GENIE Biologie GO! 3.1 leerschrift

Page 157

Veel exocriene klieren, zoals melk-, zweet-, speeksel-, talg- en

traanklieren, bestaan uit één of meerdere klierblaasjes, die via een afvoergang in verbinding staan met het uitwendig milieu.

Elk klierblaasje bestaat uit een of meerdere lagen kliercellen die

secreten aanmaken uit bouwstoffen aangevoerd door bloedvaten. Samentrekbare cellen helpen de kliercellen om hun secreet af te scheiden.

Maak oefening 30, 31 en 32 op p. 180.

IN

`

WEETJE

Je hoort weleens iemand zeggen dat iemand naar zweet stinkt. Maar zweet is eigenlijk geurloos. Sommige bacteriën die op de huid voorkomen, breken stoffen in het zweet af. Het zijn die afbraakstoffen die een onaangename geur hebben. Dat

heeft ook niets met een slechte hygiëne te maken: er leven bacteriën op ieders huid.

Die onaangename geur ontstaat bovendien alleen op

N

welbepaalde plaatsen, zoals de oksels en de schaamstreek.

Dat komt omdat er twee soorten zweetklieren zijn. In de oksels, schaamstreek en rond de anus zijn er

zweetklieren die de hele dag door een olieachtig secreet produceren, dat via haartjes naar de oppervlakte van de huid komt. De onaangename geur ontstaat door afbraak van dat zweet. Op de rest van het lichaam komt een ander soort zweetklieren voor, die een waterig secreet rechtstreeks op de huid uitscheiden. Dat

zweet dient vooral voor het regelen van de lichaamstemperatuur (afkoelen), behalve op de handpalmen en de

VA

voetzolen, waar het voor een betere grip zorgt.

©

3.3 Hoe reageren spieren op impulsen van het zenuwstelsel?

Eerder in dit thema leerde je al dat het zenuwstelsel spieren kan aansturen om een gewenste toestand te bereiken, zoals het opspannen van bepaalde

spieren in je been omdat je door de benen zakt (strekreflex in beenspieren). Maar ook voor tal van andere acties maak je gebruik van spieren.

THEMA 02

hoofdstuk 3

155


Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook

Articles inside

CHECKLIST

1min
page 263

CHECK IT OUT

0
page 264

THEMASYNTHESE

3min
pages 260-262

in de plant?

4min
pages 243-245

1.4 Hoe wordt de waterhuishouding geregeld?

3min
pages 246-248

van het watergehalte?

2min
pages 254-255

2.3 Hoe wordt de werking van planten geregeld?

4min
pages 256-259

doorheen de plant vervoerd?

6min
pages 236-242

CHECK IN

1min
page 227

THEMASYNTHESE

2min
pages 215-216

CHECKLIST

1min
page 217

2.2 Hoe werkt het hormonale stelsel samen met het zenuwstelsel?

3min
pages 212-214

van hormonen?

3min
pages 202-205

1.4 Hoe worden hormonen door het lichaam verspreid?

0
page 201

1.6 Welke eigenschappen hebben hormonen?

1min
pages 206-207

CHECK IN

1min
page 186

VERKEN

1min
page 187

zorgen?

1min
pages 195-196

1.3 Welke receptoren vangen de prikkels op?

4min
pages 197-200

AAN DE SLAG OEFEN OP DIDDIT ©VAN IN

11min
pages 172-185

Checklist

0
page 169

Hoofdstuksynthese

2min
pages 146-149

3.3 Hoe reageren spieren op impulsen van het zenuwstelsel?

11min
pages 157-165

Checklist

1min
page 150

CHECK IT OUT

1min
page 171

THEMASYNTHESE

1min
page 170

Hoofdstuksynthese

2min
pages 166-168

van een prikkel? 2.5 Hoe draagt het zenuwstelsel bij tot homeostase?

4min
pages 142-145

2.2 Hoe worden gewilde bewegingen geregeld?

3min
pages 129-132

2.3 Hoe worden reflexen geregeld?

3min
pages 133-135

2.4 Hoe verwerkt het centrale zenuwstelsel de informatie

7min
pages 136-141

1.4 Hoe wordt de impulsgeleiding versneld?

3min
pages 110-113

Checklist

0
page 121

2.1 Langs waar verplaatst een impuls zich door het lichaam?

7min
pages 122-128

1.2 Hoe geven neuronen informatie door over een lange afstand?

5min
pages 103-107

VERKEN

0
page 99

CHECK IT OUT

1min
page 84

THEMASYNTHESE

0
page 83

CHECK IN

2min
pages 97-98

Checklist

1min
page 82

3.6 Waar liggen de fotoreceptoren en hoe zijn ze opgebouwd?

8min
pages 70-78

Hoofdstuksynthese

2min
pages 79-81

3.5 Hoe zorgt het oog voor een scherp beeld?

3min
pages 67-69

het oog gevormd?

2min
pages 65-66

3.3 Hoe regelt het oog de hoeveelheid doorgelaten licht?

2min
pages 63-64

Checklist Portfolio ©VAN IN

0
page 53

3.2 Welke structuren liggen in het oog?

5min
pages 58-62

2.2 Hoe activeert een prikkel een receptor?

1min
pages 50-51

Hoofdstuksynthese

0
page 52

Checklist

0
page 43

CHECK IN

0
page 25

Hoofdstuksynthese

0
page 42

STARTEN MET GENIE

2min
pages 11-13

GENIE EN DIDDIT

0
page 14

1 Welke structuren maken het een organisme mogelijk om in te spelen op waarneembare veranderingen?

2min
pages 15-17

1.2 Welke soorten prikkels kunnen organismen waarnemen?

1min
pages 30-31

we prikkels waarnemen?

4min
pages 32-36

1.4 Langs waar wordt de informatie van prikkels doorgegeven?

5min
pages 37-41
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.