1.2 Hoe gebeurt de overdracht en verwerking van informatie in het zenuwstelsel?
Informatieoverdracht
A
OPDRACHT 10
1
IN
Hoe snel reageer je op kleurverandering van een verkeerslicht? Scan de QR-code en test het uit. Herhaal de test vijf keer en noteer jouw gemiddelde reactietijd in de kolom.
jouw gemiddelde reactietijd
𝒕 (reactietijd)
TEST JE REACTIESNELHEID
N
snelste leerling Noteer in de kolom ook de gemiddelde reactietijd van de snelste leerling.
3
Zoek een verklaring voor het verschil in gemiddelde reactietijd tussen leerlingen.
4
Wat kun je daaruit besluiten?
VA
2
5
Waarom gebruikt men de eenheid ‘milliseconden’ (ms) in dit experiment en niet gewoon ‘seconden’ (s)?
Op welke prikkel reageer je?
7
In welk zintuig bevinden zich de receptorcellen om die prikkel waar te nemen?
©
6
Een prikkel die wordt opgevangen door een receptor, wordt omgezet in
een signaal of impuls waardoor een reactie kan volgen. Dat zoiets snel kan gaan, stelde je vast in opdracht 10. Je leerde al dat het zenuwstelsel een
geleider of conductor is; het transporteert namelijk een signaal door het
lichaam. Een signaal getransporteerd door het zenuwstelsel noemen we een neuraal signaal of impuls. Maar hoe werken de verschillende delen van het zenuwstelsel samen om een reactie op de prikkel te doen ontstaan? 174
THEMA 03
hoofdstuk 1