Optreden als centraal aanspreekpunt
Gedragsregels voor communicatie
er w ijs
Als je bij een organisatie werkt, ga je met mensen om. Je communiceert met ze. Die communicatie is anders dan de communicatie thuis of bij vrienden. Een organisatie wil graag dat je gastvrij en professioneel overkomt. Op je werk pas je je taalgebruik en houding aan. Voor communicatie op je werk gelden gedragsregels.
ps on d
Gedragsregel: laat zien dat je de ander wilt helpen Je hebt een dienstverlenende en gastvrije houding. Dit betekent dat je de ander laat zien dat je hem wilt helpen. • Wees vriendelijk naar gasten en collega’s. • Houd rekening met de wensen van de ander. • Bied hulp. • Gedraag je sociaal. • Wees gastvrij. • Bedenk wat je voor de ander kunt doen.
be ro e
Het is beleefd om klanten aan te spreken met ‘u’. Zeg ‘u’ tegen de ander als: • je iemand voor het eerst ontmoet • je niet zeker weet of je ‘u’ of ‘je’ moet zeggen • de ander veel ouder is dan jij. Zeg ‘je’ tegen de ander als: • de ander ‘je’ tegen jou zegt • je iemand al langer kent • je veel persoonlijke gesprekken met de ander voert.
ig h
tB oo
m
Gedragsregel: ga met respect met de ander om Respect betekent dat je de ander in zijn waarde laat. • Laat de ander in zijn waarde, ook al ben je het niet met hem eens. • Luister naar wat de ander wil zeggen. • Respecteer dat iedereen anders is. • Respecteer de privacy van de ander. • Praat niet óver iemand maar mét iemand. • Geef een compliment als de ander het goed doet. • Sta open voor kritiek.
C
op yr
Gedragsregel: zorg voor een professionele houding Je zorgt voor een professionele houding door je taken goed uit te voeren. • Ken je taken en verantwoordelijkheden. • Volg aanwijzingen op. • Werk volgens de regels. • Stel vragen als je iets niet weet. • Meld bijzonderheden bij je leidinggevende. • Vraag hulp als je dat nodig hebt.
32
Gedragsregel: wees integer Het is belangrijk dat je integer bent. Dat betekent dat je eerlijk en betrouwbaar bent. Tijdens het werk kunnen er gekke, moeilijke of vreemde dingen gebeuren. Je ziet bijvoorbeeld dat een collega een kind hardhandig vastpakt. Wat doe je dan? Met wie mag je dit bespreken?