Nummer 3 - Juni 2021
een kansrijke
toekomst Samenwerken aan gelijke kansen ‘It takes a village to raise a child’
Samen voor krachtig onderwijs Met het volgsysteem ‘Leerling in beeld’
Verbeteren onderwijs
‘omslag nodig naar een verbetercultuur’
Abbie Chalgoum, docent wiskunde ‘Je moet je leerlingen zien’
www.primaonderwijs.nl - Verschijnt 5x per jaar
VVN Verkeersmethode Probeer nu gratis In groep 1 t/m 3 geef je thematische lessen via het digibord. Voor groep 4 t/m 8 is leerlingsoftware beschikbaar. Ideaal om kinderen zelfstandig te laten werken én het scheelt jou nakijkwerk.
van de gebruikers is Leerlingsoftware
e rs
tevreden met de VVN
ge br u ik
Vrijblijvend kennismaken met onze methode? Laat het ons weten op vvn.nl/kennismaken. Je ontvangt een op maat gemaakt aanbod voor jouw school.
95%
ond erzoek 2020
De verkeersmethode van Veilig Verkeer Nederland is digitaal, interactief en altijd actueel. En: voor jou als leerkracht heel gebruiksvriendelijk.
DU
O
‘
een kansrijke VOORWOORD
toekomst
Welke leraar schiet jou te binnen, op de vraag aan wie je goede herinneringen hebt? Voor mij was dat meneer Dupon van geschiedenis. Een leraar die een oogje dichtkneep tijdens schoolfeesten, maar wel alle pubers in het gareel wist te houden. Het eerste kwartier van zijn lessen ging steevast over iets anders dan geschiedenis, waarna de hele klas nog een halfuur geboeid naar zijn verhalen over de oudheid luisterde. Hij had oprechte interesse in iedere leerling en respect voor ieders achtergrond. We hebben hopelijk allemaal een leraar waar we goede herinneringen aan hebben. Die ene leraar die voor jou het verschil heeft gemaakt in het ontdekken van je talenten, waardoor je zelf ook gekozen hebt voor werken in het onderwijs. Die optimale talentontwikkeling, dat is waar kansengelijkheid over gaat. Dit thema staat centraal in deze editie van PrimaOnderwijs.
Het onderwerp heeft het afgelopen jaar door de coronacrisis meer aandacht gekregen dan ooit. Er wordt al snel naar het onderwijs gewezen om de problemen aan te pakken. ‘Maar hoe dan?’, hoor ik je denken. Door het lerarentekort is de werkdruk al onverminderd groot. Fijn dat er extra geld beschikbaar komt voor de ontwikkeling van het onderwijs tijdens en na corona, maar ben je daar als individuele onderwijsprofessional direct mee geholpen? ‘Het gaat om concrete veranderingen’, zegt Monaïm Benrida, programmaleider van de Gelijke Kansen Alliantie. Sinds 2016 trekt de Gelijke Kansen Alliantie het land in om niet alleen met scholen, maar ook met gemeenten en maatschappelijke partners te werken aan het verbeteren van kansengelijkheid in het onderwijs. Door het lokaal verbinden van partijen
en het op de juiste manier ondersteunen van onderwijsprofessionals, worden grote stappen in de goede richting gezet. Net als meneer Dupon dat voor mij was, ben jij misschien ook wel de allerbelangrijkste verschilmaker voor die ene leerling. Maar weet dat je er zeker niet alleen voor staat. Zo staan er nog veel meer verhalen en interviews ter inspiratie ‘Hoe gaan andere scholen en onderwijsprofessionals met het thema kansengelijkheid om?’ in deze editie centraal. Ook delen we praktische inzichten, methodes, volgsystemen en tools die je helpen bij het creëren van een kansrijke toekomst voor onze kinderen. Veel leesplezier! Esmee Weerden Hoofdredacteur PrimaOnderwijs
P.S. Dit is alweer de laatste PrimaOnderwijs voor de zomervakantie. In september verschijnt de eerstvolgende editie. Namens de hele redactie van PrimaOnderwijs wensen wij je een fijne zomervakantie!
Ideeën, vragen, verzoeken voor PrimaOnderwijs? Mail naar redactie@primaonderwijs.nl Volg @PrimaOnderwijs ook op Instagram, LinkedIn, Twitter en Facebook.
PrimaOnderwijs 3
213038-1 ProDemos advertenties.qxp_EDG media [192 x 285 mm] 20-04-21 10:22 Pagina 1
Waar komt politiek tot leven?
In Den Haag
Wist je da t een reisk ProDemos ostenreg eling heeft voo r de meeste sc holen?
De Tweede Kamer gaat op reis en neemt mee: het gehele interieur, alle Kamerleden en ProDemos! Ondanks de renovatie van het Binnenhof, blijft het ook aankomend schooljaar mogelijk om langs te komen met jouw klas(sen) in politiek Den Haag. ProDemos past namelijk al haar programma’s aan op de nieuwe locaties. Ook richten we een nieuwe ruimte in, in het tijdelijke gebouw van de Tweede Kamer: een ware multimediaroom. Zo komt de politiek nóg meer tot leven voor scholieren en studenten.
In de provincie
Politiek vindt niet alleen maar plaats in Den Haag. Laat jouw klas(sen) kennis maken met de regionale politiek door middel van een bezoek aan het provinciehuis en het spelen van het Provinciespel. Grote kans dat leerlingen zelfs een aantal vragen mogen stellen aan aanwezige Statenleden. Ennuh… de Provinciale Statenleden kiezen natuurlijk de Eerste Kamerleden. Zo kom je toch weer een beetje uit bij Den Haag.
In het klaslokaal
Het is ook mogelijk om één van onze docenten een gastles te laten geven op school. Zij brengen de politiek tot leven in het klaslokaal tijdens ons nieuwe programma Parlement op School of één van onze andere fysieke gastlessen. Ook hebben we een aanbod aan online gastlessen. Met interactieve werkvormen die aansluiten bij de belevingswereld van jongeren laten we zien dat politiek geen ver-van-je-bed-show is.
ProDemos Keuzehulp
Tijd om jouw programma te kiezen. De keuzehulp op onze website helpt jou hierbij. Hierin staan o.a. onze programma’s in Den Haag, op provinciehuizen, op gemeentehuizen en onze gastlessen. Zo vind je het programma dat bij jouw klas past.
prodemos.nl/voor-scholen
@primaonderwijs Nummer 3 - Juni 2021
een kansrijke
toekomst
8
7 16 19 22 26 30 32
10
Samen voor krachtig onderwijs
‘It takes a village to raise a child’
20
Het beste uit jezelf halen bij Skills Talents
28 46
‘Je moet je leerlingen zien’
Het begint met de erkenning van diversiteit Inzichten voor het stimuleren van kansen Column: Is jouw goed wel goed genoeg? 'Durf keuzes te maken in het curriculum' Talenten ontdekken met W&T-onderwijs 'Het kind centraal, niet het lesprogramma' Kansen stimuleren in een digitale wereld
Met 150.000 lezers het grootste blad voor alle onderwijsprofessionals. PrimaOnderwijs is een uitgave van
36 40 43 50 58 70
25
De ambitieklas voor een kansrijke toekomst
Elke dag bezig voor beter onderwijs
Inhoud
Een growth mindset creëert kansen Kunnen geldlessen de kloof dichten? Meer lezen levert kinderen veel op Intensief naschools taalonderwijs Een mens is pas vergeten... Column: Kansen
COLOFON: Hoofdredactie Esmee Weerden Vormgeving Martin Hollander Medewerkers Brigitte Bloem, Klaske Delhij , Marleen Kuijsters, Erik Ouwerkerk, Bas Vermond, Malini Witlox Foto’s iStock, Shutterstock Redactie 030-241 70 44, redactie@primaonderwijs.nl, postbus 40266, 3504 AB Utrecht Sales 030-241 70 21, account@edg.nl Klantenservice 030-241 70 20 klantenservice@edg.nl Verschij ning en verspreiding PrimaOnderwijs verschijnt 5 keer per jaar. Verspreiding via gecontroleerde distributie door EDG Media bij alle basisscholen en scholen in het voortgezet onderwijs in Nederland. Naast het magazine biedt PrimaOnderwijs een wekelijkse nieuwsbrief en de website www.primaonderwijs.nl ©Copyright 2021 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, overgenomen of openbaar gemaakt zonder voorafgaande toestemming van de uitgever. De uitgever is niet aansprakelijk voor enig handelen op grond van de in dit blad gegeven adviezen of gedane mededelingen.
Onderwijsverschillen in kaart Hebben kinderen uit verschillende wijken in Nederland dezelfde kansen om succesvol te zijn in het basis- en middelbaar onderwijs? Wetenschappers van Erasmus School of Economics onderzochten deze vraag en kwamen tot de conclusie dat onderwijsuitkomsten sterk samenhangen met de wijk waar je als kind opgroeit. Zij brachten de verschillen per wijk letterlijk in kaart op een interactieve KansenKaart. De interactieve website toont per gemeente en per wijk in Nederland de onderwijsuitkomsten van leerlingen, uitgesplitst naar geslacht, migratieachtergrond en het inkomen van ouders. Bekijk de interactieve kaart op www.kansenkaart.nl
BRAVE
EEN INTERACTIEF LESPAKKET OVER JONGE ACTIVISTEN
BRAVE is een gratis te downloaden digitaal lespakket. Aan de hand van aansprekende video’s, interactieve vragen en boeiende achtergrondinformatie ervaren leerlingen op het mbo en vanaf klas 3 van het voortgezet onderwijs hoe het is om mensenrechtenactivist te zijn. Daarna kunnen zij zelf direct in actie komen voor activisten.
Download het lespakket BRAVE op: www.amnesty.nl/lespakketbrave
Gamze en Sehriban demonstreren in Turkije voor opheldering over verdwenen familieleden.
‘Het begint met de erkenning van diversiteit’
Als er gesproken wordt over kansen(on)gelijkheid in het onderwijs, dan gaat het al snel over de leerlingen. Maar de jeugd kan het beste tot bloei komen en haar talenten benutten als de onderwijsprofessionals dat óók kunnen. En daar heb je een goede schoolleider voor nodig. DOOR ERIK OUWERKERK
‘Het begint met de erkenning van diversiteit’, zegt Hannah Bijlsma, leerkracht van groep 3 en onderwijsonderzoeker aan de Universiteit Twente, die samen met Mirjam Keyser, docent aan de Fontys opleiding Pabo Jonge Kind Specialist, het boek ‘Erken de ongelijkheid - de kracht van diversiteit in onderwijsteams’ samenstelde. ‘Iedere leraar is anders: de zij-instromers nemen hun maatschappelijke bagage mee de klas in, anderen hebben een universitaire of reguliere pabo gevolgd, terwijl sommigen een onderwijsspecialisatie hebben toegevoegd aan hun opleiding. Ook in leeftijd, ervaring, kwaliteiten en ambities zijn er grote verschillen. Maar eenmaal voor de klas doet iedereen vrijwel hetzelfde. Doordat er nu nog te weinig gebruik wordt gemaakt van ieders specifieke kwaliteiten, gaat er veel professioneel kapitaal verloren.’ Dat kan anders. Zo rondt Hannah in 2021 het promotieonderzoek af dat ze naast haar werk als leerkracht doet, en gaat ze daarna verder met een vervolgonderzoek. ‘De hele school kan profijt hebben van mijn kennis op het gebied van evidence-informed onderwijs en dat bied ik dan ook graag aan. Zodra het over bijvoorbeeld het organiseren van een (kerst)thema gaat, zijn er andere collega’s die dat veel beter kunnen oppakken.’
Erken de ongelijkheid In het boek ‘Erken de ongelijkheid’ laten Hannah en Mirjam samen met tal van onderwijsexperts zien dat
Foto: Dorieke Fotografie
Kwaliteiten en vaardigheden van leraren benutten
het zien, vieren en stimuleren van diversiteit in onderwijsteams gunstig uitpakt op meerdere vlakken. Van meer innovatie op school tot een betere samenwerking en meer werkgeluk. De schoolleider is volgens de auteurs essentieel om de kwaliteiten en vaardigheden van de leraar te erkennen en naar boven te halen. Mirjam: ‘Het is belangrijk dat er al tijdens de opleiding aandacht is voor de persoonlijke dimensie van het beroep en hoe een individueel ontwikkelingstraject vorm krijgt tijdens de loopbaan. De leraar zelf mag daar best voor opkomen, maar een geëngageerde schoolleider is onmisbaar. Die moet in gesprek met het onderwijspersoneel en samen met de leraar een ontwikkelingsroute uitstippelen. Het benutten van diversiteit moet vervolgens ook schoolbreed (en stichtingbreed) vastgelegd worden in duurzaam (HRM-)beleid en in strategische agenda’s. Pas dan is een positief ontwikkelingsklimaat niet meer afhankelijk van een geïnspireerde schoolleider, maar voor de langere termijn verzekerd, ook bij een wisseling van de wacht.’
Winactie In samenwerking met Uitgeverij Pica mogen wij speciaal voor lezers van PrimaOnderwijs 3 exemplaren van het boek ‘Erken de ongelijkheid de kracht van diversiteit in onderwijsteams’ van Hannah Bijlsma en Mirjam Keyser weggeven. Stuur uiterlijk voor 30 juni 2021 een e-mail naar redactie@primaonderwijs.nl en maak kans om het boek te winnen.
PrimaOnderwijs 7
Samenwerken aan gelijke kansen
‘It takes a village to raise a child’ Sinds 2016 werkt de Gelijke Kansen Alliantie (GKA) samen met scholen, gemeenten en maatschappelijke partners aan het verbeteren van kansengelijkheid in het onderwijs met aandacht voor thuis, school en de omgeving. Alle aandacht voor het onderwerp is in de loop der jaren alleen maar toegenomen. En de urgentie ervan is – zeker nu met corona – in een versnelling gekomen. DOOR ESMEE WEERDEN
8
‘Het gaat uiteindelijk niet alleen om aandacht voor het onderwerp, maar juist om concrete veranderingen’, vertelt Monaïm Benrida, vanaf dag één betrokken als programmaleider bij de GKA. ‘Kansenongelijkheid raakt zowel gemeenten binnen als buiten de Randstad. Als we het echt goed willen doen, dan moeten we bereid zijn om oog te hebben voor de verschillen. Dus niet alleen generiek aanpassingen maken, maar echt inzoomen op geografische verschillen en ook per wijk en per school op verschillende manieren ondersteuning bieden.’ Vanuit dit startpunt is de GKA vijf jaar geleden het land ingetrokken.
Optimale talentontwikkeling Het vraagstuk van kansengelijkheid is een breed maatschappelijk vraagstuk met een belangrijke rol voor het onderwijs. ‘School is de enige echte vindplaats waar kinderen elkaar kunnen ontmoeten om van en met elkaar te kunnen leren’, aldus Monaïm. Dit draagt bij aan een optimale talentontwikkeling, de essentie van kansengelijkheid. ‘Kansengelijkheid gaat over hoe we ervoor kunnen zorgen dat onze kinderen kunnen uitgroeien tot wie ze willen en kunnen zijn. Over leren geloven in zichzelf, omdat dat is wat uiteindelijk hun succes bepaalt.’ Monaïm wil benadrukken dat het onderwijs er niet alleen voor staat. ‘Iedereen in de maatschappij is nodig en kan zijn of haar steentje bijdragen. Kansengelijkheid kent meerdere factoren verdeeld over vijf niveaus. Binnen de GKA is het doel om al deze niveaus met elkaar te verbinden. ‘Slechts 40 procent van de ontwikkeling maken kinderen op school door. Als je dit wilt aanvullen tot 100 procent, moet je de opgedane kennis buiten school verder kunnen brengen. Daarom is het noodzakelijk om ook aandacht te hebben voor andere zaken, zoals de persoonlijkheid en de eigenschappen van de leerling zelf, uit wat voor gezin de leerling komt, in welke wijk de leerling woont en welke uitdagingen er vanuit de samenleving zijn. Bij de GKA zeggen we ook wel: ‘It takes a village to raise child.’’
De Gezonde Basisschool van de Toekomst Monaïm is heel duidelijk over de aanpak van de GKA. De GKA functioneert als aanjager en faciliteert waar wenselijk, maar de verantwoordelijkheid ligt altijd bij de lokale bondgenoot. Vaak wordt een traject gestart via de wethouder Onderwijs. ‘Per regio zijn de behoeften verschillend en lokale partijen weten het beste wat nodig is. We sluiten een gezamenlijke agenda en brengen in samenwerking met de betrokken partijen in kaart wat ze nodig hebben om het traject verder te brengen. Denk aan ondersteuning in de vorm van kennis, onderzoek, financiële middelen, communicatie
of menskracht.’ Zo heeft de GKA in Zuid-Limburg geholpen bij het verder doorontwikkelen van de Gezonde Basisschool van de Toekomst. Het was de wens van de provincie om de trend van armoede en ongezond leven te doorbreken. Op de Gezonde Basisschool van de Toekomst is er veel aandacht voor gezonde voeding, beweging en een gezonde levensstijl en zijn de schooldagen verlengd tot half 5. Kinderen en leerkrachten bereiden samen de voeding voor. Er is meer tijd en ruimte gedurende een schooldag voor lessen cultuur, gezondheid en sport. Behalve dat ze daarmee het gezondheidsvraagstuk hebben opgepakt, heeft de school met deze aanpak ook veel bereikt in de thuissituatie. Kinderen willen hetzelfde eten als op school, waardoor broccoli en andijvie ineens op het menu van gezinnen zijn verschenen. Doordat een schooldag langer duurt, zijn ouders meer gaan werken. Meer inkomen, betekent meer te besteden en in sommige gevallen minder schulden en minder armoede. ‘De Gezonde Basisschool van de Toekomst is een mooi voorbeeld hoe alle niveaus van kansengelijkheid met elkaar verbonden zijn. Ze maken daar echt het verschil voor leerlingen door ze voor te bereiden op een goede toekomst.’
Verschilmakers De oplossing van kansenongelijkheid is niet eenvoudig. De moeilijkheid zit ‘m in het feit hoe je het heel simpel houdt. Zonder twijfel zijn leraren belangrijke verschilmakers in het creëren van gelijke kansen voor kinderen. ‘Het allerbelangrijkste voor leerlingen op school is de man of vrouw die voor de klas staat’, vervolgt Monaïm. Leraren moeten snel kunnen schakelen tussen wat nodig is en het begrijpen van situaties. Het gaat om net dat beetje extra aandacht op het juiste moment. ‘Een leraar heeft echter al werk genoeg, dus we proberen leraren, als ook team- en schoolleiders. daarin toe te rusten.’ Leraren hebben een signaalfunctie en het is belangrijk dat ze naar iemand met dat signaal toe kunnen. ‘Het streven zou moeten zijn om te zorgen voor een voorziening op iedere school die naar iedere leerling omkijkt. Alles wat wij vanuit de GKA doen, moet ervoor zorgen dat het contact en de interactie tussen de leerlingen en leraar, in dát ene klaslokaal, op die ene school, in die ene wijk, in die ene stad of dat ene dorp, versterkt wordt. Want niet waar je vandaan komt, maar waar je heen wilt moet de toekomst van onze kinderen bepalen.’ Ga voor meer informatie over de Gelijke Kansen Alliantie naar www.gelijke-kansen.nl Wil jij weten wat de Gelijke Kansen Alliantie voor jouw gemeente, regio of onderwijsinstelling kan betekenen? Neem dan contact via gelijkekansen@minocw.nl PrimaOnderwijs 9
Samen voor krachtig onderwijs Kansengelijkheid zit van oudsher in het DNA van Cito. Al ruim 50 jaar ontwikkelt Cito toetsen, examens en meetinstrumenten die leerlingen dezelfde kansen geven om te laten zien wat ze in hun mars hebben, ongeacht afkomst of sociale willekeur. Een objectieve kijk op waar een leerling staat en waar ondersteuning nodig is, is in de huidige tijd misschien wel belangrijker dan ooit. Cito ondersteunt dit gegeven als kennisorganisatie. Saskia Wools en Maartje Hilte vertellen hoe hun divisie dat doet. DOOR ESMEE WEERDEN
FOTO’S GIJS VERSTEEG
De discussie omtrent kansengelijkheid in het onderwijs is niet nieuw. ‘Terecht dat we ons daar als maatschappij zorgen over maken’, zegt Saskia Wools, directeur Onderzoek, Kennis & Innovatie bij Stichting Cito. ‘Kansenongelijkheid is er altijd al geweest, maar door de coronacrisis heeft het meer een gezicht gekregen. En natuurlijk raakt ons dat. Bij Cito voelen we ons vanuit onze oorsprong enorm verbonden met dit onderwijsvraagstuk. Ineens is het toch wat abstracte begrip kansengelijkheid concreet geworden door vragen als ‘heb je thuis toegang tot een device?’ en ‘heb je voldoende ondersteuning?’. Door het thuisonderwijs zijn grote verschillen zichtbaar geworden.’ Om de impact hiervan in beeld te brengen is onderzoek nodig naar wat leerlingen kunnen en of er bijvoorbeeld verschillen tussen scholen zijn ontstaan. En dat is precies waar de divisie Onderzoek, Kennis & Innovatie (OK&I) zich hard voor maakt. Als onderdeel van 10
Stichting Cito geven ze sinds 2018 invulling aan het label ‘Cito Kennisorganisatie’. Via toegepast wetenschappelijk onderzoek en het ontwikkelen van prototypes, zoeken zij naar antwoorden op vragen uit de onderwijspraktijk waarbij onderwijskundig meten een rol speelt. ‘Het belangrijkste is dat de kennis die we opdoen in ons onderzoek later in de klas het verschil kan maken. En dat het niet alleen over wetenschappelijke kennis gaat, maar dat we juist die praktische toepassing opzoeken waarmee we het onderwijs beter maken.’
Praktijkvragen Tijdens deze coronatijd zijn de onderzoeksvragen die bij OK&I terecht komen veranderd. Ze gaan bijvoorbeeld over het volgen van vakoverstijgende vaardigheden: hoe doe je dat eigenlijk en kan dat ook op afstand? Hierdoor zoekt OK&I nu nog meer naar
Saskia Wools
‘Het belangrijkste is dat de kennis die we opdoen in ons onderzoek, later in de klas het verschil kan maken.’ innovatieve manieren om andere dingen dan rekenen en taal in beeld te brengen en die natuurlijk ook passen in de dagelijkse onderwijspraktijk. Voor het basisonderwijs werkt OK&I bijvoorbeeld aan een manier om spreekvaardigheid inzichtelijk te maken. Saskia: ‘We zagen dat niet alle scholen zicht hadden op de spreekvaardigheid van kinderen. Om daarbij te helpen hebben we een app ontwikkeld waarmee digitaal spreekvaardigheid gemeten kan worden. We maken gebruik van spraakherkenning zodat onderwijsprofessionals straks niet het hele verhaaltje hoeven
Met jouw klas meehelpen aan spraaktechnologie Beeldverhaal Spraaktechnologie voor kinderen is volop in ontwikkeling. Wil jij met jouw leerlingen meehelpen om het systeem kinderstemmen te leren herkennen? Stuur dan een mailtje aan citolab@cito.nl.
terug te luisteren.’ Zo ver zijn ze bij OK&I nu nog niet, ze werken eerst aan het verbeteren van de technologie. Het doel van de onderzoeksvragen veranderde tijdens deze coronatijd niet. De verworven kennis wordt zo veel mogelijk gedeeld met scholen en uitgevers. ‘Dat doen we om op scholen de kennis over onderwijskundig meten te vergroten. Zo ondersteunen we onderwijsprofessionals die dagelijks te maken krijgen met toetsing of observaties in de klas, maar ook uitgevers bij het vertalen van nieuwe inzichten naar hun producten.’
Samenwerken Saskia: ‘We werken zoveel mogelijk in co-creatie met scholen. We zoeken echt de samenwerking. Om verschillende perspectieven te horen, voor praktische dingen, maar soms ook om een theoretisch begrip te duiden. In gesprek gaan met de ander, vinden we heel belangrijk. Luister bijvoorbeeld naar onze podcast-reeks over kansengelijkheid, waar we anderen aan het woord laten over de overgang tussen het po en vo en hoe dit samenhangt met kansengelijkheid’.
Cito-podcast over gelijke kansen Welke factoren spelen bij kansengelijkheid een rol? Welke zijn te beïnvloeden? En hoe dan? Welke rol speelt toetsing? En wat kunnen we morgen, in de klas, al anders gaan doen? In een speciale podcastserie neemt Cito verschillende perspectieven van kansengelijkheid onder de loep. Luister de podcasts via: www.cito.nl/podcasts
Completer beeld De divisie Cito BV brengt producten uit in eigen beheer, zoals het ‘Cito Volgsysteem Voortgezet Onderwijs’ en ‘Leerling in beeld’, het nieuwe leerlingvolgsysteem voor het primair en speciaal onderwijs. De Cito volgsystemen geven leerlingen de kans om te laten zien waar ze zijn in hun ontwikkeling. Voor onderwijsprofessionals zijn de volgsystemen bedoeld als hulpmiddel om het optimale uit leerlingen te halen. ‘In de Cito volgsystemen is er aandacht voor het complete kindbeeld’, vertelt Maartje Hilte, businessmanager uitgeverij Cito BV. ‘Zo kan met het Volgsysteem VO ook potentieel in beeld worden gebracht met een meetinstrument voor IQ (CognitIQ). En bij het nieuwe ‘Leerling in beeld’ kunnen naast cognitieve aspecten, zoals (Nederlandse en Engelse) Taal en Rekenen, ook sociaalemotionele aspecten inzichtelijk worden gemaakt.’ Dat laatste is vooral nu, in deze coronaperiode zeer relevant. Naast het niveau is met ‘Leerling in beeld’ tevens de groei van leerlingen optimaal te volgen. Hierdoor kan het leerpotentieel van elke leerling nog beter gezien worden. En door de korte adaptieve >>
Maartje Hilte
‘Als je wilt weten hoe een leerling zich ontwikkelt, is het volledige beeld echt belangrijk. Verdiepende analyses en overzichtelijke rapportages in ons volgsysteem maken dit mogelijk.’ PrimaOnderwijs 11
Samen voor krachtig onderwijs
toetsen die op elk moment af te nemen zijn, ziet de onderwijsprofessional direct waar een leerling staat. ‘Als je wilt weten hoe een leerling zich ontwikkelt, is dat volledige beeld echt belangrijk’, vindt Maartje. ‘Verdiepende analyses, zoals een analyse op spellingscategorie, inzicht in lees-leerprofielen en overzichtelijke rapportages in het volgsysteem maken dit mogelijk.’ Dit najaar kunnen scholen aan de slag met ‘Leerling in beeld’. Met nieuwe toetsen voor groep 3 t/m 5 en nieuwe rapportages voor alle groepen (3 t/m 8). Vanaf schooljaar 2022-2023 volgen nieuwe toetsen voor groep 6 t/m 8.
Van denken naar weten naar doen De Cito Volgsystemen bieden de onderwijsprofessional dus het laatste puzzelstuk om de ontwikkeling van een leerling in kaart te brengen. Maartje: ‘Na het bekijken van de ‘foto’ (moment) en de ‘film’ (groei) van de leerling, kan gekozen worden voor verdere verdieping om
bijvoorbeeld op leerdoelniveau in beeld te krijgen welk aanbod het beste past. Door in de lessen optimaal aan te sluiten bij waar de leerling staat, kan die leerling zich maximaal ontwikkelen. Hiermee dragen we bij aan gelijke kansen in de klas.’
Maximaal ontzorgen Bij Cito hechten ze veel waarde aan de mening van het onderwijsveld. ‘Zij zijn een belangrijke schakel met de praktijk. Voor het ontwikkelen van ‘Leerling in beeld’ werken we nauw samen met partnerscholen om te beoordelen of we nog het juiste aan het doen zijn en of dit strookt met de praktijk’, vervolgt Maartje. ‘We geloven in de kracht van objectieve gegevens om onderwijsprofessionals te ondersteunen en leerlingen vooruit te helpen. Met als doel het onderwijs van morgen krachtiger te maken en bij te dragen aan het creëren van gelijke kansen voor iedereen. Dat is tenslotte wat Cito al meer dan 50 jaar drijft.’
Meedenken over ‘Leerling in beeld’ Heb jij ideeën over hoe Cito ‘Leerling in beeld’ nóg beter kan maken? Meld je dan aan als Cito-partnerschool en denk mee in de ontwikkeling van het nieuwe online platform bij het maken van de beste toetsinhoud en de rapportages. Je kunt ook altijd eenmalig meedoen. Meld je dan aan voor de onderzoeken en ervaar alvast hoe de allernieuwste toetsen eruitzien. Meer weten? Bezoek de website www.cito.nl/partnerscholen.
12
Dé onafhankelijke gids voor al uw leermiddelen. In de online Catalogus vindt u alle leermiddelen binnen het voortgezet onderwijs. Met handige onderwijskundige kenmerken en reviews van mede-docenten kunt u de juiste keuze maken op basis van uw behoeften en die van de leerling. Neem ook een kijkje bij uw vak via catalogus.vandijk.nl
Exacte vakken
Kunst en cultuur
Mens en maatschappij
Overige vakken
Talen
VMBO beroepsgericht
Check catalogus.vandijk.nl hoe het werkt!
‘Een kans voor onze leerlingen om meer te bereiken dan ze ooit zelf hadden gedacht’ Goud Onderwijs is een ambitieus onderwijsconcept met als doel: het bieden van voortreffelijk onderwijs aan kinderen met een grote prestatiekloof, waardoor deze het beste uit zichzelf kunnen halen. Het concept is geïnspireerd op de Amerikaanse aanpak Uncommon Schools, waarmee met veel succes aan gelijke kansen voor kinderen in achterstandswijken wordt gewerkt. Stichting CED-Groep heeft deze aanpak vanuit de samenwerking met Amerika vertaald en verder ontwikkeld voor toepassing in de Nederlandse onderwijspraktijk. 14
In Goud Onderwijs komen meerdere beproefde onderwijstechnieken en -concepten van de CED-Groep samen, zoals Teach Like a Champion en Opbrengstgericht werken in 4D. Er zijn drie succesfactoren: • Andere organisatie binnen de school, met als belangrijkste elementen: leraren worden intensief begeleid en ontzorgd, het directieteam bestaat uit een inhoudelijk leider én een operationeel leider. Er is een nieuwe functie: die van leerlingdecaan, voor de koppeling tussen onderwijs en zorg. • Keuzes in curriculum: de focus ligt op de basisvaardigheden, taal, rekenen en lezen én op persoonsontwikkeling en burgerschap. • Gedragscultuur: er is een duidelijk programma voor de manier waarop iedereen in de school met elkaar omgaat.
Rotterdams Goud In augustus 2020 is de CED-Groep samen met drie Rotterdamse schoolbesturen onder de naam Rotterdams Goud begonnen met de implementatie van Goud Onderwijs. Een van de deelnemende scholen is de Juliana van Stolbergschool. Directeur
Ambitieus onderwijsconcept gaat strijd aan met kansenongelijkheid Jan Jacob Luijendijk licht toe: ‘Wij waren als team al langer bezig met de vraag: hoe kunnen wij nog meer uit onze leerlingen halen dan tot nu toe lukt? We hebben verschillende trainingen gevolgd en waren ook al bezig om ons onderwijs anders aan te pakken. Bijvoorbeeld door minder nadruk te leggen op cijfers en meer op groei en eigen verantwoordelijkheid. Wat is je doel? Hoe wil je daar komen? Wat heb je daarbij nodig? Maar we zochten naar een breder kader om onze ambitie vorm te geven. Ik kwam in aanraking met Goud Onderwijs en dacht meteen: dit zou weleens dé volgende stap voor mijn school kunnen zijn. Het team en ons bestuur Kind en Onderwijs Rotterdam waren enthousiast en samen zien we dit als een kans voor onze leerlingen om meer te bereiken dan ze ooit zelf hadden gedacht.”
‘Vieren van successen met de leerlingen is heel stimulerend’ ‘Eerst werkten we met het team aan de voorbereiding. Een dagdeel per week worden we begeleid door een onderwijsadviseur van Stichting CED-Groep. Het hele team is inmiddels getraind in Teach Like a Champion en zelf volg ik een training tot inhoudelijk schoolleider. Elementen uit wat we tot nu toe geleerd hebben, nemen we meteen mee in de hele school. Bijvoorbeeld de afstemming over gedragscultuur. Een eenvoudig voorbeeld daarvan is het gedrag in de gangen, waarin we nu één lijn trekken. We merken dat dit positief werkt op de sfeer in de gang. Wat we natuurlijk ook al deden, maar nu meer bewust, is het vieren van successen met de leerlingen. Dat is heel stimulerend. We kijken uit naar de volgende ontwikkelingen in de school!’ In januari 2021 startte de implementatie op groepsniveau. ‘We starten met de twee groepen zes. Deze leerkrachten worden intensief begeleid bij de inrichting en uitvoering van hun onderwijs. Daarna volgen
de groepen vijf en zeven. Zo rolt de aanpak als een olievlek uit over de hele school. Parallel daaraan doet het hele team mee aan de trainingen en studiedagen die nog volgen. Zo blijft iedereen betrokken en gemotiveerd.’ Goud Onderwijs vraagt een andere organisatie binnen de school; de rollen veranderen. ‘Ik heb besloten dat de rol van inhoudelijk schoolleider het beste past bij mijn profiel. Er wordt gezegd dat je ongeveer 60% van je tijd met inhoudelijke zaken bezig moet zijn om goed inhoudelijk te kunnen leiden. In de praktijk ben je helaas veel tijd kwijt aan operationele zaken. Daarom vind ik de splitsing in inhoudelijk leider en operationeel leider een hele goede. Er ontstaat een nieuw soort schoolleiding met de inhoudelijk leider, organisatorisch leider en een leerlingdecaan. Hierbij is de ondersteuning van HRM en de afdeling onderwijs & kwaliteit van ons bestuur essentieel.’
Ambitieus einddoel Jan Jacob legt de lat hoog. ‘Mijn einddoel: door deze inzet weten we onze leerlingen zo te stimuleren dat ze ook daadwerkelijk meer uit zichzelf halen. Ik ga ervoor dat binnen vijf jaar driekwart van de leerlingen op VMBO-TL of hoger uitstroomt. Dat is ambitieus. Maar ik stel hoge eisen aan mijn team, zij stellen hoge eisen aan hun leerlingen; dan moet ik zelf ook hoog insteken. Vraag ik niet te veel van ze? Leerlingen moeten toch ook gewoon kind kunnen zijn? Dan zeg ik: het is onze taak om kinderen te laten zien hoe leuk leren kan zijn.’
Interesse in Goud Onderwijs? De implementatie van Goud Onderwijs is begonnen in Rotterdam met een pilot van drie jaar en start in september ook in Den Haag. Gedurende de pilotperiode wordt de aanpak onderzocht op effectiviteit door de Erasmus Universiteit. Er is ruimte voor andere scholen en schoolbesturen om aan te sluiten bij Goud Onderwijs, bijvoorbeeld in het kader van het Nationaal Programma Onderwijs. Belangstelling? Neem dan contact op met projectleider Wendy Koopmans, w.koopmans@cedgroep.nl.
Meer informatie: www.cedgroep.nl > thema’s > kansengelijkheid
PrimaOnderwijs 15
Van wetenschappelijk onderzoek naar de praktijk:
Heldere inzichten voor het stimuleren van kansen Alle kinderen moeten de kans krijgen zich te ontwikkelen tot veerkrachtige burgers. Vanuit de wetenschap is allerlei kennis voorhanden welke rol het onderwijs hierin kan spelen. Middels diverse routes brengt de Nationale Wetenschapsagenda (NWA) kennis in kaart die direct vertaald kan worden naar de praktijk. DOOR ESMEE WEERDEN De route ‘Jeugd in ontwikkeling, opvoeding en onderwijs’ is één van de 25 routes van de NWA. In deze route komen vragen terug vanuit de maatschappij, waarop de wetenschap voor een deel de antwoorden al heeft. En daarin zit precies het doel van Sander Thomaes, hoogleraar Ontwikkelingspsychologie en boegbeeld van deze route. ‘Als boegbeeld wil ik eraan bijdragen dat die wetenschappelijke kennis op de goede plekken in het veld terecht komt.’ Naast het bij elkaar brengen van wetenschap en praktijk, streeft de NWA er ook naar om professionals steeds vaker aan het begin van de onderzoekscyclus te betrekken. ‘Leraren zitten met hun neus bovenop maatschappelijke ontwikkelingen. Zij hebben een belangrijke signaalfunctie voor de wetenschap.’
Doorbreken van ongelijkheid Binnen de route ‘Jeugd in ontwikkeling, opvoeding en onderwijs’ wil het NWA met innovatief onderzoek inzicht krijgen in processen en mechanismen in onderwijs, opvoeding en hulpverlening en in de manier waarop die processen en mechanismen ongelijkheid in stand houden of juist kunnen doorbreken. Sander: ‘Bij ongelijkheid denken we vaak aan armoede. Maar die armoede staat bijna nooit op zichzelf. Dit gaat vaak gepaard met zaken als stress in de thuissituatie, stigma dat kinderen kunnen ervaren, het idee hebben dat school niets voor hen is of geen vertrouwen hebben in instanties. Niet alle kinderen leven in een stimulerende omgeving of hebben stimulerende rolmodellen. Dit alles samengenomen maakt dat er ongelijkheid is in kansen voor kinderen om tot ontplooiing te komen, op basis van wat je zou kunnen verwachten vanuit hun potentie.’
Een andere manier van toetsen Het is natuurlijk niet makkelijk om ongelijkheid te doorbreken. ‘Maar een goede stap is om in alledaagse 16
schoolsituaties rekening te houden met de verschillende achtergronden, talenten en noden van leerlingen’, vervolgt Sander. ‘Denk aan toetsvormen. De klassieke toetsvorm, waarin kinderen gedurende langere tijd geconcentreerd in stilte moeten werken aan vragen die ze krijgen, sluit niet bij alle leerlingen goed aan. Bijvoorbeeld bij leerlingen die thuis opgroeien in een drukke situatie waar ze hun aandacht moeten verdelen. Vanuit onderzoek weten we dat kinderen met een lagere sociaaleconomische status vaak meer georiënteerd zijn op samenwerken dan andere kinderen. Juist het gezamenlijk werken aan een grotere opdracht past beter bij deze leerlingen.’
De impact van cijfers Een goede leraar vormt de betekenis die een leerling geeft aan een laag cijfer. Uit onderzoek is gebleken dat een laag cijfer motiverend kan werken als een leraar uitlegt dat het niets zegt over de potentie van de leerling, maar alleen over hoe de leerling op dat moment de lesstof beheerst. ‘Belangrijk daarbij is om aan te stippen dat je standaarden hoog zijn, ook voor deze leerling, en dat je denkt dat de leerling in staat is om daaraan te voldoen: “Ik weet dat je het kan en we gaan er samen voor zorgen dat je het beter gaat doen.” Een laag cijfer zonder enige vorm van inhoudelijke vormende feedback, kan een gevoel van hulpeloosheid opleveren en werkt doorgaans niet stimulerend.’
Stimuleren van talent Niet op voorhand lage verwachtingen hebben, speelt dus een belangrijke bij kansen(on)gelijkheid. ‘Een leraar die hoge maar haalbare verwachtingen van zijn of haar leerlingen heeft en de leerlingen helpt om aan die verwachtingen te voldoen, zorgt voor vormende ervaringen die voor leerlingen de koers van hun leven kunnen bepalen. Uit onderzoek blijkt dat een leraar hier best sturend in mag zijn. Een leerling die
denkt “ik ben niet geboren als iemand die goed kan leren”, zal deze gedachte niet snel vanuit zichzelf omdraaien. De leraar moet het vuurtje aanwakkeren: “Ik denk dat je talent hebt, dat je het wél kan. Het gaat niet vanzelf, het gaat niet makkelijk worden, maar we gaan er wel samen aan werken.” Zeker in het basisonderwijs is het goed om leerlingen daarin bij de hand te nemen en te stimuleren.’
Het Nederlandse onderwijssysteem
denk weleens dat ons onderwijssysteem met name werkt voor kinderen die uit een thuissituatie komen waarin ze geleerd is hoe je op een goede manier je eigen mening mag geven en regie kunt hebben over je eigen leerproces. Als je dit vanuit huis minder hebt meegekregen, werkt een helpende, sturende benadering van een leraar mogelijk beter. Samengevat, door beter aan te sluiten bij verschillende talenten en vaardigheden van kinderen, kunnen we met elkaar veel winst behalen in het onderwijs.’
Tot slot hoopt Sander dat niet zozeer de individuele leraar als wel beleidsmakers, de discussie over hoe ons huidige onderwijssysteem in elkaar zit blijven voeren. ‘In Nederland hechten wij – in vergelijking met internationale onderwijssystemen – veel waarde aan het nemen van eigen verantwoordelijkheid, je mening kunnen geven, flexibiliteit, en keuzevrijheid. Dit zijn belangrijke vaardigheden, maar ik
Sander Thomaes
Foto: Ed van Rijswijk
‘Een goede stap is om in alledaagse schoolsituaties rekening te houden met de verschillende achtergronden, talenten en noden van leerlingen’
De Nationale Wetenschapsagenda wil de wetenschap en de samenleving dichter bij elkaar brengen. Duizenden vragen van Nederlanders zijn gebundeld in ‘routes’. Dit artikel heeft betrekking op de route ‘Jeugd in ontwikkeling, opvoeding en onderwijs’. Meer informatie over deze route vind je op: www.nwa-jeugd.nl. Andere relevante informatie over dit thema vind je via: www.onderwijskansen.eu www.jeugdinonderzoek.nl
PrimaOnderwijs 17
ZET DE PROGRAMMA’S VAN LEXIMA IN VOOR HET NATIONAAL PROGRAMMA ONDERWIJS Met het Nationaal Programma Onderwijs geeft het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap scholen extra steun en tijd om leerlingen te helpen die als gevolg van de coronamaatregelen in de problemen zijn geraakt. De programma’s van Lexima bevorderen de lees- en spellingontwikkeling van leerlingen. Daarmee sluiten ze naadloos aan bij de inzet zoals die binnen het Nationaal Programma Onderwijs is geformuleerd. De inzet vormt geen extra belasting van de leerkracht.
ALL-IN SCHOOLABONNEMENT
BOVENSCHOOLSE AANPAK • Interventieprogramma implementatie op maat • Deskundige begeleiding • Beste prijs • 3 of 5 jaar
De prijs van een interventieprogramma is afhankelijk van de grootte van de school Scan de QR-code om naar de webshop te gaan
Scan de QR-code voor een offerte op maat
HOE PASSEN DE INTERVENTIEPROGRAMMA’S VAN LEXIMA BINNEN HET NATIONAAL PROGRAMMA ONDERWIJS? Een toonaangevend internationaal vergelijkend onderzoek naar de effectiviteit van interventies bij leerlingen van 5- 16 jaar oud is uitgevoerd door de Education Endowment Foundation. De programma’s van Lexima kunnen op basis van hun Teaching and Learning Toolkit worden beoordeeld.
Remediëren
Compenseren
Scan de QR-code bij de productbol om te zien bij welke interventies het programma aansluit. Of kijk op www.lexima.nl/ nationaal-programma-onderwijs Leesbevordering
Lexima - Adv. 192x285 NPO.indd 1
Preventie
23-04-2021 11:53
Column
De onderwijswereld van
Esther van der Knaap
Kansengelijkheid: Is jouw goed wel goed genoeg? Mijn vorige column ging, als passende voorloper op deze column, over kansenongelijkheid. Deze keer staat kansengelijkheid centraal. Kansengelijkheid, de betekenis, zodat we in ieder geval dezelfde taal spreken: het beginsel dat iedereen met dezelfde talenten evenveel kans zou moeten kunnen maken op ontwikkeling hiervan onafhankelijk van sekse, maatschappelijke status etc. Dat betekent dus dat je, om ieder kind hetzelfde te laten leren, voor ieder kinds iets anders zou moeten kunnen doen. En dat op zijn beurt betekent dat je een goede leraar moet zijn. Maar wanneer ben je een goede leraar? Afgelopen jaar in het nieuws dat rond de 10% van de schooladviezen niet kloppend waren. Op de groepen van Onderwijswereld-PO vielen de collega’s over elkaar heen. ‘Mijn adviezen kloppen altijd’, ‘Belachelijk dat er ten tijde van Corona zulke berichten naar buiten worden gebracht’. Begrijpelijke reacties wellicht. Toch ontbrak het aan de leerkracht die zei dat hij ook weleens een misser had gemaakt. Ook begrijpelijk, want in de afrekencultuur waar we in leven, is fouten maken ogenschijnlijk not done. We zijn leerkrachten, en dus bestaat er het idee dat we geen fouten mogen maken. Geen spellingfouten, geen nakijkfouten, en al helemaal geen fouten in adviezen. Serieus? Nooit fouten maken? We zijn dan wel leerkracht, maar we zijn ook gewoon mens! Sta open voor je fouten: analyseer ze en leer van ze. Net zoals je dat
met je leerlingen en hun fouten doet. Goed/fout voordoen, is goed/fout nadoen! Omarm je missers, en sta open voor verbetering. Pas wanneer je dat kunt doen, word of ben je een goede leraar. Dit kun je niet in je eentje, een goede leraar worden en blijven. Hiervoor heb je je collega’s nodig. Wanneer je je als team opstelt als een professionele leergemeenschap, kom je al een heel eind verder. Laat collega’s met een specialiteit kartrekkers en inspirators zijn in structureel geplande teambijeenkomsten. Maak in de naschoolse tijd ook bewust ruimte voor intervisie. Plan dit alles nu vast in voor komend schooljaar, zodat het de tijd en ruimte krijgt die het verdient. Pas wanneer we openstaan voor leren, worden en blijven we goede leerkrachten. En zoals onderzoek* ruimschoots uitwijst: de mannen en vrouwen voor de klas maken het verschil! Kansengelijkheid kan starten bij jou. Doe je mee?
Esther onderwijswereld-po.nl
*Onderwijsinspectie en McKinsey, beide onderzoeken uit 2020.
PrimaOnderwijs 19
‘Je moet je leerlingen zien’ Wesley, de ‘stoorzender’ uit de Venlose volkswijk Genooi. ‘Pak hem maar meteen aan’, adviseerden Abbie Chalgoum’s collega’s hem. De wiskundedocent negeerde echter hun advies en dat pakte goed uit. ‘Een beetje aandacht doet wonderen.’ DOOR MALINI WITLOX
jes aan opa en oma of een pretpark. Maar mijn opa en oma woonden in Marokko en we hadden ook geen geld voor uitstapjes. Iedere maandag vertelde ik dus dat ik weer had buiten gespeeld.’ Chalgoum vond het pijnlijk om naar die andere verhalen te luisteren. ‘Ik kon niet meepraten. En kinderen zijn ook nog eens hard in hun oordeel.’ Hoe het dan had gemoeten? ‘Als de leraar interesse had getoond en mijn situatie kende, dan had hij me alleen bij bijzondere momenten zoals het Suikerfeest of een verjaardag laten vertellen. Je moet je er bewust van zijn wat voor impact je als leraar hebt op een kind.’ Foto: Jean-Pierre Jans
Labels plakken
Abbie Chalgoum, docent wiskunde
Op Twitter deelde Chalgoum zijn anekdote over Wesley en klas 2b, volgens docenten een moeilijke klas. Door een beetje mee te veren met de leerlingen, kreeg hij hen echter snel aan het werk. En door belangstelling te tonen in het leven van Wesley, werd school ook voor deze leerling leuker.
Toon interesse in je leerlingen Zijn les voor andere docenten is eigenlijk heel simpel: ‘Toon interesse in je leerlingen. Je moet ze zien. Je kunt best heel streng zijn en meteen met de lesstof beginnen, maar dat werkt averechts. Ik besteed vaak de eerste vijf minuten aan een persoonlijk gesprek. Waar lopen ze tegenaan? Zodat ze voelen dat ze ertoe doen. Even de emoties eruit en dan gaan ze keihard aan het werk.’ Kansenongelijkheid is er nu eenmaal, weet Chalgoum. Maar de vraag is hoe je daar als docent mee omgaat. ‘Op de basisschool hadden we iedere maandagochtend een kringgesprek. Iedereen vertelde over bezoek20
Zelf verdiept Chalgoum zich in zijn leerlingen. Misschien is er wel een reden dat ze hun huiswerk niet gemaakt hebben. Wie zijn hun ouders? Wesley zat bijvoorbeeld met een alcoholistische vader, wilde ’s ochtends zo snel mogelijk het huis uit en vergat dan soms zijn boeken. ‘Strafwerk geven kan altijd nog, maar luister eerst naar ze. Wat is hun verhaal?’ Kansenongelijkheid werkt door in verschillende generaties, blijkt uit onderzoek. Leerlingen wiens ouders bijvoorbeeld de taal niet goed spreken, worden dan ook lager beoordeeld door hun docent, ervaren zowel Chalgoum als Emin Kececi, die als docent Engels werkt. Zelf kreeg Kececi ook een label opgeplakt op de basisschool. ‘Ik heb een tijdje in Turkije gewoond. Toen ik terug kwam in Nederland, werd gezegd dat ik het beste op het vmbo kon instromen, terwijl ik een havo-advies bij de Cito-toets had. En ouders met een migratieachtergrond gaan daar ook niet met de leraar over in discussie. Die denken, hij zal het wel beter weten.’ Kececi ging later naar een privéschool waar hij in één jaar zijn havo haalde waardoor hij zijn droom kon waarmaken: leraar worden.
Inleven in leerlingen Ook nu krijgt hij veel leerlingen in zijn klas, die op een te laag niveau zijn ingestapt, vertelt hij. ‘Er zijn er zoveel waarvan ik denk, jij had een hoger niveau kunnen
doen. Dan gaan ze stapelen. Maar als je ze vroegtijdig beter begeleidt, kun je dit voorkomen. Kijk ook wat de wensen van een leerling zijn. Wil iemand arts of advocaat worden? Bespreek het met je sectie, wat kunnen we doen om die droom waar te laten worden.’ Kececi schreef in 2018 mee aan een onderwijsmanifest over de toekomst van het onderwijs. ‘Het onderwijs verdient aandacht voor diversiteit en inclusie. Hiervoor is een onbevooroordeelde focus op het individu nodig’, zo staat in dat manifest. Leef je in je leerlingen in, zegt de docent Engels. ‘Bij kinderen uit de Marokkaanse of Turkse cultuur is bijvoorbeeld het praten over seks een groot taboe. In de brugklas zitten ze dan te giechelen bij die biologieles. Dan kun je ze eruit sturen. Maar je kunt ook met de leerlingen en hun ouders bespreken waarom ze het zo ongemakkelijk vinden.’ We moeten van de focus op de Cito-toets af, meent Kececi. ‘Kijk niet wat iemand niet kan, maar kijk naar wat diegene wel kan. Intelligentietesten zijn bovendien ook maar een momentopname. Iedereen kan slimmer worden als hij of zij de kans krijgt.’ Die kansen pak je ook zelf. ‘Op het vmbo kwam een jongen naar me toe die vanwege spelfouten was afgewezen voor een stage als timmerman. Samen met hem heb ik een nieuwe brief geschreven. Die is niet aan personeelszaken, maar aan de directeur gestuurd. Toen kreeg hij een uitnodiging.’
Kansenongelijkheid aanpakken is niet makkelijk. ‘Kijk naar stageplaatsen. Leerlingen met een buitenlandse achternaam komen veel moeilijker aan een stageplek. Maar we moeten naar het talent kijken en niet naar de naam. Als school kun je daarover afspraken maken met stagebedrijven.’ En geef de leerlingen zelfvertrouwen. Laat ze weten dat ze het kunnen. ‘Ik koppel vaak leerlingen aan een rolmodel. Daar kunnen ze mee praten. Dat geeft vertrouwen. Het is hem of haar tenslotte ook gelukt zich te ontwikkelen en een goede baan te vinden. Een positieve benadering is heel belangrijk bij het aanpakken van kansenongelijkheid.’
Naar talenten kijken Via het detacheringsbureau werkt Kececi door het hele land. In de grote steden heb je veel zwarte of witte scholen. Daar ontstaan problemen, weet hij. ‘Zorg dat kinderen zo jong mogelijk opgroeien met elkaar. Dan krijgen ze ook meer begrip voor elkaars cultuur en neem je vooroordelen weg. Nu ontmoeten groepen elkaar te laat.’
Emin Kececi, docent Engels
Klas van Emin
PrimaOnderwijs 21
Speciale SLO-website wil scholen ontzorgen:
‘Durf keuzes te maken in het curriculum’ Het Nationaal Programma Onderwijs (NPO) biedt scholen extra mogelijkheden om vertragingen door de coronacrisis in te halen en achterstanden bij leerlingen op de langere termijn te voorkomen. Maar hoe bepalen schoolleiders en leraren de juiste interventies? ‘Kijk of er sprake is van achterstanden of vertraging en durf vervolgens keuzes te maken in het curriculum’ is de kern van het advies van SLO. Om scholen en leraren bij passende keuzes voor hun school en hun leerlingen te ondersteunen, heeft SLO haar handreikingen en relevante tools gebundeld op www.slo.nl/npo. DOOR BRIGITTE BLOEM
Al tijdens de eerste periode vorig jaar maart, toen de scholen vanwege corona dichtgingen, zorgde SLO voor aandachtspunten en tips over het prioriteren van leerdoelen. Deze zijn inmiddels uitgewerkt tot focusdoelen en te raadplegen op www.slo.nl/npo. Samen met hun collega’s hebben Suzanne Sjoers en Matthijs Driebergen, curriculumontwikkelaars bij SLO, hard gewerkt aan het bijeenbrengen van focusdoelen, handreikingen en door SLO ontwikkelde tools. ‘Het is nu zaak dat de scholen een weloverwogen curriculum op maat voor hun leerlingen samen kunnen stellen. We hopen dat de handreikingen op de SLO-website de scholen daarbij een steuntje in de rug zijn.’
Focusdoelen ‘Allereerst is het van belang dat scholen en leraren inventariseren waar leerlingen staan in hun ontwikkeling en waar nog interventies op moeten worden gepleegd’, zegt Matthijs. Bij het vaststellen van de focusdoelen voor het basisonderwijs hebben de vakexperts van SLO onderzocht welke stappen voor leerlingen noodzakelijk zijn om zich verder te ontwikkelen. ‘Sommige doelen kun je over een langere periode uitsmeren, zoals de doelen voor meetkunde. Die kunnen in deze tijd minder prioriteit krijgen. Andere doelen hebben meer urgentie. 22
Neem het leesonderwijs in groep 3.’ Suzanne benadrukt dat SLO met de handreikingen, tips en tools vooral de helpende hand wil bieden. ‘Leraren hebben genoeg expertise in huis om zelf in te kunnen schatten wat nodig is. Er zijn gelukkig ook veel leerlingen die geen achterstand hebben opgelopen. Sommigen hebben zelfs een voorsprong gekregen. Ook die leerlingen hebben we meegenomen in onze handreikingen.’ Alle focusdoelen staan met uitleg op de speciale SLO-website. Voor de curriculaire gevolgen van het werken met focusdoelen geeft SLO ook handreikingen. ‘Er zijn inmiddels volop aanwijzingen dat scholen er bij taal en rekenen heel hard aan hebben getrokken waardoor hun leerlingen op een aantal terreinen redelijk goed bij zijn gebleven’, weet Matthijs. ‘De achterstanden die je op deze gebieden zou verwachten, zijn voor een deel terug te voeren op omstandigheden zoals de thuissituatie. Je ziet ook dat bij leerlingen met een achterstand vóór corona, deze achterstand groter is geworden. De verschillen zijn groter geworden, dus het heeft zeker prioriteit om voor die groepen extra onderwijs in te richten. Voor een vak als Engels in de bovenbouw van het basisonderwijs zien we dat er over de hele linie achterstand is ontstaan op het
reguliere onderwijsprogramma. Middelbare scholen moeten zich ervan bewust zijn dat nieuwe brugklasleerlingen op dit vlak nog diverser binnenstromen dan afgelopen jaren het geval was.’
een behoorlijke tijd stilgestaan’, zegt Suzanne. ‘Is het bijvoorbeeld tijd om tafels te oefenen? Doe dat dan in de vorm van een spel, waarbij kinderen samen kunnen optrekken en met winnen en verliezen kunnen oefenen’, adviseert ze.
Geïntegreerd aanbieden De website bundelt uiteenlopende tools uit SLO-projecten. Al deze tools kunnen scholen in deze periode van nut zijn. Een van de tools is het geïntegreerd aanbieden van verschillende leergebieden. ‘Samenhang tussen vakken kan overladenheid van het programma tegengaan en kan scholen ruimte geven om het curriculum meer naar eigen inzicht in te richten’, legt Suzanne uit. ‘Je kunt bijvoorbeeld taal- en rekendoelen op een heel natuurlijke wijze verweven in wereldoriëntatie en kunstzinnige oriëntatie, waardoor het leren voor leerlingen meer betekenis krijgt. Wanneer de betrokkenheid van leerlingen groot is, heeft dat bovendien een gunstig effect op de leeropbrengsten. Allemaal voordelen die juist nu goed van pas kunnen komen.’ Leerlingen hebben misschien op cognitief vlak achterstanden, maar minstens zo belangrijk is hun sociaal-emotionele ontwikkeling, stellen Matthijs en Suzanne. ‘Samen spelen en samenwerken heeft
Ook voor kunstzinnige oriëntatie en bewegingsonderwijs en sport heeft SLO focusdoelen vastgesteld. ‘Dat ligt misschien minder voor de hand’, licht Suzanne toe, ‘maar beide vakgebieden zijn belangrijk voor de doorgaande ontwikkeling van kinderen. In kunstzinnige oriëntatie kunnen ze sociaalemotioneel veel kwijt. In kunstonderwijs kun je belangrijke aspecten als eenzaamheid en verlies aan bod laten komen. Bovendien hebben kinderen minder buiten gespeeld en minder gesport. Om haperingen in hun ontwikkeling te vermijden, is het van belang om ook bij bewegingsonderwijs en sport keuzes te maken. Daar hebben onze curriculumontwikkelaars zich ook over gebogen.’ Daarnaast zijn de bevindingen van het SLO-project ‘Kansrijk adviseren van groep 8 naar brugklas’ te raadplegen.
Meer informatie: www.slo.nl/npo PrimaOnderwijs 23
LEZEN BINNEN CONTEXTEN WERKT... MET THEMAPLEIN! Wil je lezen en themalezen stimuleren?
Herken je dat lezen en schrijven binnen contexten tekstbegrip ontwikkelt?
Zoek je voor onderzoekend leren leesboeken?
Vind je het ook lastig om geschikte boeken en bronnen bij thema’s te vinden?
? IPC? Faqta r? Wijze 4x i? c n vi Da daan? nder-Bran Naut-Mea racht? L.O.S? sk Jeelo? Le reld? Blink We !? GO s? ti n a tl A
DE PEN DIE PRAAT ... Met THEMAPLEIN maak je je lees- én wereldoriëntatieonderwijs effectiever! Ga naar themaplein.nl
DE PEN DIE PRAAT ... ... heet de Voorlezer en biedt eindeloos veel mogelijkheden. Bij De Voorlezer ontvang je 800 ‘slimme’ stickers. Die sticker koppel je aan je Voorlezer en via de opnamefunctie spreek je je eigen tekst in. Zo plak je stickers mét luisterteksten per woord, zin of pagina waar je maar wilt: in leerboeken, leerboek, leesboek, toets of je lokaal. Met de Voorlezer lezen en leren nieuwkomers, kleuters en taalzwakke kinderen auditief en makkelijker!
Uitgaven die werken met de Voorlezer, zijn o.a. de leer-luisterboeken van NT2, praat mee! Meer weten? Kijk op schoolsupport.nl/voorlezer of op devoorlezer.eu
schoolsupport_prima_onderwijs_adv_mei.indd 2
4-5-2021 11:05:56
De ambitieklas voor een kansrijke toekomst Aan ambitie geen gebrek bij Sanne Smit, onderwijsinnovator en leerkracht op OBS De Viersprong in Leiden. De manier waarop zij in het leven staat, heeft ze dankzij subsidie en begeleiding van LOF (LerarenOntwikkelFonds) door kunnen voeren voor drie Leidse basisscholen in een onderwijskansenwijk. Het project Ambitieklas Onderwijskansenwijk was geboren. DOOR ESMEE WEERDEN
‘Voordat je een ambitie kunt ontwikkelen, moet je kennis hebben van wat er mogelijk is’, vertelt Sanne. En dat is precies waar het aan schort bij sommige kinderen uit de onderwijskansenwijk. Als je in een niet stimulerende of soms zelfs belemmerende omgeving woont, zijn er minder kansen om je te ontwikkelen en talenten te ontdekken. In de ambitieklas, die elke woensdagmiddag 2 uur duurt en start zodra de coronamaatregelen versoepelen, leert Sanne kinderen vaardigheden te ontwikkelen die ze kunnen gebruiken om ambities waar te maken. Iets wat je niet leert bij taal of rekenen. De definitie van ambitie Sanne was al gewend om talentgericht te werken met haar leerlingen. Tijdens het wekelijkse ‘Talentmoment’ zet ze verschillende dingen neer in de klas voor kinderen om kennis mee te maken, bijvoorbeeld een microscoop, keyboard, een boek met uitleg over programmeren of een vloerpuzzel van het menselijk lichaam. ‘Heel veel mensen denken bij ambitie aan beroepen. Ik versta onder ambitie alles wat kinderen graag willen weten, kunnen, maken of doen’, vervolgt Sanne. De ambitieklas is bedoeld voor kinderen van groep 5 tot en met 8 van OBS De Viersprong, RKBS De Singel en PCBS De Springplank. Middels een filmpje, een vragenlijst en uitvoerige gesprekken
met leerlingen, kan er door leerkrachten een inschatting worden gemaakt voor welke kinderen de ambitieklas geschikt is. ‘Belangrijk is dat je doorvraagt waarom kinderen iets willen. Zo was ik in gesprek met een meisje dat graag dokter wilde worden. Na doorvragen bleek dat ze gewoon heel graag voor mensen wil zorgen. Ik zie leerlingen echt opbloeien als ze iets gevonden hebben, waar ze enthousiast van worden.’ Kansrijke toekomstplannen Elke 6 tot 7 weken zal er een nieuwe ambitieklas starten. ‘Sommige kinderen hebben wat langer nodig. Kinderen kunnen daarom zelf beslissen na de 6 tot 7 weken in de ambitieklas te blijven of eruit te gaan.’ De werkwijze binnen de ambitieklas is gebaseerd op (wetenschappelijke) literatuur. Kinderen ontwikkelen onder andere metacognitieve vaardigheden, zoals het stellen van doelen, plannen, inrichten van de eigen leeromgeving en het reflecteren op het eigen proces. Kinderen krijgen op deze manier een beter beeld van hun eigen interesses en eventuele kansrijke toekomstplannen. ‘Ik zie de ambitieklas als één van de klassen en niet als een project. Ik hoop met deze ambitieklas andere scholen te kunnen inspireren om ook een ambitieklas op te zetten.’
Kijk voor meer informatie over het project Ambitieklas Onderwijskansenwijk op www.lerarenontwikkelfonds.nl/initiatief/ambitieklas-onderwijskansenwijk
Over LOF LOF (LerarenOntwikkelFonds) legt het initiatief bij de leraar voor beter onderwijs. LOF biedt leraren uit het primair onderwijs, speciaal onderwijs, voortgezet onderwijs en mbo budget en begeleiding om hun eigen project voor beter onderwijs in hun school uit te voeren. Ga voor meer informatie naar www.lerarenontwikkelfonds.nl PrimaOnderwijs 25
Foto’s: Willem Alexanderschool
Wetenschap- en techniekonderwijs op de Willem Alexanderschool:
Talenten ontdekken door onderzoekend & ontwerpend leren Op de Willem Alexanderschool in Leeuwarden vervult wetenschap- en techniekonderwijs een prominente rol. ‘Door onderzoekend & ontwerpend leren ontdekken onze leerlingen hun talenten. Juist ook leerlingen die in taal en rekenen misschien minder goed zijn’, aldus Joffra van der Velde, techniekcoördinator van de christelijke basisschool en leerkracht van groep 7. DOOR BRIGITTE BLOEM
De Willem Alexanderschool wil leerlingen van jongs af aan in aanraking brengen met wetenschap en techniek. ‘De verwondering en nieuwsgierigheid hebben ze al. Die koesteren we en wakkeren we aan’, vertelt Joffra. Aan de hand van onderzoeksvragen gaan leerlingen zelf op onderzoek uit en ontwerpen ze oplossingen of producten voor vragen en problemen uit hun leefwereld. Daarbij doorlopen ze verschillende fasen en ontwikkelen ze vaardigheden, zoals observeren, systematisch gegevens verzamelen, ordenen, interpreteren en creatieve oplossingen bedenken. De school gebruikt een door de Rijksuniversiteit Groningen ontwikkelde methode, waarmee leerlingen telkens op dezelfde wijze de stappen doorlopen om vraagstukken op te lossen (zie figuur). Naast vaste wetenschap- en technieklessen wordt wetenschap en techniek ook geïntegreerd in andere 26
vakken aangeboden. Bovendien spelen beide thema’s een prominente rol tijdens de jaarlijkse projectweek.
De mandjes van Joffra ‘We kijken altijd waar leerlingen behoefte aan hebben. Wat vinden ze leuk, waar raken ze enthousiast van?’, legt Joffra uit. Ze vindt dat je bij wetenschapen techniekonderwijs flexibel moet zijn. Wel heeft het team van de Willem Alexanderschool gekozen voor een leerlijn en een methode en vaste momenten in het rooster. Voor leraren geeft een methode houvast, verklaart Joffra. ‘Er is goed over nagedacht en de kerndoelen komen erin terug. De methode geeft theorie naast leuke en interessante verwerkingsopdrachten. Vooral het ‘zelf doen’ maakt dat kinderen nieuwsgierig en enthousiast blijven.’ Voor elke verwerkingsopdracht heeft Joffra een mandje
klaarstaan, dat ze heeft gevuld met de benodigde materialen en gereedschappen. ‘Dat werkt op onze school heel goed. Het is simpel en goedkoop en alles ligt voor het grijpen. Mijn collega’s en ikzelf zijn niet uren bezig om alles klaar te leggen. Zou dat wel het geval zijn, dan is de kans groter dat een leerkracht denkt ‘laat maar’.’ Stellen van een vraag
Verklaren en conclusies trekken
Wetenschappelijke methode
Observeren en constateren
Opstellen van hypothese
Onderzoeken of hypothese klopt
Nadruk op proces De ene leerling gaat sneller en is zelfstandiger dan de andere, is Joffra’s ervaring. ‘Wij laten ze veel samenwerken, dan zie je dat ze elkaar enorm kunnen stimuleren. Het mooie is dat je bij wetenschap- en techniekonderwijs niet de gangbare taakverdeling krijgt. Juist leerlingen die bij taal- en rekenonderwijs niet per se voorop lopen, kunnen het voortouw nemen bij opdrachten. Leerlingen ontdekken met wetenschap- en techniekonderwijs hún specifieke talenten, wat ze ook nog eens sterker maakt in de groep. Een mooi voorbeeld is een leerling die op een bepaald moment door persoonlijke omstandigheden niet goed functioneerde op school. Hij bloeide helemaal op tijdens de technieklessen, waar hij lekker mocht bouwen met een soort meccano van karton. Hij maakte de mooiste bouwwerken en genoot ervan.’ Joffra en haar collega’s leggen bij het wetenschap-
TIP!
Leuk en laagdrempelig kennismaken met W&Tonderwijs doe je met de Aha-vragengenerator: hier vind je bijna 150 ko rte digibordlessen die je samen met je klas kunt doen ww w.ahaindekla s.nu/ en techniekonderwijs de nadruk op het proces, niet op het resultaat. ‘We merken dat leerlingen daardoor meer ontspannen zijn. Natuurlijk is het mooi als een lampje brandt, een motortje het doet of een eindproduct er prachtig uitziet. Veel belangrijker is dat ze op weg daarnaartoe van alles ontdekken. Dat als het lampje niet brandt, ze dan zelf ontdekken wat ze moeten doen om het wél te laten branden.’
Extra uur voor groep 6 Vindt ze het niet moeilijk om haar collega ‘s mee te nemen in haar enthousiasme voor wetenschap- en techniekonderwijs? ‘Bij hen werkt het net zo als bij de leerlingen. Ik vertel ze dat ze niet alles hoeven te weten. Ze ontdekken en leren samen met de kinderen. Ze hebben houvast aan de methode én aan de mandjes. De rest gaat eigenlijk vanzelf. Ook zij worden telkens weer aangestoken door de gedrevenheid van de leerlingen. Af en toe vragen we mensen van buiten voor een gastles. Of we geven een stagiaire de opdracht om een specifieke techniekles voor te bereiden. Daar steken de leraren zelf dan ook weer veel van op. Mijn collega’s weten inmiddels dat je niet overal verstand van hoeft te hebben en dat ze bij mij terecht kunnen als ze er echt niet uit komen. Bovendien is het belangrijk dat ze alle ruimte krijgen om het wetenschap- en techniekonderwijs op hun eigen manier in hun groep vorm te geven. Ze moeten er zelf eigenaar van worden. Bovendien kun je ook daarin van elkaar leren, ideeën opdoen en samen werkvormen uitproberen.’
Meer weten? Maak kennis met het geven van W&T-lessen door een Inspiratie-workshop (kosteloos, 1,5 uur) te boeken voor het hele team. Bijvoorbeeld tijdens studiedagen: www.jet-net.nl/inspiratieworkshop Of boek kosteloos een Inspiratieles door een techniekcoach bij jou in de klas: www.jet-net.nl/inspiratieles-wt
www.jet-net.nl/basisschool PrimaOnderwijs 27
Het beste uit jezelf halen bij Skills Talents Laten zien hoe goed je bent in je vak: dat is de insteek van Skills Talents, de jaarlijkse teamvakwedstrijden voor vmbo-leerlingen. Via een voorronde op de eigen school en een kwalificatiewedstrijd kan een team in de nationale finale komen. Voor duizenden vmbo’ers een grote stimulans om hun vakmanschap te presenteren en een geweldige dag om op terug te kijken. DOOR KLASKE DELHIJ
‘Volgend jaar is de vijfde keer dat onze school meedoet aan Skills Talents’, vertelt Ingeborg Slabbekoorn, vmbo-docent aan de Johan de Witt Scholengroep in Den Haag. ‘Het is een hele mooie ervaring voor de leerlingen. Ze vinden het natuurlijk spannend en zijn helemaal zenuwachtig van tevoren. Ze zijn er echt van onder de indruk: het is een groot evenement, al die mensen, al die activiteiten en wedstrijden. En dat zij daarbij horen, ja dan zijn ze trots.’
Belangrijke economische pijler Vijftien jaar geleden begon WorldSkills Netherlands met het organiseren van de vakwedstrijden voor het vmbo: Skills Talents. Directeur Erik van der Zwan: ‘WorldSkills is een wereldwijde organisatie, waar 82 landen lid van zijn. We hebben allemaal dezelfde filosofie: het promoten van het vakmanschap. Toen we vijftien jaar geleden begonnen had het vmbo een minder positief imago. Dat imago wilden we verbeteren en laten zien dat het vakmanschap heel belangrijk is. Gelukkig kijken ouders, leerlingen en de maatschappij daar nu positiever tegenaan.’ Het vakmanschap is een belangrijke economische pijler in Nederland, benadrukt Van der Zwan: ‘Jongeren hebben een goede basis voor een vervolgopleiding en een goed perspectief op een baan daarna.’ 28
FOTO’S JORDI SLOOTS
21-eeuwse vaardigheden Zo’n 150 scholen doen mee aan Skills Talents. In de periode september tot november organiseren scholen voorrondes. Soms doet één klas van de school mee, soms alle klassen. Ingeborg Slabbekoorn: ‘Drie van onze scholen doen mee. We maken er een leuke week van: de lokalen zijn versierd en alle derde- en vierdejaars doen mee aan de vakwedstrijden, in totaal zo’n 400 leerlingen. Voorbeelden van wedstrijdopdrachten vind je op de website van Skills Talents, er is materiaal genoeg.’ De school doet mee met zeven profielen, van elk profiel gaan twee winnende teams van verschillende locaties van Johan de Witt Scholengroep door naar de kwalificatiewedstrijden. De leerlingen krijgen twee uur de tijd voor de wedstrijdopdracht. Slabbekoorn: ‘Ze zijn bezig met onderwijs, maar dat ervaren ze helemaal niet zo. Een toets doe je in je eentje, maar deze opdracht doe je in teamverband. Daardoor oefenen ze ook 21-eeuwse vaardigheden, zoals samenwerken, communiceren, creatief denken of problemen oplossen. Net zoals in een baan straks.’
Wedstrijd in praktijksituatie Voor Skills Talents is een speciale afdeling bezig om
examengericht en hebben een meerwaarde voor je doelen. Als docent kun je echt gaan werken met de leerlingen aan de 21-eeuwse vaardigheden, naast de vakinhoudelijke kennis en vaardigheden.’
Buiten de klas De kwalificatieronden vinden plaats in januari en februari op acht ROC’s verspreid door het land. De beste teams gaan uiteindelijk naar de finale, die in maart in een grote evenementenhal wordt gehouden. Zo’n 400 vmbo’ers doen daaraan mee. Bezoekers kunnen de wedstrijden volgen en meedoen aan allerlei activiteiten of workshops. De deelnemers krijgen vijf uur de tijd om de wedstrijdopdracht uit te voeren. Van der Zwan: ‘Er worden complete keukens gebouwd, er staan auto’s op bruggen. Het is een enorme stimulans voor leerlingen om buiten de klas aan de slag te gaan en hun competenties te laten zien. Toen we vijftien jaar geleden begonnen, keken mensen raar op van die wedstrijden. Nu zie je overal challenges in de maatschappij en op televisie. Iedereen is het gewend en wil eraan meedoen, dat zien wij bij Skills Talents ook.’ de wedstrijdopdrachten te maken, in samenwerking met docenten, het bedrijfsleven en onderwijskundigen, vertelt Cleo Verplancke, projectmanager van Skills Talents. ‘De opdrachten passen in de eindcriteria van de examens. Leerlingen oefenen tijdens de wedstrijd allerlei competenties en vaardigheden die ook voor het examen worden gevraagd. We willen actueel blijven en inspelen op ontwikkelingen in de verschillende vakgebieden.’ Voor bijvoorbeeld het profiel Horeca, Bakkerij & Recreatie krijgen leerlingen opdrachten om een specifiek menu te bereiden, maar ook om het uit te serveren en een menukaart samen te stellen. Verplancke: ‘De leerlingen van het profiel Horeca moeten dan in samenwerking met leerlingen van het profiel Media, Vormgeving & ICT ervoor zorgen dat er een menukaart wordt ontworpen en geprint. Je leert ook samenwerken buiten je eigen vakgebied.’ Van der Zwan: ‘Het is een wedstrijd in een praktijksituatie. Wat moet je kunnen als je straks in jouw beroep gaat werken? Bij de voorrondes werken we ook met een bepaalde beoordelingssystematiek, waarbij de docent in gesprek gaat met de leerlingen over de wedstrijdopdracht die ze hebben gemaakt: Waar ben je goed in? Waar kun je jezelf nog verbeteren? Zo zie je als leerling waar je staat en waar je nog aan moet werken.’
Vaktrots ‘De vorige keer deden leerlingen van het profiel Mobiliteit & Transport voor de eerste keer mee en ze werden tweede bij de finale. Dat is natuurlijk geweldig, daar was iedereen heel erg trots op’, vertelt Slabbekoorn. Verplancke: ‘Je wilt graag de beste worden in je vak, die vaktrots willen we de leerlingen meegeven. De prijsuitreiking met medailles, de ervaring van zo’n groot evenement, al die mensen die ze hebben ontmoet, leerlingen waarderen dat enorm, horen wij terug. En het staat natuurlijk ook goed op je cv later!’
Docent Slabbekoorn is enthousiast over de wedstrijdopdrachten: ‘Skills Talents is onderdeel van ons onderwijsprogramma, de opdrachten zijn heel
Aanmelden Scholen kunnen zich aanmelden voor Skills Talents tot 1 november 2021 op worldskillsnetherlands.nl/skillstalents/aanmelden
REKENPOTENTIEEL BENUTTEN MET ALLES TELT Q
‘Het kind centraal, niet het lesprogramma’ In het basisonderwijs blijft veel groeipotentieel van rekenvaardige leerlingen onbenut. Zo blijkt uit recent peilingsonderzoek van de Onderwijsinspectie. Meer afstemming op de verschillende onderwijsbehoeften van leerlingen is nodig voor een betere rekenvaardigheid. En dat is precies waar de rekenmethode Alles telt Q voor staat. DOOR ESMEE WEERDEN Rekenen-wiskunde is overal om ons heen: in getallen, structuren, verhoudingen, patronen en algoritmen. Op prijskaartjes, op plattegronden of in grafieken met besmettingscijfers. Rekenen is dan ook onderdeel van het geheel aan basisvaardigheden die je nodig hebt om je te kunnen redden in de maatschappij. Hiervoor is uitstromen in niveau 1S voor rekenen-wiskunde essentieel. Echter behaalt slechts 33% van de leerlingen aan het eind van het basisonderwijs (bo) 30
het streefniveau 1S voor rekenen-wiskunde. In het speciaal basisonderwijs (sbo) is dit 1,8%. Om de ambitie van 65%, die opgesteld is door de commissie-Meijerink in 2010, voor het streefniveau 1S waar te maken, is het belangrijk om te kijken naar wat ieder kind nodig heeft qua didactische aanpak, aanbod, tijd en niveau. Niet het lesprogramma, maar het kind centraal stellen dus. Alles telt Q is de enige rekenmethode die hierop aansluit. Wij gingen over de vernieuwende rekenmethode in gesprek met Joris de Kok, portfoliomanager Primair Onderwijs bij ThiemeMeulenhoff.
In hoeverre is Alles telt Q afgestemd op de mogelijkheden en behoeften van leerlingen? ‘Met gemiddeld 25 kinderen in de klas is dat natuurlijk een hele uitdaging, maar door allemaal aan hetzelfde lesdoel te werken en daarnaast slim te differentiëren en adaptieve software in te zetten is het mogelijk ieder kind daadwerkelijk het onderwijsaanbod te bieden wat het nodig heeft. Bij Alles telt Q werken wij daarnaast volledig vanuit de Growth Mindset, zit er bij de methode voor ieder leerjaar een klimpakket om de persoonlijke ontwikkeling in beeld te brengen en hebben de leerkracht en de leerling met formatieve toetsen optimaal in beeld hoe de ontwikkeling ervoor staat.’
Alles telt Q werkt met convergente differentiatie. Kun je toelichten hoe dit in zijn werk gaat? ‘Bij Alles telt Q werken we in een reguliere klassensituatie met convergente differentiatie. We werken 2 lessen aan hetzelfde lesdoel voor alle kinderen, één instructieles en één verwerkingsles. We differentiëren in die lessen in didactische aanpak, tijd en vanaf groep 7 ook in niveau (1F en 1S). Maar de kinderen werken dus wel allemaal aan hetzelfde doel en dat zorgt ervoor dat kinderen van verschillende niveaus elkaar, zeker bij de zelfstandig werken les, goed kunnen helpen. Uit onderzoek blijkt dat convergente differentiatie zeer effectief is. Kinderen die het moeilijk vinden krijgen uitleg van kinderen die het lesdoel al (gedeeltelijk) beheersen en bij de kinderen die het uitleggen aan andere kinderen ontstaat een hoger niveau van begrip van de stof. En uiteraard krijgt deze laatste groep voldoende stof om zelf ook uitgedaagd te worden.’
Wat is de aanpak van Alles telt Q voor leerlingen met een achterstand? ‘Leerkrachten staan al jaren voor de enorme uitdaging om met Passend Onderwijs ieder kind de begeleiding te geven die het nodig heeft. Een methode kan daar ontzettend veel ondersteuning in bieden. Bij Alles telt Q staat het kind centraal, niet het lesprogramma. Natuurlijk behandelen we de doelen die in een bepaald leerjaar behaald moeten worden, maar wijken kinderen door omstandigheden af van deze leerlijn, dan biedt Alles telt Q daar alle mogelijkheden voor. Zo zijn er uitgewerkte modellen voor
leerroute 1, 2 en 3. Ook kan er leerjaar overstijgend op leerdoel worden geoefend en getoetst binnen de digitale omgeving ‘Mijn pakket’. Alle leerlingen hebben altijd toegang tot deze software. Op deze manier zorgen we ervoor dat alle kinderen het aanbod en de begeleiding krijgen die ze nodig hebben.’
Wat valt er voor leerlingen te halen in ‘Mijn pakket’? ‘Iedere leerling heeft bij Alles telt Q toegang tot het digitale programma, ook als je op papier werkt. Hier kun je alle lessen digitaal maken maar heeft iedere leerling tevens toegang tot ‘Mijn pakket’. De naam zegt het al, dit is een pakket aan leerdoelen waar de leerling extra mee aan de slag kan. Dat kan zijn als herhaling of remediëring, maar dat kan ook zijn als verrijking. Alle leerdoelen van groep 2 t/m groep 8 zijn namelijk binnen ‘Mijn pakket’ beschikbaar op 3 niveaus: basis-maat-plus. ‘Mijn pakket’ kan dus gebruikt worden als extra ondersteuning en oefening, maar voor scholen die werken in leerlijnen is ‘Mijn pakket’ de plek waar het werk voor de kinderen klaarstaat.’ De verwerking in ‘mijn pakket’ is volledig gepersonaliseerd en adaptief. Kun je hier meer over vertellen? ‘‘Mijn pakket’ vult zich automatisch op basis van de resultaten van digitaal verwerken of, bij gebruik van papier, de (formatieve) toetsen. Leerdoelen waar de leerling nog moeite mee heeft worden automatisch klaargezet in ‘Mijn pakket’. De leerkracht kan eventueel zelf nog wijzigingen uitvoeren en een verrijkingspakket klaarzetten voor de leerlingen die daar behoefte aan hebben. Deze vorm van adaptiviteit is anders dan bij andere methoden. Daar werkt men met een algoritme waardoor het niveau en de leerdoelen waar de leerling aan werkt, automatisch worden aangepast. Dit zorgt er echter voor dat er te snel wordt overgeschakeld naar een lager niveau, wat in veel gevallen niet nodig blijkt te zijn. Daarnaast horen we bij dat soort systemen dat veel leerkrachten het overzicht kwijt zijn op welk niveau en aan welke stof de leerling nu precies werkt. En dat maakt convergente differentiatie weer lastig. Veel redenen dus om de adaptiviteit niet alleen maar af te laten hangen van een algoritme.’
WIL JE ALLES TELT Q KOSTELOOS UITPROBEREN IN JE KLAS? Vraag direct een gratis proefpakket aan via
www.thiememeulenhoff.nl/primair-onderwijs/rekenen/alles-telt-q/proberen-en-bestellen PrimaOnderwijs 31
Tips
Tips Tips
Tips van onderwijsprofessionals
Het stimuleren van kansen in een digitale wereld DOOR MARLEEN KUIJSTERS
Daniel Meijer Docent biologie op het Ichthuscollege in Dronten.
Dragen digitale middelen bij aan kansen-gelijkheid? ‘Dat kan zeker. Ik geef vanwege corona fysiek les aan een deel van de klas, de andere leerlingen zijn dan thuis. Ik maak met LessonUp digitale en interactieve lessen. De kinderen die thuis achter hun iPads zitten loggen ook in. Zij volgen precies dezelfde les. Ook kunnen ze via een chatfunctie vragen stellen over de lesstof. Ik begin de les met een uitleg/instructie, vaak via een LessonUp les met veel plaatjes. Daarna beantwoorden de leerlingen meerkeuzevragen, open vragen of sleepvragen (het slepen van het juiste antwoord bij een plaatje). Het is handig dat ik direct op mijn scherm kan zien of de leerlingen de stof beheersen, dat draagt ook bij aan kansengelijkheid.’
Wat zijn de valkuilen? ‘Ieder kind heeft wel toegang tot een iPad of een computer. Daarnaast zoek ik nog naar manieren om meer te differentiëren binnen LessonUp, zodat de leerlingen die dat nodig hebben extra kunnen worden uitgedaagd. Het extra uitdagen gaat al wel goed via een digitale methode waar we mee werken: leerlingen krijgen via een digitaal boek verdiepingsvragen op hun eigen niveau. Ze mogen er ook voor kiezen om de verdiepingsvragen te maken vanuit een ‘gewoon’ boek.’
32
Tips: hoe kun je digitale middelen nog meer inzetten om kansengelijkheid te vergroten? ‘We werken ook met Kahoot, ook een aanrader: hiermee bereiden de leerlingen zich voor op een toets. Een aantal leerlingen vindt het competitieve onderdeel erg motiverend. Je kunt de namen in beeld laten komen van de leerlingen die de meeste antwoorden goed hadden of het snelste zijn. Sommige leerlingen vinden dat juist niet prettig, dus dat doe ik af en toe. Ik benadruk wel dat de leerlingen die sommige antwoorden fout hebben juist het meeste leren.’
Nog andere tips om kansengelijkheid te vergroten? ‘Sommige leerlingen kunnen beter laten zien wat ze in huis hebben door het maken van een opdracht in plaats van een toets. Probeer dat eens: laat leerlingen een opstel schrijven of een poster ontwerpen bij een bepaald thema. Mijn leerlingen zijn hier erg enthousiast over en grijpen hun kans om te laten zien wat zij allemaal hebben geleerd.’
Karin van Rijn is leerkracht groep 8 op basisschool de Regenboog, ICT coördinator, bovenschools ICT coördinator en eigenaar van Digital Skills For Kids.
Jullie scholen hebben het label Google Reference School. ‘WSKO is de eerste PO-stichting die het Google Reference School label in ontvangst mocht nemen. Referentiescholen worden door Google erkend voor hun uitstekende gebruik van technologie om positieve leerresultaten te stimuleren. We maken gebruik van Chromebooks en Google Classroom. Het begon met enthousiaste ICT’ers en enkele Chromebooks in 2014. In 2016/2017 volgden onze 20 ICT’ers een Google Bootcamp. Later konden alle medewerkers interne workshops volgen om zich te bekwamen in de Google-apps.’ ‘Uiteindelijk draait het om de leerling. Vanuit deze gedachten zijn 2 ICT’ers gaan denken en ontwikkelen. Hieruit is de leerlijn Digital Skills For Kids ontstaan, waarbij leerlingen (binnen de SLO-doelen) op een leerkracht-onafhankelijke manier werken aan digitale basisvaardigheden.’
Welke digitale middelen zetten jullie in? ‘Digitalisering vraagt dat leerlingen digitaal geletterd zijn om goed te kunnen functioneren in de samenleving. We besteden tijd en aandacht aan ICT in onze lessen en proberen dit zoveel mogelijk in het huidige lesaanbod te integreren. Een aantal voorbeelden binnen basisschool De Regenboog: op Chromebooks maken we gebruik van Google Apps, bijvoorbeeld Google Fomulieren: leerlingen maken een quiz voor elkaar die past binnen Wereld-Oriëntatievakken. Google Presentaties zetten we ook interactief in, bijvoorbeeld voor het maken van een digitaal prentenboek door de bovenbouw. De leerlingen presenteren die daarna aan een onderbouwgroep.’
Jullie hebben Digital Skills For Kids ontwikkeld. ‘Wij hadden behoefte om alle leerlingen binnen WSKO basisvaardig te maken, waarbij zij niet afhankelijk
zijn van de vaardigheden van de leerkracht. Bij het ontwikkelen hielden we met een aantal zaken rekening: laagdrempelig inzetbaar, geen druk op het toch al overvolle rooster, leren door horen, zien en doen én leerlingen kunnen werken op hun eigen niveau en tempo. Vanuit deze denkwijze is Digital Skills for Kids ontstaan. Een leerlijn die je kunt integreren binnen het huidige lesaanbod.’ ‘Digital Skills for Kids is een leerkracht-onafhankelijke manier om leerlingen online te leren werken met Google Apps. Zij leren via tutorials hoe ze deze Apps kunnen gebruiken en leren (online) werken. Ze tonen via een skills checklist en bewijsmateriaal aan dat ze de vaardigheden beheersen. Ze kunnen zich online redden in een cloud-omgeving en beheersen praktische toepassingen zoals tekstverwerken, presentaties maken en online informatie zoeken. Dat draagt bij aan het vergroten van kansengelijkheid.’
Tips voor leerkrachten? ‘Zorg ervoor dat je een goede visie hebt op de plek van ICT in het onderwijs en stel iemand aan die hier affiniteit mee heeft. Maak tijd vrij en geef diegene de ruimte om dit op een gedegen en didactische manier te implementeren. Zorg ervoor dat je programma’s gebruikt die passen bij de school en dat je de mogelijkheden ervan benut. Blijf werken aan de deskundigheid van leerkrachten.’ ‘Een voorbeeld op leerlingniveau: op Montessorischool Naaldwijk hebben we een groep leerlingen uit de bovenbouw, De Digital Leaders, die meedenkt in de zaken rondom ICT. Een soort digitale leerlingenraad. Zij ondersteunen zowel leerkracht als leerling in de school, bijvoorbeeld bij de programmeerlessen, en leren de jongste kinderen op school digitale vaardigheden aan. Ze zetten hun eigen talent en kennis in om anderen verder te helpen.’ Meer tips >>>
Shirley van de Velde
is ICT-coördinator op Montessorischool Naaldwijk, bovenschools ICT-coördinator WSKO en eigenaar van Digital Skills For Kids.
Naomi van den Berg Leerkracht groep 8 en Snappetcoach, basisschool De Tweemaster in Leiden
Jullie zetten Snappet in op school, wat is dat? ‘Snappet is een digitaal onderwijsplatform dat de leerling uitdaagt om zich te ontwikkelen. De groepen 4 tot en met 6 werken op tablets en groepen 7 en 8 op Chromebooks. We zetten Snappet in voor rekenen, spelling en deels voor begrijpend lezen. De lesstof heeft de mogelijkheid om zich aan het niveau van de leerling aan te passen. En de leerlingen krijgen direct feedback na het maken van een opgave. Zo krijgen ze inzicht in hun eigen leerproces en kunnen ze hier zelf op inspelen. Dit noemen we eigenaarschap.’
Hoe dragen digitale middelen bij aan kansengelijkheid? ‘Voordat ik begin, kijk ik in de Snappet welke kinderen zelfstandig aan het werk kunnen en welke kinderen met de instructie meedoen. Tijdens de instructie pel ik af, zodat ze niet naar een uitleg luisteren die ze niet nodig hebben. Vervolgens oefent elk kind op zijn of haar eigen niveau. Het ene kind oefent met tafels tot de 20 en een ander kind met het vermenigvuldigen van kommagetallen. Als een leerling de opdracht niet goed maakt kan hij de vraag
NEEM JOUW LEERLINGEN MEE OP
KINDERRECHTENREIS Elk kind heeft kinderrechten. En elk kind heeft het recht om die rechten te kennen. In het lespakket KinderrechtenReis gaan leerlingen uit groep 7, 8 en de brugklas op wereldreis of tijdreis om meer te leren over kinderrechten. Bestel de KinderrechtenReis via
www.amnesty.nl /opschool
verbeteren of om hulp vragen. Ik kan ‘live’ meekijken op mijn eigen scherm, zodat ik kan zien of een kind de stof beheerst of juist vastloopt.
Welke andere tips heb je om de kansengelijkheid te vergroten? ‘Kindgesprekken zijn belangrijk. Door samen met leerlingen te kijken naar de resultaten worden ze eigenaar van hun eigen leerproces. Zo kwam een leerling met het idee om zelf een boek te schrijven. We zijn samen op zoek gegaan naar een boek waarin wordt uitgelegd hoe dat moet. Ik merk dat kinderen hierdoor erg gemotiveerd blijven.’
RekenSprint + Online = RS Online
Rekensprint heeft er een tweelingzusje bij! somme
n tot
100,
binnen
tiental
. antwoo
rden
1
sprint
Reken
50 =
30 +
80
olsupport
.nl
83
www.scho
int
© Schoolsup
nspr
port –
Reke
.nl
erbij
upport chools t – www.s suppor
2+
som
men
tot
10
1
2=
Rekensprint
som
nt pri
= 80
ens
Rek
+ 50
n tot
100
, bin
nen
tien
tal
. ant
woo
1
rde
n
1
3
0
83
© Scho
ppor olsu
t–
.scho www
olsup
port
.nl
30
me
splitsen . antwoorden
3
© Schoolsupport – www.schoolsupport.nl
© School
Webinars 9 juni, 10 juni, 30 juni, 1 juli
#10JAARREKENSPRINT
April 2021 ging Rekensprint Online van start. Het tweelingzusje van Rekensprint dat in de samenwerking ‘offline met online’ leerlingen nog beter helpt bij het werken aan rekenachterstanden en de extra oefening op-maat. Meld je aan voor het webinar en reserveer een licentie voor je school of praktijk. Met Rekensprint Online begeleid je leerlingen op afstand, op school, individueel of in een groep. Rekentaken arrangeer je eenvoudig vanuit de bekende Rekensprint oefenlijnen, vanuit tussendoelen of vanuit Bareka’s bouwstenen. Vernieuwend voor het remediërend leren is de mogelijkheid om een som en zijn strategie, ook verwoordend, online te oefenen: RS Online zet spraak om in somteksten en kijkt na. In het Schoolsupport dashboard zie je de vorderingen per leerling en werk je de offline taken bij. Zo houd je op één plek overzicht en werken Rekensprint en RS Online … als een tweeling perfect samen.
Meer weten? Webinar plannen? Licentie reserveren? https://www.schoolsupport.nl/rsonline
schoolsupport_prima_onderwijs_adv_mei.indd 1
4-5-2021 11:02:28
Een growth mindset creëert kansen Als leraar ga je voor kwaliteit in je vak en het optimaal gedijen van je klas. De Onderwijsdesk helpt je met advies en cursussen.
Emmeliek Boost
In deze editie geeft Emmeliek Boost, deskundige van de Onderwijsdesk, Gezondheidspsycholoog én auteur van het boek WIN-WIN Werk en Gezin, adviezen over hoe je een fixed mindset kunt doorbreken.
Leerlingen zeggen al vanaf een jaar of 7 dat ze wel of niet goed zijn in rekenen. Hoe kan ik deze mindset op tijd doorbreken? Monique uit Alkmaar, groep 5.
Reken/wiskundeonderwijs Heb je jong het gevoel dat je in een vak als rekenen slechte resulaten haalt, dan heeft dat direct een dempend effect. Deze leerlingen kiezen liever voor taalopgaven en wanneer ze aan hun rekentaken moeten beginnen, zie je vermijdingsgedrag. Ze zijn onzeker over hoe ze de som moeten aanpakken, werken traag en lopen voor elk wissewasje door de klas, om de rekentijd in te korten. Als je als leerkracht zegt dat ze vervolgens niet alle opgaven hoeven te maken, omdat deze sommen nog wat moeilijk zijn, dan beïnvloed je onbewust en ook ongewild de route in de richting van een zwakke rekenaar. Volgens het rapport Peil.Rekenen-Wiskunde concludeert de onderwijsinspectie onder meer dat het rekenonderwijs onvoldoende is afgestemd op de
36
individuele potentie van de leerlingen. Veel kinderen blijken de rekenbasisvaardigheden inadequaat of niet goed te hebben geautomatiseerd. Dat levert hiaten op in de basiskennis en zo ontstaan achterstanden. Deze achterstanden kunnen oplopen tot twee à drie jaar of zelfs leiden tot blijvende tekorten. Wil je als schoolteam je eigen gereedschapskist borgen, zodat je binnen het team voldoende basiskennis van de didactiek en de leerlijnen rond het reken/wiskundeonderwijs in huis hebt, dan is het voor één of meerdere teamleden volgen van de cursus Rekenspecialist / Rekencoördinator een absolute aanrader! Want met één (of meerdere) Rekenspecialist(en) / Rekencoördinator(en) in het team kun je onderpresteren op tijd signaleren, doorbreken en nog belangrijker: de rode lijn met betrekking tot het reken/wiskundeonderwijs door de school heen beter monitoren en optimaal blijven bewaken. Vanaf 23 september a.s. start de 7-daagse cursus Rekenspecialist/ Rekencoördinator in PO, en voor het VO en MBO vanaf 3 november, beiden begeleid door Marije van Oostendorp.
Cursusagenda 2021 Leerlingen beoordelen docenten vaak als goed of slecht en ouders gaan daar soms in mee. Heb je tips hoe wij de rol van de omgeving, van ouders en de leerling, optimaler met elkaar kunnen verbinden? Henk, Afdelingshoofd VO/Onderbouw.
It is all-in-the-mind We kennen vanaf de geboorte allemaal een gedrevenheid om te willen leren. Echter het moment dat we onszelf kunnen vergelijken met anderen en daarbij horen of ontdekken dat we ergens minder goed of minder snel in zijn dan anderen, wordt ons ego feitelijk al negatief geïnformeerd. Dit heeft zijn uitwerking in het vermijden van uitdagingen, door te gaan voor het zekere, de regels nauwgezet te volgen, een goed of fout attitude te ontwikkelen en daarmee alle spontane invallen en nieuwsgierigheid teniet te doen. Zo ontstaan leerlingen en volwassenen, die zich in de statische (fixed) mindset herkennen, die liever hun zaakjes goed in de hand hebben en die een en al oor zijn als de feedback gaat over hun prestaties. Met fMRI scans kun je zien dat hun hersengolven aantonen dat ze vol aandacht zijn als hen wordt verteld dat hun antwoorden goed of fout zijn. Maar wordt hen meer informatie gegeven, die hen uitdaagt tot leren, dan blijkt daarvoor geen interesse te zijn. Ook bij een fout antwoord blijkt er geen interesse om het juiste antwoord te horen. Om te voorkomen dat je faalt of tekortschiet, gaat je ego uit bescherming minder moeite doen. Voor leerlingen en volwassenen daarentegen, die graag hun kennis willen vergroten en voor wie het leerproces in plaats van de prestatie prioriteit heeft, geldt een op groei (growth) gerichte mindset. Ze durven hun vragen te stellen, bij een fout antwoord blijven ze nieuwsgierig en vragen ze actief naar andere mogelijke oplossingen. Ze ervaren dat zij met hun inspanning en inzet een bijdrage hebben en invloed kunnen uitoefenen op hun schoolomgeving, op leerlingen, docenten en op de lesstof. Ze zien de wereld minder als een gegeven, maar eerder als potentieel veranderbaar.
TIP Een ouderavond en mentorlessen rond het begrip Mindset, levert zowel docenten, als ouders en leerlingen nieuwe handvatten en inzichten op en kan daarmee negatieve gedachtepatronen doorbreken. Kijk voor meer informatie op www.wij-leren.nl/mindset.php TIP Meer weten over het toepassen van een Groei Mindset? Volg bijvoorbeeld de inspirerende dagcursus Mindset op donderdag 4 november a.s. gegeven door René Lous.
Online én Coronaproof op onze locatie! Hoogsensitieve kinderen Het hoogsensitieve brein, faalangst, woedeuitbarstingen & meer. vr. 11 juni (PO & VO) ma. 21 én wo. 23 juni (MBO) drs. Esther Bergsma Executieve functies Werkgeheugen, plannen en organiseren & meer. Onmisbare breininzichten voor in de les. di. 22 juni (VO & MBO) di. 29 juni (PO & VO) za. 2 oktober (PO & VO) dr. Diana Smidts EDI Opfrisdag groep 3 t/m 8 Vanwege de enorme belangstelling vorig jaar... Schrijf je snel in! donderdag 27 augustus maandag 14 september maandag 28 september Marcel Schmeier Lees- en taalspecialist Lees- en spellingsproblemen, TOS, meertaligheid & meer! start do. 9 september (PO) drs. Marije van Oostendorp dr. Madelon van den Boer dr. Elise de Bree Coördinator Hoogbegaafdheid Onderwijsaanbod, begeleiding collega’s & meer! start di. 5 oktober (PO) Sherrill Woldberg MSc. Kijk voor meer cursussen en cursusdata op
onderwijsdesk.nl
voor hulp bij leer- en gedragsproblemen in de klas!
Speciaal voor PrimaOnderwijs beantwoorden de deskundigen van de Onderwijsdesk echte vragen van leraren uit het hele land. Deze tips (en cursussen) zorgen ervoor dat je klas (nog) beter floreert. Heb jij een vraag voor de Onderwijsdesk? Mail dan naar info@onderwijsdesk.nl PrimaOnderwijs 37
Derde Kamer der Staten-Generaal is een initiatief van de Eerste Kamer en de Tweede Kamer, in samenwerking met ProDemos – Huis voor democratie en rechtsstaat.
Democratie en politiek voor groep 7 en 8 De Derde Kamer der Staten-Generaal
Derde Kamer
Bestellen? Bestel het gratis lespakket via: www.prodemos.nl/derdekamer
Ieder jaar op de derde dinsdag in september is het
Er zijn twee koffertjes: deel 1 (voor beginners)
Prinsjesdag; een goede aanleiding om in de klas
en deel 2 (voor gevorderden).
aandacht te besteden aan politiek en democratie. Ieder pakket heeft 4 lessen. Een les bestaat uit een filmpje waarin de Wie is de baas in Nederland, hoe worden wetten
leerlingen reporter Bobby volgen als hij antwoord probeert te geven
gemaakt wat zijn verkiezingen en nog veel meer
op “De Vraag Vandaag”; opdrachten in het handboekje Politiek en
informatie. Bestel een gratis leskoffertjes met
eindigt met het debatspel waarin de leerlingen als echte Kamerleden
lesboekjes voor 30 leerlingen en ga aan de slag.
met elkaar in debat gaan. De website www.derdekamer.nl dient ter ondersteuning van het lesprogramma.
Programma’s voor burgerschap, maatschappijleer en LOB
80% Van de jongeren wil graag een bijdrage
leveren aan hun omgeving en de maatschappij
Jongeren willen graag iets doen, maar weten vaak niet waar te beginnen. Scholen willen zich graag meer maatschappelijk inzetten en talentontwikkeling bevorderen. Young Impact helpt docenten hierbij. Hoe we dat doen, vertellen we je graag! Iets goeds doen voor een ander Bij Young Impact geloven we dat jongeren de wereld positief kunnen veranderen. Allemaal. Dat zij de energie en het talent hebben om impact te maken. Impact op anderen, op de wereld én op henzelf. Door onze programma’s ervaren jongeren hoe leuk het is om iets voor iemand anders te doen.
“Young Impact bracht onze klas dichterbij elkaar in tijden van corona” Dani (17) - student MBO Jongeren gaan aan de slag met: wat vind jij belangrijk, wat zijn jouw sterke punten en wat gebeurt er in jouw omgeving? Hoe kun jij, door middel van een challenge, impact maken op iemand anders en je omgeving? Impact maken heeft een leuke bonus: je krijgt er zelf ook een goed gevoel van!
“De grootste winst van het programma is de persoonlijke winst voor de jongeren zelf. Ze ervaren dat ze echt iets wezenlijks kunnen betekenen voor een ander. ” Maarten - docent VO
Inspiratie en activatie Dit doen we natuurlijk niet alleen. Onze energieke, jonge peer trainers verzorgen een interactieve start van het programma met een kick-off en een workshop. Zij spreken de taal van de jongeren en vertellen hun eigen impactverhaal. Zij krijgen de jongeren écht in beweging. Wil je als docent liever zelf aan de slag? Dat kan! Met onze interactieve digilessen haal je digitaal de energie van Young Impact binnen. Een leuke afwisseling én makkelijk in te passen in je rooster!
Je kunt onze programma’s inzetten voor:
Burgerschap: sociaal maatschappelijke dimensie, vitaal burgerschap en ondernemend gedrag LOB: kwaliteitenreflectie, motievenreflectie en netwerken 21-eeuwse vaardigheden als communiceren, samenwerken, sociale en culturele vaardigheden en zelfregulering Centrale thema’s zijn: gelijke kansen, maatschappij, diversiteit, klimaat en (mentale)gezondheid. Geschikt voor VO, MBO, praktijkonderwijs en VSO Flexibel in te zetten, hoe en wanneer jou dat uitkomt
Geloof jij ook dat jongeren een positieve impact kunnen maken?
@impactmakersinhetonderwijs
Schrijf jouw school dan in voor schooljaar 2021-2022. Inschrijven kan vóór 1 juli 2021 via www.youngimpact.nl/onderwijs
Young Impact
Heb je nog meer vragen? Neem contact op met Young Impact via 088-8000604. Wij helpen je graag verder!
Financiële educatie als grote gelijkmaker
Kunnen
geldlessen op school de kloof dichten?
Goed leren omgaan met geld gaat niet vanzelf. Door kinderen van jongs af aan financiële vaardigheden aan te leren zoals sparen, plannen en omgaan met verleidingen bereid je hen voor op een toekomst waarin zij verstandige financiële keuzes kunnen maken. Helaas krijgt niet iedereen dit van huis uit mee. Volwassenen die als kind niet van hun ouders geleerd hebben om goed met geld om te gaan, hebben twee keer zo vaak betalingsachterstanden, blijkt uit onderzoek van het Nibud. Betalingsproblemen komen bij deze volwassenen maar liefst drie keer zo vaak voor. Als gevolg kunnen zij meer moeite ondervinden om actief te participeren in de samenleving. Ze zijn sneller sociaal geïsoleerd, voelen zich meer buitengesloten en hebben eenvoudigweg minder (financiële) mogelijkheden om maatschappelijk mee te komen. Krijgen zij vervolgens zelf weer kinderen, dan is de kans groot dat deze cyclus zich herhaalt. En zo voedt een gebrek aan financiële opvoeding de kansenongelijkheid.
40
Doorbreken van cyclus Het besef groeit dat deze cyclus doorbroken kan worden als er meer aandacht komt voor financiële educatie op school. Daar komt bij dat het financiële landschap de laatste jaren complexer is geworden en de overheid rond allerlei financiële regelingen meer eigen verantwoordelijkheid verwacht. Hierdoor zijn meer keuzemogelijkheden ontstaan terwijl er tegelijkertijd meer verleidingen zijn om geld uit te geven. Denk aan de mogelijkheden om 24 uur per dag online te shoppen. Het zijn maatschappelijke ontwikkelingen die het des te relevanter maken dat alle kinderen al vroeg leren met geld om te gaan. Maar hoe? De invloed van ouders op het geldgedrag is
immers groot. Gedrag wordt vaak aangeleerd door observatie en het nadoen van anderen, ook als dat negatief is. Dat is meteen een belangrijk inzicht voor het laten slagen van financiële educatie op school, concludeert onderzoeker en lerarenopleider Aisa Amagir. Zij promoveerde op de effectiviteit van financiële educatie en ontdekte dat veel geldlessen op school - als ze al aanwezig zijn - gericht zijn op kennisoverdracht. ‘Meer kennis over budgetteren of het financiële landschap is op zich goed, alleen zien we niet dat het de houding en het gedrag ten aanzien van geld ook beïnvloedt. De invloed van ouders of andere leeftijdgenoten is groter’, aldus Amagir.
zoals het in de reguliere economieboeken staat. Samen met zijn collega’s hebben ze als sectie besloten om de lessen praktischer in te vullen. Een logische keuze, vindt hij. ‘Wij zullen ze toch meer moeten bijbrengen dan alleen een diploma, anders voorzie ik problemen als ze achttien worden.’ Zijn aanpak wordt ondersteund door recent onderzoek uit Vlaanderen. Wetenschappers van de Universiteit Leuven toonden aan dat het betrekken van ouders bij geldlessen vooral gunstig uitpakt voor kansarme leerlingen. Bovendien was er ook een omgekeerd effect meetbaar. De ouders profiteerden ook van de geldlessen.
Kansen verbeteren Praten over geldzaken Wat werkt dan wel? Volgens Amagir is het belangrijk dat leerlingen leren door zelf te doen. Daarnaast adviseert ze scholen om leren omgaan met geld niet incidenteel te behandelen maar in een doorlopende leerlijn te laten terugkomen en te laten aansluiten bij beslissingen die in het leven van de leerling zelf een rol spelen. Tot slot moet er ruimte zijn voor een open gesprek over geld in de klas en is het goed om ouders te betrekken bij huiswerkopdrachten. Internationaal onderzoek toonde al aan dat leerlingen die onvoldoende tot slecht scoren op financiële geletterdheid ook minder vaak met hun ouders praten over geldzaken. Het is een beeld dat Maarten Bos, docent economie op een scholengemeenschap in Amsterdam Nieuw-West, maar al te zeer herkent. Het merendeel van zijn leerlingen heeft een migratieachtergrond en komt uit gezinnen in een sociaaleconomische achterstandspositie. Hierdoor hebben ouders weinig zelfvertrouwen om hun kinderen te begeleiden, ziet hij. ‘Praten over problemen en gevoelens ligt vaak lastig, dus over geld praten ook. Ze laten heel veel aan school over.’
Bijzonder hoogleraar Wilco van Dijk, die is gespecialiseerd in psychologie en economisch keuzegedrag, noemt school bij uitstek de plek waar kinderen hun kansen moeten kunnen verbeteren. Maar hij begrijpt het ook als scholen terughoudend zijn met geldlessen. ‘Ze moeten al zo veel.’ Daarom moet je het docenten makkelijker maken, vindt hij, door de geldlessen veel meer in te bouwen in bestaande vakken. ‘Dan kunnen er andere dingen minder. Want als er iets bij komt, moet er ook iets af. Zo simpel is het.’ Bovendien maakt het integreren andere vakken leuker en effectiever, is zijn stellige overtuiging. ‘Geldlessen kun je gebruiken om echt met kinderen te praten over wat ze voor nu én voor later belangrijk vinden en hoe ze dat kunnen bereiken. Vaak is daar wel geld voor nodig, of op z’n minst heel handig. Zo is onze maatschappij nu eenmaal ingericht.’
Ouders betrekken Bos ging zich meer verdiepen in zijn leerlingen en kwam er achter dat velen van hen geen zak- of kleedgeld krijgen. ‘Als ze iets nodig hebben krijgen ze het van een oudere broer of oom. Er wordt door veel leerlingen niet gespaard.’ Om dit te doorbreken stuurt hij zijn leerlingen soms op pad met de opdracht het huishoudbudget thuis te bespreken en laat het thema terugkeren tijdens ouderavonden. Het is niet de lesstof
Aan de slag met geldlessen Benieuwd geworden naar de mogelijkheden bij jou in de klas? Op de website www.geldlessen.nl vind je een scala aan lesmateriaal, gastlessen en theatervoorstellingen over omgaan met geld. Zowel gratis als betaald. Je kunt er gemakkelijk zoeken op onderwijsniveau, type lesmateriaal of Nibud leerdoel. Ook vind je er tips om jouw les nog effectiever te maken.
www.geldlessen.nl is een initiatief van Wijzer in geldzaken.
PrimaOnderwijs 41
SCHOOL CONCEPT INSPIREREND & EDUCATIEF SPEEL- EN LESMATERIAAL
EDUCATIEF MATERIAAL
SPORT EN SPEL
MUZIEK
MONTESSORI
Ondersteun je onderwijs met educatieve materialen. Voor ieder vak en iedere methode vind je bij School Concept de juiste benodigdheden.
Sport en speel met de juiste, veilige materialen. School Concept biedt een ruim en gevarieerd aanbod ter ondersteuning van je bewegingsonderwijs.
Samen muziek maken is leuk en leerzaam! Hoe is het gesteld met de muziekinstrumenten bij jou op school? Neem een kijken in onze categorie instrumenten en toebehoren.
De juiste materialen voor montessori onderwijs bestel je bij School Concept. Bekijk ons actuele assortiment en laat je inspireren!
School-Concept.nl/educatief
School-Concept.nl/sport-spel
School-Concept.nl/muziek
School-Concept.nl/montessori
Voor het complet aanbod leermiddelen en speelmaterialen ga je naar School-Concept.nl Advies op maat? We helpen je graag! Neem contact op: Tel: 085 – 0488 036 – klantenservice@school-concept.nl Ook verkrijgbaar op
Meer lezen levert kinderen veel op De motivatie van Nederlandse kinderen en jongeren om te lezen is heel laag. Lager dan het internationaal gemiddelde, blijkt uit onderzoek. Ook de leesvaardigheid is flink achteruit gegaan. Als je lezen niet leuk vindt, ga je het minder vaak doen en word je er slechter in. Dan keldert de motivatie helemaal naar beneden, schetst Gerlien van Dalen, directeur van Stichting Lezen. ‘Wij proberen dat om te keren, je wilt geen situatie waarin kinderen straks een handleiding niet snappen of een brief van de overheid niet kunnen lezen.’ DOOR KLASKE DELHIJ Innovatie In 2009 is Stichting Lezen begonnen met BoekStart. Ouders kunnen een gratis koffertje ophalen bij de lokale bibliotheek, waarin baby- en peuterboekjes zitten, ze krijgen een rondleiding en gratis lidmaatschap van de bibliotheek voor hun kind. Langendonk: ‘We bereiken 40% van de ouders, 90% van de bibliotheken doen mee. BoekStart is een behoorlijke innovatie geweest in de leesbevordering de afgelopen tien jaar.’ Ook 40% van de kinderopvangcentra doet mee met BoekStart.
Van de 15-jarige jongeren had in 2018 zelfs 24% zo’n lage taalvaardigheid dat ze minder goed kunnen meekomen op school en in de maatschappij. En de scholensluiting als gevolg van corona leidde ertoe dat leerlingen in het basisonderwijs minder vooruitgang boekten bij begrijpend lezen, vooral in gezinnen met een lagere sociaal economische status.
Beginnen bij de basis Om kinderen gelijke kansen te bieden, moet je beginnen bij de basis, zegt Adriaan Langendonk, manager landelijke leesbevorderingsprogramma’s bij Stichting Lezen. Niet alle ouders kennen het belang van voorlezen op jonge leeftijd en hun eigen rol om het lezen te stimuleren bij hun kind. Ook zijn ze zich er niet van bewust welke voordelen lezen heeft voor kinderen: een grotere woordenschat, hogere scores op Cito-toetsen en meer motivatie om te lezen. Langendonk: ‘Als je wordt geboren in een gezin waar niet veel gelezen wordt, lees je zelf ook niet of nauwelijks en zijn er minder boeken in huis. Wij proberen dit patroon al op jonge leeftijd actief te doorbreken, door ouders te vertellen over het belang van voorlezen en hen te laten ervaren hoe leuk samen lezen met je kind is.’
Kwart van pabo studenten vindt lezen niet leuk Daarnaast maakt Stichting Lezen studenten meer bewust. Langendonk: ‘Dat is zeker nodig: van de pabo studenten vindt 25% lezen niet leuk, 10% leest zelf helemaal niet. Ook op het mbo speelt dat een grote rol bij opleidingen voor pedagogisch medewerker en onderwijsassistent.’ Om scholen te helpen met interessante kinderboeken en jeugdliteratuur is er de Bibliotheek op school, waar leerlingen uit een goede, actuele collectie boeken kunnen lenen. Dit is vooral van belang voor kinderen die thuis weinig boeken hebben. De Bibliotheek ondersteunt de leerkrachten daarnaast bij leesactiviteiten en legt contacten met schrijvers die komen voorlezen in de klas. ‘Oraal toedienen’ Taal heb je nodig om straks een sollicitatiebrief te schrijven, een verhaal of de bijsluiter van een medicijn te lezen, legt Van Dalen uit. ‘Laatst vertelde iemand een anekdote over een moeder die het medicijn voor haar kind in z’n oor deed, omdat er in de bijsluiter stond: ‘oraal toedienen’. Dat kan gevaarlijke situaties opleveren, daarmee zie je ook het belang van woordenschat en leesvaardigheid. En dat begint met voorlezen en leuke boeken lezen als je nog jong bent.’ Meer informatie www.lezen.nl PrimaOnderwijs 43
Een kansrijke een kansrijke schoolomgeving, toekomst
Kansengelijkheid is al jaren een thema op de politieke agenda. De komende jaren zal het niet anders worden. De coronacrisis heeft het nog meer inzichtelijk gemaakt dat een toenemend aantal leerlingen opgroeit in een minder kansrijke omgeving. Er is de afgelopen tijd genoeg over geschreven. Maar wat kun je als school en leraar zelf doen? Het is iets wat iedereen wil, wat een kenmerk van ons land zou kunnen zijn: gelijke kansen voor ieder kind. Ongeacht achtergrond en thuissituatie zou ieder kind het onderwijs kunnen volgen dat, en de baan kunnen krijgen die, past bij de eigen capaciteiten en dromen. En maken we die ambitie waar? In steeds mindere mate. Het maakt nog steeds veel uit in welk gezin je geboren bent. Het maakt meer uit dan tien jaar geleden, en het maakt hier meer uit dan in landen als Zweden en Canada, constateert het CPB. Al op de basisschool is de kans op goed onderwijs voor een kind met hoogopgeleide ouders aanzienlijk groter. Er wordt al veel gedaan, maar misschien is dat nog niet genoeg en moeten we (ook) andere dingen doen…
Onderzoek Afgelopen september liet Bazalt Groep, bestaande uit onderwijsadviesbureaus Bazalt, HCO en RPCZ, een onderzoek uitvoeren onder leraren en schoolleiders in het primair en voortgezet onderwijs. Doel van het 44
onderzoek was onder andere zicht te krijgen op de kansen(on)gelijkheid van leerlingen en of onderwijsprofessionals het signaleren in hun klas. De helft van alle leraren uit het onderzoek maakt zich zorgen over de kansenongelijkheid van hun leerlingen. Zowel in het basisonderwijs als in het voortgezet onderwijs signaleert twee derde van de leraren dat leerlingen niet allemaal dezelfde kansen hebben. De leraren zien dat het afstandsonderwijs vooral kansarme leerlingen nadelig treft. Tegelijkertijd maakt de periode van afstandsonderwijs tijdens de coronacrisis voor hen inzichtelijker welke leerlingen opgroeien in een minder kansrijke omgeving. Leraren zien het als een gedeelde taak om kansenongelijkheid tegen te gaan. Met de ouders, maar ook met de overheid. Naast de gedeelde taak kunnen onderwijsprofessionals invloed uitoefenen op de kansenongelijkheid. Uit het onderzoek blijkt echter dat veel leerkrachten en docenten zich niet bekwaam voelen om hun leerlingen kansrijker te maken en aangeven niet over de juiste vaardigheden te beschikken.
Ieder kind kansrijk Werken aan het kansrijker maken van de kinderen op school is een onderneming waarbij je vele wegen kunt inslaan en moet opletten of de weg die je opging je brengt naar je gewenste bestemming. Het grootste deel van de leraren (86%) en de schoolleiders (67%) is zich bewust van zijn rol om kansenongelijkheid tegen te gaan in de klas/op school. Circa de helft van de leraren en 41% van de schoolleiders denkt te beschikken over de vaardigheden daarvoor. De vraag is of vaardigheden alleen de oplossing zijn. Eric Jensen, wetenschapper en ervaringsdeskundige, deed onderzoek in de VS naar de situatie van kinderen die in armoede opgroeien. Hun omgeving is weinig stimulerend. Zijn bevindingen: “Leraren kunnen dan juist een doorslaggevende rol spelen in het verkleinen van de kloof tussen arm en rijk, door op een rijke manier les te geven.” Eric Jensen ontdekte dat het vooral belangrijk is om de innerlijke overtuigingen van leerlingen positief te beïnvloeden. Kansen creëren voor iedere leerling begint namelijk bij de juiste mindset, zowel die van jou als die van je leerlingen. “Je kunt ervoor kiezen om inzicht te krijgen in de mindsets van mensen die opgroeien met tegenslagen. En wat nog belangrijker is, je kunt ervoor kiezen om nieuwe mindsets aan te leren, zodat je jouw leerlingen kunt helpen om succesvol te zijn.” In zijn op research gebaseerde boek Ieder Kind Kansrijk! neemt Eric je mee in het ontwikkelen van 7 specifieke mindsets (overtuigingen) en bijbehorende strategieën die het verschil kunnen maken. Zo stelt hij: ‘Kansarme leerlingen? Dat accepteren wij niet, ook deze kinderen hebben volop mogelijkheden, dus zorgen wij voor een kansrijke school!’ Als leraar kun je de innerlijke overtuigingen van leerlingen positief beïnvloeden. Ieder kind kansrijk! is het boek om hier mee aan de slag te gaan: vol wetenschappelijke feiten, praktische tips en een leidraad voor onderwijsprofessionals die lesgeven aan kinderen die opgroeien in armoede.
Expeditie Kansrijk Vanuit Bazalt Groep bieden we gebaseerd op het onderzoek en de inzichten van dr. Eric Jensen ook een traject aan om samen met jouw school te werken aan het vergroten van de kansengelijkheid: Expeditie Kansrijk. Het is geen standaard schoolontwikkeltraject, maar een traject waarin wij met de school in co-creatie keuzes maken in de route die passend is. Na een informatieve bijeenkomst denken we samen na over de problematiek zoals de school die beleeft en de mogelijke oplossingen vanuit de krachten binnen de school. De expeditie is een combinatie van inventarisaties, informatiebijeenkomsten, trainingen, coaching on the job en keuze- en besluitvormingsmomenten.
Hoe je de innerlijke overtuigingen van jezelf en je leerlingen positief kunt beïnvloeden om succesvol te zijn. “In heldere taal legt Eric Jensen uit wat armoede met een kind doet, zorgt hij voor bewustwording en anders denken. Met de mindsets en de handvatten kunnen leerkrachten het verschil maken en kinderen laten ontsnappen aan het leed wat armoede met zich mee brengt. Dit boek is een geweldige leidraad voor leerkrachten en voor alle professionals die met kinderen in contact komen die in armoede opgroeien.” Alinda Scheepers, ervaringsdeskundige kinderarmoede en sociale uitsluiting Ieder Kind Kansrijk Eric Jensen, Bazalt, 2020 shop.bazalt.nl/ieder-kind-kansrijk Het onderzoek is verricht door onderwijsonderzoeksbureau DUO. De enquête is in september 2020 afgenomen onder vier onderzoeksgroepen (leraren po en vo, schoolleiders po en vo). Doel van het onderzoek was inzicht krijgen in: - de mogelijke gevolgen van het coronavirus en het afstandsonderwijs; - wat deze groepen verstaan onder kansen(on)gelijkheid; - wat een leerling kansrijk of kansarm maakt; - de ontwikkeling van kansen(on)gelijkheid t.o.v. 2016 (eerder verricht onderzoek); - de rol die scholen voor zichzelf (en andere partijen) zien bij het tegengaan van kansenongelijkheid. De uitkomsten van het onderzoek zijn representatief voor de groep leraren en schoolleiders po en vo en zijn terug te vinden op www.iederkindkansrijk.nl. PrimaOnderwijs 45
Jaap Versfelt
Elke dag bezig voor beter onderwijs
Door onderwijs hebben kinderen in de afgelopen 200 jaar meer gelijke kansen gekregen. Zo is de positie van vrouwen en arbeiderskinderen sterk verbeterd door onderwijs, schrijft de Onderwijsinspectie in haar rapport van 2017. DOOR KLASKE DELHIJ
46
Het niveau in Nederland is gestegen: in het voortgezet onderwijs haalt bijna de helft een havo/vwo diploma, steeds meer mbo-studenten halen een diploma op niveau 4 en de instroom in het hoger onderwijs is zelfs verdubbeld in 20 jaar tijd.
op een kwalitatief minder goede school een mavoadvies zou krijgen. Dit werkt kansenongelijkheid in de hand. Door verschil in kwaliteit maakt niet elke leerling evenveel kans om zijn of haar talent volledig te benutten. Werk aan de winkel dus!
Grote niveauverschillen tussen scholen
Onderwijs verbeteren
Deze trend lijkt echter te stagneren. Uit internationaal onderzoek onder 15-jarigen blijkt dat Nederlandse leerlingen in de periode 2009-2018 slechtere scores behalen op leesvaardigheid, zelfs onder het EU/OESO-gemiddelde (PISA 2018). Ook de scores op natuurwetenschappen en wiskunde zijn gedaald, al zijn die nog steeds boven het EU/OESO-gemiddelde. Het PISA onderzoek constateert in Nederland een opvallend groot niveauverschil tussen scholen, wat een reden kan zijn voor die slechtere scores. De Onderwijsinspectie deelt die conclusie. Leraren op de ene school geven kwalitatief beter les dan op de andere school. Dat zie je terug in de leerresultaten van de leerling. Dat kan zelfs betekenen dat een leerling op de ene school een havo-advies krijgt en
Scholen moeten gericht aan de slag met het verbeteren van hun onderwijs, vindt Jaap Versfelt. Hij startte in 2012 Stichting LeerKRACHT om scholen hierin te begeleiden. Versfelt: ‘Om het onderwijs te verbeteren moet je er elke dag, elke week mee bezig zijn. Daar is een omslag voor nodig naar een verbetercultuur. Op scholen wordt veel vergaderd, vooral over organisatorische zaken. Niet over hoe je de lessen kunt verbe-
teren. Wij zeggen: regel die organisatorische zaken in kleine werkgroepjes en gebruik het overleg met je collega’s juist om het onderwijs te verbeteren. Daar worden leraren zelf ook veel enthousiaster van.’ Het onderwijs verbeteren gaat stapsgewijs. Elk lerarenteam stelt zijn eigen doelen: wat willen we met de leerlingen bereiken? Met deze doelen gaat het team een periode van een aantal weken aan de slag. ‘Als je de leesvaardigheid wilt vergroten, maak je zo’n onderwerp heel klein’, legt Versfelt uit. ‘Bijvoorbeeld een grotere woordenschat. Dan kun je een lijst met woorden maken, die elke leraar in z’n les gaat gebruiken. Na een periode heb je een klas zo honderd nieuwe woorden geleerd. Doel behaald. In de volgende periode kun je weer aan leesvaardigheid werken, maar dan op een andere manier.’
Duizend scholen Inmiddels doen bijna duizend scholen mee aan het LeerKRACHT programma. Daarvan zijn 484 basisscholen, 142 scholen voor voortgezet onderwijs, 302 mbo-scholen, 16 hbo-scholen en de rest ‘overig’. De scholen zijn heel divers: openbare, christelijke, joodse en islamitische scholen, maar ook met montessori- en daltononderwijs. Scholen die als ‘zwak’ zijn betiteld, maar ook excellente scholen.
Leerlingen denken mee Veel leraren bespreken de doelen in de klas, waarna leerlingen meedenken over welke acties ze kunnen uitvoeren om het doel te behalen. Dit werkt heel goed voor de betrokkenheid van de leerlingen. Zo bedachten leerlingen van groep 8: hoe kunnen we meten dat 80 procent van onze klas een bezittelijk voornaamwoord in een zin kan herkennen? ‘In het programma werken we met dagelijkse bordsessies van een kwartier. Daarin bespreken leraar en leerlingen hoe ze het doel kunnen halen. Deze bordsessie werd geleid door een meisje van twaalf, de juf hield haar mond dicht en liet de klas discussiëren.’ Toen het doel nog niet behaald
bleek, bedachten de leerlingen zelf een oplossing: de kinderen die het wel snapten, legden het uit aan de rest. ‘Kinderen leren hiermee ook samenwerken, zelf oplossingen bedenken, overleggen. En wat denk je van het meisje dat zelfs een discussie leidt in de klas!’ Goed onderwijs draait niet alleen om goede cijfers halen. De helft van de doelen gaat over kwalificatie, schetst Versfelt, de andere helft over socialisatie en persoonsvorming. Alle drie factoren zijn van belang bij goed onderwijs. Sommige scholen laten leerlingen meedenken over hoe je zonder ruzie kunt spelen in de pauze of hoe je samen kunt voetballen zonder kinderen uit te sluiten.
Zelfs kleuters geven feedback Een belangrijk onderdeel van het programma is dat leraren maandelijks bij elkaar in de klas observeren en feedback geven over de les. Ook leerlingen worden om feedback gevraagd. Dat gebeurt elke periode met een leerling-arena. Vijf leerlingen zitten in een kring en bespreken het doel met hun leraar, daaromheen zitten andere leraren te luisteren naar de feedback. ‘Ja, zelfs kleuters kunnen feedback geven’, lacht Versfelt. ‘Ik werd eens gevraagd bij een kleuter-arena, waarin vijf kleuters met hun juf een kwartier over het onderwijs praatten. Het was geweldig. Ze konden haarfijn uitleggen op hun kleutermanier wat ze prettig vonden: lekker bewegen, korte uitleg, veel tijd om dingen zelf uit te proberen.’ Doordat leerlingen zich betrokken voelen bij het onderwijs, zijn ze ook veel gemotiveerder om te leren. Het ministerie van OCW doet onafhankelijk onderzoek naar de effecten van het LeerKRACHT programma. Hieruit blijkt dat er binnen een jaar een verbetercultuur is gecreëerd op de deelnemende scholen, een zeer snel resultaat. Welke impact het programma heeft op de leerresultaten wordt dit jaar onderzocht. PrimaOnderwijs 47
IE U N
Jubileumboek Gratis bij elke bestelling vanaf € 50,Geldig tot 31 augustus.
Er zijn ook stickers, leeswijzers, AVI certificaten en verzamelkaarten van de Kennismeesters!
!
W U
IE
WAT DOE JIJ? 10 MANIEREN OM PESTEN TEGEN TE GAAN
IE
U
W
N
!
De catalogus 2021 is uit en staat weer boordevol nieuwe miniposters, beloningsstickers, taal- en rekenproducten, diploma’s en vele andere educatieve producten.
! W
Alle kennis op aarde is in groot gevaar. Op school gebeuren gekke dingen. Lessen kloppen niet en computers vallen uit. Niemand begrijpt wat er aan de hand is. Dan verschijnt er een mysterieuze bezoeker die uitlegt uit Stulpenrijk te komen.
CATALOGUS 2021
N
U IE
KENNISMEESTERS
N
W !
De Stulp bestaat 65 jaar en dat vieren we graag met een mooi cadeau! Goed kunnen lezen is prioriteit 1 op de basisschool. Met het jubileumboek van de Kennismeesters dragen we hieraan bij.
A2 poster, coachingskaarten en stickers.
ST p peSTen Op de achterkant van de coachingskaart staan 10 manieren of gedragingen hoe je op pesten kan reageren en is er ruimte voor extra aantekeningen.
TAFELKWARTET WERELDDIEREN
Spelenderwijs de tafels leren. 66 kaarten (12 kwartetten van de tafel van 1 t/m 12, twaalf controlekaarten van tafels 1 t/m 12 en 6 kanskaarten).
070 - 320 34 00 | verkoop@destulp.nl 2021_05_Adv_PrimaOnderwijs.indd 1
| www.destulp.nl 04-05-2021 15:43
Leren door doen Jaren geleden, vlak na de invoering van het vmbo, heb ik eens een begin gemaakt met een artikel onder de naam ‘Koken en koken’. De aanleiding daarvoor vormde het gegeven dat directeuren van vmbo-scholen bedachten, dat één keuken voor de programma’s Verzorging en Consumptief - de voorloper van HBR - wel voldoende was. Liefst een zogenaamde ‘grootkeuken’; een soort restaurantkeuken met grote gasfornuizen. Daar zouden de dames van Verzorging ook wel op kunnen koken. Het was toen lastig hen aan het verstand te peuteren dat koken voor restaurantgasten wezenlijk anders is dan het bereiden van een verantwoorde maaltijd in een huishouden of verzorgingshuis. In maart 2020, toen de scholen op slot gingen en het onderwijs thuis gegeven moest worden, dacht ik aan dat artikel terug. Niet dat er bij Zorg & Welzijn nog veel gekookt hoeft te worden, maar het idee dat al snel postvatte was: ‘Ook beroepsgerichte programma’s kunnen thuis uitgevoerd worden’. Een misvatting die, wat mij betreft, vooral laat zien dat degene die hem uitspreekt geen idee heeft van wat er in de beroepsgerichte programma’s van het vmbo gebeurt. Beroepsgerichte programma’s zijn geen fröbellessen. Ze zijn niet te vergelijken met techniek in de onderbouw. Het gaat om serieuze beroepsoriëntatie en/of -voorbereiding; om levensechte situaties die niet met thuis te vergelijken zijn. Het maakt nogal wat uit of je als leerling voor je eigen gezin een maaltijd kookt, of dat er gekookt moet worden voor gasten in een restaurant. Niet alleen vanwege de ingrediënten die gebruikt worden, maar ook qua planning, timing, voorbereiding en de druk die erop staat. Het is nogal een verschil of je een keer de zomerbanden op de auto van een van je ouders zet, of dat je bij een banden-
centrum stage loopt en de hele dag niets anders doet. En wie laat de verwarmingsinstallatie thuis opnieuw aanleggen, omdat kindlief dat voor school moet leren? ‘Nou’, hoor ik mensen zeggen, ‘maar dan kan in elk geval toch de theorie van de praktijk thuis gegeven en geleerd worden. Nee!, zou ik uit willen roepen, want HET kenmerk van het vmbo is nu juist dat praktijk en theorie in combinatie met elkaar aangeboden worden en dat leerlingen de theorie leren, omdat ze die in de praktijk toegepast zien worden. ‘Vmbo-leerlingen leren door doen’, zei Jan Vos, mijn eerste baas bij SLO, ooit. Ik ben heel blij dat de scholen weer open zijn en dat vmbo-leerlingen weer ‘gewoon’ - met inachtneming van de RIVM-maatregelen - beroepsgericht onderwijs kunnen volgen. Laten we er met z’n allen voor zorgen dat de scholen open kunnen blijven, niet alleen voor de sociale contacten, maar vooral ook voor: het leren door doen! Drs. Jacqueline Kerkhoffs Directeur Stichting Platforms VMBO
Kijk voor meer informatie op www.platformsvmbo.nl
PrimaOnderwijs 49
Brede School Academie Utrecht biedt intensief naschools taalonderwijs Alle kinderen die in Nederland onderwijs volgen hebben gelijke rechten. Maar niet alle leerlingen hebben gelijke kansen, bijvoorbeeld vanwege een achterstand in de Nederlandse taalvaardigheid. De Brede School Academie Utrecht brengt hier al ruim tien jaar verandering in. DOOR MARLEEN KUIJSTERS Onbenut leerpotentieel
Monique Walet
‘We bieden momenteel intensief naschools taalonderwijs aan leerlingen uit de groepen 7 en 8 en de eerste klassen van het voortgezet onderwijs. Het gaat om kinderen die veel potentie hebben en op havo/vwo-niveau zouden kunnen uitstromen, maar door een taalachterstand gehinderd worden en extra ondersteuning nodig hebben’, vertelt leerkracht en projectleider Monique Walet. 50
Het is woensdagmiddag en terwijl hun klas-genoten buiten spelen volgens 16 gemotiveerde kinderen de online les van de Brede School Academie Utrecht. Walet legt uit dat veel leerlingen qua ambitie en werkhouding de potentie hebben om door te stromen naar bijvoorbeeld havo of vwo. Maar door een taalachterstand (bijvoorbeeld omdat er thuis niet veel Nederlands wordt gesproken) op een lager niveau op de middelbare school terechtkomen. ‘Voor leerlingen met onbenut leerpotentieel is helaas in de praktijk te weinig aandacht. Daarom zijn we ongeveer 12 jaar geleden met een aantal basisscholen uit de wijk Overvecht gestart met de Brede School Academie Utrecht. De scholen melden geselecteerde leerlingen aan en die gaan één keer per week na schooltijd aan de slag om hun taalvaardigheid, kennis van de wereld en academische vaardigheden te vergroten. Op deze manier willen we ervoor zorgen dat zij kunnen doorstromen naar de bij hen passende hogere niveaus van vormen van het voortgezet onderwijs en het hoger onderwijs.’
Nieuwssites Inmiddels is het concept uitgerold over vier wijken in Utrecht (BSA bedient 40 basisscholen en 4 VO-scholen). Normaal gesproken vinden de naschoolse lessen voor basisschoolleerlingen plaats op vier locaties in Utrecht. Het gaat momenteel in totaal om 12 groepen van 16 kinderen. En leerlingen in het voortgezet onderwijs (7 groepen van 16 kinderen) volgen de lessen op hun eigen school. Maar vanwege de coronacrisis wordt veel online lesgegeven. Tijdens de online les van Walet kiezen de kinderen via nos.nl of nu.nl ieder een nieuwsartikel uit. Na ongeveer vijf minuten leestijd bespreken ze hun artikel in tweetallen. Walet: ‘Vervolgens gaan we klassikaal het gesprek aan over een van de gelezen artikelen. Toen we nog fysiek lesgaven, lazen de kinderen in de landelijke dagbladen zoals het Algemeen Dagblad, Trouw en De Volkskrant. Nu gebruiken we nieuwssites. De leerlingen stellen elkaar vragen die stimuleren om dieper op de materie in te gaan.’
Klassikaal presenteren Walet pakt er een tekst bij voor de volgende opdracht. In de tekst zijn 10 woorden gemarkeerd die in de kantlijn worden uitgelegd. Het zijn woorden die de leerlingen hoogstwaarschijnlijk nog onvoldoende kennen, maar die ze wel nodig hebben om de inhoud van de leestekst goed te kunnen begrijpen. ‘Tijdens de les bespreek ik de woorden in hun context en model ik een klein deel van de tekst. De leerlingen gaan vervolgens in ‘breakout rooms’ aan de slag met verder onderzoek naar het thema van de tekst: ze zoeken, in kleine groepjes, informatie op het internet en die presenteren ze klassikaal. Het huiswerk sluit aan bij de tien geselecteerde woorden.’
Een Lagerhuis debat Om het leesplezier te bevorderen praten de leerlingen tijdens de ‘de boekenclub’ over verschillende boeken-
genres of karakters uit verhalen. Walet vertelt dat de leerlingen per jaar werken aan vijf thema’s zoals ‘Eten is weten’ en ‘Rondje om de wereld’. ‘Zo’n themaperiode sluiten we af met een presentatie in wisselende vorm, bijvoorbeeld een debat waarin we een onderwerp vanuit verschillende perspectieven bekijken. De leerlingen krijgen eerst de tijd om het onderwerp verder te onderzoeken en naar argumenten te zoeken. Bij een debat stimuleren we de leerlingen om een mening te vormen en deze goed te onderbouwen met argumenten.’
Online platform Vanaf augustus 2022 zullen de leerkrachten van de Brede School Academie Utrecht de lessen niet meer fysiek geven. De BSA werkt aan een online platform, U-GO! (voor groep 6, 7, 8 en de brugklas), om haar lesmateriaal en methodiek te borgen en te delen met alle scholen. Daarmee draagt de BSA bij aan het inbedden van alle opgedane expertise in het reguliere taalonderwijs van de scholen die hiermee willen werken. ‘Ons programma is bewezen effectief en de leerlingen werken enthousiast aan alle opdrachten. Dus bouwen we aan U-GO!, waarmee leerkrachten en docenten zelf aan de slag kunnen gaan, ook al stoppen de fysieke lessen’, zegt Walet. ‘Zo kunnen zij bijvoorbeeld een klassikale les begrijpend lezen geven of juist een groepje leerlingen bepaalde opdrachten laten uitvoeren. Als expertisecentrum blijven we daarnaast het platform beheren en updaten en zullen we leraren begeleiden. Op deze manier creëren we nog meer gelijke kansen voor alle kinderen. Ik vind het mooi dat ik op deze manier kan bijdragen aan kansengelijkheid in het onderwijs.’ Voortgezet onderwijs De lessen die de Brede School Academie Utrecht geeft aan leerlingen in de brugklas van het voortgezet onderwijs heten Honours Trajectum Utrecht (HTU). In klas 2 en 3 krijgt HTU het karakter van kennismaken met de Universiteit Utrecht. Zo vertellen verschillende wetenschappers wat hun vakgebied inhoudt. Op deze manier wil de BSA de doorstroom naar het hoger onderwijs bevorderen.
PrimaOnderwijs 51
Wouter de Jong over weerbaarheid, veerkracht en zelfredzaamheid:
‘Als het leven een game is, controller is je hoofd de controller’ We leren kinderen zo ongeveer alles. Behalve de gebruiksaanwijzing van hun eigen hoofd. Zeker in deze tijd is het belangrijk om leerlingen bewust te maken van hun emoties, sterke punten en het maken van positieve impact. Speciaal daarvoor heeft Wouter de Jong, in samenwerking met Young Impact, het gratis lesprogramma Superkrachten voor je hoofd ontwikkeld, gebaseerd op het gelijknamige boek. DOOR ESMEE WEERDEN
‘Als leerkracht wil je het allerliefst dat je leerlingen lekker in hun vel zitten, veerkrachtig en zelfredzaam zijn. Met een goede mindset kun je zo veel bereiken!’, vertelt Wouter de Jong, auteur van het boek ‘Superkrachten voor je hoofd’. Vanuit deze gedachte is in samenwerking met non-profit organisatie Young Impact het lesprogramma Superkrachten tot stand gekomen. Door mee te doen, leren basisschoolleerlingen uit de bovenbouw hoe ze met deze mindset ook nog eens impact kunnen maken. Niet alleen op de wereld, maar juist ook op henzelf. Wendy Kakebeeke, directeur van Young Impact, is blij met de samenwerking: ‘Wij geloven dat jongeren de wereld positief kunnen veranderen, door met hun talenten in actie te komen voor iets of iemand anders. Het is belangrijk dat ze hiervoor lekker in hun vel zitten én de baas zijn over hun emoties. Ik vind het mooi dat we, in de taal van ‘Superkrachten’, leerkrachten de handvatten kunnen bieden om met deze onderwerpen aan de slag te gaan!’
52
Superkrachten De lessen helpen leerlingen om baas te worden van hun eigen hoofd. Wouter: ‘Kinderen moeten, net zoals leren lezen en rekenen, leren omgaan met moeilijke situaties in het leven. Hoe ik het ook wel aan kinderen uitleg: als je leven een game is, dan is je hoofd de controller. En net als in een game heb je in het echte leven moeilijke levels: gezeur van je ouders, ruzie met een goede vriend, je eerste dag op school, jezelf stom vinden of vertellen aan iemand dat je verliefd op hem of haar bent. Maar hoe moeilijk het level in je leven ook is, als je de controller goed gebruikt, kun je alles aan! Superkrachten zijn de knoppen op je controller: slimme technieken en trucs. Daarmee versla je alle moeilijke tegenstanders in de levels van je leven met meer plezier en kracht. En zo leer je jezelf op te vrolijken als het tegenzit, meer zelfvertrouwen te krijgen en veel sneller klaar te zijn met oersaaie taakjes.’
Challenge: de glorieuze fout
Dit is een oefening die kinderen helpt om mind er faalangst te hebben. Om de beurt ver telt een kin d over een fout die hij of zij die week heeft gema akt. Als je je fout eenmaal he bt gedeeld, krijg je appla us van iedereen in de klas (joelen mag!). Natuurlij k deelt de leraar ook een fout die hij of zij heeft gemaakt. Uiteraard kun je het tijdens deze oefen ing ook hebben over wat je van die fout kan leren. Het mooie aan deze oe fening is dat je kinderen zo leert beter met hun fou ten om te gaan. Ook om dat de leerkracht zijn of ha ar fouten deelt. Ze zien op deze manier dat fouten maken bij het leven ho ort.
Mentale training ‘De kwaliteit van je leven wordt bepaald door de kwaliteit van je geest’, vervolgt Wouter. De mentale gezondheid van kinderen is echter geen eenvoudig onderwerp. ‘En dit trainen al helemaal niet, want kinderen moeten al zoveel.’ De onderwerpen in de lessen worden daarom met veel humor en lol aangepakt. Hierdoor worden leerlingen uitgedaagd om hun mentale superkrachten te ontdekken, te activeren en te versterken. Het doel van
de lessen is om leerlingen beter te leren omgaan met moeilijke emoties, verveling en eenzaamheid. Ook werken ze aan hun concentratievermogen en zelfvertrouwen. De leerlingen werken in het lesprogramma toe naar een superdaad waarbij ze hun superkrachten inzetten om impact te maken door iets voor de school, of iemand op school, te doen. Wouter: ‘Door kinderen al op jonge leeftijd bezig te laten zijn met hun Superkrachten, zorg je ervoor dat kinderen lekker in hun vel, of eigenlijk in hun geest zitten.’ Ze leren met praktische oefeningen om zich beter te concentreren, om te gaan met moeilijke situaties of emoties als boosheid of schaamte, minder te piekeren, hun zelfvertrouwen te vergroten, en hun dromen waar te maken. ‘Dit zijn allemaal technieken om een kind mentaal weerbaarder te maken.’
or je hoofd’ . rkrachten voemo ramma ‘Supedoe Het lesprogslui tionele ontwikkeling len inzake sociaalt aan bij de kern Het lesprogramma ls (lessen) de lesprogramma bestaat uit vijf leve Het activerende en enthousiasmeren amma kan in eveer 45 minuten. Het hele lesprogr en een evaluatie. Elk level duurt ong periode. ere lang een of verdeeld worden over een themaweek aangeboden worden De levels: ten word de koning van je kop 1) Superkrachten – Met Superkrach en als een laserstraal 2) Laserstralen – Leer je concentrer ? ijk je jezelf op als het even tegenzit 3) Geluks-DJ – Blijdschap: hoe vrol id? khe lij nde vrie van eime boemerang 4) Boemerang – Hoe werkt de geh en waar! drom tste 5) Superdaad – Maak je stou
AANMELDEN
Meld je aan voor het gratis lesprog
ramma via:
rkrachten en krijg www.onderwijsinformatie.nl/supe
direct toegang tot de online lessen.
Over Young Impact Young Impact is in vier jaar tijd uitgegroeid tot één van de grootste spelers op het gebied van jongeren en maatschappelijk bewustzijn in Nederland. Young Impact gelooft dat iedere jongere diens talent kan inzetten om daarmee een positieve impact te maken. Daarom reist de organisatie heel Nederland door met vooruitstrevende programma’s voor PO, VO, MBO en VSO. Ga voor meer informatie naar www.youngimpact.nl/primair-onderwijs Meer weten over Superkrachten voor je hoofd? Ga naar www.mindgymvoorkids.nl
'Alle illustraties komen uit het boek – geïllustreerd door Hein de Kort’
PrimaOnderwijs 53
Stabiele en ijverige leerlingen door fijn schoolklimaat
‘Aardig, netjes en rustig’ zijn in Strijen geen loze woorden Als het schoolklimaat goed is, staan kinderen open om te leren. In een veilige en prettige sfeer leren kinderen gemakkelijker en werken ze harder. Dat ervaart Marianne de Man als directeur van obs De Meerwaarde dagelijks. De dorpsschool in Strijen werkt vanuit een bijzondere pedagogische lijn, gebaseerd op het gedachtegoed van Stephen Covey, die alles te maken heeft met de sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen. ‘Aardig, netjes en rustig’ zijn de kernwaarden.’ DOOR BRIGITTE BLOEM FOTO’S: OBS DE MEERWAARDE
Boom van de 7 habits
Vriendjesbank
Waarden: aardig, netjes, rustig
Mede vanwege het plezierige schoolklimaat ontving De Meerwaarde zes jaar geleden van het ministerie van OCW het predicaat excellente school. Marianne en haar team zijn er trots op. ‘Het is de kers op de taart. Sommige ouders die hier kennis komen maken, denken dat excellent betekent dat er enkel heel slimme kinderen op onze school zitten. Maar daar slaat het excellente niet op. Het gaat erom dat we elk kind een passende ontwikkeling kunnen bieden. Juist door een stabiele sociaal-emotionele ontwikkeling maak je de weg vrij voor een optimale cognitieve ontwikkeling.’
School-dna Nadat Marianne samen met de adjunct-directeur jaren geleden een leiderschapscursus had gedaan, gebaseerd op de uitgangspunten van Covey, wilden de twee dat ook voor hun eigen leerlingen, vertelt Marianne. ‘Het zijn geen trucjes die we onze leerlingen aanleren, maar het is een way of life. Het zit in het school-dna’, wil Marianne benadrukken. De theorie van de Amerikaanse managementdeskundige Stephen
54
Covey gaat uit van zeven eigenschappen van effectief leiderschap. De kernboodschap is dat zeer effectieve mensen een zevental gewoonten of routines hebben die ten grondslag liggen aan hun succes en dat iedereen deze gewoonten bij zichzelf (verder) kan ontwikkelen. Zoon Sean Covey ontwikkelde speciaal voor kinderen de werkwijze ‘The leader in me’. Uitgangspunt is dat je de invloed op je leven kunt vergroten door (zelf) leiderschap te tonen. De zeven gewoonten van Covey geven leerlingen houvast bij hun leerproces en hun persoonlijke ontwikkeling en helpen om zelf verantwoordelijkheid en beslissingen te nemen. Elk kind doet wat nodig is, voor hem- of haarzelf en voor een ander. Kinderen leren hun tijd zinvol te besteden, worden bewust van hun eigen zijn en kunnen en leren elkaar begrijpen. Dat leert hen relaties op te bouwen en te onderhouden, de kracht van samenwerking te ontdekken en plezier in leren te hebben. ‘De leerlingen van De Meerwaarde zijn er veel zelfstandiger door geworden’, vertelt Marianne. ‘Lopen ze ergens tegenaan,
Takenbord waardoor ze niet direct verder kunnen? Dan wachten ze niet op de juf of meester, maar proberen ze zelf een oplossing te bedenken’, legt ze uit. ‘Vanaf de kleutergroepen brengen we dat onze leerlingen bij.’ Marianne vindt deze onderwijsvisie veel meer bij deze tijd passen dan kinderen aan het handje meenemen. ‘Wij willen onze leerlingen zoveel vaardigheden meegeven, dat ze in uiteenlopende situaties al heel zelfstandig kunnen functioneren, zo jong als ze zijn. Natuurlijk leren we kinderen ook dat je op sommige omstandigheden geen invloed hebt. Maar op heel veel ook wel en die kansen leren we ze te pakken.’
Aardig, netjes, rustig Gekoppeld aan de uitgangspunten van Covey lopen drie kernwaarden als rode draad door het onderwijs van De Meerwaarde: aardig, netjes, rustig. Aan het begin van het schooljaar maakt elke groep met de nieuwe juf of meester vier of vijf regels die passen bij deze kernwaarden. ‘Het helpt bij de vorming van de groep en het creëren van een fijn groepsklimaat’,
aldus Marianne. ‘Vanaf de kleutergroepen wordt er één keer in de twee weken met de kinderen over deze regels en hoe het gaat in de groep vergaderd. Besproken wordt wat er al goed gaat, wat beter kan, aan welk doel de komende tijd gewerkt wordt. Elke groep beschikt over een ideeënbox waar leerlingen onderwijsinhoudelijke en organisatorische suggesties in kunnen doen en waarover ook in de klassenvergadering gesproken wordt. Zo hebben leerlingen invloed op de invulling van hun onderwijs.’ Als eerste school in Nederland is De Meerwaarde gaan werken met een vriendjesbank op het schoolplein. Heeft een leerling tijdens het speelkwartier of in de pauze even geen kinderen om mee te spelen, dan kan hij of zij op de vriendjesbank gaan zitten. Andere kinderen vragen het kind vervolgens om mee te spelen. ‘Inmiddels hebben meer scholen in Nederland zo’n bank’, weet Marianne. ‘Het werkt echt om kinderen zich niet buitengesloten te laten voelen. Kinderen leren daardoor ook om oog voor elkaar te hebben.’De Meerwaarde heeft haar leerlingvolgsysteem gekoppeld aan de kernwaarden van de school. ‘We hebben daardoor kunnen constateren dat onze school hoog scoort op welbevinden en sfeer’, vertelt Marianne. ‘Ook constateren we dat de leerprestaties de afgelopen jaren omhoog zijn gegaan. Logisch ook, want in een veilige en pretWerken met tige sfeer leren kinderen einddoel voor ogen gemakkelijker en werken ze harder. Dat zien we op school- en klasniveau, en ook op leerlingniveau.’
Kansrijke toekomst Toen het op school eenmaal goed liep met de kernwaarden aardig, netjes, rustig hebben Marianne en haar team sport- en vrijetijdsverenigingen in Strijen benaderd met de vraag of de werkwijze ook iets voor hen zou zijn. ‘Onze kernwaarden zijn massaal omarmd in ons dorp’, zegt Marianne trots. Het gevolg is dat gemeentebreed de slogan nu is: ‘In Strijen doen we alles aardig, netjes, rustig’. ‘Het zijn geen loze woorden. Met deze kernwaarden werken we in de hele gemeente aan een kansrijke toekomst voor elk kind’, aldus Marianne. Verder lezen? Download het e-book Hoe zeven gewoonten zorgen voor (zelf)leiderschap bij kinderen: https://www.leraar24.nl/app/uploads/TLIM_Ebook.pdf
Meer informatie over de school: https://www.obsdemeerwaarde.nl/
PrimaOnderwijs 55
2
iet
uikt
re t
LATEN WE SAMENWERKEN AAN EEN DUURZAME TOEKOMST !! LATEN WE SAMENWERKEN AAN EEN DUURZAME TOEKOMST LATEN WE SAMENWERKEN AAN EEN DUURZAME TOEKOMST !! LATEN WE SAMENWERKEN AAN EEN DUURZAME TOEKOMST LATEN WE SAMENWERKEN AAN EEN DUURZAME TOEKOMST LATEN WE SAMENWERKEN AAN EEN DUURZAME TOEKOMST LATEN WE SAMENWERKEN AAN EEN DUURZAME TOEKOMST ! !!!! LATEN WE SAMENWERKEN AAN EEN DUURZAME TOEKOMST Bij BIC geloven we dat we eenvoudige, inventieve, betrouwbare producten LATEN WE SAMENWERKEN AAN EEN DUURZAME TOEKOMST LATEN WE SAMENWERKEN AAN EEN DUURZAME TOEKOMST ! BIC geloven we dat we eenvoudige, inventieve, betrouwbare producten LATENBij WE AAN DUURZAME TOEKOMST Bij BIC geloven we betrouwbare producten Bij BIC SAMENWERKEN geloven we dat we eenvoudige, eenvoudige, inventieve, betrouwbare producten kunnen maken we voordat iedereen, overalEEN eninventieve, altijd. En we geloven dat we dat ! Bij BIC geloven we dat we eenvoudige, inventieve, betrouwbare producten kunnen maken voor iedereen, overal en altijd. En we geloven dat we dat Bij BIC geloven we dat we eenvoudige, inventieve, betrouwbare producten maken voor iedereen, overal en altijd. En we geloven dat we dat Bij BIC geloven we dat we eenvoudige, inventieve, betrouwbare producten kunnen maken voor iedereen, overal en altijd. En we geloven dat we dat Bij kunnen BIC geloven we dat we eenvoudige, inventieve, betrouwbare producten verantwoord kunnen doen, met de planeet, de samenleving en toekomstige Bij BIC geloven we dat we eenvoudige, inventieve, betrouwbare producten kunnen maken voor iedereen, overal en altijd. En we geloven dat we dat verantwoord kunnen doen, met de planeet, de samenleving en toekomstige Bij BIC geloven we dat we eenvoudige, inventieve, betrouwbare producten kunnen maken voor iedereen, overal en altijd. En we geloven dat we dat Bij BIC geloven we dat we eenvoudige, inventieve, betrouwbare producten verantwoord kunnen doen, met de planeet, de samenleving en toekomstige kunnen maken voor iedereen, overal en altijd. En we geloven dat we dat verantwoord kunnen doen, met de planeet, de samenleving en toekomstige kunnen maken voor iedereen, overal en altijd. En we geloven dat we dat generaties voor ogen. Bij BIC geloven we dat we eenvoudige, inventieve, betrouwbare producten kunnen maken voor iedereen, overal en altijd. En we geloven dat we dat verantwoord kunnen doen, met de planeet, de samenleving en toekomstige generaties voor ogen. kunnen maken voor iedereen, overal en altijd. En we geloven dat we dat verantwoord kunnen doen, met de planeet, de samenleving en toekomstige kunnen maken voor iedereen, overal en altijd. En we geloven dat we dat generaties voor ogen. verantwoord kunnen doen, met de planeet, de samenleving en toekomstige generaties voor ogen. verantwoord kunnen doen, met de planeet, de samenleving en toekomstige Onze benadering van duurzaamheid heeft haar wortels in onze waarden en is ingebakken in onze kunnen maken voor iedereen, overal en altijd. En we geloven dat we dat verantwoord kunnen doen, met de planeet, de samenleving en toekomstige generaties voor ogen. Onze benadering van duurzaamheid heeft haar wortels in onze waarden en is ingebakken in onze verantwoord kunnen doen, met de planeet, de samenleving en toekomstige generaties voor ogen. verantwoord kunnen doen, met de planeet, de samenleving en toekomstige Onze benadering van duurzaamheid heeft haar wortels in onze waarden en is ingebakken in onze Onze benadering van duurzaamheid heeft haar wortels in onze waarden en is ingebakken in onze generaties generaties voor voor ogen. ogen. dagelijkse werkwijze. Een kleinere voetafdruk van onze producten voor milieu en maatschappij, actie verantwoord kunnen doen, met de planeet, de samenleving en toekomstige Onze benadering van duurzaamheid heeft haar in onze en is ingebakken in onze dagelijkse werkwijze. Een kleinere voetafdruk vanwortels onze producten voor milieu maatschappij, actie generaties voor ogen. Onze benadering van duurzaamheid heeft haar wortels in onze waarden waarden en en is ingebakken in onze generaties voor ogen. dagelijkse werkwijze. Een kleinere voetafdruk van onze voor milieu en maatschappij, Onze benadering van duurzaamheid heeft in waarden is in onze generaties voor ogen. dagelijkse werkwijze. Een kleinere voetafdruk vanwortels onze producten vooren milieu en maatschappij, actie Onze Onze benadering benadering van van duurzaamheid duurzaamheid heeft heeft haarhaar haar wortels wortels in producten onze in onze onze waarden waarden en isen eningebakken is ingebakken ingebakken in onze in actie onze tegen klimaatverandering, een meer verantwoorde toeleveringsketen een versterkt commitment
Onze benadering van duurzaamheid heeft haar wortels in onze waarden en is ingebakken in onze dagelijkse werkwijze. Een kleinere voetafdruk van onze producten voor milieu en maatschappij, actie tegen klimaatverandering, een meer verantwoorde toeleveringsketen en een versterkt commitment Onze benadering van duurzaamheid heeft haar wortels in onze waarden en is ingebakken in onze dagelijkse werkwijze. Een kleinere voetafdruk van onze producten voor milieu en maatschappij, actie Onze benadering van duurzaamheid heeft haar wortels in onze waarden en is ingebakken in onze tegen klimaatverandering, een meer verantwoorde toeleveringsketen en een versterkt commitment dagelijkse werkwijze. Een kleinere voetafdruk van onze producten voor milieu en maatschappij, actie is ingebakken in onze tegen klimaatverandering, een meer verantwoorde toeleveringsketen en een versterkt commitment dagelijkse dagelijkse werkwijze. werkwijze. Een Een kleinere kleinere voetafdruk voetafdruk van van onze onze producten producten voor voor milieu milieu en maatschappij, en maatschappij, actie actie voor onderwijs: allemaal cruciaal voor de contouren van ons bedrijf van morgen, zodat we iedereen Onze benadering van duurzaamheid heeft haar wortels in onze waarden en dagelijkse werkwijze. Een kleinere voetafdruk van onze producten voor milieu en maatschappij, actie tegen klimaatverandering, een meer verantwoorde toeleveringsketen en een versterkt commitment voor onderwijs: allemaal cruciaal voor de contouren van ons bedrijf van morgen, zodat we iedereen dagelijkse werkwijze. Een kleinere voetafdruk van onze producten voor milieu en maatschappij, actie tegen klimaatverandering, een meer verantwoorde toeleveringsketen en een versterkt commitment dagelijkse werkwijze. Een kleinere voetafdruk van onze producten voor milieu en maatschappij, actie voor onderwijs: allemaal cruciaal voor de contouren van ons bedrijf van morgen, zodat we iedereen tegen klimaatverandering, een meer verantwoorde toeleveringsketen en een versterkt commitment dagelijkse werkwijze. Een kleinere voetafdruk van onze producten voor milieu en maatschappij, actie voor onderwijs: allemaal cruciaal voor de contouren van ons bedrijf van morgen, zodat we iedereen tegen tegen klimaatverandering, klimaatverandering, een een meer meer verantwoorde verantwoorde toeleveringsketen toeleveringsketen envan een enmorgen, een versterkt versterkt commitment commitment een duurzame toekomst kunnen bieden. tegen klimaatverandering, een meer verantwoorde toeleveringsketen en een versterkt commitment voor onderwijs: allemaal cruciaal voor de contouren van ons bedrijf zodat we iedereen een duurzame toekomst kunnen bieden. tegen klimaatverandering, een meer verantwoorde toeleveringsketen en een versterkt commitment voor onderwijs: allemaal cruciaal voor de contouren van ons bedrijf van morgen, zodat we iedereen klimaatverandering, een meer verantwoorde toeleveringsketen en een versterkt commitment een duurzame toekomst kunnen bieden. voor onderwijs: allemaal cruciaal voor de contouren van ons bedrijf van morgen, zodat we iedereen een duurzame toekomst kunnen bieden. voortegen voor onderwijs: onderwijs: allemaal allemaal cruciaal cruciaal voor voor de contouren de contouren van van ons ons bedrijf bedrijf van van morgen, morgen, zodat zodat we iedereen we iedereen Het volgende hoofdstuk van ons duurzaamheidsavontuur begint met jou. Vandaag. tegen klimaatverandering, een meer verantwoorde toeleveringsketen en een versterkt commitment voor onderwijs: allemaal cruciaal voor de contouren van ons bedrijf van morgen, zodat we iedereen een duurzame toekomst kunnen bieden. Het volgende hoofdstuk van ons duurzaamheidsavontuur begint met jou. Vandaag. voor onderwijs: allemaal cruciaal voor de contouren van ons bedrijf van morgen, zodat we iedereen een duurzame toekomst kunnen bieden. voor onderwijs: allemaal cruciaal voor de contouren van ons bedrijf van morgen, zodat we iedereen Het volgende hoofdstuk van ons duurzaamheidsavontuur begint met jou. Vandaag. een duurzame toekomst kunnen bieden. volgende hoofdstuk van ons duurzaamheidsavontuur begint met jou. Vandaag. een Het een duurzame duurzame toekomst toekomst kunnen kunnen bieden. bieden. voor onderwijs: allemaal cruciaal voor de contouren van ons bedrijf van morgen, zodat we iedereen een duurzame toekomst kunnen bieden. Het volgende hoofdstuk van ons duurzaamheidsavontuur begint met jou. Vandaag. een duurzame toekomst kunnen bieden. Het volgende hoofdstuk van ons duurzaamheidsavontuur begint met jou. Vandaag. een duurzame toekomst kunnen bieden. Het volgende hoofdstuk van ons duurzaamheidsavontuur begint met jou. Vandaag. Heteen Het volgende volgende hoofdstuk hoofdstuk vanvan van ons ons duurzaamheidsavontuur duurzaamheidsavontuur begint begint metmet met jou.jou. jou. Vandaag. Vandaag. duurzame toekomst kunnen bieden. Het volgende hoofdstuk ons duurzaamheidsavontuur begint Vandaag.
Het volgende hoofdstuk van ons duurzaamheidsavontuur begint met jou. Vandaag. Het volgende hoofdstuk begint 5 TOEZEGGINGEN OP DUURZAME ONTWIKKELING HetBIC’S volgende hoofdstuk van van ons ons duurzaamheidsavontuur duurzaamheidsavontuur begint met met jou. jou. Vandaag. Vandaag. BIC’S 5 TOEZEGGINGEN OP DUURZAME ONTWIKKELING BIC’S 5 TOEZEGGINGEN OP DUURZAME ONTWIKKELING BIC’S 5 TOEZEGGINGEN OP DUURZAME ONTWIKKELING BIC’S 5 TOEZEGGINGEN OP DUURZAME ONTWIKKELING BIC’S 5 TOEZEGGINGEN OP DUURZAME ONTWIKKELING BIC’S 5 TOEZEGGINGEN OP DUURZAME ONTWIKKELING BIC’S BIC’S 5 TOEZEGGINGEN 5 TOEZEGGINGEN OP OP DUURZAME DUURZAME ONTWIKKELING ONTWIKKELING BIC’S 5 TOEZEGGINGEN OP DUURZAME ONTWIKKELING BIC’S 5 TOEZEGGINGEN OP DUURZAME ONTWIKKELING BIC’S 5 TOEZEGGINGEN OP DUURZAME BIC’S 5 TOEZEGGINGEN OP DUURZAME ONTWIKKELING ONTWIKKELING
Wij recyclen
TEGEN 2025 ZAL BIC WERELDWIJD DE LEEROMSTANDIGHEDEN TEGEN 2025 ZAL BIC WERELDWIJD DE LEEROMSTANDIGHEDEN TEGEN 2025 ZAL BIC WERELDWIJD DE LEEROMSTANDIGHEDEN TEGEN 2025 ZAL BIC WERELDWIJD DE LEEROMSTANDIGHEDEN VAN 250 MILJOEN KINDEREN VERBETEREN TEGEN 2025 ZAL BIC WERELDWIJD DE LEEROMSTANDIGHEDEN VAN 250 MILJOEN KINDEREN VERBETEREN TEGEN 2025 ZAL BIC WERELDWIJD DE LEEROMSTANDIGHEDEN TEGEN 2025 ZAL BIC WERELDWIJD DE LEEROMSTANDIGHEDEN VAN 250 MILJOEN KINDEREN VERBETEREN TEGEN TEGEN 2025 2025 ZAL ZAL BIC BIC WERELDWIJD WERELDWIJD DE DE LEEROMSTANDIGHEDEN LEEROMSTANDIGHEDEN VAN 250 MILJOEN KINDEREN VERBETEREN TEGEN 2025 ZAL BIC WERELDWIJD DE LEEROMSTANDIGHEDEN VAN 250 MILJOEN KINDEREN VERBETEREN TEGEN 2025 ZAL BIC WERELDWIJD DE LEEROMSTANDIGHEDEN VAN 250 MILJOEN KINDEREN VERBETEREN TEGEN 2025 ZAL BIC WERELDWIJD DE LEEROMSTANDIGHEDEN VAN 250 MILJOEN KINDEREN VERBETEREN TEGEN 2025 ZAL BIC WERELDWIJD DE LEEROMSTANDIGHEDEN VAN VAN 250 250 MILJOEN MILJOEN KINDEREN KINDEREN VERBETEREN VERBETEREN Door acties als … VAN 250 250Door MILJOEN KINDEREN VERBETEREN acties als … Prijsvragen voor VAN MILJOEN KINDEREN VERBETEREN Educatieve Prijsvragen voor VAN 250 MILJOEN KINDEREN VERBETEREN voor Door acties als … Educatieve VAN 250Workshop MILJOEN KINDEREN VERBETEREN Door acties als … Workshop voor scholen Prijsvragen voor Door acties als … leerkrachten Workshop voor Door acties als … Workshop voor leerkrachten Door acties als … Workshop voor Door Door acties acties als … als … leerkrachten Door acties als … Workshop voor leerkrachten Door acties als … Workshop voor leerkrachten Door acties als … Workshop Workshop voor voor Workshop voor leerkrachten Door acties als … Workshop voor leerkrachten Workshop voor leerkrachten leerkrachten leerkrachten Workshop voor leerkrachten leerkrachten leerkrachten
Prijsvragen voor scholen Prijsvragen voor scholen Prijsvragen voor scholen Prijsvragen voor scholen Prijsvragen Prijsvragen voor voor Prijsvragen voor scholen Prijsvragen voor scholen Prijsvragen voor scholen scholen scholen Prijsvragen voor scholen scholen scholen
webinars Educatieve Educatieve webinars Educatieve webinars Educatieve webinars Educatieve webinars Educatieve Educatieve Educatieve webinars Educatieve webinars Educatieve webinars webinars webinars Educatieve webinars webinars webinars
L L L L L L
!! !! !! !!! !
LATEN LATEN LATEN LATEN LATEN LATEN
WE WE WE WE WE WE
SAMENWERKEN AAN EEN DUURZAME SAMENWERKEN AAN EEN DUURZAME VERANTWOORDE PRODUCTEN SAMENWERKEN AAN EEN DUURZAME SAMENWERKEN AAN EEN DUURZAME SAMENWERKEN AAN EEN SAMENWERKEN AAN EEN DUURZAME DUURZAME
TOEKOMST TOEKOMST TOEKOMST TOEKOMST TOEKOMST TOEKOMST
Bij BIC geloven we dat we eenvoudige, inventieve, betrouwbare producten VERANTWOORDE VERANTWOORDE PRODUCTEN PRODUCTEN Bij BIC geloven we dat we eenvoudige, inventieve, betrouwbare producten Bij BIC geloven we dat we eenvoudige, inventieve, betrouwbare producten Bij BIC geloven we dat we eenvoudige, inventieve, betrouwbare producten kunnen maken voor iedereen, overal en altijd. En we geloven dat we dat Bij BIC geloven we dat we eenvoudige, inventieve, betrouwbare producten kunnen maken voor iedereen, overal en altijd. En we geloven dat we dat Bij BIC geloven we dat we eenvoudige, inventieve, betrouwbare producten kunnen maken voor iedereen, overal en altijd. En we geloven dat we dat Bij BIC geloven we dat we eenvoudige, inventieve, betrouwbare producten kunnen maken voor iedereen, overal en altijd. En we geloven dat we dat verantwoord kunnen doen, met de planeet, de samenleving en toekomstige kunnen maken voor iedereen, overal en altijd. En we geloven dat we dat verantwoord kunnen doen, met de planeet, de samenleving en toekomstige kunnen maken voor iedereen, overal en altijd. En we geloven dat we dat verantwoord kunnen doen, met de planeet, de samenleving en toekomstige kunnen maken voor iedereen, overal en altijd. En we geloven dat we dat verantwoord kunnen doen, met de planeet, de samenleving en toekomstige generaties voor ogen. verantwoord kunnen doen, met de planeet, de samenleving en toekomstige generaties voor ogen. verantwoord kunnen doen, met de planeet, de samenleving en toekomstige generaties voor ogen. 3km verantwoord kunnen doen, met de planeet, de samenleving en toekomstige generaties voor ogen. Onze benadering van duurzaamheid generaties voor Onze benadering vanogen. duurzaamheid heeft heeft haar haar wortels wortels in in onze onze waarden waarden en en is is ingebakken ingebakken in in onze onze generaties voor ogen. Onze benadering van duurzaamheid heeft haar wortels in onze waarden en is ingebakken in actie onze generaties voor ogen. Schrijf-plezier Onze benadering van duurzaamheid heeft haar wortels in onze waarden en is ingebakken dagelijkse werkwijze. Een kleinere voetafdruk van onze producten voor milieu en maatschappij, Onze benadering van duurzaamheid heeft haar wortels in onze waarden en is ingebakken in in onze onze
!! !! !!
dagelijkse werkwijze. Een kleinere voetafdruk vanwortels onze producten voor milieu en maatschappij, actie met haar de balpen Onze benadering van duurzaamheid heeft in en is in onze dagelijkse werkwijze. kleinere voetafdruk van onze producten voor milieu en maatschappij, BIChaar Cristal Onze benadering vanEen duurzaamheid heeft wortels in onze onze waarden waarden en versterkt is ingebakken ingebakken in actie onze dagelijkse werkwijze. Een kleinere voetafdruk van onze producten voor milieu en maatschappij, actie 3km 3km tegen klimaatverandering, een meer verantwoorde toeleveringsketen en een commitment Medium dagelijkse werkwijze. Een kleinere voetafdruk van onze producten voor milieu en maatschappij, actie tegen klimaatverandering, een meer verantwoorde toeleveringsketen en een versterkt commitment dagelijkse werkwijze. Een kleinere voetafdruk van onze producten voor milieu en maatschappij, actie tegen klimaatverandering, een meer verantwoorde toeleveringsketen en een versterkt commitment dagelijkse werkwijze. Een kleinere voetafdruk van onze producten voor milieu en maatschappij, actie tegen klimaatverandering, een meer verantwoorde toeleveringsketen en een versterkt commitment voor onderwijs: allemaal voor de contouren van morgen, zodat we Schrijf-plezier Schrijf-plezier tegen klimaatverandering, een meer verantwoorde toeleveringsketen en een versterkt voor onderwijs: allemaal cruciaal cruciaal voor de contouren van ons ons bedrijf bedrijf van van morgen, zodatcommitment we iedereen iedereen met de balpen met de balpen tegen klimaatverandering, een meer verantwoorde toeleveringsketen en een versterkt commitment voor onderwijs: allemaal cruciaal voor de contouren van ons bedrijf van morgen, zodat we iedereen tegen klimaatverandering, een meer verantwoorde toeleveringsketen en een versterkt commitment voor onderwijs: allemaal cruciaal voor de contouren van ons bedrijf van morgen, zodat we iedereen BIC BIC Cristal Cristal een duurzame toekomst kunnen bieden. voor onderwijs: allemaal cruciaal voor de contouren van ons bedrijf van morgen, zodat we iedereen een duurzame toekomst kunnen voor bieden. Medium Medium voor onderwijs: allemaal cruciaal de contouren van ons bedrijf van morgen, zodat we iedereen een duurzame toekomst kunnen bieden. voor onderwijs: allemaal cruciaal voor de contouren van ons bedrijf van morgen, zodat we iedereen een duurzame toekomst kunnen bieden. Het volgende hoofdstuk van ons duurzaamheidsavontuur begint met jou. Vandaag. een duurzame toekomst kunnen bieden. Het volgende hoofdstuk van ons duurzaamheidsavontuur begint met jou. Vandaag. een duurzame toekomst kunnen bieden. Het volgende hoofdstuk van ons duurzaamheidsavontuur begint met jou. Vandaag. een duurzame kunnen Het volgendetoekomst hoofdstuk vanbieden. ons duurzaamheidsavontuur begint met jou. Vandaag. ®
®
® ®
®
®
Het volgende hoofdstuk van ons duurzaamheidsavontuur begint met jou. Vandaag. Het Het volgende volgende hoofdstuk hoofdstuk van van ons ons duurzaamheidsavontuur duurzaamheidsavontuur begint begint met met jou. jou. Vandaag. Vandaag. BIC’S 5 TOEZEGGINGEN OP DUURZAME ONTWIKKELING BIC’S 5 TOEZEGGINGEN OP DUURZAME ONTWIKKELING BIC’S 5 TOEZEGGINGEN OP DUURZAME ONTWIKKELING BIC’S 5 TOEZEGGINGEN OP DUURZAME ONTWIKKELING BIC’S 5 TOEZEGGINGEN OP DUURZAME ONTWIKKELING BIC’S 5 TOEZEGGINGEN OP DUURZAME BIC’S 5 TOEZEGGINGEN OP DUURZAME ONTWIKKELING ONTWIKKELING
EEN PROGRAMMA DAT RECYCLAGE STIMULEERT EEN PROGRAMMA PROGRAMMA DAT DAT RECYCLAGE RECYCLAGE STIMULEERT STIMULEERT InEEN ruim zeven Europese landen, waaronder Nederland, u Vanaf n N zamelen we sinds 2011 met onze partner Terracycle MisELE A Z N I schrijfgerei in om te recyclen. In 2018 zijn we nog verder N In ruim In ruim zeven zeven Europese landen, waaronder waaronder Nederland, Nederland, ® u af nuYCLERE gegaan metEuropese de landen, introductie van Ubicuity , een lijn Vanaf VnaRnE CENLEN zamelen zamelen we we sinds sinds 2011 2011 met met onze onze partner partner Terracycle Terracycle L E ME buitenmeubilair gemaakt van gerecyclede pennen. Dat ZisA INZIANM is schrijfgerei schrijfgerei in om in te omrecyclen. tevan recyclen. In 2018 In 2018 zijn zijn weinnog wehet nog verder verder partnerschap BIC past concept Jullie zamelen in RLEENREN ® ® E L gegaan gegaan met met de de introductie introductie van van Ubicuity Ubicuity , een , een lijn lijn C C Y Y samenwerkingseconomie en circulaire economie waarbij CREC E R buitenmeubilair buitenmeubilair gemaakt gemaakt van van gerecyclede gerecyclede pennen. pennen. Dat Dat er met waardeloos afval waarde wordt gecreëerd. partnerschap partnerschapvan vanBIC BICpastpastin inhet hetconcept concept Jullie Jullie zamelen zamelen in in samenwerkingseconomie samenwerkingseconomie en circulaire ennaar circulaire economie economie waarbij waarbij Ga voor meer informatie er met er met waardeloos waardeloos afvalafval waarde waarde wordt wordt gecreëerd. gecreëerd. https://www.bickids.com/nl
1
2 22
11
1
3 33
2 22
Wij recyclen Wij recyclen
https://www.terracycle.com/nl-NL/ TEGEN 2025 ZAL BIC WERELDWIJD LEEROMSTANDIGHEDEN Ga voor Ga voor meermeer informatie informatie naarnaar JullieDE zamelen in Wij recyclen TEGEN 2025 ZAL BIC WERELDWIJD DE LEEROMSTANDIGHEDEN Geniet TEGEN 2025 ZAL BIC WERELDWIJD DE LEEROMSTANDIGHEDEN TEGEN 2025 ZAL BIC WERELDWIJD DE LEEROMSTANDIGHEDEN https://www.bickids.com/nl https://www.bickids.com/nl VAN 250 MILJOEN KINDEREN VERBETEREN TEGEN 2025 ZAL BIC WERELDWIJD DE LEEROMSTANDIGHEDEN VAN 250 MILJOEN KINDEREN VERBETEREN TEGEN 2025 ZAL WERELDWIJD DE https://www.terracycle.com/nl-NL/ https://www.terracycle.com/nl-NL/ TEGEN 2025 ZAL BIC BIC WERELDWIJD DE LEEROMSTANDIGHEDEN LEEROMSTANDIGHEDEN VAN 250 MILJOEN KINDEREN VERBETEREN VAN 250 MILJOEN KINDEREN VERBETEREN VAN KINDEREN VERBETEREN BEPERKTE ECOLOGISCHE Jullie Jullie zamelen zamelen in inVOETAFDRUK Wij recyclen Wij recyclen Geniet Geniet VAN 250 250 MILJOEN MILJOEN KINDEREN VERBETEREN
11
VAN 250Door MILJOEN VERBETEREN acties alsKINDEREN …
Door acties als … Prijsvragen Prijsvragen voor voor Workshop voor Door acties als … Door acties als … Workshop voor scholen Prijsvragen voor Door acties als … Prijsvragen scholen leerkrachten BEPERKTE BEPERKTE ECOLOGISCHE ECOLOGISCHE VOETAFDRUK VOETAFDRUK Workshop voor Door acties als … Prijsvragen voor voor Workshop voor leerkrachten scholen Door acties als … Prijsvragen Workshop voor scholen 100% 50% leerkrachten Prijsvragen voor voor Workshop scholen leerkrachten Workshop voor voor scholen leerkrachten Geniet scholen leerkrachten leerkrachten
3 33
Educatieve Educatieve webinars Educatieve Educatieve webinars Educatieve webinars Educatieve webinars Educatieve webinars 80% webinars webinars
In 2025 gebruikt In100% 2025 is de 100% 80% 80% BIC 80% BIC op 50% plastic verpakking hernieuwbare producten die niet van BIC 100% elektriciteit van nieuw plastic herbruikbaar, In 2025 In 2025 gebruikt gebruikt In 2030 In 2030 mikt mikt In 2025 In 2025 is deis de recyclebaar BIC BIC 80%80% BIC BIC opgemaakt 50% op 50%zijn plastic plastic verpakking verpakkingof composteerbaar hernieuwbare hernieuwbare producten producten die niet die niet van van BIC BIC 100% 100% elektriciteit elektriciteit van van nieuw nieuw plastic plastic herbruikbaar, herbruikbaar, gemaakt gemaakt zijn zijn recyclebaar recyclebaar of of composteerbaar composteerbaar In50% 2030 mikt 50%
Geniet Geniet
Wij recyc
Een mens is pas vergeten…
Clara Vieijra, Bron: joodsmonument.nl
Op 22 februari 1941 staat de dertienjarige Clara Vieijra samen met haar ouders, haar zus Lies en zusje Branca vol afschuw voor het raam van hun woning aan het Jonas Daniël Meijerplein in Amsterdam naar buiten te kijken. Ze zijn getuige van de eerste grote razzia van Nederland die op dat moment plaatsheeft in het hart van de oude Jodenbuurt. Jonge joodse mannen worden van straat geplukt en uit hun huizen gesleurd en op het plein voor Clara’s huis bijeengedreven. Tot haar grote verdriet ziet ze plotseling haar broers Piet en Meijer staan. Het is de laatste keer dat ze hen zal zien. Nog geen halfjaar later zijn ze allebei in het concentratiekamp Mauthausen vermoord. 58
Foto: Dorien Grötzinger
Drie maanden nadat de deportaties van de Nederlandse joden in de zomer van 1942 zijn begonnen, is alleen Clara nog in leven. De rest van de Vieijra’s is dan al in Auschwitz om het leven gebracht. Ook Clara kan niet aan de vervolging ontkomen. Als laatste van haar gezin wordt zij op 7 mei 1943 op vijftienjarige leeftijd in het vernietigingskamp Sobibor vermoord. De leden van het gezin Vieijra zijn slechts 8 van ruim 102.000 joden en meer dan 200 Roma en Sinti die tussen 1941 en 1945 vanuit Nederland naar de verschillende kampen zijn gedeporteerd en daar vermoord. Onder de slachtoffers bevinden zich bijna 18.000 kinderen van wie de jongsten slechts een paar dagen oud geworden zijn.
Het Nationaal Holocaust Namenmonument Hoe herdenk je al deze slachtoffers persoonlijk? Hoe voorkom je dat al deze individuele levens anoniem opgaan in de enorme aantallen? In september 2021 wordt het nieuwe Nationaal Holocaust Namenmonument in Amsterdam onthuld. De Vieijra’s en alle andere Nederlandse Holocaustslachtoffers zonder eigen graf worden hier met naam en toenaam herdacht. Het indrukwekkende monument is met ruim 102.000 namen op evenzoveel stenen bijzonder omvangrijk. Zo wordt de schaal van de misdaad zichtbaar. Het is het eerste monument in Nederland waar ieder Holocaustslachtoffer een
tastbaar gedenkteken krijgt. Ook voor nabestaanden is het daarmee een belangrijke plaats om vermoorde familieleden te herdenken. De herinnering aan de slachtoffers blijft op deze manier levend want, zo wil het joodse gezegde: een mens is pas vergeten, als zijn naam vergeten is. Het is belangrijk dat ook jongeren kennis blijven nemen van een van de grootste misdaden uit de wereldgeschiedenis. Het nieuwe Namenmonument draagt bij aan dit historisch besef. Het laat zien waar discriminatie en haat toe kunnen leiden en vormt een aansporing tot reflectie.
Unieke kans
Foto: David Rozing
In samenwerking met het Joods Cultureel Kwartier en het Verzetsmuseum Amsterdam biedt het Nederlands Auschwitz Comité schoolklassen uit de bovenbouw primair en onderbouw voortgezet onderwijs daarom de unieke kans om in het schooljaar 2021-2022 kosteloos – inclusief vervoer – het monument te bezoeken voor een leerzame rondleiding en een aanvullend educatief programma in het Joods Historisch Museum, de indrukwekkende Portugese Synagoge of het Verzetsmuseum. Ga met de klas in gesprek met een van de rondleiders over wie we herdenken, hoe we herdenken en vooral waarom we herdenken. Sta samen stil bij de ruim 102.000 Nederlandse slachtoffers van de Holocaust en herdenk hen op een persoonlijke manier.
Hoe werkt het? Ter voorbereiding op het bezoek volgen leerlingen op school de lesmodule ‘Een mens is pas vergeten…’ op Wordtgemist.nl. Via deze les maken zij kennis met een leeftijds- of plaatsgenoot. Vervolgens ga je met de bus of openbaar vervoer naar het Holocaust Namenmonument in Amsterdam. Daar krijg je een rondleiding en voer je gesprekken over het belang van herdenken. Na het bezoek aan het monument loop je met de klas naar het Joods Historisch Museum, de Portugese
Verzetsmuseum, Foto: Esmee van Loon
Synagoge of het Verzetsmuseum voor een educatief programma. Onderweg leer je over de geschiedenis van deze voormalige joodse buurt van Amsterdam. Het Joods Cultureel Kwartier en het Verzetsmuseum bieden verschillende educatieve programma’s die goed aansluiten op het bezoek aan het Holocaust Namenmonument, zowel voor primair als voortgezet onderwijs.
Wees er snel bij Om iedere school de kans te geven het nieuwe Holocaust Namenmonument te bezoeken, kan aanspraak gemaakt worden op een vergoeding voor de entree-, reis- en programmakosten. Voor deze unieke kans is slechts een beperkt aantal plaatsen beschikbaar, wees er dus snel bij! Ga voor meer informatie én voor de algemene voorwaarden naar: www.jck.nl/holocaustnamenmonument of www.verzetsmuseum.org/nl/namenmonument. Voor meer informatie over het Nationaal Holocaust Namenmonument ga je naar: www.namenmonument.nl
Sfeerimpressie Namenmonument, Beeld: Studio Libeskind
PrimaOnderwijs 59
De webshop voor het onderwijs! en
Lezen
o pt La
Reken
Ruim nt ime assort
Taal
r ar pk la ir
en eu M
l
a ia
r
e at
bi
l Beste ur! ctu op fa
m
d or
Atl
B
Me
ters
Pos
ass
en
Examenbundels
tho
des al
Be
oek
lo
ni ng
enb
sm
at
er i
ord Wo
aa
l
Klasmateria
en
! E I T C A
betaal i n u j d n a a De hele m dkosten n e z r e v n e e je g IMA R P : e d o c e i t c a met de je bestelling rekenen van
Deze ac
t af
code in bij he
. Vul de actie
30 juni 2021 tie loopt t/m
DIRECT AAN DE SLAG MET LESMATERIAAL & LITERATUUR VOOR ÉLKE ONDERWIJSPROFESSIONAL De Kleutervriendelijke School
Boekie de boekenverslinder
Neemt je mee in de zoektocht naar antwoorden op de vraag: Deugt ons onderwijs aan kleuters eigenlijk wel?
45 activiteiten ter stimulering van boekpromotie en leesmotivatie.
Bestel voor € 34,95 s.omjs.nl/boekie-de-boekenverslinder
Zelfregulatie in een notendop
Praktijkboek voor het ontwikkelen van zelfregulering bij leerlingen.
Bestel voor € 29,95 s.omjs.nl/kleutervriendelijke-school
Positief leiderschap
Hoe positieve psychologie jouw impact kan vergroten.
Bestel voor € 30,95 s.omjs.nl/positief-leiderschap
Bestel voor € 20,95 s.omjs.nl/zelfregulatie
DenkBeelden
5 minuten Engels
Een praktijkboek over visuele modellen die bij leerlingen denkstrategieën ontwikkelen.
40 werkvormen om leerlingen vertrouwd te laten raken met Engels als vreemde taal.
Bestel voor € 35,95 s.omjs.nl/denkbeelden
Bestel voor € 19,95 s.omjs.nl/5min-engels
OP ZOEK NAAR EEN SPECIFIEK THEMA OF PRODUCT…? prikkelende posters
spellen boeken
werkboeken
ondersteunende materialen NEEM EEN KIJKJE IN DE WEBWINKEL OMJS.NL/WEBWINKEL
Eerste hulp voor leerlingen bij een technische studiekeuze
In Nederland zijn er meer dan 40 mbo BOL- en BBL-opleidingen op niveau 2, 3 en 4 die studenten voorbereiden op een carrière in de technische installatiebranche. Binnen deze opleidingen zijn er weer tal van richtingen. Keuze genoeg dus. Met een beetje hulp is de studiekeuze voor een vmbo-leerling prima te doen. DOOR ESMEE WEERDEN
62
Baangarantie, geen opleidingskosten en bijdragen aan een duurzamere en betere wereld. Een greep uit wat de technische installatiebranche leerlingen te bieden heeft. Kiezen voor een toekomst in de techniek, is op deze manier heel aantrekkelijk voor jongeren. En dat is een prettig gegeven, want het aanbod van banen in de branche groeit door onder andere de digitalisering en de energietransitie enorm. Door een BOL(beroepsopleidende leerweg) of BBLopleiding (beroepsbegeleidende leerweg) te volgen, kunnen leerlingen aan de slag in de technische installatiebranche. Hoe kan een studieloopbaan eruitzien?
Kiezen voor een BOL- of BBL-opleiding op het mbo ‘Ons uitgangspunt is dat we jongeren eerst laten oriënteren en hen dan pas een studierichting laten kiezen’, vertelt Hans Visser, Team Manager ROC Aventus. ‘Dit doen wij in nauwe samenwerking met ontwikkelingsfonds Wij Techniek.’ Zo kunnen leerlingen van het voortgezet onderwijs bijvoorbeeld ruim voor hun studiekeuze een periode meekijken op de werkplaats bij Aventus om te ervaren wat het techniekvak inhoudt. Hans vervolgt: ‘Een 15-jarige vmbo-leerling heeft
‘Goede begeleiding is voor ons de manier om uitval te voorkomen en leerlingen een goede start van hun toekomstige loopbaan te geven.’ vaak nog geen idee wat hij later worden wil. Goede begeleiding is voor ons de manier om uitval te voorkomen en de leerlingen een goede start van hun toekomstige loopbaan te geven. Wij kijken bij elke aanmelding naar het individu: welke leerweg past het beste bij de leerling? Elke leerling krijgt een persoonlijke intake. Een periode van 10 weken volgt, waarin de jongere kennismaakt met de diverse vakgebieden en de routes ernaartoe. ‘Een leerling die kiest voor de BBL gaat direct bij een opleidings- of installatiebedrijf in dienst met alle werkverplichtingen en verantwoordelijkheden van dien. Sommige leerlingen zijn hier nog niet aan toe. Bij deze leerlingen past de geborgenheid van een BOL-opleiding, waarvoor ze het merendeel van de tijd op school doorbrengen. Als na 3 maanden blijkt dat een andere route toch beter past, dan zorgen wij dat hij of zij alsnog op de juiste plek terechtkomt.’
Een BBL-baan èn opleiding bij een opleidings- of installatiebedrijf Klenet Installatiegroep, allround in elektrotechniek, is een typisch leerbedrijf waar leerlingen vaak blijven hangen na hun technische opleiding. Opleidings- en Stagecoördinator Jolanda Janssen: ‘Als je vanuit een BOL-opleiding stage bij ons komt lopen, is het niet alleen meekijken maar ook veel zelf doen. Door te doen, leer je tenslotte het meeste.’ Als BOL’ers stage hebben gelopen bij Klenet, gaan zij bijna altijd bij Klenet verder in de BBL. ‘Wij vinden het belangrijk dat leerlingen door blijven leren en bekostigen dit ook. Vanaf dag één krijgen ze bij ons salaris en goede begeleiding. Onze dienstverlening is heel breed. Wij richten ons op elektra, veiligheid en deurcommunicatie. Wij hechten veel waarde aan het doorleren, zodat wij onze klanten steeds meer kwaliteit kunnen bieden.’
‘Wij vinden het belangrijk dat leerlingen door blijven leren en bekostigen dit ook. Vanaf dag één krijgen ze bij ons salaris.’
Een BBL-opleiding kan ook bij een opleidingsbedrijf gevolgd worden. Het opleidingsbedrijf is in dit geval de werkgever en gedurende de opleiding plaatst een opleidingsbedrijf leerlingen bij diverse bedrijven. IW Nederland is zo’n opleidingsbedrijf met mbo leerwerkbanen in de installatie- en elektrotechniek. Hier kunnen leerlingen kosteloos een opleiding volgen op mbo niveau 2, 3 of 4. Directeur Ronald Olij: ‘IW geeft iedereen een kans. Wij zien veel leerlingen van het vmbo, maar ook leerlingen van de havo en zij-instromers. Een afgeronde vooropleiding is niet eens nodig. Wij bieden voor iedereen een maatwerkoplossing bestaande uit praktijktrainingen en persoonlijke begeleiding. Belangrijk is de wil om iets te leren. En als je handig bent, is dat mooi meegenomen.’ IW heeft 50 inspirerende praktijklocaties in Nederland >> PrimaOnderwijs 63
‘Belangrijk is de wil om iets te leren. En als je handig bent, is dat mooi meegenomen.’
en werkt nauw samen met de ROC’s. ‘Na de introductieperiode beheersen de ‘Monteurs in opleiding’ de basisvaardigheden in de techniek, behalen ze het VCA-diploma en hebben we samen in kaart gebracht welke richting ze op willen. Het bedrijf waar ze vervolgens starten met werken, ervaart dan direct een meerwaarde.’ Bij opleidingsbedrijf Goflex is de selectie aan de poort iets strenger. Directeur Peter van Winssen: ‘Als een vmbo-leerling kiest voor Goflex, is met name zijn of haar motivatie, werkethiek en doorzettingsvermogen
heel belangrijk. Maar ook het leervermogen: wij hebben alleen jongeren van niveau 3 of 4 in dienst. Wij voegen veel waarde toe aan onze BBL-leerlingen door te starten met een intensieve bootcamp van 10 weken, waarin ze de basisvaardigheden van hun vakgebied leren en de benodigde certificaten behalen. Na de bootcamp zorgen we voor een match met een leerbedrijf en worden de leerlingen gekoppeld aan een coach die de leerlingen regulier op de werkvloer bezoekt. Bij goede prestaties, ontvangen leerlingen maximaal 12% toeslag bovenop hun salaris. Blijven doorleren staat centraal bij Goflex. Náast hun opleiding bij het ROC en het werken bij een leerbedrijf, volgen de leerlingen vier jaar lang een intensief opleidingsprogramma met verdiepende vakmodules, trainingen en masterclasses. Dit is pittig voor leerlingen, maar wij staan voor kwaliteit. Onze leerlingen behoren na hun opleiding vaak tot de beste monteurs van een bedrijf.’
Maak kennis met installatietechniek Welke opleiding of route een leerling ook kiest: er zijn enorm veel mogelijkheden in de technische installatiebranche. Maar hoe moet je als school zo’n brede en diverse richting eenvoudig overbrengen aan leerlingen? Dat is precies waar de campagne “Installatie verbindt alles” bij gaat helpen. Met bijvoorbeeld informatie om te bespreken in de klas, zoals feiten en mogelijkheden in de technische installatiebranche. Of met het lesprogramma, o.a. inzetbaar tijdens de LOB-uren, waarmee jij jouw leerlingen de verschillende kanten van installatietechniek laat zien. Je kunt het voorlichtingsmateriaal kosteloos bestellen via: www.wij-techniek.nl/kiesinstallatie/bestellen 64
Zet het startgesprek en kwaliteiten van leerlingen op de kaart Kent u de andere groep? ouders van de
Word je wel eens gepest?
Waar ben je goed in op school?
Kaartspel Startgesprek Organiseren jullie op school ook (online) startgesprekken met leerlingen én hun ouders? Met het Kaartspel Startgesprek Ouderbetrokkenheid 3.0 maak je gezamenlijk een goede start. Dit spel bevat 45 kaartjes met verschillende vragen voor de onder-, midden- en bovenbouw. Op de kaarten staan gesprekssuggesties die eraan bijdragen dat alle belangrijke onderwerpen aan bod komen, zonder dat het gesprek vooraf in beton is gegoten door de school.
Prijs: € 22,50 | Auteur: Peter de Vries ISBN: 9789065081643 | Sector: po Didacticus
0
begeleidt zij Lesson Study trajecten en helpt zij scholen de missie en de visie in de praktijk te brengen.
iter slu
en coach bij CPS gespecialiseerd in
lesgeven. Hij begeleidt leraren, vaksecties en scholen bij didactisch/ pedagogisch handelen in de les. Hij
verzorgt trainingen op de zes rollen van de leraar, activerende didactiek, differentiëren, formatief toetsen en en handelen, motiveren van leerlingen digitale didactiek.
Over CPS van nu en de samenleving Het beste onderwijs voor de leerlingen van CPS. We ondersteunen scholen, van morgen, dat is de missie om zich duurzaam leraren, leidinggevenden en onderwijsteams waar te maken. Dat doen we te ontwikkelen en hun ambities op scholen zelf en bij de met advisering en met trainingen We streven naar blijvend resultaat. CPS Academie in Amersfoort. Kijk voor alle boeken van CPS
g
goo
Ontwerper
at ent Pres
eren-
is onderwijskundige en werkte als academisch leerkracht
L
iter
e
| Lotte van der Goot
en teamleider in het po. Binnen CPS werkt zij als adviseur schoolkwaliteit en begeleidt zij scholen in het versterken van het pedagogisch en didactisch handelen van leraren. Ook
| Bert Moonen is als trainer, adviseur
bo
Binnenkort verwacht:
De nieuwe opvolger van De vijf rollen van de leraar!
Didacticus
slu
r
n van zes
op cps.nl.
wer Voor succesvol ont erwijs van eigentijds ond
Peda
f advies, ook binnen de school? Kijk
Prijs: € 34,95 | Auteur: Els Loman ISBN: 9789065081452 | Sector: po/vo/mbo
/m
ach rco ee
met de digitale lesobservatietool Yollen. dt CPS je een persoonlijke quickscan dit als start voor je eigen ontwikkeltraject. weegt in de zes rollen en gebruik vo en mbo. Dit is de volwaardige opvolger geschreven voor leraren in het po,
n van de leraar.
De zes rollen ar van de lera pen en geven
Af
iervoor blijft inzetten.
eigentijds onderwijs Voor succesvol ontwerpen en geven van
je vak in alle rollen effectief uitvoert. at het leraarschap vraagt en hoe je voor van de leraar: de opzet leent zich leraren hebben baat bij De zes rollen de hand van de zes rollen zijn lessen entraal staat de ontwerper, die aan voor je leerlingen, niet de uitvoerder ten slotte een ontwerper van onderwijs Afsluiter en Leercoach vormen de r, Presentator, Didacticus, Pedagoog, om leerlingen te begeleiden naar onderwijs. Die laatste rol is onmisbaar hebben de auteurs oog voor eigentijds clus. Bij de invulling van de rollen aan en leerling-gestuurde aanpak komt estuurde, ook gedeeld-gestuurde vo als mbo, bieden handvatten en tische voorbeelden voor zowel po, vormgeeft. Uiteraard in het boek af met hoe je blijvende professionalisering
De zes rollen van de leraar
Gastheer
Dit populaire kaartspel heeft als doel leerlingen bewust(er) te maken van hun eigen kwaliteiten en op die manier bij te dragen aan een positief zelfbeeld. Met behulp van de 92 kwaliteitenkaartjes ga je hierover op een leuke en laagdrempelige manier met je leerlingen in gesprek. De kaartjes kun je individueel, in groepjes of klassikaal inzetten waarbij de handleiding je op weg helpt. Ontworpen voor jeugd van zeven jaar en ouder, maar de ervaring leert dat het kwaliteitenspel ook volwassenen nieuwe inzichten biedt.
De zes rollen van de leraar Reserveer nu jouw exemplaar op CPS.nl/uitgeverij
Af
g goo
Peda or
ontwerpen tijds onderwijs
/vo
ach rco ee
at ent Pres
n van deen leraar geven
Burg
po
L
Ken je kwaliteiten (jeugd)kwaliteitenspel
or
Gastheer
op www.cps.nl/uitgeverij
Bestel deze en andere CPS-uitgaven op www.cps.nl/uitgeverij
8
+
4
7,5
Vervangt tussentijdse feedback het beoordelingsgesprek? Het beoordelen van leerkrachten en docenten in het primair en voortgezet onderwijs en de inzet van feedback blijven onderwerpen van discussie. Toch wordt er steeds meer geëxperimenteerd met nieuwe vormen van beoordelingen en lijkt feedback langzaam maar zeker steeds vertrouwder te worden in het onderwijs. DOOR BAS VERMOND
Stand van zaken Het beoordelen van docenten verschilt sterk per school, geeft Jacintha de Laat aan. De Laat, docent Pedagogiek op een MBO-school: ‘Ik zie hardwerkende directeuren een vrijwel onmogelijke taak uitvoeren. Ze starten vaak enthousiast op nadat ze gestart of gewisseld zijn van school. Ze proberen het team te bewegen, maar maken het ook onbedoeld onrustig.’ Henk Vegter, docent rekenen en wiskunde in het 66
voortgezet speciaal onderwijs ervaart ook een wisselende beoordelingscyclus: ‘In het onderwijs is mijn ervaring dat een echte beoordeling door een leidinggevende gegeven wordt als iemand pas in dienst is of van functie verandert.’ Ook klinken er vanuit directeuren en bestuurders kritische geluiden. Rienkje van der Eijnden, directeur van een basisschool in Amsterdam: ‘Het voeren van dertig beoordelingsgesprekken kost een directeur minimaal 90 uur. Deze tijd is maar moeilijk te vinden in het toch al overvolle takenpakket van een basisschooldirecteur. Ook Eveline Driest, lid College van Bestuur van Sophia Scholen ziet dit. Eveline Driest: ‘Het hangt af van de directeur hoe regelmatig dit gebeurt. Los van een formele gesprekkencyclus is de mate waarin een leidinggevende regelmatig feedback geeft op wat er die dag gebeurt, bijna nog belangrijker.’
Feedback van elkaar In het onderwijs lijkt elkaar feedback geven een voet aan de grond te hebben gekregen. Alexandra Jansen, docente Duits in het voortgezet onderwijs: ‘Binnen onze organisatie wordt er steeds meer gebruik van feedback gemaakt en met name door docenten die
Uiteraard ervaren ze of leerlingen wel of niet de les waarderen en vragen ze het soms, maar registreren en delen ze dit niet met hun leidinggevende om er doelen aan te verbinden en dat is een gemiste kans.’ Robbin van Eijsden ziet praktische bezwaren in het vragen van feedback aan leerlingen. Robbin van Eijsden: ‘Een paar jaar geleden hadden we een feedbackformulier ontwikkeld voor na de toetsen. Wij zijn er weer mee gestopt omdat het gewoon teveel werk was om iedere maand ook nog eens 150 vragenlijstjes te verwerken.’ zichzelf willen beoordelen en verbeteren.’ Djani Mesic, leerkracht op basisschool De Tweeklank in Hazerswoude-Rijndijk: ‘Wij bespreken binnen het team de Cito-resultaten en opbrengsten en geven elkaar hier feedback op. Het van en met elkaar leren is niet alleen belangrijk voor de leerlingen, maar ook voor ons team.’ Henk Vegter maakt ook gebruik van feedback. ‘Ik probeer altijd positieve en opbouwende feedback te geven. Bij opbouwende feedback is het belangrijk de collega te laten nadenken over het eigen handelen en zelf verbetering te zien.’
Feedback van leerlingen Tussentijds collega’s voorzien van feedback lijkt de jaarlijkse beoordelingsgesprekken te hebben ingehaald. Sommige scholen vragen zelfs feedback aan hun leerlingen. Jacintha de Laat vraagt al vijf jaar structureel feedback aan haar studenten. ‘Het helpt mij om een betere docent te worden. In het begin was het heel spannend, want ik wist niet precies wat ze ervan vonden.’ Djani Mesic vraagt in de klas met regelmaat om feedback, hij noemt dit ‘tips en tops’. ‘Ik vraag de leerlingen welke zaken ik goed doe, dat noem ik de ‘tops’ en ik vraag waar ze behoefte aan hebben, de ‘tips’. Dit zorgt ervoor dat ik continu scherp blijf op mijn eigen wijze van lesgeven.’ Niet op alle scholen lijkt feedback ondanks de positieve ervaringen ingezet te worden. Bestuurder Eveline Driest ziet ook dat dit sterk verschilt per school. ‘Weinig docenten doen dit actief en expliciet.
Open cultuur Feedback als beoordelingsmethode lijkt dus waardevol voor scholen. Jacintha de Laat: ‘Mijn ervaring is dat je met regelmaat in je keuken moet laten kijken en in andermans keuken moet kijken.’ Djani Mesic ziet ook dat elkaar voorzien van opbouwende feedback niet van de één op de andere dag ingevoerd kan worden. ‘Op onze school is de afgelopen jaren hard gewerkt aan een open en eerlijke cultuur waarbij we graag feedback krijgen van elkaar, ouders en leerlingen. Dit zie je terug in de gesprekken over het functioneren als docent.’ Volgens Rienkje van der Eijnden is er een heldere schoolvisie nodig op wat goed onderwijs is en moet hier tijd en ruimte voor vrij gemaakt worden. ‘De wil om te verbeteren moet er zijn. Voorwaarde is wel dat leerkrachten zich veilig voelen.’ Ook Alexandra Jansen geeft aan dat het gevoel van veiligheid erg belangrijk is. ‘Voor degenen die er gebruik van maken moet het duidelijk zijn wat de voordelen zijn van feedback aan elkaar geven. Ook moet het duidelijk zijn dat er niet direct gevolgen worden verbonden aan negatieve feedback.’ Volgens bestuurder Eveline Driest is de directeur de sleutel voor een open en eerlijke werkcultuur: ‘Een verandering in het onderwijs is dat er meer een teamcultuur van samenwerken komt, maar dit heeft tijd nodig.’ Ook voor Henk Vegter draait het om vertrouwen en veiligheid. Henk Vegter: ‘Open staan voor elkaars mening en voor die van de leerlingen. Niet altijd in de hiërarchie willen zitten, maar respectvol met elkaar omgaan.’
Investeren in tijd en cultuur Feedback geven aan elkaar en dit ook actief van leerlingen vragen lijkt bezig aan een opmars. Deze methode kost tijd en energie om in te voeren. Scholen moeten investeren in een open en veilige cultuur voordat er kan worden overgegaan op elkaar beoordelen en het geven van tussentijdse feedback. Een actieve rol van docenten, directeuren én bestuurders is noodzakelijk om het enthousiasme en de wil om de eigen ontwikkeling te blijven stimuleren. Dan is het mogelijk om de kwaliteit van het onderwijs te blijven vergroten én het werkplezier in het onderwijs te garanderen. PrimaOnderwijs 67
9,
Schooltv-lespakketten voor alle groepen
Oriëntatie op jezelf en de wereld Groep 1-2
Natuuronderwijs
Denk doo-rNatuur en doe Groep 5-6
Seksuele voorlichting Groep 3-4
Groep 7-8
Schooltv biedt lespakketten waarin een activerende combinatie van beeld met lesstof is gemaakt.
Bestel Schooltv-lespakketten exclusief op:
/schooltv
Haal Bas bij jou in de klas! Een compleet digitaal programma voorbereidend rekenen, taal en voor alle ontwikkelingsgebieden voor peuters en kleuters De materialen van Bas geven al 25 jaar prachtige mogelijkheden om het onderwijs voor peuters en kleuters in te richten. Er is tevens een aansluitende versie voor thuis en een peuterversie voor VVE doeleinden. Leerkrachten en pedagogisch medewerkers beschikken we over een jaarvullend programma waarin zij zelf ook de mogelijkheid hebben om deze naar eigen wens in te zetten. Het biedt 9 thema’s in totaal met bij ieder thema 4-weekse lesideeën. Bovendien is er bij Bas aandacht voor kinderen die een voorsprong hebben én kinderen die achterlopen.
Werken met Bas in de klas • Flexibel inzetbaar uitgewerkt programma voor peuters en kleuters • Alle SLO-doelen komen aan bod • Differentiatie voor zowel kinderen die achterlopen als voorlopers
Alle 9 thema’s van Bas zijn te vinden op een online portaal. De thema’s zijn op 3 verschillende niveaus: peuter, groep 1 en groep 2. Bij ieder thema staan voor iedere week lesideeën met een precieze uitwerking hiervan. De SLO-doelen, differentiatie, woordenschatkaarten, bijbehorende prentenboeken, suggesties voor een thema-
hoek, extra lessen over wetenschap & technologie en burgerschap zijn bij iedere week te vinden. Er zijn dus vierweekse thema’s met lesideeën voor alle ontwikkelingsgebieden met daarbij praatplaten voor op het digibord en spelletjes met een daaraan gekoppeld leerlingvolgsysteem.
• Zeer gewaardeerd als aanbod voor NT2-kinderen • Veel vrolijk en leerzaam aanvullend materiaal voor in de klas (praatplaten, boeken, spelletjes) • Voldoende materiaal om een heel
Maak nu kennis met Bas in de klas !
jaar mee te vullen • Bas sluit aan bij de belevingswereld van kinderen • Bas in de klas is er ook als thuisversie
Vraag via deze QR code of via www.basindeklas.nl een demo aan en ontvang daarbij een Bas prentenboek als kennismakingscadeau.
Bas in de klas is onderdeel van
r P ro b e e end vrijblijv ! o de dem
<< COLUMN >>
Meester Stefan
Kansen Regelmatig bevragen vrienden mij over mijn werk. Lesgeven op het Praktijkonderwijs. Zoals laatst nog, tijdens een rondje golfen. ‘Hoe gaat het eigenlijk bij jullie op school, lukt dat online lesgeven een beetje met jouw leerlingen?’ Wat mijn golfvrienden natuurlijk al weten, is dat onze leerlingen het beste leren door te doen, in de praktijk dus. En dat een les thuis achter een beeldscherm, omringd door broers en zussen, met devices die niet altijd doen wat zij willen, en wellicht weinig bewegingsruimte, niet het beste in hen naar boven haalt. En laat dat nou net iets zijn wat wij op school iedere dag nastreven. Het beste in de leerling naar boven halen, onder de beste omstandigheden. Hoe zuur is het dan ook dat deze leerlingen, die het zo nodig hebben sociale situaties in een levensechte omgeving te oefenen, thuis komen te zitten!? Dat wij als docenten minder vaak in de positie komen om de verschillende vaardigheden die
70
onze leerlingen nodig hebben om het later te redden in de maatschappij, met ze te oefenen? Terwijl we naar de rechterkant van de prachtig groene fairway lopen, omdat een van de afgeslagen balletjes gevaarlijk dicht bij de bosrand is terechtgekomen, leg ik mijn vrienden kort uit hoe het op dit moment bij mij op school gaat. Er valt een stilte tijdens het wandelen. Een moment van bezinning lijkt het wel. 3 mannen, opgegroeid in een veilige, kansrijke omgeving, ieder goed functionerend in succesvolle ondernemingen, laten op zich inwerken hoe het is om minder kansen te hebben in de maatschappij. Om vaardigheden niet te kunnen oefenen, terwijl je ze zo hard nodig hebt om je kansen op een baan te vergroten. ‘Ik denk dat ik dat werk maar niet moet gaan doen’, merkt er eentje op. ‘Het zou mij veel te veel raken.’ ‘Toch krijg ik steeds meer het gevoel dat er een einde gaat komen aan deze toch wel sombere en
moeilijke periode voor de school, de leerlingen en de ouders’, praat ik door. Hoewel we dit schooljaar waarschijnlijk niet meer gaan meemaken dat we met z’n allen in een vol rooster op school aanwezig zijn, maar slechts een paar keer per week praktijklessen op school mogen aanbieden, is er echt licht aan het einde van de tunnel. Onder strikte voorwaarden is er toch af en toe iets weer mogelijk. Bij ons is dat kleine, positieve puntje de hervatting van de interne stage. Leerlingen die onder begeleiding binnen school werkzaamheden verrichten, die hen in staat stellen om vaardigheden te oefenen waar ze later iets aan zullen hebben in hun werkende leven. Ook dit leidt ertoe dat de leerlingen meer kansen krijgen, is de ervaring. Bijvoorbeeld in een latere stage buiten de school. De hole die we liepen tijdens onze conversatie, werd helaas door ons verprutst. Te veel slagen nodig om uiteindelijk het doel te bereiken: het balletje in de hole. Heel erg was dat overigens niet, want er waren nog 15 holes te gaan. Kansen genoeg dus! En laat ik juist dát mijn leerlingen toe willen wensen: Genoeg kansen. Net als op een golfbaan. Meester Stefan @meesterstefan_hrlm
C
M
J
CM
MJ
CJ
CMJ
N
Thuisonderwijs met korting. Korting op Apple en accessoires voor iedereen die is betrokken bij thuisonderwijs.
Ook Apple aanbieden met korting? Neem contact met ons op via onderwijs@amac.nl of kijk op amac.nl/thuisonderwijs.