Duitsland anders dan in Nederland. Eerst worden de sollicitatiedocumenten opgestuurd, waarmee de kandidaten de bedrijven van hun geschiktheid moeten overtuigen. Pas in de tweede stap volgt de uitnodiging voor een sollicitatiegesprek. De dresscode is in het Duitse zakenleven eveneens anders: ingetogen kleding is de norm. >

118 /

Do’s and Don’ts

Veranstaltungen und Events

Beurzen en events

„Messen sind in Deutschland kein Ort für losen Austausch, sondern zum Handeln”, betont Boeing-Messing. Besucherinnen und Besucher sollten sich deshalb vorab genau informieren und wissen, was sie wollen. Auch Netzwerkveranstaltungen sind auf deutscher Seite oft straffer organisiert und dienen dem Geschäft. „Die Deutschen kommen nicht ohne Grund zu einer Veranstaltung”, so ist die Erfahrung des Matchmakers. Meetings sind in Deutschland oft schon weit im Voraus geplant und eher auf harte Ziele strukturiert.

Eine gute Vorbereitung ist deshalb auch da wichtig.

`Beurzen zijn in Duitsland niet de plek voor small talk, maar om zaken te doen.’ benadrukt Boeing-Messing. Bezoekers doen er goed aan, zich vooraf goed te informeren en te weten wat ze willen.

Ook netwerkevents zijn aan Duitse zijde vaak strakker georganiseerd en hebben een zakelijke doelstelling. `De Duitsers komen vaak niet zonder reden naar een evenement.’ zo is de ervaring van de matchmaker. Meetings zijn in Duitsland vaak al ruim van tevoren gepland en gericht op harde doelstellingen. Een goede voorbereiding is daarom ook hierbij van belang.

Strukturen und Prozesse

Structuren en processen

Die Größe Deutschlands wird auf niederländischer Seite häufig unterschätzt – und damit auch die regionalen Unterschiede, zum Beispiel zwischen Norden und Süden. „Sowohl auf deutscher als auch auf niederländischer Seite glauben viele Menschen, das Nachbarland bereits gut zu kennen.” erklärt Boeing-Messing. „In der Realität sieht das oft aber anders aus.” Er rät deshalb dazu, sich an die Wirtschaftsförderungen, die Industrie- und Handelskammern, an die Deutsch-Niederländische Handelskammer oder auch das Internationale Netzwerkbüro in Bocholt zu wenden, wenn ein Markteinstieg in Deutschland auf dem Plan steht. Institutionen seien ohnehin eine wichtige Anlaufstelle in Deutschland, erklärt Boeing-Messing. „Niederländische Unternehmen sind stärker verwoben, zum Beispiel mit den Berufsschulen oder in Industriekreisen.” Auf deutscher Seite vertreten jedoch oft Institutionen wie die Kreishandwerkerschaften oder die Handelskammern die Interessen der Unternehmerinnen und Unternehmer. „Die Deutschen sind außerdem echte TopDowner”, unterstreicht der Berater. „Irgendwo gibt es immer einen Chef. Diese Strukturen sollten niederländische Unternehmerinnen

De omvang van Duitsland wordt aan Nederlandse zijde vaak onderschat – een daarmee ook de regionale verschillen, bijvoorbeeld tussen noord en zuid. `Zowel aan Nederlandse als ook aan Duitse kant geloven veel mensen dat zij het buurland al goed kennen.’ legt Boeing-Messing uit. `In werkelijkheid ziet dat er echter vaak anders uit.’ Hij adviseert daarom contact op te nemen met ontwikkelingsmaatschappijen, kamers van koophandel, de Duits-Nederlandse kamer van koophandel of ook het Internationale Netwerkbureau in Bocholt, als een toetreding tot de Duitse markt gepland is. Instellingen zijn hoe dan ook altijd een belangrijk aanspreekpunt in Duitsland, zo legt Boeing-Messing uit: `Nederlandse bedrijven zijn sterker verweven, bijvoorbeeld met beroepsopleidingen of industriekringen.’ Aan Duitse zijde behartigen instellingen als de Kreishandwerkschaften of de Handelskammern vaak de belangen van de ondernemers. `De Duitsers zijn bovendien echte top-downers.’ aldus de adviseur. `Er is er altijd ergens iemand die de baas is. Nederlandse ondernemers doen er goed aan met deze structuren rekening te houden in hun benadering.’ Een duidelijk, niet al te breed

Simon Boeing-Messing kent de do's en don'ts in het Duits-Nederlandse bedrijfsleven. Simon Boeing-Messing kennt die Do's und Don'ts in der deutsch-niederländischen Geschäftswelt.

Foto: privat

/ 119

und Unternehmer in ihrer Ansprache berücksichtigen.” Das Angebot einer klaren, weniger breiten Produkt- oder Dienstleistungspalette spricht deutsche Unternehmen eher an. Niederländische Unternehmerinnen und Unternehmer können sich das Wissen über die klaren Strukturen in Deutschland zunutze machen. „So lässt es sich besser verhandeln und ein Produkt besser verkaufen”, so ist Boeing-Messings Einschätzung. Einen wichtigen Stellenwert haben in Deutschland außerdem schriftliche Dokumente mit konkreten Handlungsanweisungen. Zu iterative Abweichungen vom Vertrag sind nicht gerne gesehen.

Kommunikation Auch in der Kommunikationskultur gibt es Unterschiede auf deutscher und niederländischer Seite. In Deutschland ist vor allem eines wichtig: schnell zur Sache kommen! „Wenn Small Talk stattfindet, dann vor allem im Geschäftskontext”, erläutert BoeingMessing. „Wer einen guten Eindruck hinterlassen will, kann zum Beispiel die gute Anbindung loben oder erwähnen, wie praktisch er die Firmenzentrale findet. Deutsche finden es gut, wenn man ihre Werte lobt.” Bei der Kommunikation über die Grenze kann auch die Sprache eine Herausforderung sein. Während viele Niederländer fließend Englisch und – insbesondere in Grenznähe – auch Deutsch sprechen, sieht das jenseits der Grenze ein wenig anders aus. In Deutschland wird kaum Niederländisch gesprochen. Auch mit dem Englischen kann es auf deutscher Seite – je nach Alter des Ansprechpartners und nach Unternehmen – Probleme geben. „Die Deutschen sprechen am liebsten Deutsch”, macht der Berater klar.

Fallstricke lauern auch bei vermeintlichen Ähnlichkeiten der beiden Sprachen: So bedeutet das Wort „brutaal” auf Niederländisch „frech” und das Deutsche „brutal” so viel wie „aggressiv” oder „drastisch”. Auch das Wort „eng” gibt es in beiden Sprachen, es bedeutet auf Deutsch jedoch „begrenzt” oder „schmal” und auf Niederländisch „unheimlich” oder „angsteinflößend”. Wichtig ist auch, dass in Deutschland im Geschäftskontext gesiezt wird.

Juristische Unterschiede Wichtig für niederländische Unternehmerinnen und Unternehmer sind auch die juristischen Unterschiede in beiden Ländern. „In Deutschland gibt es mehr und auch strengere Gesetze”, weiß Boeing-Messing. Ein Beispiel ist die Impressumspflicht in Deutschland. Die gilt auch für niederländische Unternehmen, wenn sie eine nachgewiesene Geschäftsbeziehung nach Deutschland haben und deutsche Texte auf ihrer Unternehmenswebseite bereitstellen. Wer kein Impressum vorweisen kann, sollte mit einer Abmahnung rechnen. „Das Thema Abmahnung ist insgesamt in Deutschland viel größer als in den Niederlanden”, erläutert der Berater. In Deutschland ist außerdem der Schuldnerschutz stärker, in den Niederlanden dagegen der Gläubigerschutz. Ein weiteres Beispiel ist das Thema Elternzeit: In Deutschland haben Arbeitnehmerinnen und Arbeitnehmern einen Rechtsanspruch auf bis zu drei Jahre Elternzeit nach der Geburt eines Kindes.

Authentisch bleiben Neben aller Anpassung rät Boeing-Messing auch: „Authentisch bleiben! Niederländische Unternehmen sollten sich nicht verstellen.

Schließlich bringen sie aus ihrer Geschäftskultur Stärken mit, die sie bei einer grenzübergreifenden Zusammenarbeit ausspielen können.” Für ihn sind die Deutschen eher stringent, während Niederländer explorativer handeln. Das ergänze sich bei einer Zusammenarbeit sehr gut. \

product- of dienstenaanbod spreekt Duitse ondernemers meer aan. Met de kennis over de heldere structuren in Duitsland kunnen Nederlandse ondernemers ook hun voordeel doen. `Dit maakt het makkelijker om te onderhandelen en een product te verkopen.’ is Boeing-Messings oordeel. Wat ook belangrijk is in Duitsland, zijn schriftelijke documenten met concrete handelingsinstructies. Het herhaaldelijk afwijken van het contract wordt niet op prijs gesteld.

Communicatie Ook in de communicatiecultuur zijn er verschillen aan Duitse en Nederlandse zijde. In Duitsland is vooral één ding van belang: snel ter zake komen. `Als er al small talk aan te pas komt, dan in zakelijke context.’ licht Boeing-Messing toe. `Wie een goede indruk wil maken, kan bijvoorbeeld de goede bereikbaarheid prijzen of de efficiency van het hoofdkantoor. Duitsers vinden een compliment over hun waarden prettig.’ Bij de communicatie over de grens kan ook de taal een uitdaging zijn. Terwijl veel Nederlanders vloeiend Engels spreken en, vooral in de grensregio, ook de Duitse taal beheersen, is het beeld aan de andere kant van de grens iets anders. Nederlands wordt er in Duitsland nauwelijks gesproken.

Ook met Engels kunnen er aan Duitse kant – afhankelijk van de leeftijd van de gesprekspartner en de aard van de onderneming – problemen ontstaan. `Duitsers spreken het liefst Duits.’ verduidelijkt de adviseur. Valkuilen liggen er ook op de loer bij vermeende overeenkomsten in de twee talen: zo betekent ‘brutaal’ in het Nederlands ‘ondeugend’ en het Duitse ‘brutal’ zoiets als ‘agressief’ of ‘bruut’. Ook het woord `eng’ bestaat in beide talen. In Duitsland betekent het ‘beperkt’ of ‘smal’, in het Nederlands zoiets als ‘angstaanjagend’ of ‘griezelig’. Een ander belangrijk punt: in de zakelijke context is de regel om de andere met ‘Sie’ aan te spreken.

Juridische verschillen Eveneens belangrijk voor Nederlandse ondernemers zijn de juridische verschillen in de beide landen. `Duitsland heeft meer en strengere wetten.’ weet Boeing-Messing. Een voorbeeld is de verplichte colofon bij publicaties. Deze geldt ook voor Nederlandse bedrijven, als zij aantoonbaar Duitse zakelijke betrekkingen hebben en Duitse teksten op hun website plaatsen. Wie geen colofon heeft kan een ‘Abmahnung’, een waarschuwing, verwachten. `In zijn geheel komen waarschuwingen in Duitsland veel vaker voor dan in Nederland.’ licht de adviseur toe. Daarnaast is in Duitsland de schuldenaar sterker beschermd, in Nederland daarentegen de schuldeiser. Een andere kwestie is het ouderschapsverlof: in Duitsland hebben medewerkers wettelijk recht op maximaal drie jaar ouderschapsverlof na de geboorte van een kind.

Authentiek blijven Naast alle aanpassingen aan de Duitse zakencultuur adviseert Boeing-Messing ook: `Blijf authentiek! Nederlandse bedrijven moeten zich niet anders voordoen dan ze zijn. Zij brengen immers uit hun eigen bedrijfscultuur ook sterke punten mee, die zij bij een grensoverschrijdende samenwerking goed kunnen benutten.’

Hij ziet de Duitsers eerder als stringent, terwijl de Nederlanders meer explorerend handelen. ‘En dat vult elkaar bij de samenwerking goed aan.’ \

120 /

Do’s and Don’ts

Deutsch-niederländische Geschäftsknigge

Gründlichkeit und Flexibilität – die ideale Mischung?

Etiquette in de zakenwereld

Flexibiliteit en nauwkeurigheid – een gouden combi?

„Du” oder „Sie”? Jeans oder Krawatte? Wie gewinnt man das gegenseitige Vertrauen? Im deutschniederländischen Geschäftsverkehr gibt es interessante Unterschiede und Gemeinsamkeiten.

Beide Welten können sich nach Meinung von Erfahrungsexperten auch gegenseitig verstärken. Die Flexibilität und der Pragmatismus der Niederländer in Kombination mit deutscher Gründlichkeit scheinen eine ideale Mischung zu ergeben.

‘‘Jij’ of ‘u’? Spijkerbroek of stropdas? Hoe leer je elkaar vertrouwen? Er zijn interessante verschillen en overeenkomsten tussen de Duitse en Nederlandse manier van zakendoen. Beide werelden kunnen elkaar vooral ook versterken, vinden de ervaringsdeskundigen. Nederlandse flexibiliteit en pragmatisme gekoppeld aan Duitse nauwkeurigheid lijkt een gouden combi.

Johannes Reef wohnt in Steinfurt und steht bereits seit 22 Jahren der der Spitze des deutschen Unternehmens DNL-contact, das niederländische und deutsche Organisationen im Grenzgebiet bei der Beantragung von Fördermitteln unterstützt. Reef hat umfangreiche Erfahrung mit dem europäischen Förderprogramm „Interreg”, das sich auf räumliche und regionale Entwicklung und Innovation richtet. In den 1980er Jahren war Reef seiner Zeit weit voraus: Er war einer der ersten deutschen Studierenden an der Radboud Universität in Nimwegen. Er blickt – in fließendem Niederländisch – auf seine Eindrücke aus dieser Zeit zurück.

Paradies der Demokratie „Heutzutage sind deutsche Studenten und Studentinnen aus den niederländischen Universitäten und Hochschulen nicht mehr wegzudenken, vor allem an der Universität Twente und bei Saxion, aber auch in der Grenzstadt Nimwegen”, sagt Reef. „Zu meiner Zeit war das anders. Es gab ein paar deutsche Zahnmedizinstudenten, aber das war alles. Als Student belegte ich erst Vorlesungen an der Universität Münster, damals und in einem gewissen Maße heute noch, eine sehr traditionelle und konservative Universität. In Nimwegen dachte ich: Ich bin im Paradies der Demokratie gelandet.

Die Tür zu den Professoren stand jederzeit offen und ich durfte sie duzen. Ich glaubte meinen Augen nicht. In Münster hielten die Professoren und Dozenten echt „Sprechstunden”. Die Distanz zwischen ihnen und den Studierenden war enorm. Mittlerweile hat sich das etwas geändert, aber der Abstand ist immer noch viel größer als in den Niederlanden.”

Johannes Reef kent beide kanten van de grens goed.

Tekst Jochem Vreeman / Fotografie Lars Smook en archief

Johannes Reef kennt sich auf beiden Seiten der Grenze gut aus.

Reef lernte auch gleich eine weise Lektion über diese Umgangsformen. „Das betraf vor allem die Erwartungen, die all die Offenheit und Zugänglichkeit bei mir weckten. Mein immer gut gelaunter und freundlicher Professor Jan, mit dem ich mich gut verstand, ließ mich eiskalt durchs Zwischenexamen rasseln. Das hatte ich unbewusst nicht erwartet.”

Reef macht einen Sprung in die Gegenwart und zu den Umgangsformen in der Geschäftswelt. „Viele Deutsche mögen die lockere Haltung ihrer niederländischen Geschäftspartner, aber ziehen daraus manchmal verkehrte Schlüsse. Ich war einmal mit einem deutschen Kunden auf dem Heimweg von einem Termin in den Niederlanden. Er war hellbegeistert über die Tatsache, dass er mit ,Du‘ angesprochen worden war. Ich sagte gleich: „Erwarte nicht zu viel, das muss noch gar nichts heißen.”

Wer ist der Manager?

Reef ist im niederländischen Geschäftsleben noch eine andere Besonderheit aufgefallen. „Niederländische Mitarbeiter werden aufgefordert, über alles mitzureden. Typisch niederländisch ist >

Jeans oder Krawatte?

Laura Reimerink ist Relationship Manager für den Arbeitgeberverband MKB Twente und stand davor 20 Jahre lang an der Spitze eines Betonsanierungsunternehmens in Deutschland. Sie weiß genau, wie es ist, in Deutschland Geschäfte zu machen. „Die Unterschiede zwischen den beiden Welten muss man begreifen wollen, man muss dem offen gegenüberstehen”, erzählt sie. „Ich erinnere mich noch gut an einen meiner ersten Kundenbesuche in Deutschland, das war in Osnabrück. Ich machte ein Angebot für eine Balkonrenovierung. Beim ersten Termin habe ich keinen Kaffee bekommen. Wie ist das möglich?

Mache ich etwas falsch? Das habe ich mich gefragt. Es gab mir ein unbehagliches Gefühl. Beim zweiten Mal ging es schon besser, ich bekam eine Tasse Kaffee. Aber beim dritten Besuch boten sie mir fast ein ganzes Kaffeegedeck an. Mittlerweile hatten sie erkannt, dass ich mein Fach beherrschte und dass ich mich an Abmachungen hielt. Dieses Vertrauen ist für deutsche Kunden von großer Bedeutung, sonst erreicht man nichts.”

Auch Paul Ikink aus Odenzaal hat mittlerweile viele Erfahrungen im Geschäftsverkehr mit den deutschen Nachbarn gesammelt. Mit seinem Inkassobüro IkinkBekman ist er grenzüberschreitend aktiv, zudem sitzt er im Vorstand der Gesundheitsregion EUREGIO DE. Ihm fällt unter anderem ein Unterschied im Kleidungsstil auf. „Ich komme gerade von einem Termin bei einer großen Organisation in Kleve.

Nun kann ich natürlich eigensinnig sein und in Jeans und Sportschuhen erscheinen, aber dann komme ich nicht viel weiter als bis zur Rezeption. Ich habe also einen Anzug angezogen, wie es sich gehört. Deutsche hören einem im Allgemeinen auch besser zu als Niederländer. Und bei Verträgen möchten Deutsche alles wesentlich präziser formulieren als wir.”

Johannes Reef woont in Steinfurt en staat al 22 jaar aan het roer van het Duitse bedrijf DNL-contact. Hij begeleidt zowel Nederlandse als Duitse organisaties in het grensgebied bij subsidieaanvragen.

Reef heeft veel ervaring met het Europese subsidiepotje ‘Interreg’, gericht op ruimtelijke en regionale ontwikkeling en innovatie. Hij was in de jaren ’80 zijn tijd ver vooruit: hij was destijds één van de eerste Duitse studenten aan de Radboud Universiteit in Nijmegen.

Hij blikt – in vloeiend Nederlands – terug op zijn ervaringen uit die periode.

Paradijs van de democratie ‘Tegenwoordig zijn Duitse studenten niet meer weg te denken van Nederlandse universiteiten en hogescholen, zeker niet op de Universiteit Twente en Saxion, maar ook in grensstad Nijmegen.’ vertelt Reef. ‘In mijn tijd was dat anders. Er waren daar een paar Duitse tandheelkundestudenten, maar dat was het dan ook. Ik volgde als student eerst vakken op de universiteit in Münster.

Toen, en nu nog tot op zekere hoogte, een hele traditionele en conservatieve universiteit. In Nijmegen dacht ik: ik ben in het paradijs van de democratie beland. Ik mocht bij de professoren overal zomaar binnenlopen en hen met ‘je’ aanspreken. Ik wist niet wat ik meemaakte. In Münster moest ik bij professoren en docenten echt op ‘spreekuur’. De afstand tussen de studenten en hen was enorm in die tijd. Inmiddels is deze afstand iets kleiner geworden, maar nog altijd veel groter dan in Nederland.’

Reef trok wel gelijk een wijze les uit de omgangsvormen. ‘Dat betrof de verwachtingen, die al die openheid en laagdrempeligheid bij mij opwekten. Mijn altijd vrolijke en vriendelijke professor Jan, waar ik een goede klik mee had, liet me keihard zakken voor mijn tentamen. Dat had ik onbewust niet verwacht.’

Reef maakt de sprong naar het nu en naar de omgangsvormen in de zakelijke wereld. ‘Veel Duitsers vinden het informele van hun Nederlandse partners leuk, maar ze trekken daaruit soms verkeerde conclusies. Ik heb wel eens meegemaakt dat ik met een Duitse klant op weg naar huis was na een afspraak in Nederland.

Hij was helemaal enthousiast over het feit, dat hij met ‘jij’ werd aangesproken. Ik heb gelijk gezegd: temper je verwachtingen, dat hoeft nog niets te betekenen.’

Wie is de manager?

Reef heeft nog een opvallende observatie over het zakendoen in Nederland. ‘Nederlandse werknemers worden gevraagd om overal over mee te praten. Iets typisch Nederlands aan het einde van een vergadering is de rondvraag, of het iconische ‘wat verder ter tafel komt’. Daar moest ik in het begin wel eens om lachen. Iedereen krijg dan expliciet de kans nog wat te zeggen. Sterker nog, eigenlijk wordt er zo’n beetje van je verwacht dat je iets zegt. Wat dan ook.

Ook van de stagiair. In Duitsland loopt de vergadering op een hele andere manier af. Daar sluit de baas af. Die baas in Duitsland kan een beslissing ook heel duidelijk top-down nemen. Een Nederlandse baas kan dat niet zomaar doen, die moet de medewerkers zoveel mogelijk meenemen en hen het gevoel geven, dat ze hebben meebepaald.’

Reef heeft die rondvraag in Duitsland ‘geïmporteerd’. ‘Ik zet nu regelmatig het punt ‘Rundfrage’ op de agenda. Overigens, als ik in een Duitse vergadering een groep aan tafel zie zitten, weet ik na één minuut wie de baas is. In Nederland is dat niet zo. >

122 /

Do’s and Don’ts

am Ende eines Meetings die ‚Rundfrage‘, oder das ikonische ,Was sonst noch auf dem Tisch liegt‘. Darüber habe ich mich zu Anfang oft ein bisschen amüsiert. Jeder bekommt dann ausdrücklich die Gelegenheit, etwas zu sagen. Es wird eigentlich sogar erwartet, dass jeder etwas sagt, egal was, auch die Praktikanten. In Deutschland endet eine Besprechung völlig anders. Dort schließt der Chef das Meeting ab. Der Chef kann in Deutschland auch ganz klar top-down eine Entscheidung treffen. Für einen niederländischen Chef ist das nicht so einfach, der muss seine Mitarbeiter so viel wie möglich einbeziehen und ihnen das Gefühl vermitteln, dass sie mitentschieden haben.” Reef hat die „Rundfrage” aus den Niederlanden in sein deutsches Unternehmen „importiert”. „Ich setze diesen Punkt heutzutage regelmäßig auf die Tagesordnung. Übrigens, wenn ich bei einem deutschen Treffen eine Gruppe Personen an einem Tisch sitzen sehe, weiß ich nach einer Minute, wer der Chef ist. In den Niederlanden ist das nicht der Fall. Da kommt es vor, dass ich nach einer halben Stunde denke: Wer ist nun eigentlich hier der Manager?”

Daar kan ik na een half uur denken: wie zou hier nou eigenlijk de manager zijn?’

Duurzaamheid Op de vraag waarin Duitsland vooroploopt op Nederland, blijft het eerst even stil. Dan heel duidelijk: ‘duurzaamheid.’ Reef heeft het idee dat Duitse bedrijven, in alle sectoren, veel meer bezig zijn om CO²-neutraal te opereren. ‘De support vanuit de overheid is daarin cruciaal. Duitsers steken enorm veel tijd en geld in duurzame energieopwekking. Bij mij op kantoor is een Nederlandse medewerker, die altijd klaagt over die grote hoeveelheid ‘lelijke’ windmolens hier in de buurt. Ik zeg dan altijd: ik heb liever zo’n windmolen dan een kerncentrale. Die laatste breek je bijna nooit meer af. Natuurlijk zijn er ook genoeg thema’s waarop >Nederland weer verder is. Kinderopvang bijvoorbeeld, of deeltijdwerk in managementposities. In Duitsland wordt nog te vaak verwacht dat een directeur bij wijze van spreken zijn gehele leven committeert aan het bedrijf.’

Vorreiter in Sachen Nachhaltigkeit

1+1=3

Auf die Frage, auf welchen Gebieten Deutschland vor den Niederlanden rangiert, bleibt es erst einen Moment still. Dann aber sehr klar: „In Sachen Nachhaltigkeit.” Reef ist der Ansicht, dass deutsche Unternehmen in allen Branchen viel intensiver auf eine CO2-neutrale Betriebsführung hinarbeiten. >

Reef vindt geen van beide zakenwerelden beter of slechter dan de ander. ‘Die verschillen maken het juist leuk en interessant.

Nederlanders zijn heel flexibel en bereikbaar. Duitsers streven over het algemeen naar het perfecte, zijn nauwkeurig en werken op basis van vertrouwen. Hoe mooi zou het zijn als we die unieke elementen nog meer met elkaar kunnen combineren? Wat mij betreft is 1 + 1 hier zeker 3!’ \

„Die Unterstützung von Regierungsseite ist darin entscheidend.

Die Deutschen investieren viel Zeit und Geld in die nachhaltige Energieerzeugung. Ich habe einen niederländischen Mitarbeiter im Büro, der sich immer über die große Anzahl der „hässlichen” Windmühlen in dieser Umgebung beklagt. Ich sage dann immer: lieber eine Windmühle als ein Atomkraftwerk, das lässt sich beinah nie wieder abbrechen. Natürlich gibt es auch genug Bereiche, in denen die Niederlande eine Vorreiterrolle spielen.

In der Kinderbetreuung zum Beispiel, oder in der Teilzeitarbeit in Führungspositionen. In Deutschland wird zu oft noch erwartet, dass ein Geschäftsführer dem Unternehmen sozusagen sein Leben opfert.”

1+1=3 Reef betrachtet keine der beiden Geschäftswelten als besser oder schlechter als die andere. „Die Unterschiede machen es gerade interessant. Die Niederländer sind sehr flexibel und zugänglich.

Deutsche streben im Allgemeinen nach Perfektion, sind präzise und arbeiten auf einer Vertrauensbasis. Wie schön wäre es, wenn wir diese besonderen Elemente noch mehr miteinander kombinieren könnten? Was mich betrifft, gilt hierbei 1 + 1 = 3!” \

Jeans of stropdas?

Laura Reimerink is relatiebeheerder voor MKB Twente en stond eerder twintig jaar lang aan het roer van een betonrenovatiebedrijf in Duitsland. Ze weet als geen ander hoe het is om zaken te doen in Duitsland. ‘De verschillen tussen beide werelden moet je willen begrijpen, je moet je ervoor open stellen.’ vertelt ze. ‘Ik weet nog heel goed dat ik bij één van mijn allereerste Duitse klanten kwam. Dat was in Osnabrück. Ik maakte een offerte voor een balkonrenovatie.

Tijdens de eerste afspraak kreeg ik helemaal geen koffie.

Hoe kan dat nou, doe ik iets verkeerd? Dat vroeg ik mezelf af.

Ik vond het maar ongemakkelijk. De tweede keer ging het al beter, ik kreeg koffie. Maar de derde keer dat ik er over de vloer kwam, boden ze me zo ongeveer een compleet Kaffeegedeck aan. Ze hadden intussen gezien dat ik verstand van zaken had en afspraken nakom. Dat vertrouwen is voor Duitse klanten enorm belangrijk, anders kun je het wel vergeten.’

Ook Oldenzaler Paul Ikink heeft een schat aan ervaring als het gaat om zakendoen bij en met onze oosterburen. Hij is met zijn incassobureau IkinkBekman actief over de grens en zit in het bestuur van de Gesundheitsregion EUREGIO DE. Hij merkt onder andere een verschil op rondom de kledingstijl.

‘Ik kom nu net van een afspraak bij een grote organisatie in Kleef. Dan kan ik wel eigenwijs zijn en jeans en sneakers aantrekken, maar dan kom je in Duitsland niet veel verder dan de receptie. Ik ging dus in pak, zoals het hoort. Een Duitser luistert over het algemeen ook veel beter naar je dan een Nederlander. Ook is het zo dat Duitsers in contracten alles veel grondiger willen formuleren dan wij.’

/ 123

Der Hauptsitz von Terhalle in Ahaus-Ottenstein

Het hoofdkantoor van Terhalle in Ahaus-Ottenstein

Klimaneutrales und energiesparendes Bauen Seit über 35 Jahren ist die Unternehmensgruppe Terhalle erfolgreich und stetig wachsend im Holzbau tätig. Wir verknüpfen solide handwerkliche Kenntnisse mit dem Einsatz modernster Technologie. Ein Team aus rund 520 Mitarbeiterinnen und Mitarbeitern überzeugt durch Kompetenz, Leistungsbereitschaft und Freude an der Realisierung der Kundenwünsche.

Insgesamt umfasst die Terhalle Unternehmensgruppe die folgenden Geschäftsbereiche: Holzbau, Dachdeckerei, Objektbau, Innenausbau, Fenster

und Fassaden sowie Metallbau. Das Unternehmen hat Standorte in Ahaus-Ottenstein, Ahaus-Alstätte, Berlin/Werder (Havel), Legden, Aurich und Hengelo.

Am niederländischen Markt haben unsere Kunden die Wahl zwischen sechs Haustypen, die von einem Architekten entworfen und mit der Zukunft im Fokus gebaut werden.

• Tussenwoningen – Reihenhäuser • Patiowoning – altersgerechtes Wohnen • Schuurwoning – Scheunenwohnhaus • Vrijstande Woning – freistehendes Wohnhaus • Twee-onder-een-kapwoning – Doppelhaus • Appartementen – Geschosswohnungsbau >

Klimaatneutraal en energiebesparend bouwen Al meer dan 35 jaar is de Terhalle ondernemingsgroep succesvol en gestaag groeiend in de houtbouw actief. Wij verbinden degelijk vakmanschap met het gebruik van modernste technologie. Een team van circa 520 medewerkers onderscheidt zich door vakkennis, gedrevenheid en plezier in het realiseren van de wensen van onze klanten. In totaal omvat de Terhalle Unternehmensgruppe de volgende bedrijfsonderdelen: houtbouw, dakbedekking, objectbouw, binnenafbouw, ramen, gevels en Text Terhalle GmbH & Co. KG / Fotografie Terhalle GmbH & Co.KG

metaalbouw. Het bedrijf heeft vestigingen in AhausOttenstein, Ahaus-Alstätte, Berlin/Werder (Havel), Legden, Aurich en Hengelo.

Op de Nederlandse markt hebben onze klanten de keuze uit zes verschillende types huizen, onder architectuur en met het oog op de toekomst ontworpen: • tussenwoningen • patiowoningen voor leeftijdsbestendig wonen • schuurwoningen • vrijstaande woningen • twee-onder-een-kapwoningen • appartementen >

124 /

Infotorial /

Anzeige

Innerhalb der Bauphase verbinden wir Technologie und Intelligenz mit Stil, Erfahrung und Emotionen. Die Produktion der vorgefertigten Holzrahmenbauwände von Terhalle Ecobouw erfolgt am Standort der deutschen Muttergesellschaft in Ahaus-Ottenstein.

Durch den hohen Vorfertigungsgrad müssen Boden-, Wand-, Rahmen- und Dachelemente auf der Baustelle nur noch montiert werden. Diese Art der Herstellung kombiniert niederländische Architektur mit deutscher Bauqualität und schafft mit geringem Zeitaufwand und umweltfreundlichen Produkten einen hochwertigen und natürlichen Wohnraum. Die offenen Strukturen und speziellen Fassadenmaterialien lassen Wohnraum und Garten miteinander verschmelzen und fügen sich wunderbar in die Umgebung ein. In Absprache mit unserem Hausarchitekten haben unsere Kunden die Möglichkeit, ihre Träume, Wünsche und Ideen zu verwirklichen und ihren individuellen Lebensraum zu gestalten.

Merkmale des Terhalle-Stils: Scheunenwohnhaus – Schuurwoning

Quartier Wir Berlin – Geschosswohnungsbau / appartementen

Kita Mettmann – Kindertagesstätten / Kinderdagverblijven

• entworfen von niederländischen Architekten • fließende Übergänge • minimalistische Details • helle Akzente im Eingangsbereich • feine Balance zwischen Funktionalität und Ästhetik • maximale Nutzfläche aufgrund durchdachter Grundrisse • eindrucksvolle Fassaden mit natürlichen Materialien • Verwendung nachhaltiger und hochwertiger Materialien.

Durch das frühe Zusammentreffen der Unternehmensgruppe Terhalle mit den Bauherren und Architekten wird schon im Rahmen der Projektvorbereitung ein gemeinsamer Entwurf erarbeitet.

Dies bietet sowohl dem Bauherren als auch dem Bauunternehmen klare Vorteile. Der Bauherr zieht bereits in der Entwurfsphase einen Experten im Bereich Bauwesen hinzu und bekommt ein Bild von den damit verbunden Kostenaspekten. Hingegen können wir als Bauunternehmen unsere spezifischen Erfahrungen und unser Fachwissen mit einbringen und darauf aufbauend Vorschläge zu Kosten, Qualität und Effizienz des Bauvorhabens machen.

Am niederländischen Markt konzentrieren wir uns hauptsächlich auf Neubauten: moderne Villen, Land- oder Stadthäuser. Jedes Projekt ist einzigartig und wird nach individuellen Kundenwünschen errichtet. Mit unserem persönlichen Kontakt garantieren wir ein einzigartiges Endergebnis, das den Anforderungen des Standortes, des Budgets und dem kommunalen Anspruch gerecht wird. \

/ 125

Robert-Lansemann-Schule – moderner Schulbau / modern schoolgebouw

Tijdens de bouwfase combineren wij techniek en intelligentie met stijl, ervaring en emotie. De productie van de geprefabriceerde houtskeletwanden van Terhalle Ecobouw vindt plaats op de locatie van het Duitse moederbedrijf in Ahaus-Ottenstein. Doordat vrijwel alles wordt geprefabriceerd, hoeven vloer-, wand-, raam- en dak-elementen op de bouwplaats alleen nog maar gemonteerd te worden. Bij deze productiemethode komen Nederlandse architectuur en Duitse bouwkwaliteit bij elkaar, zodat binnen korte tijd en met milieuvriendelijke producten een hoogwaardige en natuurlijke leefruimte ontstaat. Door de open structuren en de bijzondere gevelmaterialen gaan woonruimte en tuin in elkaar over en versmelten op prachtige wijze met de omgeving. Onze klanten hebben de mogelijkheid om in overleg met onze huisarchitect hun dromen, wensen en ideeën te realiseren en zo hun individuele leefruimte vorm te geven.

Kenmerken van de Terhalle-stijl: Freistehendes Wohnhaus – Vrijstande Woning

Geschosswohnungsbau – Appartementen

• ontworpen door Nederlandse architecten • vloeiende overgangen • minimalistische details • lichte accenten in de entree • subtiele balans tussen functionaliteit en esthetiek • maximaal gebruiksoppervlak door doordachte plattegronden • indrukwekkende gevels met natuurlijke materialen • gebruik van duurzame en hoogwaardige materialen.

Omdat de opdrachtgever, de architect en de Terhalle ondernemingsgroep reeds in een vroeg stadium bij elkaar komen, kan al tijdens de projectplanning een gezamenlijk ontwerp worden uitgewerkt. Dit biedt duidelijke voordelen voor zowel de opdrachtgever als het bouwbedrijf. De opdrachtgever raadpleegt al in de ontwerpfase een bouwkundige en krijgt zo een beeld van de daarmee verbonden kosten. Anderzijds kunnen wij als bouwbedrijf onze specifieke ervaring en deskundigheid inbrengen en op basis daarvan suggesties doen betreffende kosten, kwaliteit en efficiency van het bouwproject.

Op de Nederlandse markt richten wij ons vooral op nieuwbouw: moderne villa’s, landhuizen of stadswoningen. Elk project is speciaal en wordt gebouwd volgens de individuele wensen van de klant. Met ons persoonlijke contact garanderen wij een uniek eindresultaat, dat voldoet aan de eisen van de locatie, het budget en de gemeentelijke voorschriften. \

Solmsstraße 46, 48683 Ahaus-Ottenstein / T +49 2561 98230 / www.terhalle.de Oosterveldsingel 1, 7558 PJ Hengelon / T +31 7430 339 00 / www.terhalle-ecobouw.nl

126 /

Infotorial /

Anzeige

Harold Oude Smeijers

Column Bestuurders Duitse GmbH fors benadeeld door mogelijk nieuwe regelgeving bestuurdersbeloning Bestuurders die werkzaam zijn voor een Duitse GmbH, opgelet! Wijzigingen in regelgeving ten aanzien van de bestuurdersbeloning kan nadelige gevolgen voor u hebben. Graag lichten wij dit toe aan de hand van een voorbeeld.

Neem nu bestuurder Robert-Jan. Robert-Jan is woonachtig in Nederland en werkzaam als bestuurder. Drie dagen voor zijn Nederlandse BV, twee dagen voor zijn Duitse GmbH. Robert-Jan ontvangt van zijn Nederlandse BV een salaris van € 60 000 en van zijn Duitse GmbH € 40 000. Daarnaast wordt een Duitse auto ter beschikking gesteld door de GmbH. Op grond van het belastingverdrag Nederland-Duitsland is Robert-Jan belastingplichtig voor zijn bestuurderswerkzaamheden in het land waar de vennootschap is gevestigd. De ‘Duitse’ werkzaamheden zijn dan ook in Duitsland belast, ongeacht waar de werkzaamheden worden verricht. Nederland geeft hiervoor voorkoming op grond van de vrijstellingsmethode.

Robert-Jan behaalt een fors fiscaal voordeel, doordat zijn inkomen tevens in Duitsland wordt belast en de tarieven in Duitsland aanzienlijk lager zijn. Helaas voor Robert-Jan is de Tweede Kamer van plan een wijziging door te voeren. Niet langer de vrijstellingsmethode zal als ‘voorkomingstechniek’ gelden, maar de ‘verrekeningsmethode’. Op grond hiervan zijn alle loonbestanddelen in Nederland belast, en wordt ‘slechts’ voorkoming gegeven voor de daadwerkelijk in Duitsland betaalde belasting. Het fiscale voordeel van Robert-Jan is niet meer aanwezig, meer belasting zal verschuldigd zijn.

Waardoor is nu meer belasting verschuldigd? De auto van Robert-Jan wordt naar Nederlandse maatstaven belast in Nederland. Voorkoming wordt echter gegeven voor de daadwerkelijk betaalde belasting in Duitsland, op grond van de Duitse regelgeving. In Duitsland is de bijtelling lager dan in Nederland, waardoor in Nederland ‘nabetaald’ zal moeten worden.

Naar onze mening is dit niet reëel, nu Robert-Jan in Duitsland zijn werkzaamheden uitoefent en ook de auto zal gebruiken voor zijn werkzaamheden in Duitsland. Deze wijziging kan Robert-Jan wellicht duizenden euro’s gaan kosten.

De oplossing ligt naar onze mening in het splitsen van zijn werkzaamheden in ‘werknemersactiviteiten’ en ‘bestuurdersactiviteiten’. Voor werknemers geldt immers wél de vrijstellingsmethode. Is dit ook op u van toepassing? Neem dan contact met ons op en laat ons kijken naar de mogelijkheden.

Het hiervoor genoemde voorbeeld betreft iemand die aandeelhouder is van zijn BV en zijn GmbH. Ook als er sprake is van bestuurder bij een GmbH welke zelf geen aandelen houdt in de GmbH moeten de fiscale consequenties goed worden getoetst. \

/ 127

Mariëlle Kisfeld-Mommer

Kolumne Geschäftsführer einer niederländischen BV durch Anwendung des geänderten Steuerabkommens von 2016 benachteiligt Sind Sie Geschäftsführer einer niederländischen BV, wohnen aber in Deutschland? Die im Jahr 2016 erfolgte Änderung des niederländisch-deutschen Steuerabkommens über Geschäftsführervergütungen könnte möglicherweise negative Auswirkungen haben, wenn Sie als Geschäftsführer Einkünfte in den Niederlanden haben. Wir möchten dies für Sie anhand eines Beispiels erläutern.

Nehmen Sie Geschäftsführer Pieter. Pieter lebt in Deutschland und arbeitet als Geschäftsführer. An vier Tagen in der Woche arbeitet er für seine deutsche GmbH, an einem Tag für seine niederländische BV. Pieter erhält ein Gehalt in Höhe von 80.000 EUR von seiner deutschen GmbH und weitere 20.000 EUR Gehalt von seiner niederländischen BV. Nach dem Steuerabkommen ist Pieter für seine Geschäftsführertätigkeit in dem Land steuerpflichtig, in dem das Unternehmen seinen Geschäftssitz hat. Die „niederländischen” Tätigkeiten werden in den Niederlanden besteuert, unabhängig davon, wo die Arbeit ausgeführt wird. Deutschland gewährt hierfür Erleichterungen auf Grundlage der Anrechnungsmethode.

Das Gehalt, das Pieter in den Niederlanden bezieht, ist niedriger als in Deutschland. Da Pieters Gehalt in den Niederlanden in die niedrigste Steuertarifstufe (9,42%) fällt, erhält er auch in Deutschland eine Erleichterung für die in den Niederlanden zu entrichtende Steuer gemäß dieser Steuerklasse. In Deutschland wird das weltweite Gesamteinkommen von Pieter mit 42%

besteuert. Aufgrund der Anrechnungsmethode gilt die Steuererleichterung, die Pieter gewährt wird, nur für die in den Niederlanden tatsächlich geschuldete Steuer. Die Erleichterung bezieht sich daher auf einen „niedrigeren Steuersatz” (9,42%) als dem für Deutschland geltenden Satz (42%). Nachdem das weltweite Gesamteinkommen in Deutschland besteuert wurde, wird die Differenz der Steuersätze somit noch eine Nachzahlung in Deutschland nach sich ziehen.

Hätte Pieter die Tätigkeiten als „Arbeitnehmer” ausgeübt, wäre die Freistellungsmethode zur Anwendung gekommen. Die Lösung, wie der Nachteil der Anrechnungsmethode vermieden werden kann, besteht darin, die Tätigkeiten eines Geschäftsführers in „Arbeitnehmertätigkeiten” und „Geschäftsführertätigkeiten” aufzuteilen. Auf diese Weise lässt sich die Befreiungsmethode dennoch teilweise anwenden. Trifft dies auch auf Sie zu?

Nehmen Sie Kontakt mit uns auf und lassen Sie uns die Möglichkeiten prüfen. \

de Matenstraat 47, 7572BV Oldenzaal / Harold +31 (0)6 10 03 06 79 / Mariëlle +31 (0)6 34 42 21 56 / www.kroesewevers.com

128 /

Infotorial /

Anzeige

Grenzeloos presteren begint van binnenuit

Grenzenlose Leistung beginnt von innen heraus

Ga je in een nieuw land je producten aanbieden, een nieuw product lanceren, je bedrijf optimaliseren of je organisatie veranderen? Waar je als bedrijf ook mee naar buiten wilt komen, begin altijd van binnen.

Bij jezelf en je medewerkers. Daar leg je de basis om grenzeloos te presteren.

Möchten Sie in einem neuen Land Ihre Produkte anbieten?

Ein neues Produkt auf den Markt bringen? Ihr Unternehmen optimieren oder Ihre Organisation verändern?

Was auch immer Sie mit Ihrem Unternehmen nach außen hin vermitteln möchten, beginnen Sie immer von innen heraus. Mit sich selbst und Ihren Mitarbeitern. Dort wird das Fundament für grenzenlose Leistungen gelegt.

Veranderingen optimaal doorvoeren

Veränderungen optimal umsetzen

Bij Buro Kaap weten we dat jij en je medewerkers beter presteren als je werk doet waar je diep van binnen gemotiveerd voor bent.

Je werkt dan met meer plezier en krijgt er energie van omdat het aansluit bij je kernwaarden. Als je weet wat iemand van nature drijft en daar de taken en activiteiten zo goed mogelijk op laat aansluiten, kun je effectiever op marktkansen reageren of gewenste veranderingen optimaal doorvoeren.

Bei Buro Kaap wissen wir, dass Sie und Ihre Mitarbeiter bessere Leistungen erbringen, wenn Sie innerlich motiviert sind für Ihren Job. Ihre Arbeit macht mehr Spaß und gibt mehr Energie, weil sie zu Ihren Kernwerten passt. Wenn Sie wissen, was jemanden von Natur aus motiviert, und darauf die Aufgaben und Tätigkeiten so gut wie möglich abstimmen, können Sie effektiver auf Marktchancen reagieren oder gewünschte Veränderungen optimal umsetzen.

Flexibele en efficiente organisatie

Flexible und effiziente Organisation

Bij Buro Kaap werken professionals die niet tegenover hun klanten gaan zitten, maar naast ze gaan staan. Samen met jou bespreken we de verandering die je voor ogen hebt en welke kernwaarden je (nieuwe) medewerkers moeten hebben om de bijdrage te leveren die daarvoor nodig is. Dit leggen we vast in een blauwdrukprofiel.

Vervolgens laten we je medewerkers en eventuele nieuwe collega’s een CVI (CoreValuesIndex™) maken. Dit is een instrument dat vanuit een businessgedachte is ontwikkeld en als enige bewezen methode de aangeboren onveranderlijke kern/drive van een persoon in kaart kan brengen.

Bei Buro Kaap arbeiten Professionals, die ihren Kunden nicht gegenübersitzen, sondern zur Seite stehen. Gemeinsam mit Ihnen besprechen wir die beabsichtigten Veränderungen und welche Kernwerte Ihre (neuen) Mitarbeiter besitzen müssen, um den dazu erforderlichen Beitrag zu leisten. Dies halten wir in einem Blaupausenprofil fest. Danach lassen wir Ihre Mitarbeiter und eventuelle neue Kollegen oder Kolleginnen einen CVI (CoreValuesIndex™) erstellen. Dieses Instrument wurde aus Unternehmensperspektive entwickelt und ist die einzige bewiesene Methode, die den angeborenen, unveränderlichen Kern/Antrieb einer Person erfassen kann.

De uitkomst leggen we naast de blauwdruk. Wie zit er echt op zijn plek? Wie heeft bijscholing of omscholing nodig? Wie kan er doorgroeien naar een andere functie? Waar krijgen medewerkers energie van? Waar ligt hun bijdrage en kracht? Met al deze informatie heb je de sleutel tot een flexibele en effectieve organisatie in handen.

Zo bereiken we samen de door jou gewenste verandering en zorgen we ervoor dat jij en je organisatie grenzeloos presteren.

Die Resultate des CVI vergleichen wir mit dem Blaupausenprofil.

Wer sitzt am richtigen Platz? Wer braucht Fortbildung oder Umschulung? Wer kann in eine andere Position aufsteigen? Was gibt Ihren Mitarbeitern Energie? Wo liegt ihr persönlicher Beitrag, ihre spezifische Stärke? All diese Informationen sind der Schlüssel zu einer flexiblen und effizienten Organisation.

Grenzeloos presteren?

So erzielen wir gemeinsam die von Ihnen gewünschten Veränderungen und sorgen dafür, dass Sie und Ihre Organisation grenzenlose Leistungen erbringen können.

Succes komt van binnenuit! Sandra van der Kaap vertelt je er alles over. Bel 31-53 303 16 85 of mail haar via sandra@burokaap.nl. \

Grenzenlose Leistungen?

Erfolg kommt von innen heraus! Sandra van der Kaap erzählt Ihnen gerne mehr hierzu. Nehmen Sie telefonisch Kontakt auf über +31-53 303 16 85 oder schicken Sie eine E-Mail: sandra@burokaap.nl. \

Tekst Marcel Jiskoot / Fotografie HIT photography

Buro Kaap: Business coaching, verandermanagement, interim management, leiderschapsontwikkeling en communicatie

/ 129

Hengelosestraat 112, 7514 AK Enschede / T +31 053 303 16 85 / www.burokaap.nl

130 /

Infotorial /

Anzeige

Herausragende Food-Design-Projekte Kochen liegt voll im Trend. Ein Unternehmen, das diesen Trend aktiv mitgestaltet, ist das TLC Fotostudio in Ramsdorf. Von der einzelnen Werbefotografie über komplette Kochoder Backbücher bis hin zum professionell produzierten Koch- oder Rezeptvideo realisiert TLC heute verschiedene Projekte im Bereich der Food-Fotos und -Videos. Eine besondere Stärke ist dabei traditionell die bi-nationale Ausrichtung des Teams: Bei TLC arbeiten TopFotografen, professionelle Köche, kreative Food-Stylisten und innovative Mediengestalter aus den Niederlanden und Deutschland Hand in Hand.

Seit mehr als 40 Jahren steht der Name TLC für professionelle Food-Fotografie, Food-Videos, kreatives Food-Styling und die dazugehörigen innovativen Konzepte. Für namhafte Industriekunden, Lebensmittelhändler, Verlage sowie Agenturen in Europa und den USA ist TLC zum Inbegriff für starke Ideen und herausragende Food-Design-Projekte geworden.

Auch bewegte Bilder TLC setzt Trends und läuft ihnen nicht hinterher.

Das gilt sowohl für die Inszenierung der jeweiligen Produkte und Rezepte als auch für das Unternehmen selbst. Daher haben sich die Ramsdorfer schon sehr frühzeitig ein weiteres Standbein im Bereich der bewegten Bilder aufgebaut. Heute realisiert das >

Food-Design om van te smullen Koken is trendy. Een bedrijf dat aan deze trend actief vorm geeft, is TLC Fotostudio in Ramsdorf. Van individuele reclamefotografie en complete kook- en bakboeken tot professioneel geproduceerde kook- of receptvideo’s – TLC realiseert uiteenlopende projecten op het gebied van food-fotografie en -video’s. Een van de sterke punten is daarbij de binationale samenstelling van het team: bij TLC werken topfotografen, professionele koks, creatieve food-stylisten en innovatieve mediaontwerpers uit Nederland en Duitsland hand in hand.

Al meer dan 40 jaar staat de naam TLC voor professionele foodfotografie, foodvideo’s, creatieve food-styling en de daarbij horende innovatieve concepten. Voor gerenommeerde industriële klanten, levensmiddelbedrijven, uitgeverijen en bureaus in Europa en de Verenigde Staten is TLC uitgegroeid tot een begrip als het gaat om sterke ideeën en buitengewone fooddesign-projecten.

Text Michael Terhörst / Fotografie TLC Fotostudio

Social media en tutorials TLC is trendsetter, geen trendvolger. Dat geldt niet alleen voor de manier waarop producten en recepten worden gepresenteerd, maar ook voor het bedrijf zelf.

Daarom heeft het bedrijf al in een vroeg stadium een tweede `poot’ op het gebied van bewegende beelden opgebouwd. Tegenwoordig realiseert het DuitsNederlandse team niet alleen foodfotografie >

/ 131

TLC setzt köstliches Essen stark in Szene.

TLC zet heerlijk eten in de schijnwerpers.

132 /

Infotorial /

Anzeige

In der Food-Fotografie kommt es auf Details an.

Bij foodfotografie zijn details belangrijk.

deutsch-niederländische Team nicht nur Food-Fotografien auf allerhöchstem Niveau, sondern auch Food-Videos. Vor allem für die wachsenden Social-Media-Aktivitäten der Kunden, aber auch für verschiedene Tutorials oder Kochinszenierungen werden in Ramsdorf Spots und Clips konzipiert und produziert.

Mit viel Know-how, einem Gespür für neue Trends und einer gehörigen Portion Kreativität setzt das deutsch-niederländische Team alle nur denkbaren Lebensmittel und Rezepte gekonnt in Szene. Über die Jahre hinweg hat sich TLC dafür ein globales Händlernetzwerk aufgebaut, über das sich das Unternehmen, unabhängig von der Jahreszeit, jede noch so seltene Zutat beschaffen kann.

van het hoogste niveau, maar ook foodvideo’s. Vooral voor de groeiende social media-activiteiten van de klanten, maar ook voor diverse tutorials of kookproducties worden in Ramsdorf spots en clips ontworpen en geproduceerd.

Met veel knowhow, een fijne neus voor nieuwe trends en een behoorlijke portie creativiteit zet het Duits-Nederlandse team alle denkbare levensmiddelen en recepten vakkundig in scene. In de loop der jaren heeft TLC een wereldwijd netwerk van distributeurs opgebouwd, waarmee het bedrijf, onafhankelijk van de tijd van het jaar, elk ingrediënt weet te bemachtigen, ook al is het nog zo zeldzaam.

Einmaliges Arbeitsumfeld

Een niet te onderschatten creatieve factor is voor TLC de werkomgeving. Het bedrijf is gevestigd in de oudste boerenschuur in Ramsdorf. De begane grond werd zo verbouwd, dat keuken, magazijn, fotostudio en beeldbewerking praktisch in één grote ruimte bij elkaar leggen – visueel zeer aantrekkelijk, maar ook oergezellig. Voor het team is de boerderij een soort creatieve oase, waar regelmatig ook gasten worden ontvangen. Deze werkomgeving is niet alleen mooi, maar ook zeer functioneel: vooral als het weer eens snel moet gaan, bijvoorbeeld bij der fotografie van ijsspecialiteiten, zijn de korte afstanden ideaal.

Ein kaum zu unterschätzender kreativer Faktor ist für TLC das Arbeitsumfeld. Das Unternehmen ist im ältesten Bauernkotten in Ramsdorf beheimatet. Das untere Stockwerk wurde so umgebaut, dass Küche, Lager, Fotostudio und Bildbearbeitung praktisch in einem großen Raum nebeneinanderliegen – optisch überaus ansprechend und urgemütlich. Für das Team fungiert der Kotten als kreative Oase, in der immer wieder auch Gäste begrüßt werden. Das Umfeld ist nicht nur schön, sondern auch hochfunktional: Vor allem, wenn es wieder einmal schnell gehen muss, also zum Beispiel, wenn das Team Speiseeisspezialitäten fotografiert, sind die kurzen Wege geradezu ideal.

Dass in diesem einmaligen Umfeld, auch einmalige Ergebnisse entstehen, erkennt jeder, der einmal ein Food-Foto oder Video von TLC gesehen hat. Das überzeugt Kunden und Endverbraucher gleichermaßen. Kein Wunder also, dass namhafte Kunden in der Regel seit Jahrzehnten eng und gern mit TLC zusammenarbeiten. \

Eiland 17, 46342 Velen-Ramsdorf / T +49 28 63 / 50 51 / www.tlc-fotostudio.de

Unieke werkomgeving

Dat in deze unieke werkomgeving ook unieke producten ontstaan is duidelijk voor iedereen, die eens een foodfoto of video van TLC heeft gezien. Daarvan zijn klanten zowel als eindgebruikers overtuigd. Het is dan ook geen wonder, dat gerenommeerde klanten doorgaans al tientallen jaren met plezier nauw samenwerken met TLC. \

TLC Fotostudio FFF Holding GmbH & Co. KG

/ 133

Exklusive Bootsfahrten

auf der Vechte in Nordhorn – DAS Firmen-Event!

Exclusieve boottochten

op de Vecht in Nordhorn – HÉT bedrijfsevent!

Gemeinsam die wunderschöne Natur auf der Vechte in und um Nordhorn genießen und in geselliger Runde den Teamgeist stärken – unsere individuellen Exklusiv­ touren und die Punschfahrten (im Winter) sind die perfekte Alternative für Unternehmen, die keine Lust auf Standard­Events haben.

Weitere Informationen zu den Touren gibt es unter www.vvv­nordhorn.de Sie möchten reservieren oder haben Fragen?

Wir sind gern für Sie da: telefonisch unter 05921­80390 oder per E­Mail an info@vvv­nordhorn.de Samen op de Vecht van de prachtige natuur in en rondom Nordhorn genieten en op een gezellige manier de teamspirit versterken – onze individuele exclusieve tochten en de winterse punchtouren zijn het perfecte alternatief voor bedrijven, die iets ander willen dan een standaard­event.

Meer informatie over de tochten is te vinden op www.vvv­nordhorn.de

Auch für Privatpersonen und Cliquen sind unsere Vechte-Bootsfahrten ein echtes Highlight!

Wilt u reserveren of hebt u nog vragen?

We staan graag voor u klaar: telefonisch via 0049­5921­80390 of per e­mail via info@vvv­nordhorn.de

Ook voor par ticulieren en groepen zijn onze boottochten op de Vecht een echt highlight!

VVV­Stadt­ und Citymarketing Nordhorn e.V. l Firnhaberstraße 17 l D­48529 Nordhorn Telefon DE (05921) 8039­0 l Telefoon NL 0049.5921.8039­0 l info@vvv­nordhorn.de l www.vvv­nordhorn.de

134

Colofon Impressum Uitgevers / Herausgeber

Losse verkoop / Einzelpreis

INNTWENTE VOF & Hötzel, RFS & Partner Medien GmbH (ein Unternehmen der RFS MediaGroup GmbH & Co. KG)

€ 7.95

Hötzel, RFS & Partner Medien GmbH Boschstraße 1 48703 Stadtlohn 0049 2563 929 100

INN*terregio verschijnt 1 keer per jaar. Iedere uitgave wordt gelanceerd tijdens een release-event. De oplage (10.000) exemplaren wordt per post verspreid aan bedrijven, overheidsinstellingen en onderwijsinstellingen in het Euregiogebied, 5000 exemplaren in Duitsland en 5000 exemplaren in Nederland. Ook ligt INN*terregio op leestafels in het Euregiogebied.

INNTWENTE VOF 0031 620446176 0031 651197588 0031 623742596

Hoofdredactie / Redaktionsleitung (V.i.S.d.P.) Michael Terhörst (D) Boschstr. 1, 48703 Stadtlohn Jochem Vreeman (NL)

Redactieteam / Redaktionsteam Julia Schwietering Petra Lubbers Anja Wittenberg

Vertaling / Übersetzung Karin Lubs

Informatie / Information

INN*terregio erscheint einmal jährlich mit einer Auflage von 10.000 Exemplaren im deutsch-niederländischen Grenzgebiet (5.000 Exemplare in Deutschland und 5.000 Exemplare in den Niederlanden). Die Auflage wird per Post an Unternehmen, öffentliche Einrichtungen, Bildungsträger und verschiedene Auslagestellen im EUREGIO-Gebiet verteilt.

Copyright / Urheberrechte Niets uit deze uitgave mag op welke wijze dan ook worden gereproduceerd zonder voorafgaande toestemming van de uitgevers en de andere auteursrechthebbenden.

Nachdruck nur mit ausdrücklicher Genehmigung der Herausgeber und anderer Urheberrechtsinhaber.

Aansprakelijkheid / Haftung

Lars Smook Petra Lubbers Eric Brinkhorst Fotografie B.V. Anja Wittenberg

Deze uitgave is met de grootst mogelijke zorg samengesteld. De uitgevers zijn niet aansprakelijk voor eventuele onjuistheden of gevolgen van onvolkomenheden.

Diese Publikation wurde mit größtmöglicher Sorgfalt zusammengestellt.

Die Herausgeber haften nicht für etwaige Ungenauigkeiten oder Mängel.

Verkoopleiding / Anzeigenleitung

Druk / Druck

Hubert Venderbosch (D) Team INN’twente (NL)

Hötzel, RFS & Partner Medien GmbH (ein Unternehmen der RFS MediaGroup GmbH & Co. KG) Boschstraße 1 48703 Stadtlohn

Fotografie / Fotografie

Vormgeving / Grafik Inge Folkert-Hegteler, www.reclamemakers.nl Ricarda Kamperschrör, www.rfsmediagroup.de Kerstin Albersmann, www.rfsmediagroup.de

/ 135

www.innterregio.eu