Anders dan in piramidale hiërarchische organisaties, kunnen daarbinnen meerdere personen, zonder noodzakelijke onderlinge afstemming, in staat zijn grote invloed uit te oefenen op het doen en laten van (een deel van) het collectief. Ook zijn de verschillende niveaus van jihadistisch optreden zelden structureel van elkaar gescheiden. Een prominente spilfiguur die jihadistische strategieën uitstippelt, kan dus eveneens nauw betrokken zijn bij de tactische of technische aspecten van de uitvoering. 3.8.4 Organisatorische nuanceverschillen Binnen de marges van dit globale plaatje bezit het ene samenwerkingsverband vanzelfsprekend iets meer (of een andersoortige) organisatorische substantie dan het andere. De mate waarin en de manier waarop deze in elk samenwerkingsverband vorm krijgt, lijkt mede te worden bepaald door de aard van de activiteiten die binnen deze verbanden worden georganiseerd. Bepaalde activiteiten vergen nou eenmaal meer afstemming en een scherpere taakverdeling dan andere. En door de meestal talrijke activiteiten die binnen samenwerkingsverbanden plaatsvinden, verschillen de rollen en functies die personen hebben vaak van moment tot moment. Voorts lijken gezelschappen waarin betrekkelijk veel oudere en ervaren jihadisten dominante posities innemen, hun activiteiten met meer ordelijkheid en consistentie te kunnen ontplooien dan groepen waarin relatief veel jongvolwassen actoren met meer ongeduld, impulsiviteit en grilligheid opereren doordat hun richtinggevende en doorgewinterde rolmodellen kleiner in getal zijn of meer op de achtergrond blijven. Zo omschrijft één verdachte de jeugdige meerderheid uit een dergelijke cluster typerend als ‘chaotisch, opgefokt en gehersenspoeld’. Maar hoewel hij in deze groep – als voormalig lid van de Syrische tak van de Moslimbroederschap – weinig overeenkomsten ziet met georganiseerde islamistische groeperingen, suggereert hij ook zeker niet dat haar leden stuurloos te werk gaan: ‘[….] [Eén man] staat boven de groep en verder niemand. De rest zijn alleen zijn volgelingen.’
Ook afwijkende affiliaties en gebruiken attenderen ons op de subtiele organisatorische verschillen binnen de jihadistische beweging in Nederland. Ongeacht de informele sfeer die in álle groepen overheerst, verbinden sommige clusters zich duidelijker met buitenlandse groepen dan andere. En waar de meest prominente actoren in het ene samenwerkingsverband er af en toe semi-plechtige rituelen of titulaturen op nahouden, laten de mores van andere die niet toe.57 Zo onderscheidt één specifieke cluster zich doordat verscheidene mensen met ‘sjeik’ of ‘emir’ refereren naar twee vooraanstaande Algerijnse figuren. Verder geeft het relatiestelsel volgens politiegegevens blijk van een opvallende oriëntatie op de GSPC. Ten minste één betrokkene heeft op een geluidsopname trouw gezworen aan de leider van deze organisatie. Desalniettemin heeft de groep vermoedelijk geen formele plaats in de organisatie van de GSPC en vinden haar feitelijke activiteiten plaats in een beduidend breder jihadistisch en grensoverschrijdend kader.
3.9 Recapitulatie De jihadistische samenwerkingsverbanden, zoals deze naar voren komen uit het totaal van geanalyseerde ruwe opsporingsgegevens, kunnen worden gekarakteriseerd aan de hand van goeddeels overeenkomstige kenmerken. Personen die samenwerkingsverbanden ‘aandrijven’ laten zich inspireren door een op geweld gericht salafistisch-jihadistisch gedachtegoed met wereldomvattende pretenties. Zij verkondigen het, en geven er met zeer diverse activiteiten invulling aan. Ondanks prioriteitsverschillen doen zij dit doorgaans zowel in binnen- als buitenland. Hoewel er in deze samenwerkingsverbanden ook mensen betrokken zijn die slechts zijdelings, of met minder ideologische geestdrift, bijdragen aan het operationaliseren van dit gedachtegoed, 56