INN'regio Zwolle #16

Page 26

INN transitie

Nummer 16 / winter 2022 / www.innregiozwolle.nl
Platform voor kennisdeling en inspiratie in Regio Zwolle

Colofon

Adviesraad

Regio Zwolle

Vormgeving

Losse verkoop € 7.95

Informatie

Annette

Muriël

Marleen

Martijn

Marlies Pruim Manager Campus Rabobank Pascal van Harselaar Directeur Carecruit

Fotografie

Een verandering van tijdperk

‘Verandering’ lijkt het mantra van deze tijd te zijn. Wereldwijd, in Nederland en ook in Regio Zwolle. We komen in beweging, omdat de wereld om ons heen verandert. Er is een energietransitie, een eiwittransitie, er zijn grote uitdagingen op de arbeidsmarkt, er is een stikstofcrisis, een tekort aan woningen en er zijn geopolitieke verschuivingen, om zo maar wat te noemen. Onze drijfveren en behoeften op het gebied van scholing en werk veranderen. Het werk dat moet worden verzet, verandert. Het lijkt misschien een open deur, maar het is zinvol om ons te verdiepen in de verschillende

INN’regio Zwolle verschijnt 2 keer per jaar. Iedere uitgave wordt gelanceerd tijdens een release-event. De oplage (5000 exemplaren) wordt verspreid onder bedrijven in de 22 gemeenten van de Regio Zwolle die staan ingeschreven bij de Kamer van Koophandel met meer dan 5 medewerkers. Ook ligt INN’regio Zwolle op de leestafels bij overheidsinstellingen en verschillende zakelijke ontmoetingsplekken in de regio en relevante zakelijke adressen.

Voor meer informatie, vragen, adreswijzigingen of een bedrijfsreportage: neem contact op met A2 business Annemarie Teeken 06 - 51 19 75 88 Annet Spijkerman 06 - 23 74 25 96 info@a2business.nl

Copyright

Niets uit deze uitgave mag op welke wijze dan ook worden gereproduceerd zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever en de andere auteursrechthebbenden. Het ongevraagd toesturen van materiaal geschiedt op eigen risico.

Aansprakelijkheid

Deze uitgave is met de grootst mogelijke zorg samengesteld. De uitgever is echter niet aansprakelijk voor eventuele onjuistheden of gevolgen van onvolkomenheden.

Druk

Veldhuis media, veldhuismedia.nl Veldhuis Media is ISO- en FSC-gecertificeerd en past duurzame productiemethodes toe.

‘We leven niet in een tijdperk van verandering, maar in een verandering van tijdperk.’ Een quote van hoogleraar Jan Rotmans, die doeltreffend weergeeft wat ik op dit moment ervaar als het gaat om wendbaar leven, opleiden, besturen en ondernemen. We leven in een samenleving die sneller verandert dan ooit. Digitalisering en globalisering maken deze versnelling mogelijk en hebben grote impact op organisaties en mensen.

Vernieuwen en innoveren Welke stappen kan je als ondernemer zetten om niet alleen vandaag en morgen, maar ook in de toekomst succesvol te blijven?

Regio Zwolle heeft ondernemers nodig die anders denken en doen. Die nadenken over de toekomst en beseffen dat het mogelijk is om een gezonde boterham te verdienen, op een manier die goed is voor de wereld waarin onze kinderen en kleinkinderen opgroeien.

‘Regio Zwolle INN’transitie’, een mooie titel voor een magazine vol inspirerende verhalen van regionale ondernemers, bestuurders en het onderwijs. Ik wens je veel leesplezier en sluit af met de eerdergenoemde woorden van Jan Rotmans: ‘We leven niet in een tijdperk van verandering, maar in een verandering van tijdperk’. Beweging is niet langer een luxe, maar een noodzaak. Samen bouwen we de toekomst. \

3 /
ontwikkelingen. Uitgever A2 Business, info@a2business.nl INN’ Jan Ernst van Driel Directeur Deltion College, Voorzitter adviesraad INN’ Regio Zwolle Marco Verhoef Accountant en bedrijfsadviseur Brouwers Accountants Freek Hofland Adviseur kenniscommunicatie & woordvoerder onderzoek Arnoud Gort Marketing manager Landstede Groep Koen Schuurhuis Marketing manager Cibap Piet Tulner Directeur Bedrijvenpark H2O Jeroen de Vries Partner SmitDeVries Daniëlle Gijsbertse Adviseur marketing en communicatie Oost NL Jelle Weever Voorzitter MKB Regio Zwolle Manon Koldewijn Programmamanager HCA – werkbedrijf Regio Zwolle Fenna Eefting Bestuur en raad van toezicht Vogellanden
Bedrijven
Rob Rikmanspoel Algemeen
directeur Impact Martin Post Directeur Tiem Dennis Flokstra
en Dienstverlening gemeente Hardenberg
Key
Gert Engelsman
Account Manager Stadseconomie en kantoren Gemeente Zwolle
Marketing,
Kremers
Communicatie & Coöperatie MC&C Rabobank IJsseldelta
Huijbrechts Zakelijke marketing en partnerships Zwolse Theaters
Nollen Senior HR consultant en recruiter Eqib
Karin van Vilsteren-van Voort Accountmanager startende ondernemers, start-ups Gemeente Zwolle
Christina Weenk Beleidsadviseur economie Gemeente Dronten
Economisch
René van de Keuken
ontwikkelaar gemeente Raalte
Nicole van Zomeren Regio Zwolle Mobiel programmamanager Werkgeversaanpak Veilig, Slim & Duurzaam provincie Overijssel
Wassenaar SVO vakopleiding food Manager onderwijs Noord-Oost Nederland Alex Oude Wesselink Commercieel directeur RTV Oost Gijs Hemmink Manager Sustainability and Digital bij Hanzestrohm Sandra Oldegarm Project manager communicatie Arbeidsmarkt Regio Zwolle
Petro Vosselman KroeseWevers Accountants BV
Peter Timmer Lars Smook Archief partners tenzij anders vermeld
Redactieteam Mirjam van Huet MCM tekst
(hoofd- en eindredactie) Arjan Dijkema Lara Bijen Kimberly Rallis Erik-Jan Berends Renate Breuls
Inge Folkert-Hegteler en Rachèl Kok www.reclamemakers.nl
Partners

/ ONZE HORIZON / ECONOMIE

Voorwoord 03 Rondetafelgesprek 06 Dat doet de deal 56

Oost NL 10 Gemeente Hardenberg 14 Rabobank 18

Omarm de chaos 28 Tiem 48 Carecruit 64 Impact 68 Gemeente Dronten 74

/ ONDERWIJS

SVO 20 Landstede 26 Deltion College 40 Cibap 43 Hogeschool Windesheim 52 De digitale transitie 76

06 26 32
INHOUD / 4
14
22

/ REGIO ZWOLLE / ONDERNEMEN / COLUMNS

Kennispoort 12

Gemeente Zwolle 32 Overijssel Onderweg 34

Human Capital Agenda 54 Ditis’Em 58

Ronald McDonald Huis Zwolle 70 Bedrijvenpark H2O 72

Zwolse theaters 80 RTV Oost 82

Labmicta 16 Hanzestrohm 22 Port of Zwolle 24 FRIS Toezicht 36 KroeseWevers 38 Eqib 44 Vogellanden 46 Gemeente Hardenberg 50 Gemeente Raalte 60 SmitDeVries/Achivers 66 Phion 84

Brouwers 21 MKB Nederland Regio Zwolle 37 MSG 62 VNO-NCW 63 Vogellanden 71

5 / 68 76
38
48

Transities in Regio Zwolle:

‘Niet direct met het paard van Troje binnenkomen; een veulen is al een eerste stap’

Even voorstellen

Frank Kodden

Van origine is Frank Kodden

verpleegkundige. Als ‘echt mensenmens’ bekleedde hij verschillende ondersteunende rollen in de ouderenzorg, waarvan de laatste tien jaar als bestuurder. Vandaag de dag is hij bestuurder van Driezorg. Driezorg fuseert met partner-organisatie Zonnehuisgroep IJssel-Vecht (ZGIJV).

Jelle Weever

Jelle Weever is een ondernemer in hart en nieren. In het dagelijks leven werkt hij als dga in het familiebedrijf Weever Bouw. Het ondernemerschap is hem met de paplepel ingegoten. Net als het bijdragen aan de maatschappij. Zijn opa, zijn vader en hijzelf zijn alle drie actief geweest in de politiek of in andere maatschappelijke functies. Momenteel bekleedt Jelle de functie van voorzitter binnen MKB-Nederland Regio Zwolle.

Arie Slob

Tot januari 2022 was Arie Slob minister van Onderwijs en Media. In september begon hij aan een opdracht in Regio Zwolle, als bestuurlijk verbinder en speciaal gezant. Hij helpt de regio met het opstellen van een samenwerkingsagenda voor de komende jaren. Arie zal onder meer in Den Haag en Brussel om aandacht vragen voor de transities waar Regio Zwolle voor staat.

Marco van Alderwegen

Marco van Alderwegen begon zijn carrière, net als Frank Kodden, als verpleegkundige. Hij kwam ruim vier jaar geleden naar Regio Zwolle voor een klus als interimbestuurder bij Zonnehuisgroep IJssel-Vecht. Hij ontdekte dat hij meer en langer wilde bijdragen aan die organisatie en besloot te blijven als bestuurder.

Emmely Lefèvre

Vanuit haar bedrijf Dit’isEm zet Emmely Lefèvre zich onder meer in als transitie-strateeg en innovator. Haar leermeester is hoogleraar transitiekunde Jan Rotmans. Ze staat al sinds één van haar eerste banen, projectleider bij MEE IJsseloevers, aan de wieg van transities: zowel koersveranderingen binnen organisaties als maatschappelijke verschuivingen.

Tekst Mirjam van Huet / Fotografie Peter Timmer
INN’gesprek Rondetafel

De wereld is in transitie. Wat doet dat met organisaties in Regio Zwolle? Wat zijn de valkuilen van veranderen? En wat is er nodig om het goed te doen? Vijf ervaringsdeskundigen uit de regio schuiven aan voor dit rondetafelgesprek over transities.

Transitie. Een groot woord met vele mogelijke associaties. Wat zegt het jullie?

Frank: ‘Wij zitten bij Driezorg middenin een transitie. Van minder zorg naar meer leven. De mens voorop. We verwonderen ons erover hoe ‘ouderen’ een zorgdomein is geworden. Gaat het niet veel meer om een waardevol leven? Onze fusie met Zonnehuisgroep IJssel-Vecht (ZGIJV) komt voort uit het feit dat de beide organisaties dezelfde ambitie hebben, namelijk ouderenzorg transformeren naar een waardevol leven. En ten tweede uit de behoefte aan slagkracht. Om iets te kunnen bereiken, om dingen anders te kunnen organiseren, is een zekere impact nodig.’

Marco, lachend: ‘We hebben een keer een video opgenomen, Frank en ik. Hilarisch. Ik stond zo in beeld van, wat moet ík nog zeggen? Frank had alles al gezegd. En nu weer. Nee, maar zonder gekheid, ik kwam Frank tegen en we zeiden tegen elkaar: als wij allebei dezelfde opgave zien, dan kunnen we dat samen doen. Groei op zich is geen doel van de fusie. Maar als je

groter bent, kun je wel betere mensen binnenhalen en investeren in innovaties. Vandaar dat we samengaan.’

Arie: ‘Mooi dat jullie dit doen en daarin elkaar hebben gevonden. Én de uitdaging aangaan. Ik vind dat toezichthoudend Nederland, net als bestuurders, over het algemeen te risicomijdend zijn, men houdt verandering tegen. Wie weet verandert er wat en verlies ik mijn baan… Dat idee. Maar jullie gaan ervoor.’

Wat is er nodig voor een transitie?

Emmely: ‘Wat ik zie in transities is dat men wel de verandering wil, maar als ze op de man af worden gevraagd of ze zélf willen veranderen en het totaal anders willen aanpakken, dan is het antwoord ‘neuh’. Een transitie is immers ook niet gewoon ‘een beetje een verandering’, maar een diepe, fundamentele, onomkeerbare verandering. Vergelijk het met een voetbalwedstrijd waarbij je het veld, en de spelers en de regels tegelijkertijd verandert. En dan zeg je: speel maar. Dat werkt niet. Transitiesturing gaat om anders denken, doen én organiseren.’ >

7 /
We moeten sámen de lijnen uitzetten’
Arie Slob

Jelle: ‘Ik kijk naar mijn eigen cirkel van invloed. En die is niet oneindig. Ik zie geregeld bouwprojecten voorbijkomen die prachtig ‘ge-greenwasht’ zijn. De bedenkers zeggen dat het een duurzaam appartementencomplex is, maar als je het gebouw afpelt, zie je dat de houtconstructie het enige circulaire aspect is. Ik weet uit ervaring – we hebben binnen ons familiebedrijf ook een sloopbedrijf - hoe moeilijk het is om onderdelen die tijdens de bouw met elkaar verbonden zijn te hergebruiken. Het liefst zou ik daarom ieder bouwproject zien beginnen met een sloopbestek. Dat wil niet zeggen dat het ook daadwerkelijk zo gaat. Ik zei al dat mijn invloed niet oneindig is. En we hebben ook onze verantwoordelijkheden; ons bedrijf draagt verantwoordelijkheid voor 125 gezinnen. Plus, innoveren - wat nodig is voor de transities waar bouwend Nederland voor staat - kost geld. Het zou dus in meerdere opzichten stom zijn om alle niet-perfect-circulaire projecten af te wijzen.’

Emmely: ‘Je kunt ook niet direct met het paard van Troje binnenkomen, als je een verandering teweeg wil brengen. Soms is een veulen al een mooie eerste stap. Een gemiddelde transitie duurt twee generaties. Daar moeten we overigens niet moedeloos van worden, want er gebeuren momenteel dingen die het proces versnellen. Denk aan veranderingen in de zorg en in het onderwijs, grondstoftekorten en de woningbouwopgave.’

Arie: ‘Doen we niks, dan stijgt het water. Steeds hoger en hoger. Letterlijk. Dat bewijst de klimaatopgave wel. Er moet intrinsiek wat met mensen gebeuren. De een is daar sensitiever voor dan de ander. Maar het helpt als we met elkaar zeggen: dit is de opgave, dit gaan we doen. Bijvoorbeeld een x-aantal woningen bouwen in Regio Zwolle. De een denkt met zijn portemonnee en de ander denkt vanuit de toekomst van zijn kleinkinderen, maar één ding is zeker, we moeten sámen de lijnen uitzetten.’

Jelle: ‘Laten we er als regio voor zorgen dat alle bedrijven aan ‘operational excellence’ kunnen doen. Dat goede technieken en methodes voor alle bedrijven beschikbaar zijn. Het regionale programma ‘Good practice’ kan daar een rol in spelen. Samen kennis delen. De gemiddelde mkb’er heeft immers geen tijd om zelf van alles uit te dokteren. Bij Weever kunnen we tekenen met 3D, maar we gebruiken het te weinig. We hebben een groepje vrijgemaakt om daar nu een halve dag in de week mee bezig te gaan, maar dat legt een flink beslag op onze capaciteit.’

Gebrek aan tijd en capaciteit kan transities dus in de weg staan. Welke belemmeringen zijn er nog meer?

Frank: ‘Angst. Het omgaan met het onbekende. Het is een cliché, maar verandering begint bij jezelf. Dus om die angst te parkeren moet je je afvragen: wat vind ik ongemakkelijk? Dat geldt ook voor mijzelf. Ik stap samen met ZGIJV op een brug en we weten nog niet precies waar naartoe die brug ons leidt. Maar willen we onze organisatie ontwikkelen, dan moeten we durven loslaten en het anders gaan doen.’

Marco: ‘Dat is best moeilijk. Ook voor medewerkers. We vragen bijvoorbeeld aan verzorgenden wat ze aan het doen zijn. En waarom we doen wat we doen. Waarom hebben we bedacht dat mensen met dementie niet meer zelfstandig kunnen wonen? En als dat niet meer kan, wie heeft dan bedacht dat ze in een groep moeten wonen? Het verwonderen over dit soort dingen, brengt ons op een ander pad, met andere inzichten.’

moet een open blik houden’

Jelle: ‘Maar wat is dan je strategie? Als ondernemer denk ik, ik sta nu híer en moet dáár naartoe. Heel doelgericht.’

Emmely: ‘Een transitie kun je niet planmatig uitstippelen. Je ontdekt nieuwe inzichten, probeert dingen uit en ontwikkelt samen een nieuwe taal. Stap voor stap, proefondervindelijk. Overigens kun je wel een transitiestrategie hebben, dan zet je bijvoorbeeld een schaduwlijn naast je organisatie. Daarin probeer je uit en ontwikkel je nieuwe dingen.’

Marco: ‘Doelen stellen kan goed zijn, maar als je te veel naar de stip op de horizon kijkt, zie je de rest niet meer. Terwijl mensen, ontwikkelingen en andere dingen om je heen misschien hadden geholpen om je doel te bereiken. Je moet dus een open blik houden. Zet in plaats van een afgekaderd doel een vage stip. Die wordt dan gaandeweg de rit steeds duidelijker. Wat we in onze organisatie al wel weten, is

ONZE HORIZON / 8
‘Je

BREiNN

De vijf deelnemers van het rondetafelgesprek zijn aangeschoven in BREiNN, een voormalig ketelhuis dat is omgetoverd tot zakelijke ontmoetingsruimte. BREiNN staat voor Breman Innovatie. Op de vloer ligt tapijt dat is gemaakt van gebruikte visnetten en de gordijnen zijn gemaakt van gerecycled plastic uit zee. Een levensgrote ijsbeer vraagt met zijn imposante aanwezigheid aandacht voor de klimaatverandering.

dat we het niet meer willen zoals het was. Het is nu nog vaag, maar we gaan van zorg naar leven. We worden losgeschut uit onze conventies. Alle initiatieven die we nemen, helpen daarbij. Zo willen we bijvoorbeeld ‘social rebels’ in het leven roepen, oftewel een kleinkinderraad die meedenkt over de toekomst van wonen en leven voor ouderen.’

Arie: ‘Doelen stellen is op zich goed. Je stelt een doel en je zet de schop in de grond. Maar soms is dat ook gekmakend. Overheden stellen beleidsdoelen voor een paar jaar en dan komt er een nieuwe regering en wijzigt alles weer.’

Regels versoepelen dus?

Frank: ‘Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) heeft bij zorgorganisatie Carintregelland toegezegd dat de dubbelcheck op medicatie niet meer hoeft. Dat maakt het voor zorgmedewerkers die medicijnen uitreiken veel beter werkbaar. Het heeft wel vier jaar geduurd om zo’n regel te doorbreken.’

Marco: ‘Overigens moest die ouderenzorgorganisatie wel een heel monitoringsysteem optuigen, om na invoering van die versoepeling te meten hoe vaak het goed en fout gaat.’

Jelle: ‘Als wij vanuit een sloopproject een vloer willen hergebruiken, moeten wij ook eerst verantwoorden dat het circulair is. Dat is tijdrovend en vraagt om veel capaciteit. Dat kan echt beter. Het zou mooi zijn als de wet en regelgeving anders kan, soepeler. Neem de Human Capital Agenda, die is vaak bijgesteld. Bijvoorbeeld toen corona de arbeidsmarkt op zijn kop zette. En wat blijkt, de Human Capital Agenda is een van de meest succesvolle projecten van onze regio. Flexibiliteit werkt dus.’

Arie: ‘Wat dat betreft, pleit ik voor minder projectsubsidie en meer programmasubsidie, zodat er meer beweegruimte is.’

Emmely: ‘Bij MEE werkte ik mee aan een transitie in doelgroepenvervoer. Met het idee dat het toch gek is dat iemand die naar ‘een speciale school gaat’ in een apart busje moet. En dat wij diegene alleen maar door de ramen van het busje zien. Als je elkaar in de spits al niet ontmoet, op stations en bij bushaltes, hoe kom je dan tot een inclusieve samenleving? Met op maat gemaakte handleidingen en plannen lukte het de doelgroep zelfstandig te reizen. Bijvoorbeeld aan de hand van pictogrammen, of door bushaltes te tellen. Een grote stap vooruit op individueel niveau. Maar een transitie vraagt meer. Bijvoorbeeld dat buschauffeurs de doelgroep begrijpen, gemeenten afstappen van de strikte scheiding tussen wel of geen speciaal vervoer en medereizigers naar anderen omkijken. Een verandering voltrekt zich niet in één dag. Daarvoor moet je uitproberen, experimenteren. Het woord organisatie komt niet voor niets vanuit het woord organisme. Een organisatie is als een levend wezen.’ \

9 /
Willen we ontwikkelen, dan moeten we durven loslaten’

Kunstmatige intelligentie houdt de zorg toegankelijk

Computers die in het ziekenhuis röntgenfoto’s en CT-scans beoordelen, behandelplannen voorstellen of IC-patiënten bewaken. Daar wordt aan gewerkt in Isala ziekenhuis in Zwolle. ‘Artificial intelligence (AI) neemt medici werk uit handen’, zegt Lieke Poot, CMIO en hoofd klinische fysica bij Isala. ‘AI maakt wachtlijsten korter en verlaagt de kosten van de gezondheidszorg.’

En dat is nodig, weet Chris Willemsen, projectmanager Tech bij ontwikkelingsmaatschappij Oost NL. ‘Mensen worden steeds ouder, dus steeds meer mensen worden hulpbehoevend of ziek. De zorgkosten lopen op. En dan is er ook nog de ontwikkeling dat er steeds minder handen aan het bed beschikbaar zijn.’

AI kan daarin wel eens van revolutionair belang zijn, voorspelt Willemsen. ‘De introductie van AI is vergelijkbaar met die van de stoommachine in de achttiende eeuw. Dat AI werkt, bewijzen toepassingen als Siri, voorgestelde series op Netflix en navigeren met Google Maps. Het maakt het leven makkelijker.’

Als klinisch fysicus en CMIO is Lieke voortdurend op zoek naar technische innovaties die de zorg efficiënter en beter kunnen maken. Kunstmatige intelligentie is anno 2022 niet meer weg te denken uit haar vakgebied. In Isala kan ze haar hart ophalen. Want hoewel AI wereldwijd wordt aangeboden door ontwikkelaars - het systeem dat CT-scans mede beoordeelt heeft Isala bijvoorbeeld ook ingekocht - ontwikkelt Isala ook zélf AI-toepassingen.

Algoritmes die behandelplannen bedenken ‘We werken nu aan een systeem dat behandelplannen voor mensen met huidkanker kan voorstellen. Dit kunnen en mogen we nog

ECONOMIE / 10
Tekst Mirjam van Huet / Fotografie Peter Timmer

niet gebruiken in de praktijk, dus we zetten het nu enkel in voor wetenschappelijk onderzoek. Het doel van deze toepassing is ervoor zorgen dat een patiënt altijd de best mogelijke behandeling krijgt en zelf ook makkelijker kan kiezen wat bij hem of haar past.’ Om toe te lichten hoe het werkt, schetst Lieke de situatie van een patiënt met huidkanker. ‘Er zijn altijd verschillende opties qua behandeling. Verschillende soorten chemotherapie, operatie of bestraling. Ieder mens is anders. Denk aan man of vrouw, genetische kenmerken, eventuele aandoeningen of ziektes et cetera. Uit de literatuur weten artsen welke opties aan kunnen slaan en welke invloed behandelingen hebben op eventuele andere zaken. Chemo kan bijvoorbeeld een negatief effect hebben op de gezondheid van iemand met een spierziekte, terwijl plaatselijke bestraling wel veilig is. Wereldwijd worden voortdurend nieuwe inzichten opgedaan. Voor een dokter betekent dit dat hij of zij continu onderzoeken moet lezen om alle opties paraat te hebben.’

Dát neemt het algoritme dat Isala ontwikkelt straks van de artsen over. ‘We voeden het systeem met alle informatie die we maar hebben en ontwikkelen algoritmes die de unieke gegevens van de patiënt combineren met - bewezen - effectieve behandelplannen.’

‘Make AI work’

Isala is in Oost-Nederland niet de enige die onderzoekt hoe AI van maatschappelijk en economisch nut kan zijn. Meer dan 350 bedrijven zijn bezig met AI-toepassingen en aan de regionale kennisinstellingen onderzoeken meer dan 500 wetenschappers en PhD’ers de mogelijkheden van AI. Deze initiatieven komen samen in AI-hub Oost-Nederland. ‘Professionals kunnen daar samenwerkingspartners vinden, van elkaar leren en de weg vinden naar regionale, nationale en Europese subsidies.’

Monitoring pasgeboren baby’s Het nieuwste project waar Lieke aan werkt, is een samenwerking met Hogeschool Windesheim en HKV. Dat bedrijf heeft dankzij jarenlange ervaring in waterbeheer veel kennis van sensoren, data en algoritmes. Windesheim heeft IT-studenten die hun kennis willen inzetten voor maatschappelijke vraagstukken, zoals het toegankelijk houden van de zorg.

‘Samen ontwikkelen we een systeem voor het bewaken van patiënten op de afdeling neonatologie. De pasgeboren baby’s worden daar voortdurend gemonitord. Denk aan de hartslag, bloeddruk, temperatuur enzovoort. Het gaat om tientallen parameters. Zo veel, dat er continu alarmbellen afgaan’, schetst Lieke. ‘Verpleegkundigen haasten zich dan naar de patiënt. Vaak is het - gelukkig - loos alarm. Een lichte stijging in temperatuur hoeft bijvoorbeeld niet erg te zijn, zolang het zuurstofgehalte in het bloed

en het vochtgehalte in het lichaam op peil zijn’, legt Lieke uit. ‘We ontwikkelen algoritmes die al die factoren combineren, waardoor de alarmbellen pas luiden wanneer er écht een gevaarlijke situatie dreigt te ontstaan.’

Ethische vraagstukken

‘Kunnen we daarop vertrouwen, vragen veel mensen zich af’, zegt Willemsen. ‘Een terechte vraag. Laten we vooropstellen dat de AI-toepassingen uitermate goed ontwikkeld moeten zijn en dat kan alleen als ze gevoed zijn met heel veel relevante data en gecontroleerd zijn met heel veel tests. Verder moet transparant zijn hoe de AI tot een bepaalde keuze of beslissing is gekomen.’

Dat is niet zomaar geregeld, realiseert Willemsen zich. ‘Data is essentieel. Maar van wie is die data eigenlijk? Zeker in de zorg kan dat gevoelig liggen. Hoe gaan we om met privacy van mensen? Dat is de ethische kant van AI. Heel belangrijk om ons in te verdiepen, want zonder data komen we er niet.’

Voor dit vraagstuk hebben leden van de AI-hub sparringpartners binnen handbereik. AI-hub Oost-Nederland is net als zes andere regionale hubs aangesloten bij de Nederlandse AI-Coalitie (NL AIC). ‘Binnen de nationale coalitie zijn verschillende ELSA Labs (Ethical, Legal and Societal Aspects) gestart. Die gaan dieper in op de ethische aspecten van AI’, zegt Willemsen.

Zorgvraag in vroeg stadium signaleren Voor Lieke kan er niet snel genoeg nieuwe wet- en regelgeving komen, die het delen van data – zolang het maatschappelijke doeleinden dient - vergemakkelijkt. ‘Stel dat je de gegevens van huisartsen, GGD, ziekenhuizen, gemeenten en andere zorgaanbieders in één systeem hebt staan, dan kun je een zorgvraag in een vroeg stadium signaleren. Neem een kwetsbare oudere die bij de spoedeisend hulp van het ziekenhuis komt met een gebroken heup na een val. Die is misschien al vier keer bij de huisarts geweest omdat ’ie zijn enkel verstuikt heeft met een ongelukje thuis. Dat zijn tekenen dat hulp nodig is. Signaleren we dit met zijn allen eerder, dan kan erger worden voorkomen.’ \

11 / Postbus 1026, 7301 BG Apeldoorn / T 088 667 01 00 / www.oostnl.nl
‘De introductie van AI is vergelijkbaar met die van de stoommachine’

Kwetsbaar en wendbaar leiderschap, dát is Good Practice

Als ondernemer ben je constant in transitie. Vooral in deze tijd moet je weerbaar en wendbaar zijn, maar hoe doe je dat? Daar heb je inspiratie voor nodig en ook een beetje hulp van andere ondernemers, vinden projectleider Klaas Feenstra namens Kennispoort Regio Zwolle en ondernemer Erik Otten van Webstores. En daarom zijn zij de aanjagers van het project ‘Good Practice’. ‘Ondernemen leer je vooral in de praktijk, we willen leren van en geïnspireerd worden door elkaar.’

Middenin de coronatijd vragen steeds meer werknemers aan Erik – eigenaar van Webstores in Hardenberg - of zij van een 40-urige werkweek naar een 32- of 36-urige werkweek kunnen. Ze merken ineens op hoe belangrijk de werk-privébalans is. ‘Het is een zoektocht om hiervoor een oplossing te vinden in je bedrijfsvoering. Pas toen ik in gesprek ging met andere ondernemers, kreeg ik door dat dit bij veel van hen ook speelde. Dat zorgde voor heel leuke, interessante gesprekken over oplossingen en over hoe je als ondernemer met zo’n vraag om kan gaan.’

Erik zag in dat het om een bredere ontwikkeling ging en dat zijn bedrijf zich aan kon passen om mee te gaan in deze nieuwe tijd. ‘Zonder dat contact met andere ondernemers had ik me dat niet

REGIO ZWOLLE / 12
Tekst Kimberly Rallis / Fotografie Peter Timmer

gerealiseerd’, zegt hij. ‘En dit is precies waarom Good Practice zo belangrijk is. Ondernemen is geweldig, maar niet altijd makkelijk. Als je bij Good Practice als ondernemers durft te vertellen wat wel en niet goed gaat en dingen met elkaar kan delen, dan kan een hele brede groep daarvan profiteren.’

Exporteren

Het project Good Practice wil het ondernemerschap van ondernemers en bedrijven in Regio Zwolle versterken en vergroten. Daarom heeft Good Practice een team samengesteld van koplopers met verschillende expertises, met als doel om collega-ondernemers te helpen groeien. Het project ontstond in 2021 vanuit de Regio Deal Regio Zwolle. Uit een economisch rapport bleek dat het in

Regio Zwolle schort aan innovatief leiderschap. Om dat tot stand te brengen, was het nodig dat er een netwerk werd opgezet waarin ondernemers elkaar ondersteunen en uitdagen dat tot stand te brengen. ‘Deze aanpak bestaat nog nergens anders in Nederland’, vertelt Klaas. ‘We willen dit een groot succes maken, zodat we het kunnen exporteren naar andere regio’s. Regio Zwolle is dan een voorbeeld voor de rest van het land.’

Het doel is: 25 ondernemers hun ‘Good Practice’ laten delen. Van vraagstukken over interne bedrijfsvoering tot omgaan met grote transities: elke ondernemer heeft unieke kennis opgedaan binnen zijn bedrijf. Zij gaan dat delen, ontwikkelen hun eigen leiderschap en versterken het netwerk in Regio Zwolle.

Kwetsbaar en wendbaar Inmiddels is Klaas druk bezig om ondernemers te benaderen met de uitnodiging zich aan te sluiten bij het project. Klaas: ‘We willen een mooie diverse groep bij elkaar krijgen. Kwetsbaar en wendbaar leiderschap is de rode draad door het programma. We willen niet alleen prachtige verhalen over hoe goed het gaat. Het kan ook minder goed gaan en die momenten willen we juist ook met elkaar delen. Daar leert iedereen van. Bovendien is er altijd wel iemand binnen het netwerk die jou vervolgens weer vooruit kan helpen.’

Gun jezelf de tijd Erik komt met een concreet voorbeeld. ‘Op dit moment zijn wij binnen Webstores bezig met vooruitstrevende arbeidsvoorwaarden die elke medewerker zelf kan bepalen. Het is een heel mooi streven en heel modern, maar ook een ingewikkeld proces. Ik zou hier graag input voor krijgen van andere ondernemers.’

Klaas en Erik hopen dat ondernemers zichzelf de tijd gunnen om in ‘Good Practice’ te investeren. ‘Eind volgend jaar willen we een mooie groep van 25 ondernemers hebben die elkaar inspireren en Regio Zwolle vooruithelpen’, zegt Klaas. Erik: ‘Ik denk dat dit programma je verrijkt en helpt om het net weer een beetje beter te doen.’ Want iedereen kan wel wat hulp gebruiken, benadrukt hij. ‘We zijn op dit moment nog een gesloten gemeenschap. Ik hoop heel erg op een dialoog. Binnen ons bedrijf zijn er dingen heel goed gegaan en daar hebben we veel succes mee gehad. Daar kunnen anderen van leren en andersom kan ik weer kennis opdoen van andere ondernemers. Dat je wat kunt teruggeven puur en alleen door het delen van je ervaring vind ik heel erg mooi. Als iedereen zijn best practices deelt, dán heb je een good practice.’ \

13 /
Hanzeplein 11, 8017 JD Zwolle / T 038 202 2020 / www.kennispoortregiozwolle.nl
‘Kwetsbaar leiderschap is de rode draad door het programma’ ‘Iets teruggeven door ervaringen te delen’

Oegema Transport loopt voorop in brandstoftransitie

Wie zich regelmatig in het verkeer begeeft, herkent ze vast en zeker: de groene vrachtwagens van Oegema Transport uit Dedemsvaart. Het familiebedrijf is in de loop der jaren blijven groeien in personeel en in activiteiten, maar ook in bedrijfsoppervlak met vestigingen in Geleen en Culemborg. Daarnaast is het transportbedrijf een voorloper in de transitie naar elektrisch rijden, de groene brandstof. Gina Wielink, financieel directeur, en Erwin Jacobs, wagenparkbeheerder bij Oegema Transport, vertellen over de ontwikkelingen van het bedrijf.

Een actueel thema in de transportwereld zijn natuurlijk de hoge brandstofprijzen. ‘Het gaat al jaren over groene brandstof, maar nu is er meer dan ooit aandacht voor’, vertelt Gina. ‘Het is tegelijkertijd een van onze lastigste vraagstukken, omdat zowel elektrisch rijden als opladen technisch heel lastig is en ook nog eens erg duur is. Het is moeilijk om daarin keuzes maken, omdat de ontwikkelingen ook heel snel gaan. Doen we het nu of moeten we nog even wachten? Dat zijn vragen die we elkaar voortdurend stellen.’

Elektrische vrachtauto

Toch steekt Oegema Transport graag zijn nek uit, want twee jaar geleden ging de eerste elektrische vrachtauto de weg op, een zogenoemde bakwagen. ‘Het is geen heel grote vrachtwagen, het is een soort tussenmaat’, legt Gina uit. ‘De prestaties van die auto

ECONOMIE / 14
Tekst Arjan Dijkema / Fotografie Peter Timmer

zijn prima, maar het heeft veel bloed, zweet en tranen gekost om die aan te schaffen.’ Omdat een elektrisch vrachtauto erg duur in aanschaf is, koopt Oegema Transport die met andere ‘groene’ klanten. ‘Om een pakketje groen te verzenden, zijn wij gewoon meer geld kwijt. En dan krijgen we zelfs nog subsidie. Daarom betalen we samen met onze klanten zo’n vrachtauto. Dat is nu de realiteit.’

Zoals het nu lijkt, schaft Oegema Transport in een soortgelijke constructie de komende twee jaar maar liefst 28 nieuwe elektrische vrachtwagens aan. ‘In 2025 gaan de binnensteden op slot voor diesels en in 2040 mogen er geen nieuwe dieseltrucks meer verkocht worden’, vertelt Erwin. ‘Het is dus een kwestie van samenwerken om die transitie naar groene brandstof te maken.

En samen optrekken, heeft nog een pluspunt: onze truckdealer doet zo ook ervaring op met het onderhoud aan elektrische vrachtwagens. Zo hebben we samen een kennisvoordeel.’

Laadplein

Wie elektrisch rijden zegt, zegt elektrisch opladen. Ook daarmee loopt Oegema Transport voorop. Want er zijn serieuze plannen voor de aanleg van een laadplein. ‘Op onze daken liggen in totaal 15.000 zonnepanelen. Daarmee kunnen zo’n twaalf vrachtauto’s opladen. Maar de stroom krijgen we nu overdag, terwijl we ’s nachts willen opladen’, vertelt Erwin. ‘Als we ons willen doorontwikkelen, dan moet er een accu komen waarin we de stroom kunnen opslaan. Daarom komen er nu twee grote accu’s, die straks worden aangesloten op een laadplein. Dat zijn voor ons enorme investeringen, maar die zijn wel nodig om uiteindelijk genoeg stroom beschikbaar te hebben voor onze vrachtwagens. Want straks kunnen we dertig vrachtwagens opladen.’

Ook houden ze bij Oegema de ontwikkelingen met waterstof in de gaten. ‘Maar die ontwikkelingen gaan veel minder hard dan die van elektrisch rijden. ‘Je kunt nu nog bijna nergens waterstof tanken, terwijl je, afgezien van netcongestie en capaciteitsproblemen, overal een stopcontact hebt. Waterstof sluiten we niet uit, maar dat duurt gewoon nog wat langer’, zegt Erwin.

Ontzorgen

Niet alleen op energiegebied is Oegema Transport, waar ruim 700 mensen werken, volop in beweging. Want waar er vroeger voornamelijk chauffeurs in dienst waren, lopen er nu ook businessanalisten, IT’ers en magazijnmedewerkers rond, vertelt Gina. ‘Onze diensten zijn uitgebreid met warehousing, crossdocking en forwarding. Daarmee ontzorgen we onze klanten’, vertelt ze. Erwin: ‘We kunnen voor een klant het complete transport van een container uit China of de Verenigde Staten regelen. We kunnen die container vervoeren naar een magazijn in Europa, maar dat kan natuurlijk ook in ons warehouse. Dat vinden wij natuurlijk het leukst, want dan hebben we ook nog eens het natransport.’

Data

Een bijzondere tak binnen Oegema Transport is de afdeling ICT en businessanalyse. ‘Zij lossen vraagstukken op voor klanten die zich voordoen in het logistieke proces. Dat is niet wat een transportbedrijf standaard doet’, zegt Gina. Erwin vertelt verder: ‘We kunnen heel veel zendingsgegevens aanleveren, inclusief volumes en lostijden. Met die data kun je met de klant in overleg of de frequentie waarmee zij hun klanten beleveren wel de juiste is. Maar het gaat verder dan alleen platte data, we maken ook analyses of het bijvoorbeeld slim is om ’s nachts te gaan rijden in plaats van overdag of we berekenen de CO2-uitstoot per zending. Onze klanten waarderen dat enorm. Daar zijn we trots op.’ \

15 / Stephanuspark 1, 7772 HZ Hardenberg / T 14 05 23 / www.hardenberg.nl
‘Op onze daken liggen 15.000 zonnepanelen’

Oud en nieuw verbonden, vol vertrouwen vooruit

‘Terug naar vroeger is niet langer een reële optie.‘ Een duidelijke boodschap tijdens de medewerkersbijeenkomst van Labmicta, het medische laboratorium in Hengelo. Die boodschap markeert een overgang van oud naar nieuw. Een transitie die al sinds enkele jaren aan de gang is en steeds duidelijker vorm krijgt. De huidige organisatie bouwt voort op al het goede van vroeger én omarmt het nieuwe. En is daardoor wendbaarder dan ooit.

ONDERNEMEN / 16
Tekst Joyce Pigge / Fotografie Frank Visschedijk Fotobijschrift: ‘Het behouden van een fijne baan voor onze medewerkers is een belangrijke drijfveer.’

Vroeger is niet meer

Eerlijk is eerlijk, vroeger was het een stuk overzichtelijker: Labmicta, bekend om z’n hoge kwaliteit, had vaste klanten en het werk -met daarmee bestaansrecht en baangarantie voor medewerkers- was gegarandeerd. Nog altijd zijn we dat zelfstandige laboratorium in Hengelo met die hoge kwaliteit en een vast klantenbestand. Maar het speelveld van de medische diagnostiek is onherroepelijk veranderd. Dynamischer dan ooit en niet meer volgens de vaste garanties van vroeger. Zorgverzekeraars willen het aantal laboratoria in Nederland minimaliseren en sinds de pandemie dreigen buitenlandse, commerciële labs het microbiologische landschap in Nederland te gaan domineren.

Mens en maatschappij belangrijkste drijfveren

Het blijven vervullen van de maatschappelijke rol door de (regionale) patiëntenzorg te bedienen met hoge kwaliteit infectiezorg en daarnaast het behouden van een fijne baan voor onze ruim 200 mensen zijn twee vanzelfsprekende en de belangrijkste drijfveren voor het bestuur en de directie. Opdoeken of opgaan in een groot (buitenlands) laboratorium is voor hen gewoonweg geen optie. Dus werd Labmicta wendbaarder dan ooit. Natuurlijk zijn er risico’s, gaat niet alles soepel en foutloos en vragen transities om een lange adem. Maar de gedrevenheid zorgt voor focus en de zelfstandigheid maakt snel en flexibel bewegen gemakkelijker. Daarnaast is er ongelooflijk veel vertrouwen: in de stevige basis die er na al die jaren staat, de medewerkers, de klanten. En vanuit vertrouwen ben je nou eenmaal wendbaarder dan wanneer angst regeert.

Ook micro-organismen zijn wendbaar

Die wendbaarheid zien we grappig genoeg terug bij microorganismen (virussen, bacteriën, schimmels en parasieten). Die zijn gericht op overleving, ontwikkelen en passen zich continu aan hun omgeving aan. Dat maakt ze bijzonder sterk. Ondanks dat ze klein of onzichtbaar zijn, is hun impact op onze gezondheid soms enorm. Om daar vat op te krijgen, bijvoorbeeld met het juiste type antibiotica of preventieve maatregelen, is het belangrijk om microorganismen te leren kennen. Door ze te analyseren en monitoren, zoals we ook deden tijdens de pandemie. Die kunst verstaan onze artsen-microbioloog en analisten. Zij maken die microscopisch kleine wereld ‘tastbaar’, zodat we uiteindelijk samen met anderen de beste zorg rondom infectieziekten leveren.

Altijd samen met anderen

Dat samen met anderen is volgens Labmicta een ander belangrijk aspect van wendbaarheid. We gaan graag langdurige samenwerkingen aan en vragen regelmatig, proactief en op verschillende manieren aan relaties en klanten hoe we ze nog beter kunnen ontzorgen. We investeren in ‘onze’ ziekenhuizen op verschillende manieren. Bijvoorbeeld door projecten te financieren die de zorg ten goede komen. Huisartsen zijn een andere belangrijke klantgroep. Door een groeiend tekort en groeiende workload staan zij enorm onder druk. Labmicta verkent daarom zoveel mogelijk opties om hen nog meer te ontzorgen.

Wendbaarheid vereist lef

‘Als je doet wat je deed, krijg je wat je kreeg’, is een bekend gezegde dat volgens Labmicta illustreert waarom wendbaarheid soms een beetje lef vereist. Door bijvoorbeeld dingen anders te zien en benaderen. Wij passen dit toe door het zorglandschap buiten de grenzen van ons vakgebied te verkennen. Met een nieuwsgierige blik gericht op kansen. Een ontwikkeling die we nu verkennen en nog in de steigers staat is het bieden van infectiezorg rechtstreeks aan consumenten en bedrijven. Dit sluit deels aan op de toenemende preventieve focus in de gezondheidszorg. Daarnaast ontzorgt het huisartsen. Het voorkomt dubbele infectiediagnostiek omdat huisartsen weten dat onze uitslagen betrouwbaar zijn en ze pas iemand zien als een uitslag hiertoe aanleiding geeft. Deze en andere ontwikkelingen kenmerken onze organisatie die vertrouwt op de basis en het nieuwe omarmt. \

17 / Boerhaavelaan 59, 7555 BB Hengelo / T 088 537 4200 / www.labmicta.nl

‘We moeten lef tonen’

Van investeren in duurzame energieprojecten tot het helpen van bedrijven bij het overstappen op hernieuwbare energiebronnen. De Rabobank faciliteert en ondersteunt de klimaat- en energietransitie, voedseltransitie en transitie naar een inclusieve samenleving. En daar heb je de ondernemers in de regio voor nodig, benadrukken business developer Willianne van Boven en directeur coöperatieve Rabobank Joram Maan. ‘We zoeken evenwicht tussen de uitdaging van vandaag en de verantwoordelijkheid voor morgen.’

Het woord transitie is niet meer weg te denken uit ons dagelijkse leven. Je hoeft de krant maar open te slaan of het woord staat er. Maar wat betekent het eigenlijk voor de Rabobank? ‘We zien dat ons huidige systeem schuurt en we moeten de transitie maken naar een nieuwe economie die meer in balans is als het gaat om mens, natuur en economie’, zegt Willianne. Een enorme opgave waar we als samenleving voor staan. ‘Er zijn heel veel ondernemers die we kunnen helpen om die beweging te maken. Tegelijkertijd houdt dat in dat wij zelf ook heel scherp moeten zijn op onze eigen bedrijfsvoering. Systeemverandering krijg je alleen voor elkaar door samen te werken en dat proberen wij te doen.’

Verbinding in de regio Rabobank versterkt innovatiekracht, versnelt duurzame businesscases en verbindt koplopers met elkaar. Ondernemers kunnen uiteraard een duurzame of innovatielening aanvragen bij de Rabobank, maar volgens Joram gaat het veel verder dan dat. ‘We willen dat ondernemers de verbinding onderling zoeken in de regio. Dat is de kracht van het samen doen en dat typeert deze regio.’ De Rabobank doet dat onder meer door de ‘Circulair Economy Challenge’. Onlangs startte de derde editie.

Binnen de regio brengen de deelnemende ondernemers de circulaire kansen in beeld, zodat zij met elkaar nieuwe ideeën en oplossingen bedenken om hun circulaire ambities waar te maken.

De challenge duurt een half jaar en bestaat onder meer uit een regioscan, bedrijfsscan, diverse workshops en het ontwerpen van een circulair actieplan. De Rabobank heeft al 50 bedrijven mogen begeleiden naar circulaire ideeën/verdienmodellen. Ondernemers staan al te popelen voor de vierde editie.

ECONOMIE / 18
Tekst Kimberly Rallis / Fotografie Peter Timmer en Bertil van Wieren
‘Focus op samenwerking, om transities te versnellen’
Rabobank kijkt naar de toekomst en zoekt verbinding:

Joram: ‘Wij helpen op deze manier ondernemers, maar kijken ook direct naar ons eigen beleid. Want er zijn lastig financierbare cases die wel bijdragen aan de transitie. Wij kijken dan hoe wij dit toch gefinancierd kunnen krijgen. Dat doen we door heel veel samen te werken met regionale partij als MKB Nederland Regio Zwolle, Kennispoort, Horizon, Oost NL en VNO-NCW.’

Biobased bouwen

Een van de belangrijkste projecten waar Joram en Willianne zich op dit moment mee bezighouden, is biobased bouwen. In 2050 moet Nederland volledig circulair zijn. Dit betekent onder meer dat het gebruik van primaire grondstoffen gehalveerd moet worden. De Nederlandse bouwsector is grootgebruiker van primaire grondstoffen en kan dus een steen(tje) bijdragen door ‘biobased’ te bouwen.

De Rabobank draagt bij in het aanjagen en vormen van de keten voor biobased materialen tussen boer en bouwer. ‘Dan is de vraag en de uitdaging: hoe versnellen we houtbouw in Regio Zwolle? Samen met MKB Nederland Regio Zwolle en Weever Bouwgroep organiseren wij een werkbezoek in Amsterdam met koplopers vanuit de bouw en ontwikkelaars en architecten. We willen inspiratie opdoen en in gesprek gaan om erachter te komen wat er nodig is om biobased bouwen in onze regio te versnellen. Wij kunnen verbinden en financieren. Hierbij ook een oproep om contact met ons op te nemen als het gaat om initiatieven rondom biobased bouwen of om mee te gaan op werkbezoek’, vertellen Joram en Willianne.

Eerste stap is gezet De eerste stap is al gezet in Zwolle. Een mooie ontwikkeling vindt momenteel plaats bij de Veemarkt in Zwolle, waar een nieuwe woonwijk wordt gebouwd. De gemeente denkt in de ontwerpfase al na over een biobased en natuurinclusieve woonomgeving. De verwachting is dat in elk geval een deel van de wijk met niet-traditionele materialen gebouwd wordt, zoals hout of andere biobased materialen. Willianne: ‘De verbinding tussen de boer die de materialen levert, de industrie die ze verwerkt en de bouw zelf is nog niet optimaal. Daar pakken wij onze rol door samen te werken met initiatieven zoals agrarisch collectief Salland Loont, een groep boeren die biobased wil telen. We koppelen ook bouwers met koplopers en zoeken daarin ook de verbinding met de gemeente Zwolle en woningcorporaties.’

Verbinding

De Rabobank blijft uitkijken naar kansen. En dat gaat niet zonder risico te nemen. Joram en Willianne: ‘We experimenteren en doen dingen waarvan we niet weten of die gaan lukken. Voor ons als

bank is dat best een uitdaging, maar we geven wel versnelling aan de transitie. Het vraagt moed en lef om binnen en buiten je organisatie anders te denken en organiseren. We volgen de markt dus met grote belangstelling. We blijven naar de toekomst kijken en de verbinding zoeken. En die verbinding is het allerbelangrijkste’. \

19 / Willemskade 1, 8011 AC Zwolle / T 088 722 6600 / www.rabobank.nl
‘We blijven naar de toekomst kijken en verbinding zoeken’

Flexibel opleiden bij SVO

Zwolle, om de marktontwikkelingen bij te blijven

Marktontwikkeling en transitie. Twee actuele woorden. Zo ook voor SVO Vakopleiding Food Zwolle, de mbo-food-opleider in Zwolle. Ook de foodbranche loopt tegen uitdagingen aan die alles te maken hebben met personeelstekort, marktontwikkelingen en veranderingen in opleiden. Martijn Wassenaar, onderwijsmanager regio noordoost, geeft aan dat er tegenwoordig meer maatwerk nodig is om studenten klaar te stomen voor banen van de toekomst en dat bijscholing, gefaciliteerd door werkgevers, kan leiden tot behoud van personeel.

SVO Vakopleiding Food is van oorsprong de slagersvakopleiding. Tegenwoordig voldoet die term niet meer, SVO is veel meer dan dat. Alle opleidingen die met eten en drinken te maken hebben, worden aangeboden. De branche is volop in ontwikkeling. Martijn vertelt: ‘Wat we onder andere merken is dat ‘delivery’ en gemak een belangrijke trend vormen. De huidige generatie heeft vaker geen zin of geen tijd om een maaltijd te bereiden. De oplossing is gemak: de bezorgpizza, de kant-en-klare maaltijd bij de slager of supermarkt, het vers gesmeerde broodje onderweg bij de benzinepomp, maar ook de flitsbezorger.’

Leven lang ontwikkelen

Goed in contact blijven met de praktijk, om studenten op te leiden voor de markt van morgen, is als een tweede natuur voor SVO. ‘We hebben adviseurs die de brug slaan tussen onderwijs en bedrijven. Daarnaast ga ik zelf op bedrijfsbezoek. Dat geeft input voor opleidingen en modules.’ Qua uitdaging rondom personeelstekort, geeft Martijn aan dat het belangrijk is om personeel te behouden. Waardering zit volgens hem niet alleen in salaris, maar ook in scholing. ‘Laat ze zich ontwikkelen, rem ze niet af en houd ze niet klein.’ SVO levert maatwerk vanwege leven lang ontwikkelen. De term zegt het al: blijven leren en bijspijkeren, zodat mensen aansluiten op de arbeidsmarkt.

Flexibel opleiden

SVO biedt ook losse modules en trainingen. Martijn: ‘Daarmee krijg je een certificaat of praktijkverklaring. Een mooi voorbeeld van een praktijkverklaring: een kok die geen diploma of certificaat heeft, maar wel de ‘mise en place’ beheerst. Dit is een oplossing voor personeelstekorten.’

Hybride hamburger

Ook gebeurt er veel rondom innovatie bij SVO. ‘Hybride producten’ bijvoorbeeld. Martijn: ‘Samen met Koninklijke Nederlandse Slagers en Wageningen University & Research zijn we bezig met een onderzoek om hybride producten op de markt te brengen. Producten die deels

bestaan uit vlees en deels uit plantaardige eiwitten. Minder vlees, maar dicht bij de smaak van bijvoorbeeld een ‘echte’ hamburger. Een uniek product waarmee slagerijen zich kunnen onderscheiden.’

Daarnaast vinden er innovaties in de diverse opleidingen plaats. ‘Een mooi voorbeeld is virtual reality; studenten kunnen interactief kennismaken met de lesstof. Ze kunnen bijvoorbeeld oefenen met het herkennen van producten of het uitvoeren van een hygiënecheck. Zo maken we onderwijs levensecht.’

Toekomstmuziek Martijn sluit af door te benoemen dat mbo’ers een belangrijke rol spelen om de maatschappij draaiende te houden en maatschappelijke uitdagingen op te lossen: ‘Op dit moment is er een tekort aan mbo’ers. Wij noemen het mbo ook wel ‘mega belangrijk onderwijs’. Flexibeler opleiden, maatwerk en het leven lang ontwikkelen spelen hierin een belangrijke rol.’ \

ONDERWIJS / 20
Tekst Lara Bijen / Fotografie Peter Timmer > Spui 2, 8032 VS Zwolle / T 030 275 81 81 / www.svo.nl

Meebewegen in de veranderende accountancysector

De wereld is in transitie. En als ondernemer moet je daar ‘iets’ mee. In actie komen dus, want veranderingen in de maatschappij vragen om flexibel ondernemen. Denken in mogelijkheden.

Dit jaar maakte ik een transitie door in mijn eigen bedrijf. Want per 1 juni is mijn bedrijf PV Accountants samengegaan met Brouwers Accountants & Adviseurs. Mijn collega’s en ik verhuisden mee naar Brouwers.

De situatie is nieuw en toch vertrouwd. Van een lokaal Zwols accountantskantoor naar een middelgroot bedrijf met meerdere vestigingen en 160 medewerkers. Brouwers is een robuuste partner met veel specialisten: collega’s die van specifieke accountancythema’s álles weten. Dat werkt fijn. En volgens mij is dit de formule van de toekomst in accountancy.

Doordat we binnen ons grote kantoor veel specialismen hebben, kunnen we ondernemers optimaal bijstaan. Wij bieden de hulp die nodig is in een wereld die in transitie is. Kennis en ervaring die het verschil maken in tijden van torenhoge inflatie, aflossing van coronaleningen, energiecrisis, personeelstekorten en stijgende transportkosten. En dan zijn er ook nog geopolitieke ontwikkelingen, zoals in China en Rusland.

Maar er verandert ook veel in positieve zin. Neem nou het digitaliseren en automatiseren van je bedrijfsprocessen. Deze ontwikkelingen helpen je om efficiënt en daadkrachtig te blijven. En daar ondersteunen wij ondernemers graag bij. Bijvoorbeeld door te kijken hoe een investering in automatisering zich terug kan verdienen.

Ook bij andere uitdagingen denken we mee. Brouwers biedt een grote club accountants die stuk voor stuk goed zijn in hun vakgebied. Neem nou mijn collega’s van de afdeling Venturefirm. Zij focussen zich op overnames en fusies. En zo hebben we ook accountants die gespecialiseerd zijn in onder andere personeelszaken, audits en start-ups.

Samen met mijn collega’s van Brouwers Accountants & Adviseurs kan ik nu bestaande én nieuwe relaties nog meer maatwerk bieden. Want er is altijd een collega in de buurt die passend advies heeft. Hulp en tips waarmee jouw onderneming soepel meebeweegt in de wereld van nu. \

Marco Verhoef is accountant bij Brouwers Accountants & Adviseurs. Of het nu gaat om personeelsadministratie, tussentijdse controle, prognose voor een financier, accountantsverklaring of een ingewikkelde overname of verkoop, succesvol ondernemen begint bij Brouwers. Brouwers staat bekend om specialisten met kennis en ervaring. Zij staan naast de ondernemer, zonder op de ander zijn stoel te gaan zitten.

21 /

Wij willen de aarde goed achterlaten voor onze kleinkinderen’

De energietransitie is in volle gang. Door actuele thema’s als de energie- en stikstofcrisis is de vraag naar duurzame energiebronnen alleen nog maar meer toegenomen. Bij Fortona, onderdeel van Hanzestrohm, zien ze al langer het grote belang van de energietransitie. Het bedrijf ondersteunt bedrijven in hun weg naar minder, bewuster en duurzamer energieverbruik. ‘De energietransitie is dag in dag uit een mooie ontdekkingsreis die we iedereen gunnen’, zeggen Parsa Tashacori, business development manager, en Kees Compaan, senior sales engineer bij de jongste tak van het Zwolse familiebedrijf.

Sinds ongeveer een jaar bestaat Fortona nu. Zelf noemen ze zich ‘kennispartner in de elektrificatie van Nederland’. ‘Je hoorde iedereen praten over de energietransitie, maar wij wilden het vooral doen. Daar staat Hanzestrohm voor’, vertelt Parsa. ‘Wij willen graag iets betekenen voor de maatschappij, voor de toekomst van onze kinderen en kleinkinderen. Zodat zij kunnen leven op een aarde die wij goed hebben achtergelaten voor hen. Daarom pakken wij nu die verantwoordelijkheid.’

Zoutbatterij Verantwoordelijkheid is een woord dat de bedrijfsfilosofie binnen Hanzestrohm goed symboliseert. ‘We hebben de ruimte gekregen om de energietransitie met een verantwoordelijke insteek aan te pakken. Daar staan wij ook zeker achter’, zegt Kees. Als voorbeeld geeft hij de zoutbatterijen die Fortona onlangs geïntroduceerd heeft. Daarin kan energie die op dat moment niet nodig is, worden opgeslagen.

‘Met de kennis die wij hebben, hebben we de verantwoordelijkheid om iets goed te bieden. Een zoutbatterij bestaat voor een groot deel uit zout. Dat is in overvloed aanwezig en is dus geen schaarse grondstof, zoals lithium. Daarnaast is de batterij brandveilig en recyclebaar. We zouden ook voor een goedkopere variant kunnen gaan, die onveilig en milieuonvriendelijk is. Daar kiezen we dus bewust niet voor.’

Griekse naam

Bij het Zwolse bedrijf staat de lange termijn voorop. Fortona bedenkt daarvoor veilige en duurzame oplossingen die in de behoefte van klanten voorzien. Daarbij staat de trias fortona centraal: beperk de vraag, kies voor duurzame energie en rendement en voorkom verspilling en ongelijkheid. Maar vanwaar de naam Fortona? ‘Die naam heeft meerdere betekenissen’, legt Parsa uit. ‘Het is afgeleid van ‘Fortono’, een Griekse naam die ‘laden’ betekent. Daarnaast is een fort een verdedigingsplek, maar ook een

ONDERNEMEN / 22
Tekst
Arjan
Dijkema / Fotografie Peter Timmer
‘Fortona, een veilige plek, waar we oplossingen kunnen laten groeien’

‘langzaam opgestoven heuvel’ waar planten zich kunnen vestigen en overheen kunnen groeien. Zo kwamen we op Fortona, een veilige plek, waar we de oplossingen kunnen ontwikkelen en laten groeien. Daarbij heeft ons zusterbedrijf Kairos ook een Griekse naam.’

Dashboard

Fortona ontwikkeld energietransitie gerelateerde oplossingen en verbindt bestaande producten aan elkaar. ‘We zoeken wereldwijd naar de beste oplossingen en hoe we die qua duurzaamheid, haalbaarheid en capaciteit aan elkaar kunnen koppelen’, vertelt Parsa. Kees vult aan: ‘De eerdergenoemde zoutbatterij bouwen we niet zelf. Dat is complexe materie waar je veel ontwikkeltijd voor nodig hebt en een productielocatie. Wij bieden software en hardware waarmee je via een energiemanagementsysteem op een dashboard je gebruik kunt meten, analyseren en sturen.’

Inzicht

Want om te verduurzamen, is eerst inzicht in het huidige energiegebruik nodig. ‘Door inzicht ontstaat capaciteit om anders naar het gebruik te kijken. Wij helpen onze klanten om te laten zien wat ze aan het doen zijn. We verkopen geen zonnepanelen, maar we kunnen wel nieuwe energie-inzichten creëren, berekenen en benodigde producten leveren welke positieve impact hebben op je energiehuishouden en bedrijfsvoering. Zo kunnen we bijvoorbeeld de TCO (Total Cost of Ownership) en terugverdientijd berekenen’, zegt Parsa. ‘Ook maken we bedrijven attent op subsidies.’

Volgens Kees ligt op het gebied van de energietransitie de grootste opdracht bij de industrie. Daarbij adviseert Fortana graag. ‘Neem een houtbewerkingsfabriek. Die kan ’s ochtends alle zaagmachines tegelijk aanzetten, maar dan heeft die fabriek wel een enorme piek in het elektriciteitsnet. Als je de machines om en om aanzet, is dat van invloed op je vast recht en energieverbruik. Door onze producten krijgen bedrijven dat inzicht. Dan pas zijn ze volgens ons klaar voor stap twee: de aanleg van zonnepanelen bijvoorbeeld.’

Trots

Inmiddels heeft Fortona al behoorlijk aan de weg getimmerd in energietransitieland. ‘We hebben al gesproken op netwerkbijeenkomsten en beurzen over onze oplossingen en diensten’, zegt Parsa. Dat toont aan dat er een duidelijke vraag is naar een kennispartner zoals Fortona. Zowel Kees als Parsa is Hanzestrohm dan ook dankbaar voor de kans die beiden hebben gekregen. ‘Het managementteam heeft ons het vertrouwen gegeven om met Fortona te starten. Die innerlijke drive om het goed te doen voor medewerkers en voor mensen om ons heen, kenmerkt Hanzestrohm. Wij zijn dan ook trots dat wij een verantwoordelijke rol hebben in de energietransitie.’ \

23 / Popovstraat 1, 8013 RK Zwolle / T 038 469 82 00 / www.hanzestrohm.nl
‘De innerlijke drive het goed te doen, kenmerkt Hanzestrohm’

Sleutelrol voor havens in transitie naar circulaire economie

Port of Zwolle ontwikkelen tot een logistieke hub voor circulaire bedrijvigheid. Dat is het doel van het Regio Deal-project dat is gekoppeld aan het havenbedrijf van Zwolle, Kampen en Meppel. Tineke de Nooij (gemeente Kampen), Wouter Grendelman (gemeente Meppel) en Hedwig Duteweerd (gemeente Zwolle) vertellen over de transities die Port of Zwolle aanjaagt. Zij zijn het erover eens: ‘Havens van de toekomst spelen een sleutelrol in de transitie naar de circulaire economie’.’

Nederland werkt toe naar een volledig circulaire economie in 2050. De overheid heeft daarin een belangrijke rol. Gelukkig draagt het Rijk via de Regio Deal bij aan de zoektocht naar hoe de haven van de toekomst er uit moet zien, steekt Tineke van wal. Het is nu het moment om het anders te gaan doen in de havens van Port of Zwolle!

Sturen op de Tokomst Vanuit de Regio Deal zijn daarom onder de titel ‘Sturen op de toekomst’ de ambities op papier gezet. Hierin staat het perspectief voor de havens in 2050. Een toekomst waarin Port of Zwolle, naast op- en overslag, een volwaardig circulair maak- en innovatiecluster is, een klimaatadaptieve haven waar energie wordt opgewekt in plaats van verbruikt en die bijdraagt aan de brede welvaart. ‘Het gaat om drie transitiepaden’, legt Tineke uit. ‘Die houden verband met de typen grondstofstromen die via onze havens het meest worden vervoerd: agrarische producten, brandstoffen en bouwmaterialen.’

Wie denkt dat er simpelweg andere grondstoffen de havens in en uit zullen gaan, heeft het mis. De havens gaan voor echte, duurzame verandering. Om bij het ‘transitiepad’ agro te beginnen: in plaats van soja verwerken tot veevoer, kan het in de haven worden bewerkt tot hoogwaardige vleesvervangers (eiwittransitie).

En in plaats van olie, kan groene waterstof worden opgewekt in de havens. Het verschepen van beton, zand en grind voor woningbouw kan plaatsmaken voor fabrieken aan wal, waar bio based prefab-constructies voor modulaire bouw worden gemaakt.

Dóór deze drie transitiepaden loopt de rode draad logistiek. Het uitgangspunt daarbij is: door slim combineren van water, spoor en weg ontwikkelt de regio een sterke uitgangspositie voor duurzaam transport. Vanuit Meppel is een vracht via Kornwerderzand zó in onder meer Engeland of Denemarken. ‘Er loopt momenteel een proef om betonblokken voor de bouwsector niet per vrachtwagen, maar per schip te vervoeren vanuit Port of Zwolle naar Denemarken. Eén vrachtschip vervangt honderd vrachtwagens. Dat is veelbelovend. Zeker in tijden van een chauffeurstekort’, zegt Wouter.

Samen

kom je verder Het Regio Deal-project – dat overigens ook financiële middelen of gelden vanuit het Europese Interregproject North Sea Region heeft ontvangen - is doorspekt met termen als windmolens, windenergie, elektrolyse, waterstof en schoon transport. Wouter: ‘De omslag naar nieuwe technieken en brandstoffen kunnen we overigens niet als havenbedrijf alléén maken. Meerdere organisaties trekken samen op: ook containervervoerder MCS, energieleverancier IJsseldelta Wind, provincie Overijssel, Sendo Shipping en Milo zijn nauw betrokken.’

Hedwig: ‘We kunnen van alles uittekenen, maar de bedrijven moeten het doen. Gedegen onderzoek, waarbij het bedrijfsleven betrokken is, dát is de aanpak waarmee we succes willen boeken. We organiseren onder meer sessies waarbij ondernemers en raadsleden meedenken en we interviewen een grote groep ondernemers één op één.’

ONDERNEMEN / 24
Tekst Mirjam van Huet / Fotografie Peter Timmer Hedwig Duteweerd

Daarnaast overlegt het programmateam - met de drie gemeenten, Port of Zwolle en het Noordelijk Innovatielab Circulaire Economie (NICE) - wekelijks, waarbij regelmatig experts worden ingevlogen. En NICE werkt ook veel met jonge mensen, afstudeerders. ‘Heel interessant, want die komen met frisse ideeën. Zouden we als gemeenten alleen op eigen grondgebied plannen maken, dan waren we misschien sneller gegaan. Maar sámen komen we verder’, zegt Wouter.

een spoorterminal. Als die er komt, kan Regio Zwolle ook voor vrachtvervoer per spoor worden ontsloten. Dan worden we hier in de regio sterk op het gebied van weg, water én spoor, een belangrijke impuls voor duurzamer transport.’

Alles benutten

Grote plannen dus, maar geen onbeperkte ruimte. Tineke: ‘Daarom kijken we ook hoe we de ruimte die er is, beter kunnen benutten. Dat is een essentieel onderdeel van verduurzaming.’ Door ketens van bedrijven te clusteren in de haven, waarbij de ene partij gebruik maakt van de reststromen van de ander, wordt de meerwaarde van de havens vergroot. De een zijn afval is de ander zijn grondstof’, zegt Wouter. ‘In Kampen zit een rioolwaterzuivering. Hun slib kan worden omgezet naar groen gas.’

Pioniers

Weg, water én spoor

Ook het Zwolse bedrijventerrein Hessenpoort is aangehaakt. Hedwig: ‘Op Hessenpoort is een smart energy hub in ontwikkeling. Deze energy hub ontsluit het potentieel van verschillende vormen van duurzame energie, en koppelt daarmee producten direct aan afnemers en brengt dit decentraal bij elkaar. In het kader van de Regio Deal worden de mogelijkheden verkend voor

Hoe dit alles precies vorm krijgt in Port of Zwolle, wordt dag in dag uit uitgedokterd, onderstrepen de drie pioniers. ‘Het was voor ons dan ook geweldig nieuws toen we hoorden dat we de Regio Deal binnen hadden en volop aan de slag konden met circulariteit in het regionale havenbedrijf. We beseffen ons goed dat dit pad naar duurzaamheid en circulariteit is omgeven met onzekerheden en willen hier daarom graag samen in op blijven trekken. Zodat we kunnen bijdragen aan het vertalen van de ambities naar concrete ontwikkelingen in Zwolle, Kampen en Meppel.’ \

25 /
Tineke de Nooij Lübeckplein 2, 8017 JZ Zwolle / www.portofzwolle.nl
‘Het is nu het moment om het anders te doen in de havens van Port of Zwolle’
Wouter Grendelman
Tineke de Nooij

Zwolse Koers geeft waarde aan het economische onderwijs van de toekomst

Hoe kunnen we het economische onderwijs in Regio Zwolle laten aansluiten op de steeds veranderende vraag van de arbeidsmarkt? Om het antwoord op die vraag te vinden, hebben Deltion College, Landstede MBO, mbo Menso Alting en Hogeschool Windesheim de handen ineengeslagen in de Zwolse Koers. ‘Samen met het werkveld kijken we hoe we onze economische studenten het best kunnen opleiden’, zegt Adinda Hukema, beleidsadviseur bij Landstede Groep.

De Zwolse Koers bestaat uit drie pijlers: zicht op de arbeidsmarkt en studenten in Regio Zwolle, experimenteren met vernieuwend onderwijs en samenwerking met bedrijven in de regio. In de afgelopen jaren heeft het samenwerkingsverband op elk terrein al vooruitgang geboekt. ‘We hebben eerst samen met het werkveld research gedaan en gekeken naar wat bedrijven vragen. Want dat willen we weten: wat vragen bedrijven van toekomstige medewerkers’, vertelt Adinda.

Het is een proces dat tijd kost, heeft ze gemerkt. ‘Dat komt omdat economie niet te vangen is in één sector. In de Zwolse Koers staat daarom niet het economisch domein, maar het economisch proces centraal. Economie heeft raakvlakken met administratie, logistiek, human resources, office-management, retail, marketing en dan ik kan nog wel even doorgaan’, zegt ze. ‘Het economisch proces bij een logistiek bedrijf is logischerwijs anders dan bij een notariskantoor. Daar komt bij dat bedrijven soms per direct arbeidskrachten nodig hebben, terwijl de samenwerking gericht is op de langere termijn: studenten opleiden voor het werk van de toekomst.’

Arbeidsmarktdashboard

Een concrete uitkomst van de eerste pijler - zicht op de arbeidsmarkt - is het arbeidsmarktdashboard, dat in samenwerking met Randstad BMC is ontwikkeld. ‘Daarin zien we alle economievacatures van dit moment in de wijde regio. We zien ook of het om een vacature gaat op mbo-, ad- of hbo-niveau en welke ‘hard en soft skills’ gevraagd worden, vertelt Adinda. ‘Dat dashboard kunnen opleidingen gebruiken om te zien wat er dit moment nodig is. We kunnen bijvoorbeeld zien dat er in de regio veel vraag is naar commerciële functies en dat in vrijwel alle functies soft skills als samenwerken, verantwoordelijkheid nemen, ondernemen en adviseren essentieel zijn. Met dank aan deze data en de gesprekken met het werkveld kunnen wij onze opleidingen laten aansluiten bij de gevraagde competenties van nu.’

Pilot

Een ander concreet initiatief en mooi voorbeeld van het toekomstbeeld dat de Zwolse Koers voor ogen heeft,

is het voorkomen van uitval van studenten en het bevorderen van de doorstroom van mbo naar hbo. Ook zijn er plannen voor doorstroming in het mbo van niveau 2 naar 3 en van niveau 3 naar 4.

ONDERWIJS / 26
Tekst Arjan Dijkema / Fotografie Peter Timmer

Zwolse Koers: zicht op arbeidsmarkt en studenten, experimenteren met vernieuwend onderwijs en samenwerken met bedrijven

‘Met de pilot bij Windesheim doet de ontwerpgroep ervaring op hoe we die doorstroom kunnen stimuleren en hoe we daarin kunnen samenwerken’, zegt Adinda.

Derdejaars mbo-student Anique is een van hen. Zij volgt op Landstede MBO de opleiding Legal, Insurance & HR Services Specialist en zit sinds september wekelijks in de schoolbanken van Hogeschool Windesheim. ‘Elke woensdagmiddag heb ik les op Windesheim met studenten van verschillende economische mboopleidingen’, vertelt ze.

In de module maakt ze kennis met organisatiekunde. ‘We behandelen de interne analyse van een bedrijf, waar ik als ik ga doorstuderen in het hbo een vrijstelling voor kan krijgen’, vertelt Anique. ‘Waarschijnlijk ga ik de bachelor HRM doen. Door die vrijstelling heb ik het de eerste maanden een stuk rustiger dan andere studenten’, lacht ze.

Anique merkt wel een duidelijk verschil tussen hbo en mbo. ‘Op het hbo moet je je colleges voorbereiden. Dat betekent dat ik van tevoren de theorie alvast moet doornemen. In de les ga

je vervolgens samen de diepte in. Dat ben ik op het mbo niet gewend, dus is het goed dat ik daar alvast van geproefd heb’, zegt ze. ‘Door deze module ben ik goed voorbereid op studeren in het hbo.’

Werkzekerheid

De pilot is een mooi voorbeeld van maatwerk. Want daar wil de Zwolse Koers eigenlijk het liefst naartoe. Adinda: ‘Breed opleiden maakt studenten flexibel in hun toekomstige werk. We willen vooral kijken naar competenties die iemand heeft en bij welk werk degene het beste past. En wil iemand zich nog verbreden in bijvoorbeeld marketing of e-commerce, dan kan dat. We gaan steeds meer richting maatwerk. Zeker in het kader van een leven lang ontwikkelen is dat belangrijk’.

Tenslotte benoemt Adinda nog een extra effect van de Zwolse Koers. ‘Waar we nauw samenwerken met bedrijven, zien we dat werknemers makkelijker de stap naar ons zetten voor hun professionele ontwikkeling. Zo bieden we via Landstede Groei Opleidingen actuele cursussen en opleidingen aan voor volwassenen. Het mes snijdt wat dat betreft aan twee kanten.’ \

27 / www.landstedembo.nl

Economie INN’gesprek

Tekst Mirjam van Huet / Fotografie Archief Jan Rotmans
‘Alle stelsels gaan op de kop’

Omarm de chaos

Boeren die niet meer mogen boeren, een zorgsector die zelf om zorg vraagt en een klimaat waarvoor we dweilen met de kraan open... Het moet anders in de wereld. En het kán anders, vindt hoogleraar transitiekunde Jan Rotmans. Wachten tot iederéén dat inziet, is niet nodig. ‘Nog één crisis en de wereld kantelt’, voorspelt hij. ‘Dan gaan oude systemen omver en komt er plaats voor duurzaamheid, samen delen en circulair ondernemen.’

Hoe komt het dat de wereld, sinds corona, zó op zijn kop staat, dat men zich voorneemt het ‘helemaal anders’ te gaan doen? ‘Er is een groep van tien procent die het anders doet. Anders vliegen, anders reizen. Dus die gooien het oude patroon om. De andere negentig procent is alweer terug bij het oude. Deze beweging – dat zo’n tien procent een systeemverandering doorvoert en het ook op die nieuwe manier blijft doen - zie je na iedere crisis. Ook na de economische crisis van 20082009 bijvoorbeeld. Tel je die percentages bij elkaar op, dan kom je vanzelf op een kantelpunt. Dat kantelpunt is wanneer ongeveer vijfentwintig procent van de mensen de systeemwijzigingen volgt.’

Op welke crisis ‘wachten’ we nu, om tot die kanteling te komen?

‘We zitten momenteel al midden in de energietransitie. We voelen het allemaal in onze portemonnee. Verder zijn thema’s als stikstof en landbouw aan de orde van de dag. De zorgtransitie staat in de schijnwerpers, want als we zo doorgaan moet over een paar jaar één op de vier mensen in de zorg werken. Maar de crisis die het hele systeem om kan gooien, dát zou wel eens de klimaatcrisis kunnen zijn. Nog niet iedereen voelt ’m. Tot er steeds meer weersextremen komen. En dán komt het kantelpunt. Ik denk dat dit over pak ’m beet 5 jaar gebeurt. Na die kanteling komen processen die nu langzaam op gang komen, ineens in een versnelling. Neem zonnepanelen. Momenteel heeft een op de vijf huishoudens die op het dak liggen. Daar hebben we met zijn allen dertig jaar over gedaan. Dat aantal huishoudens met zonnepanelen kan binnenkort in drie jaar verdrievoudigen. Hetzelfde geldt voor gezonder eten, meer bewegen, elektrisch rijden, online werken, minder vliegen en bijvoorbeeld het delen van spullen in plaats van het bezitten van spullen.’

Wat betekenen die veranderingen nou concreet voor de gemiddelde Nederlander?

‘Er wordt heel veel anders voor ons. De arbeidsmarkt, pensioenvoorzieningen, democratie, zorg. Al die stelsels gaan op de kop. En die transities worden gevoed door de maatschappelijke uitdagingen waar we voor staan. Neem de democratie: vele mensen voelen zich niet gehoord in bijvoorbeeld de energietransitie. Er wordt dan ook steeds geëxperimenteerd met burgerraden. In Den Haag, in verschillende gemeenten, maar ook in landen als Frankrijk en Ierland. Geef burgers een stem, anders schieten ze in de weerstand.’

Het is je roeping om transities te doorgronden en aan te jagen. Welke veranderingen maak jij zelf door?

‘Op mijn huis liggen zonnepanelen, ik ga kleiner en aardgasvrij wonen, ik heb nooit een rijbewijs gehad en áls ik eens met de auto ergens heen word gereden is dat met een elektrische auto. Ik koop mijn pakken van het kledingmerk Aarden. Die worden duurzaam en op maat gemaakt. Maar dat zijn de praktische dingen. Ik ben ook met een spirituele zoektocht bezig. Vroeger praatte en handelde ik vanuit ratio en nu ook vanuit gevoel. De persoonlijke crisis die voor die kanteling zorgde, was een ernstig fietsongeluk. Ik ben met mijn racefiets over de kop gegaan. Ik heb een jaar moeten revalideren. Een jaar de tijd om in mezelf te graven. Daarna ben ik meer activistisch geworden en streef ik nóg meer naar maatschappelijke impact.’

Welk verschil merk je sinds jouw innerlijke transitie in je werk?

‘Ik kan anderen nu meer op gevoelsniveau raken. En dat helpt bij transities. Iemand kan iets honderd keer horen, maar als hij of zij het niet vóélt, >

29 /

kan die er niet naar leven. Contact maken lukt door mezelf kwetsbaarder te maken. Anders te praten. Vanmiddag gebeurde het nog. Iemand barstte in huilen uit toen we spraken over de impact van zijn bedrijf op zijn kinderen en kleinkinderen. Hij voelde zich aangesproken. Daar ben ik heel dankbaar voor.’

Wat kunnen wij zelf doen om de wereld de goede kant op te helpen?

‘We zijn allemaal, één voor één, ‘interviduen’. We zijn individuen, maar hebben allemaal invloed op elkaar. Bewust en onbewust; als jij je gedrag verandert, verandert dat ook anderen. Ik heb honderden mensen geïnspireerd. Ik neem mensen mee naar Ibiza om een week aan hun plan of droom te werken. Dan nemen mensen de meest drastische beslissingen. Tot die tijd staan ze voor een tweesprong, ze durven niet. Maar van de een op de andere dag zeggen ze hun baan op, stoppen ze met hun relatie of realiseren ze hun droom. Zo was er ook iemand die geen boek durfde te schrijven. Twee jaar later lag het er.’

Jouw eigen - nieuwste - boek draagt de titel ‘Omarm de chaos’. Hoe moeten we dat doen?

‘Chaos kun je niet omarmen, dus die titel moet je lezen met een knipoog. Chaos is ongrijpbaar. Maar je kunt chaos wel accepteren en proberen ermee te leven. Wat ik bedoel is: je moet het niet gaan managen of proberen te beheersen, want dat maakt chaos alleen maar groter. Denk gewoon, ok, het is nu kennelijk onzeker en complex. Hoe kan ik daarmee omgaan? Blijf niet vasthouden aan het

oude. Sta open voor een nieuwe tijd, een nieuwe wereld. Als bedrijf kun je nieuwe verdienmodellen onderzoeken. Experimenteer ermee. Werkt het? Dan schaal je op. Transities draaien om onderzoeken, leren, experimenteren. Visionair denken en vervolgens klein en praktisch handelen. Groot denken, klein doen.’

Hoe schat jij je invloed in als het gaat om de grote maatschappelijke transities?

‘Ik heb geen macht, maar indirect wel invloed. In de wetenschap heb ik aan de wieg gestaan van transitiewetenschap, destijds iets nieuws. Daar is in Nederland in twintig jaar tijd de basis voor gelegd en daar ben ik trots op. Ik heb één van

ECONOMIE / 30
‘Chaos is ongrijpbaar. Maar je kunt chaos wel accepteren’

de eerste klimaatmodellen bedacht: Image. En als activist – zelf zeg ik liever scientivist - heb ik ook invloed. Daarnaast leid ik mensen op, die op allerlei posities terechtkomen, bij gemeenten, bedrijven, ministeries. Zo kan ik mijn gedachtegoed verder zaaien. Ik merk ook dat mijn - inmiddels duizenden - lezingen mensen aanzetten tot beweging. In de

toekomst zou ik wel meer impact over de landsgrenzen heen willen hebben.

Ik heb zelfs plannen voor een eigen internationale universiteit in Rotterdam.

Ten slotte heb ik mijn eigen opvolgers, tien professoren, die het verhaal verder vertellen. Ik heb dus niet het idee dat ik het begin- en eindpunt ben.’ \

Over Jan Rotmans Jan Rotmans (Rotterdam, 29 maart 1961) is hoogleraar ‘transitiekunde’ aan de Erasmus Universiteit in Rotterdam. Hij schreef 30 boeken over klimaatverandering, klimaatmodellen en duurzame veranderingen. In 2004 richtte hij DRIFT op, het Dutch Research Institute For Transitions en in 2007 Stichting Urgenda, een beweging voor innovatie en duurzaamheid. Hij bracht eind 2021 zijn 20e boek uit: ‘Omarm de chaos’. Het boek schetst een perspectief voor Nederland en de wereld die in een klimaatcrisis verkeren, én handvatten om in beweging te komen. Rotmans brengt het grote verhaal terug naar het menselijke niveau, met de boodschap: transities zijn mensenwerk.

31 /
‘We zijn allemaal, één voor één, ‘interviduen’’

Bij WaardeRing komen circulariteit en inclusiviteit samen

Ruim drie jaar bestaat het circulaire ambachtsnetwerk WaardeRing inmiddels in Regio Zwolle. Bedrijven, gemeentes en onderwijsinstellingen werken daarin samen om zo min mogelijk grondstoffen te verspillen en om die vooral te hergebruiken. Wilma Voortman, directeur van Stichting Kringloop Zwolle en Stichting Noggus&Noggus, en Maarten van Dongen, projectleider bij Natuur en Milieu Overijssel, zijn de enthousiaste kartrekkers van het succesvolle netwerk. ‘We zijn aan het uitvinden hoe een duurzame economie eruit moet zien.’

Bij haar aanstelling in 2019 zag Wilma dat er veel kansen lagen bij haar kringloopwinkels om voor minder afval te zorgen. Door veel meer de samenwerking met andere partijen aan te gaan, bedacht ze. ‘Van de spullen die mensen naar ons toe brengen, is 35 procent verkoopbaar. De rest is dat niet omdat er geen vraag naar is’, legt ze uit. ‘Producten die uit één materiaalsoort bestaan,

worden als grondstof afgevoerd om te recyclen. Samengestelde producten, die uit meerdere grondstoffen bestaan, gooiden we, tot voor kort, vaak weg. Daar moest iets gebeuren.’

Uit gesprekken met het praktijkonderwijs en voortgezet speciaal onderwijs (vso) bleek dat het voor hen lastig was om stressloos

REGIO ZWOLLE / 32
Tekst Arjan Dijkema / Fotografie Peter Timmer

werk te vinden voor hun leerlingen. ‘Toen ontstond het idee de reststromen van onze kringloopwinkels te koppelen aan die scholen’, zegt Wilma. ‘Maar ook zag ik kansen om samen te werken met andere onderwijs- en zorginstellingen en met bijvoorbeeld Tiem, het sociaal werk- en ontwikkelbedrijf van Gemeente Zwolle.’

Prijsvraag

Een prijsvraag van Rijkswaterstaat bracht Wilma en Maarten bij elkaar. ‘Gemeenten kregen subsidie om een idee uit te werken voor een circulair ambachtsnetwerk. Gebaseerd op een voorbeeld in Zweden, waar alles op één locatie bij elkaar kwam: kringloopwinkel, milieustraat, onderwijs en ambachtslieden. Een walhalla volgens Rijkswaterstaat’, blikt Maarten terug. Toch stelde hij voor om het anders te doen. ‘Onze partners hadden allemaal al een plek in Gemeente Zwolle, zoals de milieustraat van ROVA, de kringloopwinkels van Wilma en de praktijklokalen in schoolgebouwen. Daarom was één locatie niet logisch.’ En wist Maarten: ‘Als we ons op één plek hadden gefocust, was het vooral over vierkante meters en vergunningen gegaan. Dan hadden we pas binnen een jaar of tien een ambachtsnetwerk gehad’.

Het idee sloeg aan, want het uitgewerkte plan van Wilma en Maarten werd verkozen tot een van de winnaars. ‘Meestal blijft het dan bij een haalbaarheidsstudie, maar wij zijn gewoon aan de slag gegaan’, vertelt Maarten. En met succes, want WaardeRing is inmiddels gegroeid van 12 naar 54 partners, inmiddels ook buiten de gemeentegrenzen van Zwolle. Belangrijk daarbij is het sociale aspect. ‘Een circulaire economie kan niet zonder inclusiviteit. Daarom werken we behalve met ondernemers ook samen met praktijkscholen, voortgezet speciaal onderwijs, sociale werkvoorziening en zorginstellingen als Philadelphia en Frion.’ Leerlingen van onder meer Thorbecke SG en De Ambelt werken bijvoorbeeld in het textielsorteercentrum van Stichting Kringloop Zwolle en pimpen oude meubels die ze vervolgens via Marktplaats verkopen.

Van opblaaskrokodil tot slipper Inmiddels zijn er tal van producten die via de kringloopwinkels van Stichting Kringloop Zwolle en Stichting Noggus&Noggus.

Zelfs (lekke) opblaasbare zwembaden, strandballen en opblaaskrokodillen krijgen een tweede leven. Want dergelijke producten gaan sinds deze zomer naar Vinylrecycling in Lelystad, die er grondstoffen van maakt voor tuinslangen en slippers. Een ander voorbeeld is de Kerst Pop-Up in de Zwolse Diezerstraat, die eind oktober haar deuren opende. ‘Die winkel is volledig ingericht door studenten van vso, praktijkonderwijs, mbo en hbo. Onder begeleiding van mensen van Stichting Kringloop Zwolle runnen ze die winkel’, vertelt Maarten. Wilma vult aan: ‘Daar laten we graag zien hoe gaaf hergebruik is en wat er mogelijk is. Want de meeste mensen zien niet wat er al allemaal op het gebied van circulariteit gebeurt bij scholen en bedrijven. Daarom hebben we ook gekozen voor een plek midden in de stad.’

Trots

Ze lopen er niet mee te koop, maar dat WaardeRing tot een voorbeeld is uitgegroeid voor de rest van Nederland maakt beiden enorm trots. ‘Als we willen, kunnen we elke dag wel een gemeente te woord staan. Die erkenning is mooi’, zegt Maarten. Wilma: ‘Maar daar doen we het uiteindelijk niet voor. We zijn intrinsiek gemotiveerd om WaardeRing groter te maken. Als we mensen weten te inspireren, zijn we nog trotser. We willen dat de circulaire beweging op gang komt, daar gaat het om. Dat mensen niet langer in geld denken, maar in waarde van mensen en materialen.’

Wil jij duurzamer ondernemen of samenwerken met bedrijven die (ook) duurzaam zijn, ga dan naar www.waarde-ring.nl \

33 / Lübeckplein 2, 8017 JZ Zwolle / T 14 038 / www.zwolle.nl
‘We willen dat de circulaire beweging op gang komt’
‘Een circulaire economie kan niet zonder inclusiviteit’

Ga met de fiets naar je werk!

Overijssel Onderweg werkt samen met werkgevers aan minder, andere en schonere mobiliteit. Via hybride werken, fietsstimulering en de inzet van de juiste mobiliteitsmix streeft Overijssel Onderweg naar minder files, minder CO2-uitstoot, meer vrijheid in werk- en reistijden en vitalere medewerkers.

Eén van de drie pijlers van de mobiliteitsaanpak is fietsstimulering. Bij woon- werkafstanden tot 15 kilometer is de fiets een uitstekend vervoermiddel. Zeker wanneer werkgevers toegespitste fietsregelingen beschikbaar stellen, is dat een stimulans om de auto te laten staan. En passend bij modern werkgeverschap.

Fietsmaatjes

Overijssel Onderweg (de nieuwe naam voor Twente Mobiel en Regio Zwolle Mobiel) heeft de fietsactie ‘Fietsmaatjes’ ontwikkeld. Met het doel om werknemers in Overijssel te stimuleren vaker naar het werk te fietsen.

‘De fietsactie toont aan dat het traditionele patroon in woonwerkverkeer te doorbreken is. Met een win-win-win situatie als inspirerend resultaat. Werkgevers plukken de vruchten van een fitter personeelsbestand, werknemers zitten beter in hun vel en samen zetten we in op de verduurzaming van mobiliteit’, aldus Nicole van Zomeren, programmamanager van Overijssel Onderweg.

De succesvolle actie, waar 523 mensen aan deelnamen, is inmiddels geëindigd. En een nieuwe fietstimuleringsactiviteit gaat binnenkort van start. Meer informatie daarover volgt binnenkort.

Vitaliteitsonderzoek

Met het Vitaliteitsonderzoek van Provincie Overijssel is onderzocht wat het effect is van fietsen op gezondheid. Gedurende het onderzoek, van januari 2022 tot en met juli 2022, werkten collega’s die deelnamen aan Fietsmaatjes samen aan hun gezondheid en vitaliteit. Buddy’s en deelnemers vormden teams. De buddy’s moedigden hun teamgenoten aan om zoveel mogelijk te fietsen. Want hoe meer er werd gefietst naar het werk, hoe hoger de beloning. Maar dat het meer oplevert dan dat, blijkt wel uit de resultaten van het Vitaliteitsonderzoek.

Waarom ben jij niet op de fiets?

Zo neemt 94 procent van de deelnemers zich voor om de helft van de werkdagen naar het werk te fietsen. Het is gezond, ontspannend, maakt het hoofd leeg, bespaart brandstof en is beter voor het milieu, zijn de meest gehoorde motivatoren. En het feit dat je samen met collega’s deelnam gaf ook de nodige sociale ‘druk’. ‘Als je niet op de fiets bent, dan krijg je te horen: Hé, waarom ben jij niet op de fiets vandaag? Dat houdt je scherp’, zegt een van de respondenten.

Inzicht voor werkgevers

Het onderzoek biedt interessante inzichten voor de werknemers maar zeker ook voor de werkgevers. Het onderzoek laat zien dat fietsen daadwerkelijk effect heeft op de mentale en fysieke gezondheid. Deelnemers geven aan dat hun uithoudingsvermogen verbetert, hun bmi daalt en dat fietsen goed is voor hun gezondheid. 96,7 procent geeft het belang van regelmatig bewegen aan als reden om naar het werk te gaan fietsen. En 93,4 procent omdat het gezondheidswinst oplevert. Voor het volledig rapport en de samenvatting daarvan, kijk op: www.overijsselonderweg.nl bij het hoofdstuk Fietsstimulering.

REGIO ZWOLLE / 34
en fotografie
Tekst
Overijssel Onderweg
Zorgmedewerkers Carintreggeland nemen hun fiets in ontvangst

Fietspilot Carintreggeland

Overijssel Onderweg initieert ook fietspilots bij bedrijven en organisaties. Een mooi voorbeeld daarvan is de pilot bij Carintreggeland, een grote zorginstelling in Twente. Carintreggeland vindt duurzaamheid en de gezondheid van haar medewerkers uiterst belangrijk. De organisatie wil medewerkers motiveren om met de fiets naar de cliënten te gaan. En de auto te laten staan.

Nicole van Zomeren: ‘Deze eerste fase van de pilot loopt van 1 oktober tot en met 31 december. We stimuleren 50 deelnemende zorgprofessionals om de auto te laten staan en op de fiets te stappen. Zo ervaren ze welke voordelen het gebruik van een fiets heeft voor, tijdens en na het werk. De tweede fase start in januari 2023. Dan ligt de focus op het ambassadeurschap van de thuiszorgmedewerkers om het fietsen ook te stimuleren bij en in de directe omgeving van de cliënten.’

Grote belangstelling

De belangstelling voor de e-bikes bleek zo groot dat er geloot moest worden. En dat de actie nu al succesvol is, blijkt uit de reacties. ‘Wanneer ik fiets, merk ik dat ik me fitter en ontspannen

voel en dat is ook goed voor onze cliënten. Ik nam standaard de auto en nu denk ik erover om de auto weg te doen, is ook nog eens goed voor de portemonnee en het milieu. Als ik naar huis fiets, raakt mijn hoofd lekker leeg en ik slaap veel beter.’

Koen van der Linden, manager services: ‘Het is fijn om te zien dat zovelen enthousiast zijn. We hopen de komende maanden op een olievlek zodat ook andere collega’s vaker de fiets pakken. Om dat te ondersteunen zijn we druk bezig met de ontwikkeling van een verbeterd fietsplan voor alle medewerkers. Het fietsen maakt ons als organisatie fitter, gezonder en het zorgt ervoor dat collega’s zich minder vaak ziekmelden. Daarbij dragen wij ons steentje bij om de CO2-uitstoot te verlagen, een belangrijke duurzaamheidsdoelstelling.’

Overijssel Onderweg is een mobiliteitsinitiatief van provincie Overijssel. Kijk ook op: www.overijsselonderweg.nl \

Luttenbergstraat 2, 8012 EE Zwolle / www.overijsselonderweg.nl

OPFRIS-module voor ervaren

commissarissen op het gebied van cyber security & digitalisering

Een krachtige raad van commissarissen vraagt om leden met ervaring uit het verleden, kennis van nu en een visie op de toekomst. ICT & digitalisering zijn een groot onderdeel van het nu en van de toekomst. FRIS Toezicht start naast de opleiding voor FRISSE commissarissen ook een OPFRIS-module Cyber Security & Digitalisering voor ervaren commissarissen.

Digitalisering raakt het bedrijf en de raad van commissarissen. Digitalisering, continuïteit en reputatieschade kunnen dicht bij elkaar liggen. Je leest geregeld in de krant over datalekken en kansen en risico’s rondom algoritmes. Er is (bijna) geen bedrijf dat níet te maken heeft met digitalisering. Vraag je je als commissaris af of je de rapporten en analyses van specialisten begrijpt? Kun je beoordelen of de digitalisering goed is georganiseerd? Ken je de kansen en bedreigingen? Weet je welke vragen je moet stellen?

Ken jij de wetgeving voor digitalisering? Heb jij zicht op de juridische kant van de digitale ontwikkelingen? De regelgeving rondom digitalisering is continu in ontwikkeling. In de OPFRIS-module nemen we je daarin mee. Wat zijn aandachtspunten en welke vragen zou je moeten stellen aan de organisatie waarvan je toezichthouder bent?

Hoe ziet de digitale toekomst eruit?

De technologische ontwikkelingen blijven doorgaan. Niemand weet hoe onze digitale toekomst eruit gaat zien. Wel is duidelijk dat we ons structureel moeten bezighouden met zowel de nieuwe kansen als de nieuwe risico’s. De OPFRIS-module brengt je op de hoogte van de laatste ontwikkelingen en welke kansen en risico’s die met zich mee kunnen brengen.

De OPFRIS-module

De module wordt gegeven door specialisten op het gebied van cyber security & digitalisering. Een jurist neemt je mee in de laatste ontwikkelingen rondom de wetgeving met betrekking tot digitalisering. Aan het eind van de module heb je een gedegen basiskennis en weet je welke vragen je kunt stellen binnen de raad van commissarissen. De module bestaat uit twee dagen.

FRIS Toezicht

FRIS Toezicht is een opleiding voor FRISse toezichthouders. Jonge toezichthouders met een FRISse blik die raden van commissarissen uit Noord-Oost-Nederland kunnen versterken. De opleiding is enthousiast ontvangen. De tweede opleiding start 17 maart 2023. Daarnaast verzorgd FRIS Toezicht tevens OPFRIS modules voor ervaren commissarissen over actuele onderwerpen.

Data OPFRIS-module 22 februari en 22 maart 2023

Aanmelden

Neem contact op met Jeanet Bakker of Paul Veld van FRIS Toezicht. Zie www.fristoezicht.nl, mail jeanet@fristoezicht.nl of paul@fristoezicht.nl of bel 06 31 64 13 39 (Jeanet) of 06 20 27 41 17 (Paul). \

ONDERNEMEN / 36
Tekst en fotografie FRIS Toezicht >
Pijze / www.fristoezicht.nl
Langbroek 4, 9321 XV
is opgericht door Jeanet Bakker en Paul Veld.

Jelle Weever

Het is oorlog, maar niemand die het ziet’

‘Het is oorlog, maar niemand die het ziet.’ Afgelopen vakantie las ik dit intrigerende boek van Huib Moddelkolk. Het gaat over hoe landen digitaal oorlog voeren met elkaar. Eigenlijk wist ik het al wel, maar dit boek legt heel duidelijk bloot dat je online niet veilig bent. Wist je dat China door het stelen van de ontwerpen van de joint Strike Fighter er eerder beschikking over had dan Nederland? Maar wat betekent die digitale criminaliteit voor jouw bedrijf?

Het aantal berichten over ransomware stijgt, het aantal gehackte bedrijven neemt dagelijks toe en cybercriminelen verdienen meer dan ooit. Organisaties nemen cybersecurity nog steeds niet serieus. In 2021 werden volgens het CBS 2,5 miljoen Nederlanders slachtoffer van cybercriminaliteit.

In 2021 vond een hack plaats bij VDL Nedcar. Het hele bedrijf lag een week plat. Geen productie, personeel naar huis, een enorme kostenpost en een bak imagoschade. Dit gebeurt iedere dag in ons land. Vaak haalt het de media niet, omdat bedrijven er niet mee te koop lopen. Allemaal aangericht door cybercriminelen die vaak vanuit een ver buitenland een aanval uitvoeren. Bij grote bedrijven stelen ze gepatenteerde oplossingen, die door hen makkelijk nagemaakt kunnen worden. Bij aanvallen op mkb’ers gaat het vaak om losgeld.

Criminelen screenen systemen op zwakke plekken. Het belangrijkste is het niet up to date hebben van software. Dit kan zijn van je eigen besturingssysteem, maar ook van je smartphone. Iedere softwareupdate kent ook een beveiligingsupdate naar aanleiding van succesvolle hackpogingen. Ook andere oorzaken spelen een belangrijke rol. Vaak geboren uit gemakzucht. Denk aan het niet meteen updaten van apps. Het gebruiken van dezelfde

wachtwoorden voor verschillende applicaties of websites. Het gebruik van openbare onbeveiligde WIFI-punten of het altijd aan laten staan van je bluetooth op je laptop of telefoon.

Gelukkig zijn er simpele oplossingen die al veel ellende kunnen voorkomen. Gebruik een dubbele autorisatie voor het inloggen op je bedrijfsserver. Zorg ervoor dat medewerkers regelmatig hun wachtwoord wijzigen. Stimuleer personeel gebruik te maken van passwordmanager als men het gebruik van verschillende wachtwoorden lastig vindt. Train personeel op het herkennen van phishing-mail. Druk je personeel op het hart nooit hun bedrijfslaptoppen te verbinden met openbare onveilige WIFI-netwerken en laat ze de hotspot van hun mobiele telefoon gebruiken.

Het is van belang dat bedrijven hun digitale beveiliging op orde hebben. De boel op orde hebben, betekent niet dat je geen slachtoffer meer kunt worden, maar de kans is wel veel kleiner. Een site met nuttige tips is: www.laatjeniethackmaken.nl van journalist Daniël Verlaan. Succes en wees scherp. Voor wie meer wil weten over hoe geheime diensten elkaar bestoken en digitaal oorlog voeren, kan ik het boek van Moddelkolk van harte aanbevelen. \

37 /
Jelle Weever, bouwondernemer en voorzitter MKB-Nederland Regio Zwolle

Warme bedrijfscultuur leidt Azerty door tijden van verandering

Steevast spreekt hij over ‘de familie’ als hij het over zijn medewerkers heeft. Jeroen te Wierik, directeur van Azerty in Raalte, had zijn oren nog niet naar personeel staan toen hij in 2004 met zijn compagnon Richard Klink begon met de verkoop van computerartikelen. Inmiddels werken er 180 medewerkers, goed voor 150 fte en een omzet van 133 miljoen euro in 2021. Een goede bedrijfscultuur is voor Jeroen essentieel, helemaal in tijden van verandering.

Met Richard zijn passie voor techniek en Jeroen zijn economisch commerciële vaardigheden was hun gezamenlijke inzet bij aanvang ‘iets moois’ te bouwen. De twee hadden zich ten doel gesteld het eerste jaar 1,5 miljoen euro omzet te halen. Dat werd 4,3 miljoen. Extra handjes waren onontbeerlijk. Jeroen: ‘De eerste hulp kregen we van twee stagiairs. Eén werkt nog steeds bij ons. Hij kwam als zeventienjarige binnen en is het personeelslid dat je iedereen toewenst. Hij was ook de eerste die tegen ons zei wat hij van de gang van zaken vond. Ik realiseerde me dat dat heel belangrijk is.’

Dynamiek

Een lastige periode voor Azerty was de overgang naar een nieuw internetpakket in 2017. ‘Meerdere collega’s waren er, net als wijzelf,

ONDERNEMEN / 38 Tekst Erik-Jan Berends /
Fotografie Peter Timmer

tot ’s avonds laat mee bezig. Ook onze eerste medewerker stuurde om twee uur nog een mailtje om zijn visie te geven. Zulke betrokken mensen gun je iedereen’, vervolgt Jeroen. ‘Onze cultuur, de dynamiek hier, maakt dat medewerkers hier graag blijven. Elke ochtend loop ik een rondje door het bedrijf en wens ik iedereen goedemorgen. Iedere woensdagochtend geef ik een presentatie op een podium en we hebben iedere maand een Kahoot-quiz. Die kost wel wat prijsjes, maar dat verdient zich dubbel en dwars terug. We zijn écht blij met de mensen waarmee we werken.’

Verandering

De eerste grote verandering ontstond in coronatijd. Begonnen aan de Kotterstraat betrok Azerty in oktober 2020 een extra pand aan de Vrieswijk. De kantoren aan de Kotterstraat werden gebruikt voor opslag. ‘De nieuwe mensen die aan de Vrieswijk begonnen, hadden geen idee wat er aan de Kotterstraat gebeurde’, memoreert Jeroen. ‘In coronatijd namen we 55 nieuwe medewerkers aan. Zij kenden veel collega’s niet of alleen van een meeting via Teams. Het enige wat toen belangrijk was dat de handel eruit moest.’

Nieuwbouw

In die periode kijkt de directie ook naar nieuwbouw, een tweede ingrijpende verandering. ‘Ik had tekeningen liggen, maar bouwen werd erg duur’, blikt Jeroen terug. ‘Op 1 februari 2021 kregen we te horen dat we op 1 oktober uit ons pand moesten. Ik heb dat nog weten uit te stellen tot 1 januari 2022. Na twee bestaande panden te hebben gezien, kwam ons huidige pand ineens op mijn pad, 13.655 vierkante meter. Mijn gedachte was ‘wat wandjes erin en klaar’, maar dat bleek toch meer voeten in aarde te hebben. Het bouwteam ging aan de slag met de opdracht dat 17 december gehaald moest worden.’

Speeddate

Het lukt en op 17 december 2021 betrekken directie en medewerkers het nieuwe pand aan de Tjalkstraat. Jeroen: ‘We vinden het bij Azerty belangrijk dat iedereen elkaar kent en dat iedereen gelijkwaardig is. Om elkaar te leren kennen, hebben we een speeddate georganiseerd. Dat deden we tijdens de eerste woensdagochtend-presentatie. Nieuwe mensen ervaren het als een warm bad hier. In coronatijd konden we dat warme bad niet geven. Van bestaande medewerkers horen we echter dat onze bestaande cultuur na corona weer helemaal terugkwam. Als je die nestwarmte niet hebt, heb je steeds weer nieuwe mensen nodig, worden de lonen hoger en bied je werk dat mensen overal kunnen vinden.’

Verbouwing

Petro Vosselman (directeur mkb) en Chiel Polstra (manager accountancy) bij accountantskantoor KroeseWevers herkennen de ontwikkelingen bij Azerty. ‘Ook wij hadden twee locaties en

hebben die samengevoegd in Zwolle’, aldus Petro. ‘Evenals Azerty hebben we een open cultuur. We maken nu tijdens onze verbouwing gebruik van zeventien flexplekken.’ Dat medewerkers elkaar weer persoonlijk ontmoeten na de coronatijd is volgens Chiel essentieel. ‘Jonge medewerkers hebben bij ons sowieso plek en begeleiding.

Je leert elkaar kennen en ziet, anders dan via Teams, dat er opleidingsbehoefte is en kunt hier als begeleider op anticiperen.’

Opleidingsplan

Een goede bedrijfscultuur is voor Jeroen essentieel voor succesvol ondernemen. ‘Jongeren moeten ruimte krijgen om zich te ontwikkelen en te groeien. Wij willen een commercieel en technisch opleidingsplan opzetten en het minder over uren hebben. Als we jonge mensen continu inspireren, blijven ze langer. Geld is niet alles.

Je moet je bij Azerty goed kunnen ontwikkelen en je goed voelen.

Je krijgt hier een ‘geen-burnout-garantie’. Je hoort bij de familie.’ \

39 / Dokter van Deenweg 120, 8025 BN Zwolle / T 0384 44 72 06 / www.kroesewevers.nl
‘Jonge medewerkers hebben bij ons sowieso begeleiding’
Chiel Polstra
‘Je krijgt bij Azerty een ‘geen-burnout-garantie’’

Deltion College inspireert in moeilijke tijden:

‘Onze docenten en studenten dragen bij aan een mooiere wereld’

Duurzaamheid leuk én interessant maken voor de duizenden studenten van het Deltion College in Zwolle. Geen makkelijke opgave, wel een heel belangrijke. Want wie vooruit wil, moet mee in deze transitie, weten directeur Jan-Ernst van Driel, Marijn Mooij - directeur horeca, reizen & dienstverlening - en Jeroen Kok, directeur bedrijfsvoering. Zij doen dit graag sámen met het mkb in de regio. ‘Het begint allemaal bij jezelf. Op het gebied van bewustwording moet nog heel veel gebeuren.’

De energiecrisis, torenhoge inflatie, klimaatcrisis en corona. Makkelijke tijden zijn het bepaald niet. ‘Al die crisissen werken ook nog eens op elkaar in. Dat veroorzaakt chaos. We hebben elkaar nodig om er fris en vrolijk uit te komen’, vindt Jan-Ernst.

Tegengaan van verspilling Deltion begon daar in 2019 mee. Toen ondertekende het college van bestuur zeventien Sustainable Development Goals, oftewel duurzame ontwikkelingsdoelen. Corona bemoeilijkte het naleven van de maatregelen om deze doelen te behalen. Marijn: ‘Nu de lessen ook weer klassikaal plaatsvinden hebben we meer ruimte om onze studenten mee te geven wat zij zelf kunnen doen. Online heb je daar minder grip op.’

Jan-Ernst: ‘Op het gebied van bewustwording moet nog heel veel gebeuren. Welke bijdrage kun jij als persoon zelf leveren en binnen jouw opleiding? Bij sommige opleidingen worden studenten nadrukkelijker met verduurzaming en transitie geconfronteerd dan andere opleidingen. Dat je bij een techniekopleiding met een warmtepomp aan de slag gaat is evident. Maar ook bij de horeca moet je hierover nadenken. Circulariteit van voedsel bijvoorbeeld.’ Daar komt Marijn om de hoek kijken. ‘Wij zijn al een tijd bezig met het tegengaan van verspilling, zo nemen wij van leveranciers producten af die tegen de einddatum lopen en kiezen we niet meer alleen voor vlees, vis en gevogelte, maar ook voor groentegerechten. We willen onze studenten vooral inspireren en niet alleen maar confronteren met alle veranderingen. We willen voorkomen dat de jeugd afhaakt.’

Een positievere wereld

Maar hoe doe je dat dan? Je moet het nieuwe gewoon laten worden, zonder dat het bijzonder is, weten ze bij het Deltion College. In het onderwijs wordt steeds meer ingezet op 21e-eeuwse vaardigheden en competenties. Studenten moeten thematische casussen oplossen. De studenten gaan binnen het gebouw van Deltion zelf aan de slag met hun ideeën. Zo is er een repaircafé binnen Deltion om goederen een tweede leven te geven.

ONDERWIJS / 40 Tekst Kimberly
Rallis / Fotografie Peter Timmer

Maar er gebeurt nog veel meer binnen de school. Toiletten worden doorgespoeld met hemel-/regenwater en vanuit de energietransitie wordt het energieverbruik gereduceerd. Ook wordt er sterk gelet op het scheiden, monitoren en hergebruiken van afval. ‘We bieden ook steeds meer gezonde en duurzame producten aan in de kantines’, vertelt Jeroen. ‘En we maken gebruik van een duurzame WKO-installatie voor het verwarmen en koelen van de gebouwen. Ook stimuleren en faciliteren we het gebruik van OV, fietsen en bijvoorbeeld elektrische auto’s. Dit doen we in onze mobility hub.’

Ook docenten van Deltion blijven zich ontwikkelen. Bij de opleiding tot automonteur gaat het niet alleen meer over benzineauto’s repareren. De omslag wordt gemaakt naar auto’s die elektrisch rijden of op waterstof. ‘We proberen dit stapsgewijs te introduceren’, zegt Jan-Ernst. ‘Docenten en studenten dragen bij aan een mooiere wereld, dát willen we ze meegeven.’

Samen sta je sterk

Deltion College vertaalt haar maatschappelijke ambities in kwalitatief goed onderwijs. En vooral de wens om de wereld een stukje mooier achter te laten dan hoe ze die aantroffen. Dit moet samen met het mkb worden opgepakt, want samen sta je sterk, vinden Jan-Ernst en Marijn. ‘In de toekomst kun je ook denken aan het actief koppelen van stagiairs aan bedrijven die het thema duurzaamheid daadwerkelijk omarmen. Onze studenten en stagebegeleiders ervaren dan hoe een en ander in de praktijk wordt vormgegeven door werkgevers. Die kennis kan dan weer worden meegenomen het onderwijs in’, zegt Jan-Ernst.

Maar het allerbelangrijkste is samenwerken. Want zo’n grote opgave, pak je niet alleen op. ‘We hopen dat wij in de regio samen met het mkb mooie ideeën in elkaar naar boven halen en de hele transitie naar een hoger niveau tillen. Inspireer onze studenten met jouw mooie bedrijf, dan inspireren zij weer medestudenten en docenten. Maar ook vice versa. Studenten die bezig zijn met duurzame thema’s, kunnen dit weer meenemen het bedrijfsleven in. Op die manier versterken we elkaar binnen Regio Zwolle. Als toekomstbestendige opleider gaan we graag deze uitdaging samen aan.’ \

41 / www.deltion.nl
‘Wij zijn al een tijd bezig met het tegengaan van verspilling’
Platform voor kennisdeling en inspiratie in de Regio. innregiozwolle.nl inntwente.nl innterregio.eu Overheid | Onderwijs | Ondernemers | Cultuur | Zorg Samen met onze partners laten we onze mooie regio’s groeien facebook.com/INNregiozwolle Nummer 16 / winter 2022 www.innregiozwolle.nl Nummer 16 winter 2022 INN transitie Platform voor kennisdeling en inspiratie in Regio Zwolle

Tijd voor social design

Grote lastige vraagstukken zijn van alle tijden. Ik moet hierbij denken aan de paardenmestproblematiek eind negentiende eeuw. De grote toename van het aantal paarden leidde in steden tot enorme hoeveelheden paardenmest in de straten. Toenmalige beleidsmakers voorspelden dat binnen vijftig jaar steden bedolven zouden liggen onder deze stinkende en ziekmakende hopen. Met de komst van de benzinemoter en daarmee auto’s smolt dit probleem als sneeuw voor de zon.

Overigens wil ik grote vraagstukken niet bagatelliseren; als we op gelijke voet doorgaan, creëren we een onleefbare situatie voor onszelf en voor onze kinderen. Maar het paardenmestvoorbeeld geeft wel aan dat we ontwikkelingen van nu niet blindelings moeten doortrekken naar de verre toekomst. De afgelopen jaren laten zo veel atypische bewegingen zien, dat de jarenlange voorspelbaarheid van onze samenleving ten einde is. Zekerheid en voorspelbaarheid maken plaats voor uitdaging.

Voor de meeste mensen leidt dat tot een oncomfortabel gevoel. Het gevoel van verliezende grip kan leiden tot gelatenheid, depressie of paniek. Grote groepen steken dan ook de kop in het zand. Bij veel van onze studenten echter, leidt het juist tot actie. Vanuit diep doorleefde urgentie werken ze aan verandering. Ze kiezen niet voor het ontwerpen van ‘mooie dingen’, maar voor het vormgeven van verandering. Hoe kunnen zij bijdragen aan een toekomst met perspectief? Ze zetten hun creativiteit en designdenken in voor een nieuwe werkelijkheid.

De gezapige voorspelbaarheid van de samenleving is voorbij. Er is onrust, er is reuring. Urgentie is de nieuwe drijfveer voor veel jongeren. Ze zetten hun creativiteit, energie en drijfveren in voor maatschappelijke vraagstukken. Deze nieuwe generatie werkenden kan ons helpen - of zelfs leiden - in de reis van heden naar toekomst. Ze zijn nog niet belast met jarenlange stabiliteit, heilige huisjes en de kaders van systemen. Ze durven anders te kijken en anders te handelen.

We zien steeds meer vraag naar werknemers met deze vaardigheden. Voor Cibap is dat aanleiding voor een nieuwe opleidingsrichting: social design. Daarin leiden we deze maatschappelijk betrokken jongeren op om vorm te geven aan verandering.

Ik zie hoop voor een mooie toekomst. De doemscenario’s van de paardenmest zijn gelukkig niet uitgekomen. En niet omdat we hebben afgewacht. Het is tijd voor actie en daar werken we vanuit het onderwijs aan mee. \

43 /
Bart Schouten: lid College van Bestuur Cibap vakschool voor vormgeving

Samen op weg naar een talentgerichte organisatie

De huidige krappe arbeidsmarkt vraagt om een andere manier van werven. Het vraagt om kijken naar talenten en deze binnen de organisatie ruimte bieden voor ontwikkeling. ‘De organisatie van de toekomst is een talentgerichte organisatie’, aldus Marije Bremmer, HR Business Partner bij Eqib | The Human Factor en nu ook interim recruiter bij Viattence.

ONDERNEMEN / 44
Lara Bijen /
Tekst
Fotografie Peter Timmer

De arbeidsmarkt, en daarmee recruitment, zijn in transitie. Het is niet meer van deze tijd om te denken dat je als leidinggevende simpelweg een vacature naar een recruiter stuurt en dat deze dan wordt ingevuld. De oplossing zit in de transitie naar een talentgerichte organisatie, volgens Marije: ‘Een talentgerichte organisatie zet het talent wat ze al in huis heeft centraal en geeft talenten de ruimte om te ontwikkelen en weet daardoor talent te binden aan de organisatie. Om die organisatie te worden, is het belangrijk om mee te bewegen en flexibel te zijn. Eqib is een fullservice HR business partner en op basis van partnerschap ga ik in samenwerking met de opdrachtgever aan de slag met HR-vraagstukken.’

Zo is Marije nu bezig met een opdracht als interim recruiter bij Viattence. ‘Zij kwamen bij ons met de boodschap dat hun eigen recruiter wegging. Wij zijn met ze in gesprek gegaan om te kijken naar wat ze écht nodig hebben en tegelijkertijd zorgen we dat de huidige recruitmentprocessen doorgaan.’

Talent op de plek Viattence is een ouderenzorgorganisatie in de omgeving van Epe, Heerde, Wezep en Vaassen. De organisatie draagt bij aan een waardevol leven voor bewoners en cliënten. Indirect speelt recruitment daar een belangrijke rol in. Niet alleen de krapte op de arbeidsmarkt, maar ook de stijgende vergrijzing maken dat het aantrekken, binden, boeien en behouden van personeel nog belangrijker wordt. Marije vertelt: ‘Dit vraagt om anders werven. De vraag hoe ‘jij’ vanuit ‘jouw talent’ iets voor ons kan betekenen staat centraal. Ook belangrijk is hoe wij als organisatie ervoor kunnen zorgen dat jij ruimte krijgt om een eventuele leerpraktijkroute af te leggen, om op die betreffende plek te komen. Niet alleen kijken naar de juiste papieren, maar naar talent en waar de kracht ligt van een persoon. Waar komt iemand goed tot zijn of haar recht in de organisatie?’

Ze vertelt hoe ze omgaat met de open sollicitaties die ze ontvangt. ‘Niet iedereen heeft de juiste papieren, maar we kijken of ze talent en passie hebben voor de ouderenzorg en waar ze in hun kracht kunnen staan in de organisatie. Vervolgens kijken we naar de juiste route om op die plek te komen.’

Samenwerken is een must Marije helpt Viattence om de route die nieuwe medewerkers afleggen, soepel en vlot te laten verlopen door daar op alle niveaus in de organisatie over mee te denken. Belangrijk is om

het recruitmentproces wendbaar en toekomstbestendig te maken. Juist daarom doen we dit als team. Samen met de Viattence-professionals van HR, marketing & communicatie, leren & ontwikkelen, Planning en de teamcoaches van de locaties zetten we dit proces stevig neer. We hebben elkaar hierbij nodig. Belangrijk is dat er iemand op mijn plek terechtkomt die deze verbinding voortzet. Het is fijn dat ik de rol van recruiter binnen Viattence kan ervaren en weet hoe de sfeer en de cultuur zijn. Matches maken tussen mens en organisatie is natuurlijk waar het om draait bij Eqib en dan helpt het om eerst als interimmer de vacature te vervullen.’

‘Wat ik in dit geval doe, is zónder wervingsprofiel onder mijn arm op zoek gaan naar mijn opvolger. Zowel in ons netwerk als daarbuiten. Vervolgens wil ik er samen met de kandidaat achter komen vanuit welke talenten hij of zij de functie verder kan aankleden. Dit levert inspirerende gesprekken op.’ Daarnaast is Marije met de medewerkers van Viattence aan de slag om het recruitmentproces voor iedereen ‘eigen’ te maken. Ze vertelt: ‘Als het proces van henzelf wordt, voelen zij zich hier comfortabel bij en kunnen ze zich hier gemakkelijker in bewegen.’ Ze benoemt daarnaast dat Viattence een lerende organisatie is. ‘De organisatie is in ontwikkeling en dit vraagt van medewerkers om te blijven leren en te ontdekken wat wel en niet werkt. Meedenken in oplossingen om samen de dienstverlening te blijven verbeteren. Het mooie hiervan is dat medewerkers op deze manier ook de ruimte krijgen om te ontwikkelen en mee te groeien. Ook als je behoefte hebt aan een nieuwe uitdaging, denkt Viattence graag mee. Zo houden we mensen gemotiveerd en aan boord.’

Meedenken

Eqib biedt dus meerwaarde voor opdrachtgevers door echt te kijken naar de ‘vraag achter de vraag’. Marije: ‘Als fullservice HR business partner denken we met de opdrachtgever mee en niet alleen als recruiter. Waaruit ontstaat een vacature? Wat heb je nodig als organisatie? Waar beweegt de organisatie naartoe en wat voor invloed heeft dit op het personeelsbestand? Dat zijn vragen waarmee we ons bij Viattence ook bezighouden. We willen de vraag en behoefte vervullen én samen met de opdrachtgever onderzoeken hoe zij hun HR-processen toekomstbestendig en wendbaar kunnen inrichten. Volgens ons is de sleutel verbinden, samenwerken en focus; stap voor stap naar de gewenste situatie. En hierbij heb je elkaar nodig, dus laten we het vooral samen doen.’ \

45 / Grote Voort 207-1, 8041 BK Zwolle / T 074 349 40 74 / www.eqib.nl
‘Een talentgerichte organisatie zet het talent wat ze in huis heeft centraal’

Sociale innovatie vraagt om vertrouwen en om grenzen verleggen

Het werken en leven in de zorg is in transitie. Binnen Vogellanden zijn de zorgprofessional bezig met sociale innovatie: medewerkers inzetten vanuit persoonlijke talenten in plaats van vaste functies, zodat iedereen optimaal tot zijn recht komt. Een transitie die zich alleen kan voltrekken als iedereen samenwerkt, zegt Fenna Eefting, bestuurder van Vogellanden. Persoonlijke ontwikkeling is volgens haar essentieel om optimaal in het leven te staan en dát is waar goede zorg begint.

Vogellanden is een revalidatiecentrum in Zwolle. De organisatie is bezig met sociale innovatie: hoe zorg je ervoor dat medewerkers op de juiste plek zitten? Mariëlle Zwaga, lean manager bij Vogellanden, vertelt: ‘Binnen Vogellanden kun je het aangeven als je niet op je plek zit. We gaan dan kijken wat je nog meer kunt met jouw kwaliteiten.’ Ineke Mulder bijvoorbeeld, is vier maanden gedetacheerd vanuit Vogellanden naar het ziekenhuis. Ineke vertelt: ‘Bij Isala Ziekenhuis hadden ze verpleegkundigen nodig. Een functie die mij geweldig en interessant leek. Dat heb ik aangegeven. Ik had ook al ervaring op de afdeling chirurgie. Het mooie is dat je door wisseling in werk, zoals in dit geval, een energieboost krijgt. Ik ga namelijk uit mijn comfortzone om iets nieuws te doen en wordt even wakker geschud, fantastisch.’ Ook Celine Heetebrij, verpleegkundige bij Vogellanden, kreeg de kans om een ander deel van de zorg te ontdekken: ‘Tijdens mijn mbo-opleiding ben ik terechtgekomen bij Vogellanden en heb ik op alle afdelingen gewerkt om te proeven hoe dat is. Nu doe ik hbo-v vanuit Vogellanden en wil ik graag ervaring opdoen in het ziekenhuis. Die kans krijg ik hier gewoon.’

Instrument onderhouden

Dit is precies wat Fenna wil bereiken binnen Vogellanden en daarom stimuleert ze opleiding, maar ook coaching en persoonlijke ontwikkeling. Ze vertelt: ‘Het belangrijkste instrument dat we inzetten in ons werk, zijn wij zelf. Dat instrument moeten we onderhouden. Daarom stellen we ontwikkeling voor iedereen beschikbaar. Alle werknemers mogen van alles doen aan opleiding en ontwikkeling, van kennisstudies tot een cursus lijstenmaker. Het enige wat we vragen als tegenprestatie is om de opleiding indien mogelijk in eigen tijd te doen, tenzij dit redelijkerwijs niet te verwachten is.’

Flexibiliteit in de zorg

Janneke Scheewe, manager en ad interim team coördinator: ‘Sociale innovatie is voor mij de toekomst voor de zorg. Zorgkosten

stijgen en personeel is moeilijk te krijgen. In de toekomst nemen we taken van elkaar over. Je gaat over grenzen van je functie heen om elkaar te helpen en ondersteunen. We moeten echt meer naar die flexibiliteit. Ik vind het enorm leuk om op verschillende posities ingezet te worden, dat maakt dat ik met andere ogen naar bekende onderwerpen of problemen ga kijken.’ Mariëlle vult aan: ‘Als een manager een heleboel skills in de goede richting heeft en een klein deel niet, dan zetten we iemand anders in om die elementen van de functie in te vullen. Op deze manier doet iedereen waar die écht goed in is en is de kwaliteit voor de organisatie gegarandeerd.’

Fenna vertelt dat Vogellanden, in samenwerking met andere werkgevers, de transitie van baangarantie naar werkgarantie aangaat. In plaats van zekerheid van een baan: zekerheid hebben van werk. Vertrouwen is hierin belangrijk: ‘We moeten energie steken in relaties met elkaar en elkaar vertrouwen. Dat gaat niet vanzelf en dit moeten we tijd en aandacht geven. Als het vertrouwen groeit, zullen mensen eerder hun grenzen verleggen.’

Bespreekbaar maken

De gemene deler is volgens Mariëlle dat alles bespreekbaar moet zijn. Een goed gesprek faciliteren met elkaar en goed op elkaar blijven afstemmen. Alleen dan kan Vogellanden zijn ambitie waarmaken. ‘Je wilt veiligheid bieden, maar veiligheid is voor iedereen anders. Mensen moeten leren dingen uit te spreken als iets niet veilig voelt. Dit is voor de meeste mensen best lastig en daarom stimuleren we om dit te oefenen.’

Fenna sluit hiermee af: ‘Samenwerken bepaalt hoe goed we het doen met elkaar. Het bepaalt de kwaliteit van onze zorg. Maak bespreekbaar wat je vervelend vindt en ga aan de slag met elkaar. Sommige mensen zijn hierin verder en hechten zich minder aan zekerheden. Anderen leren dit nog. Hierover moeten we communiceren, want deze transitie is voor iedereen lastig.

ONDERNEMEN / 46 Tekst Lara Bijen / Fotografie Peter
Timmer

Soms moet je de lat verleggen zodat iets gemakkelijker wordt. Net als skiën, je leert skiën op een blauwe piste, maar als je nooit een moeilijke rode piste probeert, blijf je onzeker op de blauwe. Als organisatie proberen we uit te dragen dat werken aan je persoonlijk ontwikkeling je een sterker mens én betere professional maakt. We mogen en moeten fouten durven maken,

anders kan je niet leren. Iedereen wil het graag goed doen en daarom voelt het onprettig als je een fout maakt. Er is één manier om hier wat aan te doen: zie een ‘fout’ als een ervaring en maak het bespreekbaar. Je zult zien dat anderen veel milder reageren op je fout dan jij zelf doet.’ \

47 / Hyacinthstraat 66A, 8013 XZ Zwolle / T 038 498 11 11 / www.vogellanden.nl
‘We passeren de grenzen van onze functies, om elkaar te helpen’
Janneke Scheewe
Mariëlle Zwaga, Janneke Scheewe, Ineke Mulder, Celine Heetebrij

Tiem wil voor ‘Iedereen werkgeluk’

Om nog duidelijker te maken waar Tiem voor staat, gebruikt Tiem, het sociaal werk- en ontwikkelbedrijf uit Zwolle, sinds dit najaar een nieuwe pay-off: ‘Iedereen werkgeluk’. Geen plek meer dus voor het oude ‘Samen aan de slag’, waarmee het jonge bedrijf zich tot voor kort in de markt zette. ‘Met ‘Iedereen werkgeluk’ geven we veel duidelijker aan waar we met Tiem voor staan’, zegt directeur Martin Post.

Het was tijd om Tiem beter te positioneren, vertelt Martin. ‘Onze uiting ‘Samen aan de slag’ vertelt wat we doen en is prima, maar wel heel algemeen. Bovendien is vertellen wat je doet echt iets anders dan laten zien waar je voor staat. Met de pay-off ‘Iedereen werkgeluk’ kiezen we bewust voor een andere manier van communiceren. Want Tiem gelooft in werkgeluk voor iedereen, ook als werk niet vanzelfsprekend is. Tegelijkertijd vind ik de

ambitie die we met ‘Iedereen werkgeluk’ uitspreken uitdagend en spannend.’

Transitie

In nieuwe communicatie-uitingen laat Tiem juist mensen voor wie het bedrijf zich inzet aan het woord. Zo geeft bijvoorbeeld dierenverzorger Kris, die door een burn-out twee jaar thuiszat,

ECONOMIE / 48
Tekst Arjan Dijkema / Fotografie Peter Timmer

zijn definitie van werkgeluk: ‘Thuiskomen en denken: ik heb zin om morgen weer naar mijn werk te gaan.’ Of Amber, zij kampt met chronische vermoeidheid. Mede dankzij de inspanningen van Tiem heeft ze het momenteel erg naar haar zin in een doe-het-zelfzaak. ‘De waardering van klanten als je ze hebt kunnen helpen. Dat doet me goed’, zo omschrijft zij haar werkgeluk.

doen waar ze vroeger van droomden. Of misschien stiekem nog steeds wel eens naar verlangen. ‘Nee, zo’n droombaan is lang niet altijd haalbaar’, legt Martin uit. ‘We kijken bij Tiem vooral naar wat op dat moment voor een kandidaat de beste optie is. Daarnaast kunnen we samen bekijken wat ervoor nodig is om alsnog naar die droombaan te ontwikkelen. Daarbij houd je natuurlijk rekening met wat degene kan en welke vraag er is op de arbeidsmarkt.’

Om kandidaten mee te krijgen in die transitie worden professionals van Tiem getraind in het voeren van gesprekken. Zodat samen met de kandidaat de juiste keuze gemaakt wordt. ‘We ondersteunen bij het nemen van ingewikkelde beslissingen waar kandidaten soms voor staan. Waarom zou je dat werk wel of niet gaan doen? Wat is daarvoor nodig? Welke keuzes op andere leefgebieden helpen hierbij? Wat zou je kunnen doen ten aanzien van je vitaliteit? Het is vaak ook begeleiding op maatschappelijk gebied, een belangrijk aspect bij ons. Werk staat voorop bij Tiem, maar om weer aan het werk te gaan, heb je vaak eerst andere dingen op te lossen’, weet Martin.

Inclusiviteit

Met ‘Iedereen werkgeluk’ wil Tiem meer naamsbekendheid krijgen in Regio Zwolle. Martin vindt namelijk dat werkgevers best meer mogen inzetten op inclusiviteit, een belangrijke pijler van de Human Capital Agenda. ‘Op dat gebied is nog wel een slag te maken. We willen ernaartoe dat we in onze regio uitgroeien tot vanzelfsprekende partner.’ Daarom organiseerde Tiem op 17 november een symposium. ‘Daar hebben we gesprekken gevoerd met overheidsinstanties, onderwijsinstellingen en ondernemers over hoe we met zijn allen inclusiviteit nog beter op de kaart kunnen zetten.’

Twee voorbeelden die laten zien wat plezier in werk met iemand doet. En hoe belangrijk de rol van Tiem is, door mensen voor wie werk niet vanzelfsprekend is weer aan het werk te helpen. ‘Mensen ervaren door een baan, betaald of onbetaald, vaak een verandering. Men voelt zich gezien, gewaardeerd en zelfstandiger. Wij willen graag dat onze kandidaten die transitie naar groei en geluk ervaren. Tiem ondersteunt hen hierbij, de ontwikkeling van onze kandidaten staat voorop’, zegt Martin.

Droombaan

Om meteen maar een misverstand uit de wereld te helpen: werkgeluk wil niet automatisch zeggen dat kandidaten het werk

Oplossing

De hoofdtaak van Tiem is om kandidaten, voor wie meedoen op de arbeidsmarkt niet vanzelfsprekend is, te koppelen aan externe werkgevers. ‘Samen met werkgevers kijken we hoe we mensen die niet op een standaardvacature aansluiten toch aan het werk kunnen krijgen. We richten ons daarbij vooral op wat wél kan’, vertelt Martin. ‘Dat betekent soms dat we een werkplek invullen door twee mensen of twee werkplekken door drie. En werkgevers stimuleren we anders naar werk te kijken. Want Tiem gelooft dat er voor ieder vraagstuk een oplossing is. Zo realiseren we met werkgevers, het onderwijs en partners een inclusieve arbeidsmarkt in Regio Zwolle. Werkgeluk voor iedereen’. \

49 / Lingenstraat 9, 8028 PM Zwolle / T 038 455 41 41 / www.tiem.nl
‘We willen uitgroeien tot vanzelfsprekende partner’
‘De ambitie van ‘Iedereen werkgeluk’ is uitdagend en spannend’

Internationaal transportbedrijf Viskaal: ‘happy’ in Balkbrug

‘Als ‘echte Balkenezen’ zagen wij ons mooie dorp Balkbrug niet alleen als onze thuisbasis waar we geboren en getogen zijn en heerlijk wonen, we wilden óók de dorpsgrenzen niet over met onze onderneming. Daarom wilden wij heel graag dat de gemeente Hardenberg een bedrijfsterrein zou creëren van waaruit wij ons groter groeiend bedrijf konden runnen. Toen de gemeente in 2014 die mogelijkheid bood, waren wij de eerste ondernemers die daar met 7.000 vierkante meter ons bedrijf uit konden breiden. Heel blij waren we daarmee. En een paar jaar later kochten we er nog eens meters bij.’

Jos Dekema, neef van oprichters Marc en Carla, vertelt het met enthousiasme. De tientallen vrachtwagens met containers die het bedrijf zélf bezit en de honderden ingehuurde chartervervoerders passeren dagelijks met het containervervoer de grens naar menig buitenland. Maar Jos is erg blij dat hij bij wijze van spreken op zijn fiets naar het familiebedrijf kan en de dorpsgrens niet over hoeft. Toen ik mijn vrouw ontmoette, heb ik vriendelijk gevraagd of ze in Balkbrug wilde komen wonen. Want ik heb het hier erg naar mijn zin!’

Viskaal Transport is opgericht in 1998 door Marc en Carla Viskaal en heeft zich sindsdien ontwikkeld tot een toonaangevende transporteur uit Balkbrug. Op het bedrijventerrein Katingerveld zijn de werkplaats, wasstraat en kantoren gebouwd waarvandaan zij de werkzaamheden uitvoeren. Ooit begonnen zijn oom en tante met 1 vrachtwagen, en namen ze een transportbedrijf uit Meppel over en vroegen ze hun neef, toen die net afgestudeerd was in de informatica, om te helpen het bedrijf verder op te bouwen en er ‘iets moois’ van te maken.

Handel door knaagkevers

en ingezameld plastic En, ‘iets moois’ is het geworden. Het bedrijf vervoert gemiddeld 500 containers per week. Vaak zijn dat door knaagkevers aangetaste boomstammen uit Duitsland, die via de haventerminals in Rotterdam of Antwerpen naar China vervoerd worden. Die handel verwacht Jos nog wel even voort te zetten, want het knaagkevertje tiert welig in de bossen in Duitsland.

De handel met China is overigens niet nieuw, Viskaal Transport was het eerste bedrijf in de wijde omtrek dat met China handelde. Dat startte in 2007. Op een dag parkeerde ‘een onbekende Chinees’ zijn oude auto bij het bedrijf op de stoep. In gebrekkig Engels, met handen en voeten, maakte hij duidelijk dat hij Viskaal transport wilde inhuren om plastic te vervoeren naar zijn thuisland. Jos sloot het contract met hem af, waarna het vervoer met twee, en al gauw met veertig containers per week plaatsvond. De chauffeurs af en aan naar de vele gemeentelijke reinigingsdiensten in het land, om het ingezamelde plastic over te laten hevelen naar de containers. De vrachtwagens vertrokken vervolgens naar de havens in Rotterdam en Antwerpen, waar de containers op de schepen geladen werden voor vertrek naar China. Het jaar erop bezocht ‘de Chinees’ het bedrijf nogmaals, ditmaal kwam hij met een nieuwe Mercedes. Dat de samenwerking met Viskaal hem geen windeieren had gelegd, was duidelijk. En ook voor Viskaal was het jarenlang

ECONOMIE / 50
Tekst Renate Breuls / Fotografie Peter Timmer

een exotische vette vis aan de haak. Jaar na jaar floreerde de handel in plastic als grondstof voor de fabricage van producten in China en had de Balkbrugse transporteur een grote basis van inkomsten. Toen China de grens sloot voor import van plastic uit het buitenland, kwam Vietnam in beeld, waar het plastic als grondstof nog wel welkom is.

Bedrijfsvoering, stuurmanskunst en de toekomst ‘De dagplanning voor het goederenvervoer is elke dag een strijd’, zegt Jos. Met vijftien eigen vrachtwagens en chauffeurs én alle handel die naar ons toekomt, moeten we elke dag het juiste aantal charters (freelance vrachtwagenchauffeurs met eigen vrachtwagen) inhuren, en vraag, transport en aanbod op elkaar afstemmen. Een hele klus, zeker als je zo’n 60 wagens per dag hebt rijden. Mijn vrouw zegt wel eens: ‘Als jij hier ooit mee zou stoppen, dan is een baan in de verkeerstoren van Schiphol wel een goede voor jou. Die planning is ongetwijfeld vergelijkbaar.’

In de loop der jaren heeft niet alleen Jos het familiebedrijf van zijn oom en tante versterkt, ook zijn neef Delwin, zoon van de

oprichters Marc en Carla, werkt er inmiddels met plezier. Loopt niemand elkaar dan voor de voeten, met drie directeurs? Jos lacht: ‘Als er drie kapiteins op één schip zijn, dan moet het wel een grote boot worden, en daar is voor gezorgd. En het moet voor iedereen duidelijk zijn waar ‘ie verantwoordelijk voor is en iedereen heeft zijn of haar eigen stuurmanskunst. Mijn oom is algemeen directeur en regelt het werk op de werkplaats. Hier doen we het onderhoud van de vrachtwagens en het onderhoud voor wagens van derden. En niet te vergeten, óók de handel in banden. Mijn tante Carla is verantwoordelijk voor de administratie en facturatie. Delwin is inmiddels apk-keurmeester in de werkplaats, weer een geheel andere tak van sport. Onze wasstraat voor vrachtwagens en luxewagens verhuren we inmiddels aan een van onze buren, op het terrein.’

Duidelijk is dat het bedrijf in de afgelopen jaren flink is gegroeid. Het doel van de bedrijfsvoering is volgens Jos echter niet om te groeien, maar wél om je klanten van dienst te kunnen zijn. ‘ En als je kansen krijgt, dan moet je ze pakken. Zo wordt het bedrijf gestaag groter.’ \

51 / Stephanuspark 1, 7772 HZ Hardenberg / T 14 05 23 / www.hardenberg.nl
‘Met drie kapiteins op één schip moet je een grote boot hebben. Daar hebben we voor gezorgd’

‘Inclusief werkgeverschap zou de norm moeten zijn; niet de uitzondering’

ONDERWIJS / 52
Tekst Arjan Dijkema / Fotografie Peter Timmer

‘Hoe kun je mensen op een duurzame manier optimaal inzetten op de arbeidsmarkt?’ Met die centrale vraag houdt het lectoraat Sociale Innovatie van Hogeschool Windesheim zich bezig. Samen met bedrijven en studenten worden antwoorden gezocht op dat vraagstuk. Joost van der Weide, associate lector, is projectleider ‘Inclusief Werkgeverschap’. ‘Kijk breder dan naar de ideale kandidaat die alles kan en neem vooroordelen weg’, zegt hij.

Het lectoraat maakt onderdeel uit van het landelijke netwerk Breed Platform Arbeid, vertelt Joost. ‘Ik zit daar in de werkgroep ‘Inclusieve arbeidsmarkt’. Een aantal jaar geleden bij de eerste kennismaking kwamen we in de werkgroep tot de conclusie dat we al veel instrumenten in huis hebben en dat er al heel veel kennis is ontwikkeld om inclusief te werken. Alleen werden die kennis en instrumenten alleen in de eigen regio gedeeld en ingezet. Hanzehogeschool deed dat bijvoorbeeld in de regio Groningen, Fontys in Eindhoven en Windesheim en Saxion alleen in Oost-Nederland.’

Tegelijkertijd werd uit een aantal werksessies met werkgevers duidelijk dat die sterk de behoefte hadden aan die instrumenten om de stap naar inclusief werkgeverschap kleiner te maken. ‘Werkgevers wilden bijvoorbeeld een stappenplan waarin stond hoe ze moeten omgaan met statushouders. Of ondernemers die ‘open hiring’ wilden inzetten, vroegen om een checklist zodat de juiste stappen konden worden genomen’, zegt Joost. ‘Het is natuurlijk fijn dat die instrumenten bestonden, maar dat je als werkgever ook weet waar je die kunt vinden.’

Pilot

Vandaar dat in het voorjaar van 2022 het project ‘Inclusief Werkgeverschap’ van start ging, met financiering vanuit Instituut Gak. Het gaat om een pilot van twee jaar waarin Hogeschool Utrecht, HAN in Arnhem en Nijmegen en Windesheim samenwerken om ruim vijftig bedrijven te ondersteunen. ‘Daarin gaan we kijken hoe we binnen die drie regio’s de instrumenten beter zichtbaar kunnen maken en bij elkaar kunnen brengen. Op een website zijn we nu bezig om die instrumenten toegankelijk te maken. Ook willen we op dat platform mogelijke drempels wegnemen bij werkgevers, door daar antwoorden te geven op veelgestelde vragen. Zodat we werkgevers helpen om stappen te zetten in de transitie naar inclusief werkgeverschap.’

Talentbenuttingsscan

Een voorbeeld van een instrument dat bedrijven kunnen inzetten, is de talentbenuttingsscan. Werkgevers krijgen daarmee inzicht in hoe hun bedrijf het potentieel aan talent benut, ten opzichte van andere organisaties. Ook krijgen ze in beeld wat het aanwezige talent de medewerkers en organisatie uiteindelijk kan opleveren en welke rol daarin is weggelegd voor leidinggevenden. ‘Wat je vooral ziet, is dat door de uitkomsten van de talentbenuttingsscan de dialoog binnen een bedrijf op gang wordt geholpen’, zegt Joost.

‘Een open blik is daarbij belangrijk.’ Want vaak worden mensen al van tevoren in een bepaald hokje geplaatst, weet de associate lector. ‘Ga zonder vooroordelen op zoek naar het talent binnen en buiten je organisatie. Vooral kwetsbaren zullen zich meer gezien en gewaardeerd voelen. Als je dit goed doet, werkt het ook positief door naar je andere werknemers. Daar profiteert uiteindelijk het hele bedrijf dus van. Dat is echt goud.’

Netwerkbijeenkomsten

Om de mogelijkheden onder de aandacht te brengen, haakt de projectgroep aan bij bijeenkomsten en netwerkclubs in de regio. ‘Maar we organiseren ook zelf netwerkbijeenkomsten voor werkgevers. Op 19 januari 2023 organiseren we er weer eentje.

Daar kunnen werkgevers vragen stellen, maar ook inspiratie opdoen. Werkgevers wisselen daar ook ervaringen met elkaar uit, want het is soms handig om die uit eerste hand te horen. En niet onbelangrijk: het leidt ook tot matches tussen werkgevers en studenten.’

Concrete vraagstukken

Want een ander belangrijk doel van het project is de inzet van studenten. ‘Momenteel lopen er vier Windeheim-studenten mee in ons project. En in februari 2023 gaat er opnieuw een groep starten. Dat geldt ook voor de andere regio’s. Zij werken in een bedrijf aan concrete vraagstukken over het thema. Zo werkt bijvoorbeeld een student bij een kringloopwinkel aan een vraagstuk over hoe de begeleiding van statushouders binnen die organisatie kan worden bevorderd. En hoe is de samenwerking eigenlijk met de gemeente daarin? Daarvan maakt de student een analyse.’

Dat studenten nu al kennismaken met inclusief werkgeverschap is volgens Joost noodzakelijk. ‘Het is belangrijk dat de professionals van morgen die ervaring over het thema straks meenemen als ze zelf ergens aan de slag gaan, bijvoorbeeld als hr-manager. Het gaat erom dat werkgevers oog hebben voor hun mensen en het potentieel van hen zien en benutten. Uiteindelijk moet inclusief werkgeverschap de norm zijn; niet de uitzondering.’ \

53 / Campus 2, 8017 CA Zwolle / T 088 469 99 11 / www.windesheim.nl
‘We helpen werkgevers in de transitie naar inclusief werkgeverschap’

Transities op de arbeidsmarkt: iedereen moet meebewegen

Transities op de arbeidsmarkt: wat betekent dit voor inwoners en ondernemers van Regio Zwolle? Wat moet er anders, om een gezonde arbeidsmarkt met genoeg personeel te hebben en te houden? En wat kan co-creatie daarin betekenen? Inge Grimm, Rob Zuidema en Bram Harmsma gaan erover in gesprek.

Voor welke uitdaging staat de arbeidsmarkt van Regio Zwolle?

Rob: ‘We hebben een tekort aan werknemers. Arbeid is schaars. En soms is arbeid tevens verkeerd beschikbaar. Dan zijn er wel mensen, maar die passen niet bij de vraag van werkgevers. Bijvoorbeeld omdat ze niet de juiste kennis of ervaring hebben om het werk te doen dat er ligt.’

Bram: ‘De economie en de arbeidsmarkt zijn onlosmakelijk met elkaar verbonden. Dat wordt momenteel bevestigd doordat een op de drie ondernemers niet kan groeien, vanwege een tekort aan menskracht.’

Wat merkt de gemiddelde inwoner van Regio Zwolle van de tekorten op de arbeidsmarkt?

Rob: ‘Door de tekorten is op veel plekken niet genoeg personeel. Nu proberen bedrijven nog alle ballen in de lucht te houden, maar we kunnen erop wachten dat er straks niet genoeg mensen zijn om bijvoorbeeld een drankje te serveren in een restaurant. En stel dat de kinderopvang gratis wordt, dan zijn er duizenden medewerkers extra nodig om de kinderen op te vangen. Die mensen zijn er simpelweg niet. En zoiets als kinderopvang valt niet te robotiseren. Niemand laat zijn kind achter bij een robot.’

Inge: ‘We merken het nu al in het dagelijks leven. Hoeveel moeite moeten we niet doen om mensen te vinden voor de diensten die we nodig hebben? Of het nou om een loodgieter gaat of om een accountant die de aangifte van de inkomstenbelasting kan doen.’

Wat zouden oplossingen kunnen zijn voor de

personeelstekorten?

Rob: ‘De productiviteit in onze regio ligt lager dan het landelijk gemiddelde. Als de productiviteit hier omhooggaat, kunnen we meer doen met dezelfde mensen.’

Inge: ‘De productiviteit verhogen, kan onder meer door beschikbare technologie goed te gebruiken. Ik zit ook in Health Valley, het zorginnovatienetwerk van Oost-Nederland. De nood in de zorg is hoog. Het netwerk kijkt hoe nieuwe technologie in het dagelijks

werk past. Op Perron038 en LUX038 onderzoekt men technologische toepassingen voor de maakindustrie. En weer een ander programma is MoveDigi, de digitale werkplaats van Regio Zwolle. Ondernemers komen daar met digitaliseringsvraagstukken, van online vindbaarheid tot procesoptimalisatie. Samenwerking tussen bedrijfsleven en onderwijsinstellingen kan inzichten en oplossingen brengen; hoe complexer de wereld, hoe meer co-creatie nodig is.’

Rob Zuidema

Inge Grimm, voorzitter Hogeschool Windesheim en daarmee ook vertegenwoordiger van de Zw8lse, het collectief van 4 mbo- en 4 hbo-scholen in Zwolle en lid EBRZ

REGIO ZWOLLE / 54
Tekst Mirjam van Huet / Fotografie Peter Timmer
‘Kom niet alleen kennis en mensen ‘halen’, draag ook bij aan ontwikkeling’

Bram: ‘Mensen aan het werk houden, is ook een manier om tekorten tegen te gaan. Van werk naar werk dus en mensen niet verliezen aan een uitkeringssituatie. Daarnaast willen wij in gemeente Steenwijkerland expats aantrekken. Wij regelen huis, vervoer, papierwerk. Alles om toptalent aan te trekken, zodat de grote spelers in Regio Zwolle opgewassen zijn tegen concurrentie uit het buitenland in de strijd om talentvolle medewerkers.’

Rob: ‘Ik zie mogelijkheden over de grens. Hier in het oosten zitten we dichterbij Duitsland dan bij de Randstad. We kunnen personeel uit Duitsland halen. Zeker als zij deskundigheid hebben die wij hier nog niet hebben. En voor buitenlandse bedrijven die zich hier willen vestigen heb ik een oproep: kom niet alleen kennis en mensen ‘halen’, draag ook bij aan het ontwikkelen van mensen hier in Regio Zwolle.’

Inge: ‘Omdat beroepen blijven veranderen en die veranderingen ook steeds sneller gaan in de toekomst, besteden beroepsopleidingen steeds meer aandacht aan adaptieve expertise, zodat studenten kunnen meeschakelen met veranderingen, in het kader van een leven lang leren. Ook op Windesheim zijn we daarmee bezig.’

te volgen. ‘We moeten toch blijven leren om bij te blijven? Ook als we straks een baan hebben’, vonden ze alle vier. Ik wil maar zeggen, voor de jongeren is het al lang helder en evenzo voor veel iets oudere medewerkers.’

Bram: ‘In kleinere bedrijven kan ‘blijven leren’ heel lastig te organiseren zijn. Als je vier man personeel hebt en er ligt een stapel orders om te verwerken, dan kom je er niet aan toe om uit te zoeken welke cursussen er zijn en hoe je die kunt betalen. Dan is het fijn als er vouchers zijn en regelingen, waardoor een ondernemer of een gemeente het wiel niet zelf hoeft uit te vinden. Het Ontwikkelfonds Regio Zwolle bijvoorbeeld.’

Rob: ‘Laten we niet vergeten dat werknemers zelf ook een verantwoordelijkheid hebben in een leven lang leren. Je kunt als werkgever het paard water brengen. Maar het paard moet zelf drinken.’

Wat doet jouw eigen organisatie aan het ontwikkelen van mensen?

Bram: ‘Wij hebben voor de gemeenten Meppel, Westerveld en Steenwijkerland de Regionale Praktijkacademie. Daar zijn korte opleidingen in bijvoorbeeld de proces- en installatietechniek te volgen, net als bijvoorbeeld een koksopleiding of een cursus op het gebied van automotive.’

Wíl de gemiddelde werknemer ook blijven leren?

Inge: ‘Recent hadden we op Windesheim een open dag. Veel derdejaars kwamen helpen. Ik sprak vier studenten die me vertelden dat ze eerst mbo hadden gedaan en nu hbo deden. Ze vroegen me wat ik daarvan vond. Ik zei, ‘dat heb ik zelf ook gedaan’. Zijzelf vonden het ook niet meer dan normaal om na de ene opleiding een andere

Inge: ‘Windesheim heeft associate degrees ingevoerd. Tweejarige hbo-opleidingen, die veelal in samenwerking met het werkveld en het mbo worden ontwikkeld. Bedrijven als AWL en Tembo pakken daarin ook hun verantwoordelijkheid. Zij investeren tevens in innovatieve ontwikkelplekken zoals Perron038. Samen met zulke bedrijven ontwikkelen we gericht onderwijs. Binnen de tafels van de Human Capital Agenda, onderdeel van Upgrade jezelf, lopen projecten waarin studenten en werkgevers samenwerken. Ideaal, want zo leren studenten de bedrijven alvast kennen en andersom. Werkgevers kunnen zo hun toekomstige werknemers alvast ontmoeten.’ \

55 /
Rob Zuidema, voorzitter Economic Board Regio Zwolle (EBRZ) en directeur van de Zwolse Theaters
‘Hoe complexer de wereld, hoe meer co-creatie’
Inge Grimm
www.upgradejezelfregiozwolle.nl
Bram Harmsma, wethouder Steenwijkerland en lid EBRZ

Dat doet de deal’ zet projecten Regio Deal Regio Zwolle op de kaart

Willemien Vreugdenhil is een impactmaker in hart en nieren. Van jongs af aan bedenkt ze oplossingen voor een beter milieu of een gelukkigere samenleving. Als ‘dealmaker’ is zij de ‘brug’ tussen Regio Zwolle en het Rijk, om de achttien projecten van Regio Deal Regio Zwolle optimaal uit te laten pakken. Ze vertelt hoe zij Regio Zwolle ziet schitteren én terrein ziet winnen in Den Haag. En dat gebeurt volgens haar mede door de website www.datdoetdedeal.nl, waarmee Regio Zwolle een landelijke primeur heeft. ‘Het is de eerste regio die haar Regio Deal-projecten op deze manier uitvent.’

‘Als mens zijn we afhankelijk van de opbrengsten van de aarde. Het is dus noodzakelijk dat we die aarde goed behandelen. En dat we dus nadenken over wat we doen en gebruiken. Welke verzorgingsproducten kies je, welke kleding draag je? Iedereen kan, welke rol die ook bekleedt, zoeken naar een manier om impact te maken. Of je nou koffie schenkt of een organisatie met duizenden medewerkers bestuurt.

Ook de overheid heeft een – belangrijke – rol en verantwoordelijkheid. Een van de manieren om bij te dragen aan een positieve impact op de wereld en op onze maatschappij, is de Regio Deal. Het mooie van dit instrument is dat het niet sectoraal is, maar sectoroverstijgend. En de Regio Deal richt zich op een hele regio. Bedrijven, gemeenten en instellingen werken samen om de diverse projecten die binnen de deal vallen, waar te maken.’

ONZE HORIZON / 56
Tekst Mirjam van Huet / Fotografie archief Willemien Vreugdenhil

Brede welvaart

‘Zo wordt er nu in Regio Zwolle volop gewerkt aan de brede welvaart. De Regio Deal Regio Zwolle bedraagt 22,5 euro vanuit het Rijk en de totale investering 90 miljoen. Als ‘dealmaker’ van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties ben ik de gesprekspartner voor Regio Zwolle. Ik help de regio om de projecten zo goed mogelijk uit te voeren. Ik bevorder - waar wenselijk en nodig - de samenwerking in de regio, help door ideeën aan te scherpen en ik ben de ‘brug’ tussen regio en Rijk. Bijvoorbeeld wanneer Regio Deal-projecten tegen wetgeving aan lopen. Dan help ik een ‘doorbraak’ te organiseren. Ook help ik om politici uit Den Haag naar de regio te krijgen, zodat de impact van de projecten zichtbaar is voor de landelijke politiek. Kortom, ik lever een bescheiden bijdrage aan Regio Zwolle, om een succes te maken van de Regio Deal én Regio Zwolle op de kaart te zetten.’

winkeldieven dat hij aan het werk heeft gekregen. Hij gaat ervan uit dat mensen niet voor de lol stelen. Winkeldieven stelt hij voor de keuze: of we geven je aan bij de politie, of je krijgt hier een baan. Prachtig. Ik zie om me heen dat steeds meer geesten rijp worden om het anders te gaan doen.’

Het ‘wij’ van Regio Zwolle ‘In Regio Zwolle is iets op grote schaal gaande. Dat is wat ik ‘het wonder van Regio Zwolle’ durf te noemen: mede door het binnenhalen van de Regio Deal is er een ‘wij’ ontstaan vanuit 22 gemeenten, 4 provincies, waterschappen, onderwijsinstellingen en bedrijfsleven. Het ‘wij’ van Regio Zwolle. Kenmerkend voor de regio is ‘niet lullen, maar poetsen’ en de visie dat mkb’ers en mbo’ers de samenleving laten draaien. En vooruitkijken, dát kenmerkt ook Regio Zwolle.

Regio Zwolle is in Den Haag ‘Dat lukt overigens al aardig goed. Ik was laatst in Den Haag op het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Tot mijn grote vreugde stond één vergaderkamer helemaal in het teken van Regio Zwolle. Dat toont aan dat Regio Zwolle erkend en herkend wordt als een van de voornaamste regio’s van Nederland. Een tekst van de Zwolse hiphopformatie Opgezwolle prijkt op de muur: ‘We pakken die kaart, schudden die kaart, zetten Zwolle d’r op. We zitten d’r fijn, blijven d’r bij, brengen het aan de top.’ Niet elke provincie- of regiokamer heeft een lokale artiest op de muur: Zwolle wel, dus voor mij een hartverwarmend feit dat Regio Zwolle ook in Den Haag is.’

Passie voor impact

‘Mijn passie voor impact is niet vandaag of gisteren ontstaan; mijn hart klopt voor sociaalmaatschappelijke impact en brede welvaart. Ik ben van 1979. In de jaren 70 kwam de Club van Rome al bij elkaar. In mijn kindertijd bedacht ik al dingen om te voorkomen dat we de natuur kapot maken. In allerlei functies ben ik daar later, in mijn werkzame leven, mee aan de slag gegaan. Bij Deloitte, als raadslid, als wethouder, als kwartiermaker van de City Deal Impact Ondernemen... Iedere keer was ik bezig met: hoe kun je maatschappelijke impact maken met het beleid dat je voert? Ik vind het een sport om slimme praktisch toepasbare dingen te bedenken die verschil maken. Als wethouder bedacht ik bijvoorbeeld dat bedrijven gemeentegrond mochten pachten wanneer zij als tegenprestatie de bodem gezond hielden.

Vanuit mijn eigen onderneming geef ik workshops om bedrijven bewust te maken van de impact die ze hebben en kunnen realiseren. Ik heb dus al veel sociaal ondernemers mogen ontmoeten. Dat zijn de creatieve geesten die anders nadenken over waarden en het ook anders willen aanpakken. De aanpak van Dirck Slabbekoorn, eigenaar van een supermarkt in Rotterdam-Zuid, vind ik een prachtig voorbeeld. Hij drukt zijn impact uit aan de hand van het aantal

Tijdens een werkbezoek aan gemeente Steenwijkerland zag ik plannen om het verouderde informatiecentrum van Nationaal Park Weerribben-Wieden om te toveren tot een eigentijds recreatiecentrum. Het wordt het eerste ‘wet land experience center’ in Europa voor toeristen. De verwachting is dat het aantal bezoekers per jaar stijgt van 76.000 naar 95.000. De vernieuwing van het station in Steenwijk gaat bovendien hopelijk zorgen voor een betere spreiding van bezoekers. Nu nog zetten de meeste toeristen koers richting Giethoorn, maar nieuwe technologieën als ‘smart mobility’ en ‘smart hospitality’ brengen daar verandering in. Als het bijvoorbeeld druk is in Giethoorn, zien reizigers op station Steenwijk dat via een app. Die worden dan naar bijvoorbeeld het Nationaal Park geloodst.’

Dat doet de deal ‘Uniek voor Regio Zwolle is dat de in totaal achttien Regio Dealprojecten op een website staan die inzicht geeft in het effect van de deal. Regio Zwolle heeft de primeur in Nederland door met zo’n ‘visitekaartje’ de ontwikkelingen uit te venten. Op www.datdoetdedeal.nl zie je alle projecten. Voorafgaand aan de begrotingsbehandeling van Binnenlandse Zaken in de Tweede Kamer kreeg ik de vraag om even op te sturen waar Regio Zwolle mee bezig is. De site kwam direct van pas. In Den Haag wordt er goed naar gekeken.

Bovendien wil het Rijk leren van de manier waarop in Regio Zwolle wordt samengewerkt. Deze regio werkt namelijk samen zonder officiële besluitorganen en zonder juridische entiteit en met de bijzondere reflectie van commissie Jansen. Hoe de regio succesvol samenwerkt, wordt ook onderzocht binnen de Regio Deal. Voor Den Haag is dat een heel interessante casus. Regio Zwolle is een lerend netwerk dat de geleerde lessen deelt met de rest van het land. De liefde en trots die ik zie in Regio Zwolle is vergelijkbaar met de liefde die voetbalfans hebben voor hun club. Heel mooi om te zien.’ \

57 /
‘Het Rijk wil leren van de samenwerking in Regio Zwolle’
www.datdoetdedeal.nl
‘Regio Zwolle: één van de voornaamste regio’s van Nederland’

De toekomst wordt bepaald door wat je vandaag doet

In de regio is de transitie van een lineaire naar een circulaire economie ingezet. Een prachtig voorbeeld hiervan is de samenwerking tussen Vadain, Boerhof Projectinrichters, NOZEBRA en Ditis’Em. Zij ontwikkelen een circulair textielconcept in Regio Zwolle, met een maatschappelijke spin-off.

Vadain en Boerhof Projectinrichters hebben dezelfde circulaire ambitie: het hergebruiken van gordijnen en vloerbedekking. Het productieproces van gordijnen en vloerbedekking levert nu veel afval op en dat moet anders, aldus deze twee bedrijven. Ze willen van lineair naar circulair. Kristel Leerkes, directeur van Boerhof Projectinrichters, vertelt: ‘Wij wilden graag onze gordijnstoffen en vloertegels recyclen. Ik kwam in contact met Vadain en samen hebben we het stuk duurzaamheid opgepakt.’ Irma van Dalfsen,

design en duurzaamheid bij Vadain, vult aan: ‘We introduceren al nieuwe collecties met een hoog duurzaamheidsgehalte, maar de achterdeur met afval moet ook dicht. We willen zoveel mogelijk van wat we overhouden, inzetten op een goede manier.’

Maatschappelijke impact

Via een ontmoeting bij Partners van Morgen bij BREiNN in Zwolle kwam Willem Uitentuis van NOZEBRA in beeld: ‘Ik ben binnen Regio

REGIO ZWOLLE / 58
Tekst Lara Bijen /
Fotografie
Peter Timmer

Zwolle bezig met een circulair woonconcept. Vanuit de sustainable development goals richten we ons onder andere op de bestrijding van armoede en toegang tot goede woonomstandigheden. Op basis van informatie van Stichting Present blijken alleen al in de stad Zwolle tussen de 125 tot 150 huishoudens geen geld voor gordijnen en vloerbedekking te hebben. Samen met Boerhof Projectinrichters en Vadain gaan wij deze woningen voorzien van gordijnen en tapijttegels, die nog prima te hergebruiken zijn. We maken het niet ingewikkeld, we doen het gewoon. De eerste woningen bezoeken we nu al.’

Oplossen in de keten

Aan de andere kant is er volgens Dick Beens, inkoper bij Vadain, ook behoefte om reststoffen van de bedrijven te recyclen. Hij vertelt: ‘We zouden reststoffen graag aanbieden aan een goede vervezelaar en we zoeken de samenwerking met een weverij. Het liefst in Oost-Nederland, want we willen heel graag de keten in de regio sluitend maken.’ Irma vult aan: ’Je kunt dit probleem alleen oplossen als de branche en de regio samenwerken, je voldoende schaal organiseert en samen interessant genoeg bent om productieprocessen aan te passen.’

Dieger ten Berge

Kristel Leerkes

Uitdagend en kansrijk

Dat is waar Ditis’Em bij helpt. Dieger ten Berge, mede-eigenaar van Dit’isEm, vertelt: ‘We staan voor een transitie en dat betekent

fundamenteel anders denken, doen en organiseren. Deze bedrijven kijken nu al verder dan hun alledaagse business en dat maakt het uitdagend én kansrijk! Het vraagt wel echt ondernemerschap en een innerlijke drive; je moet nieuwe manieren willen ontdekken. ‘Zonder de drive van enkele willers en kunners kom je nergens. De ambitie van deze ondernemers is het startpunt. Wij helpen door een transitiestrategie te ontwikkelen, een passende aanpak te kiezen en de juiste partijen samen te brengen en vooral vaart te maken. Het draait om visie, strategie, acties én leren! Daarin zijn wij aanjager en verbinder.’

‘We hebben nu met Vadain, Boerhof en NOZEBRA de krachten gebundeld en willen nu de vervolgstap zetten om de keten uit te breiden en om meer volume te krijgen, zodat we de transitie kunnen realiseren. Grondstoffen zijn de business van morgen, want we putten de aarde uit en wereldwijd is er schaarste aan grondstoffen. Je moet je bewust worden van elke vezel in je bedrijf en de potentiële waarde voor nu én voor de toekomst.’

Cirkel rond maken

Het collectief hoopt de rest van de regio te inspireren. ‘We willen dat Regio Zwolle een krachtige regio voor de toekomst is en blijft. Met onze samenwerking leveren wij daaraan een bijdrage. We helpen bedrijven met businessmodellen van de toekomst. Samenwerking en verbinding is dé manier om transities te realiseren’, zegt Dieger. Kristel vult aan: ‘Het wordt een olievlek. Hoe meer wij hiermee bezig zijn, hoe meer mensen je tegenkomt die ook zoiets willen doen. Er zijn vast en zeker meer partijen die zo denken en zich aan willen sluiten bij dit project of een soortgelijk project om samen stappen te maken. De toekomst wordt namelijk bepaald door wat je vandaag doet… Niet door wat je van plan bent te gaan doen! En hoe mooi is het dat we voor de kerst al de eerste gezinnen helpen aan gordijnen!’ \

59 /
‘Onze circulaire aanpak wordt een olievlek’
‘Zonder de drive van willers en kunners kom je nergens’
Assiesplein 1A, 8011 XD Zwolle / T 06 83 44 77 54 / www.ditisem.nl

In Raalte werkt iedereen samen om jong talent te behouden

In Gemeente Raalte zijn ‘samenwerken’ en ‘doorpakken’ de normaalste zaken van de wereld. Is er een probleem of lastig vraagstuk? Dan wordt dat in de Sallandse gemeente in veel gevallen gezamenlijk aangepakt. Neem de krapte op de arbeidsmarkt. Om ervoor te zorgen dat jong talent naar Raalte komt en huidige medewerkers te behouden voor de Raalter bedrijven, trekt de gemeente samen op met ondernemers en het onderwijs. Meike Schrijver, beleidsmaker en strateeg bij Gemeente Raalte, en Marlon Marsman, voorzitter van Kring Raalter Werkgevers werken aan een actieplan.

‘De arbeidsmarkt is een thema waar we in Raalte best mee worstelen’, geeft Marlon toe. Meike vertelt verder: ‘We zagen de krapte op de arbeidsmarkt een aantal jaar geleden al aankomen. Het is een probleem dat natuurlijk verder dan de gemeentegrenzen gaat. Daarom zijn we vanuit Regio Zwolle als gemeenten samen met ondernemers en onderwijsaanstellingen gestart met de Human Capital Agenda. Maar we wilden naast die regionale aanpak ook graag een lokale vertaling maken om te kijken welke problemen zich specifiek in Raalte afspeelden en wat we met elkaar kunnen doen om die aan te pakken.’

Databank

Inmiddels ligt er een gezamenlijk actieplan. Een voorbeeld van een concreet project is de ‘traineeship-databank’ waarin studenten en bedrijven aan elkaar gekoppeld kunnen worden. ‘Nu is het nog zo dat bedrijven de studenten lastig weten te vinden en de studenten de weg naar de bedrijven nog onvoldoende weten. Straks kunnen bedrijven laten zien met welke projecten ze bezig zijn en aangeven aan welke trainees ze behoefte hebben. Een databank maakt die aantrekkingskracht toegankelijker’, zegt Marlon. Meike vult aan: ‘We willen dat die databank uiteindelijk voor elk studieniveau is, dus voor wo, hbo en mbo.’

Bescheidenheid

Sallanders zijn van nature bescheiden, iets dat ook terugkomt in de Raalter mentaliteit. ‘We hebben veel meer te bieden dan veel mensen denken. We kunnen gewoon heel aantrekkelijk zijn voor talent. Want je kunt hier mooi wonen en we hebben een centrale ligging en grote steden in de buurt’, zegt Meike.

ONDERNEMEN / 60
Tekst Arjan Dijkema / Fotografie
Peter Timmer
‘Raalte heeft meer te bieden dan mensen denken’

personeelsvraagstuk is van ons samen’

Marlon: ‘We hebben hier echt prachtige innovatieve bedrijven die vaak onder de radar blijven. Hier is het zo van: we doen mooie dingen, maar we hoeven dat niet aan de grote klok te hangen. Wij willen bedrijven helpen om beter zichtbaar te worden voor talent.’

‘Raalte Geeft Ruimte’

Om die bescheidenheid aan de kant te gooien, is Gemeente Raalte eerder dit jaar al gestart met de campagne ‘Raalte Geeft Ruimte’. Daarin werken ondernemers en winkeliers samen om de aantrekkelijkheid van Raalte op de kaart te zetten. ‘Die campagne is inmiddels een soort kapstok geworden waar een initiatief als dat van ons onder valt’, zegt Marlon. ‘Onder ‘Raalte Geeft Ruimte’ willen we bestaande initiatieven vooral verbinden, versterken en groter maken.’

Platform Techniek Raalte

Als voorbeeld geeft ze Platform Techniek Raalte. ‘Dit initiatief werkt zó goed dat ze inmiddels ook vaak vragen krijgen uit het onderwijs die niet alleen techniekgerelateerd zijn, maar bijvoorbeeld wel interessant kunnen zijn voor andere ondernemers binnen de gemeente Raalte. Als we op die manier nóg meer verbinding maken, kunnen we gezamenlijk nog veel meer impact maken.’

Platform Techniek Raalte organiseerde bijvoorbeeld dit najaar samen met Kring Raalter Werkgevers de Bedrijvenbezoekdag 2022. Zo’n zestig bedrijven openden die dag hun deuren voor ruim 250 leerlingen van het Carmel College Salland. Marlon: ‘Een mooi initiatief waarbij leerlingen van de middelbare school nu alvast kennismaken met de verscheidenheid aan bedrijven die in Raalte gevestigd zijn. Door hen al in een vroeg stadium bij onze bedrijven te betrekken en verbinding te zoeken, willen we er samen voor zorgen dat ze straks niet naar de Randstad of naar bijvoorbeeld Enschede of Eindhoven trekken om te werken.’

Samen

Het actieplan voor de arbeidsmarkt mag dan geïnitieerd zijn door de gemeente, in Raalte is de betrokkenheid van de ondernemers groot. ‘Dit vraagstuk is echt van ons samen. Ondernemers zien het belang en de noodzaak om hierin samen op te trekken’, ziet Meike. ‘Dat komt ook doordat elk bedrijf in dezelfde vijver vist en dat tegelijkertijd die vijver steeds kleiner wordt. Daarom hebben we elkaar nodig.’

Marlon: ‘In Raalte proberen we vooral naar het grote geheel te kijken. Vandaaruit bepalen we samen hoe we voor iedereen daar een win-win van kunnen maken. Daarom is de saamhorigheid hier echt groot en hebben we een goed vestigingsklimaat.’

Meike: ‘Het is hier vooral doen. Als er een vraagstuk is, gaan we daar niet oeverloos over discussiëren. We nemen een stapje terug, bedenken een idee en gaan er daarna meteen mee aan de slag. Dat is wat Raalte zo mooi maakt.’ \

61 / Zwolsestraat 16, 8101 AC Raalte / T 0572 34 77 99 / www.raalte.nl
‘Het

Arjan Kleizen

Hoeveel tijd kost transitietijd?

Toen MSG meer dan tien jaar geleden begon in de postbezorging, keek iedereen met de nodige gefronste wenkbrauwen naar deze stap. Je zag ze denken: het zal vast niet lang duren voordat alle post digitaal gaat en de postbode overbodig is. Maar wij zagen vooral kansen voor de korte én lange termijn. Natuurlijk is het volume sindsdien minder geworden, maar er gaan nog altijd jaarlijks twee miljard poststukken door de brievenbussen. En er lopen nog honderden MSG-postbodes rond.

Het groeimodel van Ansoff (heb toch nog wat overgehouden aan de HEAO) gaf me structuur in mijn visie. Eerst lag de focus op meer volume. Dat lukte. Vooral omdat we goedkoper, regionaler en socialer bezorgen dan onze concurrent. In Ansoffs termen: marktpenetratie. Daarna was het tijd voor marktontwikkeling: verspreiden naar andere regio’s.

Al snel werd duidelijk: verantwoord ondernemen stopt niet bij mensen. Ook het milieu moest een aandeel krijgen. Als ik nu terugkijk, hebben we misschien meer tijd gekregen voor die transitie dan vooraf gedacht, maar het omvormen kóstte ook meer tijd dan gedacht. Een nieuwe visie en strategie ontwikkelen waarin duurzaamheid centraal staat.

Inmiddels bezorgen we met elektrische bussen en fietskoeriers. En niet alleen post; ook pakketten, bloemen en andere zendingen. Grote landelijke partijen gaan met ons mee en leveren hun zendingen aan bij onze stadhubs aan de rand van de (binnen) stad. Voor partijen als H&M, Douglas en ICI Paris XL wordt alles

gebundeld en in één keer uitgereden. We nemen meteen de online bestellingen mee van winkels als Blokker, Rituals en Dille & Kamille. Om in Ansoff-termen te blijven: nieuwe, toekomstbestendige diensten op bestaande markten (productontwikkeling) en nieuwe diensten op nieuwe markten (diversificatie).

Die ‘old skool’ postbezorging van tien jaar geleden is nu een duurzame ‘last-mile’ bezorgoplossing. Mooi voor ons, maar nog mooier voor de maatschappij. Want zendingen bundelen én de krachten bundelen is de enige weg vooruit. Daarom hebben we de coöperatie Netwerk Groene Stadhubs opgericht, samen met andere regionale partijen door heel Nederland. Stuk voor stuk ondernemers met dezelfde (nieuwe) visie: bezorging moet groener.

Langzaam maar zeker komt de droom uit. Er is nog steeds een bezorger (met afstand tot de arbeidsmarkt) die dagelijks door de wijk rijdt. Het verschil? Hij of zij rijdt met een klein, zero-emissievoertuig en bezorgt in één keer alles voor iedereen. \

Arjan Kleizen is sociaal ondernemer en directeur/eigenaar van MSG en Miles: dé groene online koeriersdienst. Miles combineert koeriers en klanten met elkaar zodat koeriersritten door heel Nederland efficiënter en dus groener gereden worden. Het doel? Het aantal lege kilometers met 50 procent verminderen. Meer weten? www.miles.delivery

Laurens de Lange

Het ‘niemandsland’

Als de afgelopen drie jaren ons iets hebben geleerd, is het wel dat crisis net zo gewoon is als boodschappen doen of grasmaaien.

We hebben bijvoorbeeld de crisis van het klimaat, die op de woningmarkt en die van de arbeidsmarkt: deze hebben we met elkaar prima in beeld en voor een deel ook zelf de hand in gehad. Daarnaast hebben we de crises die ons grotendeels plotseling zijn overkomen, althans de meesten van ons: corona, de oorlog in de Oekraïne plus de gevolgen daarvan en natuurlijk de stikstofcrisis. Wat deze crises gemeen hebben, is dat ze om transitie vragen of deze afdwingen en dat ‘na de crisis’ echt anders is als ‘voor de crisis’.

Bij klimaat is dat een heel duidelijke natuurlijk en in de woningmarkt gaan we het met alleen bijbouwen ook niet redden, dus we moeten voor een deel ook anders omgaan met wonen en voor de arbeidsmarkt geldt dat we structureel met minder mensen al het werk in onze economie en samenleving moeten verzetten. Een pandemie als corona zal helaas niet de laatste zijn, dus maatregelen voor een volgende zijn nodig. De oorlog in Oekraïne maakt dat we onze energievoorziening structureel anders moeten inrichten en stikstof maakt dat onze agrarische sector écht anders zal zijn, met alle gevolgen van dien. Transitie op alle fronten dus.

De spanning bij een transitie zit vooral tússen ‘voor’ en ‘na’, in het ‘niemandsland’. Een gebied waarin oude werkwijzen, afspraken en zekerheden geen bestaansrecht meer hebben of lijken te hebben, maar nieuwe nog niet bestaan. Een periode waarin druk ligt op organisaties en de mensen daarbinnen dit vaak als stressvol ervaren. Voor sommigen ook een periode om eens flink af te rekenen met wat hen altijd al dwarszat en een podium voor ‘hen die vanuit de onderbuik redeneren’.

Het is goed dat we ons beseffen dat er een ‘niemandsland’ bestaat en dat we ons daartoe moeten verhouden. Hoe ermee om te gaan is aan eenieder, maar mijn oproep is dat we in onze mooie regio elkaar in ieder geval vasthouden en er zo voor zorgen dat het óns ‘niemandsland’ wordt. \

63 /
Laurens de Lange: voorzitter VNO-NCW Regio Zwolle

Zorgrecruiter Carecruit durft te innoveren

ECONOMIE / 64
Tekst Jochem Vreeman / Fotografie Kirsten van der Zee en Viattence

Begin dit jaar kwam er een nieuw label in de markt: Carecruit. Deze specialist in recruitment voor staf en managementposities in Zorg en Welzijn is “an Eqib company”. Als HR & Organisatieadviesbureau is Eqib inmiddels een begrip in Oost-Nederland en groeit hard door. Pascal van Harselaar (vanuit Almelo) deelt de visie van Carecruit en ‘vaste klant’ Jos Otter van zorgorganisatie Viattence (meerdere vestigingen op de Veluwe) vertelt over de samenwerking.

De oprichting van Carecruit was een direct antwoord op een duidelijke behoefte vanuit de markt. ‘In mijn tijd bij Eqib merkten we dat de vraag naar specifieke werving voor staf- en managementfuncties in de zorg alsmaar groeide’, vertelt Pascal. Carecruit werd in het leven geroepen, Pascal werd mede-eigenaar en het bureau maakte een vliegende start.

Pascal: ‘We zochten naar een pand en hadden nog geen eens een eigen website toen zorgorganisatie Mediant zich al aandiende als klant. Zorggroep Sint Maarten volgde al snel en we breiden nu uit met twee collega’s. Het is de start waar we op hoopten. En het toont vooral aan dat er noodzaak is voor een specialistisch bureau als wij. Wij werven niet zozeer de handen aan het bed –daar zijn andere spelers beter in – maar professionals voor de staf en managementposities in Zorg en Welzijn.

bereiken. Dankzij jarenlange ervaring begrijpen wij wat er speelt in de branche en wat daarvoor nodig is. Verder weten we als geen ander hoe we professionals warm maken voor een specifieke functie. We hebben veel oog voor de individuele kandidaat. Waar liggen vaardigheden en interesses? Dat stukje maatwerk maakt ons uniek en het feit dat we met een groeiend aantal grote zorgorganisaties samenwerken, bevestigt dat.’

Maatwerk

Carecruit maakt werk van vier pijlers: recruitment voor permanente posities, de inzet van Carecruit als Interim Recruiter op locatie, interim oplossingen voor staf en management posities en Recruitment Marketing. Pascal: ‘Op die eerste ligt op dit moment de nadruk. Dus: Een organisatie zoekt bijvoorbeeld een Zorgmanager die bij hen in dienst treedt. Wij nemen van a tot z de hele werving uit handen. Stellen een profiel op dat past bij de doelgroep, headhunten, voeren intakegesprekken en zien toe op een correcte bemiddeling bij de werkgever.

Iedereen weet inmiddels dat de krapte op de arbeidsmarkt enorm is, zeker in de zorg. Het werk is zwaar en ook in deze sector voorkom je niet dat mensen uitvallen. Niet alleen degenen die aan het bed staan, maar ook in ondersteunende en leidinggevende functies. Hoe gaat Carecruit om met dit soort uitdagingen? Pascal: ‘Een vacature op een website is natuurlijk niet meer genoeg om mensen binnen te krijgen. Wij blinken vooral uit met ons uitgebreide netwerk en creativiteit in hoe dan wel de juiste doelgroep te

Viattence: visie inkopen Één van die grote zorgorganisaties in Regio Zwolle is Viattence, dat vestigingen heeft in Epe, Heerde, Vaassen en Wezep en zo’n 1.100 mensen in dienst heeft. Jos Otter is manager mens, organisatie en kwaliteit en ze is erg te spreken over de samenwerking met Carecruit. ‘Carecruit snapt ons DNA als geen ander en is in staat naar talent te kijken voor de hele sector. Ze begrijpen het belang van een aantrekkelijk imago voor het complete werkveld’, vertelt Jos.‘Ik zeg altijd: wij kopen bij Carecruit een stukje visie in, niet enkel de uren. Hun kijk op de arbeidsmarkt in de zorg is vernieuwend en verfrissend. Pascal en zijn collega’s kijken naar individueel talent en durven daarin kritisch te zijn. Past iemand bij de sector, bij onze organisatie en bij de baan? Er zitten een duidelijke gelaagdheid in hun aanpak voor matching.’

‘Logo-loos’ werven Jos legt uit hoe diverse zorgorganisaties op de Veluwe steeds meer ‘logo-loos’ werven. ‘Dat begint bij het imago van zorg en welzijn als geheel. Te veel redeneren vanuit een bepaalde organisatie of vacature werpt in het beginstadium alleen maar drempels op. Het helpt niet om met z’n allen steeds intensiever te vissen in dezelfde vijver, we moeten breder durven kijken, dus naar de sector als geheel en daarna naar iemands talenten.

Samenwerking tussen zorgorganisaties op dit vlak is soms nog hartstikke spannend, maar hoe strakker je vasthoudt aan je eigen verhaal, hoe minder succes. Daar zijn wij van overtuigd en daar is Carecruit van overtuigd. Ik noemde een collega van Pascal laatst een talentjager voor de zorg, in plaats van een recruiter. Dat dekt in mijn ogen de lading perfect. Ik hoop dat we nog lang blijven samenwerken en blijven innoveren.’ \

65 / Hofstraat 79, 7607 AC Almelo / T 085 04 33 228 / www.carecruit.nl
‘We hebben veel oog voor de individuele kandidaat’
Jos Otter

SmitDeVries zet bedrijven in beweging

Zorg dat je bedrijf altijd in beweging blijft en meebeweegt met de wereld om zich heen. Dat is het heldere advies van Erwin Schotman en Jeroen de Vries, experts in business control van het bedrijfsadviesbureau SmitDeVries in Raalte. ‘Want als jouw bedrijf als enige niet in transitie is, loopt het vaak niet goed af.’

Bij SmitDeVries zien ze dat veel bedrijven door de goed draaiende economie de afgelopen jaren op de automatische piloot hebben gedraaid. ‘Om de orderstroom die door corona ontstond aan te kunnen, leefden die bedrijven vooral in de waan van dag. Er waren natuurlijk problemen met de ‘supply chain’ en de personeelstekorten,

maar dat waren de hoofdzaken die gemanaged moesten worden. De lange termijn kreeg hierdoor te weinig aandacht’, zegt Jeroen.

Maar nu zijn andere economische tijden aangebroken. ‘We zien al bij de eerste bedrijven de orderstromen afnemen’, zegt Erwin. ‘Maar dat hoeft niet per se slecht te zijn. Sommige bedrijven waren overvraagd en konden vanwege de personeelsproblematiek niet verder groeien. Maar er zijn ook bedrijven die door bovenstaande problemen de afgelopen jaren te weinig buffer hebben opgebouwd en hierdoor door de bodem dreigen te zakken. De ondergrens is al bereikt.’

Anticiperen

Daarom adviseren Erwin en Jeroen bedrijven ook om vooral in beweging te blijven. Om aan de voorkant te handelen en niet pas achteraf. ‘Als bedrijf moet je bedenken welke transitie je gaat inzetten. Als je dat niet op tijd doet, gaat de markt die voor je bepalen’, zegt Erwin. ‘Je hebt nu met economische kenmerken als renteontwikkeling, productiviteit, kostenreductie en de loonprijsspiraal te maken. Je zult dus als bedrijf nu moeten nadenken over wat je nog kunt doorberekenen aan de klant. Een inflatie van 14 of 15 procent overkomt je, maar je kunt wel anticiperen op zaken waar je invloed op hebt.’

Slimmer en efficiënter werken is daarom inmiddels pure noodzaak geworden, vertellen beiden. ‘Doordat de economie goed draaide, werden veel problemen verbloemd. Maar de arbeidsmarktproblemen blijven er, net als de vergrijzing en de relatief kleine aanwas aan de onderkant. Door corona staken bedrijven hun kop nog in het zand, maar dat kan niet meer. De sterke bedrijven zullen sterker worden en de zwakkeren zullen afvallen’, voorspelt Jeroen.

Zwarte en rode cijfers Beiden zitten vaak aan tafel bij bedrijven waarbij het de verkeerde kant op dreigt te gaan. Om inzichtelijk te maken hoe het bedrijf

ONDERNEMEN / 66 Tekst Arjan Dijkema
/
Fotografie Peter Timmer
‘Anticipeer op zaken waar je invloed op hebt’

ervoor staat, maakt SmitDeVries eerst een analyse. ‘Daarna gaan we al snel naar het strategische keuzemoment. Die keuze is vooral afhankelijk van de fase waarin het bedrijf zich bevindt. Bij bedrijven die nog zwarte cijfers schrijven, kunnen we het managementteam begeleiden met het invullen van de strategische opties en ze helpen met de uitvoering hiervan. Hierbij valt onder andere te denken aan het optimaliseren van processen, marges en systemen’, zegt Jeroen. Erwin vult aan: ‘Op een dashboard maken we heel inzichtelijk aan welke knoppen we samen met het directieteam kunnen draaien om het bedrijf weer verder te ontwikkelen en professionaliseren.’

Bij bedrijven die rode cijfers schrijven, en dus te laat in beweging zijn gekomen, is snelheid geboden. ‘Ook daar maken we een analyse om inzichtelijk te maken waar de winstpunten nog te behalen zijn’, vertelt Erwin. ‘Dan kom je in een fase waarbij je op korte termijn iets heel snel moet omdraaien in de organisatie, zodat er geen verlies meer gemaakt wordt. Dan heb je eigenlijk twee keuzes waarin je moet snijden: snel meer omzet/marge of kosten snijden. Waar ligt de grootste kostenpost en waar kan ik nu nog op ingrijpen? Op een afschrijving op een nieuwe machine kan je niks meer besparen, maar misschien wel op tijdelijk personeel. Al snap ik dat je als bedrijf dat liever niet wilt.’

Jeroen: ‘Ook kijken we hoe we snel geld kunnen binnenhalen. Dat doen we door de voorraden te verlagen, debiteuren sneller te innen, crediteuren naar achteren te schuiven en facturen sneller te versturen. Dat geld dat het bedrijf daarmee ontvangt, wordt alleen gebruikt om verbeteringen door te voeren.’

Winnaars

In een crisis zijn er natuurlijk ook bedrijven die alsmaar groter en groter worden. ‘Want je hebt overal winnaars en verliezers’, weet Erwin. ‘Bij groeibedrijven ontstaan totaal andere problemen, zoals bijvoorbeeld een tekort aan personeel. Ook dan is het belangrijk om in transitie te blijven, want hoe kan je als bedrijf mensen die ergens anders weg moeten bijvoorbeeld aan je binden? Hoe kun je je profileren als goede werkgever? Hoe kun je je verder professionaliseren? In Engeland zeggen ze: ‘never waste a good crisis’. Met andere woorden: Blijf in beweging, in goede en slechte tijden, alleen zo kun je structureel groeien.’ \

67 / Vrieswijk 3a, 8103 PB Raalte / T 0572 792 011 / www.achivers.nl
‘Blijf in beweging, in goede en slechte tijden’

Willem Borst kan dankzij maatwerk van het Werkcafé weer aan de slag

Het zit niet altijd mee in het leven. Er zijn momenten dat een helpende hand zeer welkom is om weer op het juiste spoor te komen. Zo kwam Willem Borst (32) in 2018 door privéomstandigheden zonder werk te zitten. Na afronding van zijn re-integratie in februari 2020 brak corona uit. Hij gaf niet op en bleef solliciteren. Medio 2022 vraagt hij zijn werkconsulent van de gemeente Kampen om hulp. Die verwijst hem naar het Werkcafé, een initiatief van de gemeente Kampen en werkleerbedrijf Impact. Met resultaat.

ECONOMIE / 68 Tekst Erik-Jan
Berends
/
Fotografie Peter Timmer

In het Werkcafé werken werkconsulenten van de gemeente Kampen en Impact samen. Het Werkcafé is een laagdrempelige plek waar werkzoekenden en mensen met vragen over werk gewoon kunnen binnenlopen. ‘Bij het Werkcafé staan werkzoekenden centraal. We bieden ondersteuning bij het vinden van een passende werkplek’, legt loopbaanbegeleider Herman Held uit. ‘Het gezamenlijke doel van gemeente Kampen en Impact is om mensen naar passend werk te begeleiden. Dit doen we met elkaar via het Werkcafé.’

Solliciteren

‘Eenmaal bij het Werkcafé krijg je sociale contacten, je komt niet in een isolement en aan het einde van de dag heb je het goede gevoel dat je iets nuttigs hebt gedaan’, vertelt Willem tevreden. In 2019 kwam de medewerker ICT door zijn privé- en werkomstandigheden thuis te zitten. Herman: ‘Iedereen zou in die situatie zijn uitgevallen.’ Hij helpt Willem met zijn re-integratie en zo is die in februari weer klaar om aan het werk te gaan. ‘Ik ging solliciteren en had wel gesprekken, maar door corona viel alles stil. Bij de vacatures liep ik er bovendien tegenaan dat werkgevers wilden dat ik 40 uur aan het werk ging. Dat is vanwege mijn privésituatie geen optie. Medio 2022 heb ik daarom de hulp van mijn werkconsulent van de gemeente ingeroepen.’

Contract

En zo werd Willem begin mei dit jaar uitgenodigd voor een sollicitatiegesprek voor een werk-/leerplek op de administratie bij Impact. Hij kon er aan de slag voor 3 keer 4 uur per week. ‘Ik werd administratief medewerker en loste ICT-vraagstukken op’, vertelt hij enthousiast. De eerste stappen waren gezet om weer te wennen aan het arbeidsproces. Dit verliep zo voorspoedig dat Impact hem een dienstverband aanbood. Willem: ‘In juni kreeg ik meer uren en werd ik ook betaald: ik kreeg een arbeidscontract voor 28 uur per week.’

Positief

Ondertussen werkte hij online ook zijn cv bij. ‘Voor het geval dat…, was mijn idee.’ Willem werd echter vrij snel gebeld door een recruiter. ‘Het was nota bene voor de werkgever waar ik tot medio 2019 had gewerkt’, zegt hij verrast. ‘Het gesprek, waarbij uiteraard ook het verleden aan bod kwam, verliep positief. Heel fijn is dat veel oud-collega’s een positieve duit in het zakje hebben gedaan voor mijn terugkomst. Ik ben aangenomen en ga weer aan de slag als medewerker ICT. Mijn taken zijn wat anders dan voorheen.

Het is zo geregeld dat ik op kantoor kan werken, maar ook vanuit huis als mijn privésituatie dat vereist.’

Maatwerk

‘Toen bekend werd dat hij een baan had gevonden, was de eerste reactie van de naaste collega’s bij Impact: ‘wat fijn voor Willem’ en pas daarna ‘wat jammer voor ons’. Dat kenmerkt Impact’, reageert Herman. ‘We onderscheiden ons met maatwerk. We zoeken naar werk dat passend is bij de persoon, ook bij werkgevers. Daarmee maak je een duurzame arbeidsrelatie. Gelukkig gaan steeds meer werkgevers mee in deze ontwikkeling. Ze kijken niet meer strak naar de functie-eisen, maar vooral ook of de persoon bij de functie past. Voor de sollicitant geldt dat die antwoord moet hebben op vragen als: Waar ben ik goed in? Waar voel ik me fijn bij? Als je dat van jezelf weet, gaat een sollicitatietraject bijna als vanzelf.’

Ook Willem weet nu veel beter wat zijn grenzen zijn. Toch blijft Herman zijn ervaring als loopbaanbegeleider de komende periode inzetten. ‘Willem kan met mij blijven sparren als dat nodig is. Bij het Werkcafé maken we ons sterk voor de ontwikkeling van mensen en het vinden van een betaalde baan. We vinden het prachtig om te zien dat Willem zulke mooie stappen heeft gemaakt.’ \

69 / Gildestraat 1, 8263 AH Kampen / T 038 311 59 44 / www.impact.nl
‘Willem kan met mij blijven sparren’
Herman Held
‘Ik ben aangenomen en ga weer aan de slag als medewerker ICT’
Willem Borst

De zorg verandert en het Ronald McDonald Huis groeit mee

Het lievelingspotje koken voor je zieke zoon in het ziekenhuis. Samen met je broer en zus aan tafel avondeten in plaats van helemaal alleen in je ziekenhuisbed. Een paar jaar terug onmogelijke gedachtes. Vandaag de dag al een nieuwe werkelijkheid. Bij Family Centered Care oftewel gezinsgerichte zorg staat het hele gezin centraal. De zorg verandert en het Ronald McDonald Huis en de Ronald McDonald Huiskamers groeien daar in mee.

Family Centered Care

De laatste vijf jaar zien we de zorg steeds meer veranderen. De bewustwording dat een ziek kind een heel gezin treft wordt steeds groter. Familie dichtbij heelt beter. Inroomen is tegenwoordig heel normaal en de vraag voor een huiselijke plek in het ziekenhuis neemt toe. Speciaal voor die behoefte zijn er Ronald McDonald Huiskamers. Huiskamers in het ziekenhuis waar ouders en kinderen even op adem komen, iets te eten maken, een spel doen, televisie kijken of een tijdje aan het werk gaan. Het aantal Ronald McDonald

Huiskamers groeit. Ook in ziekenhuizen waar geen Ronald McDonald Huis in de buurt is. Een mooi voorbeeld van zo een ‘stand alone Huiskamer’ is de Huiskamer in Medisch Spectrum Twente in Enschede. Inmiddels ruim anderhalf jaar geopend en met ruim 1000 bezoekers per maand echt van waarde voor ouders. De Huiskamer valt onder de paraplu van het Huis in Zwolle.

Keeping Famelies Close

Het is inmiddels een bekend gegeven. De druk op de zorg wordt groter en groter. Manager Lianne Booijink van Ronald McDonald Huis Zwolle verwacht dat de rol van ouders tijdens een ziekhuisopname nog groter gaat worden in de toekomst. “Er wordt steeds meer van de ouders zelf verwacht. Enerzijds omdat het fijn is voor het kind zelf, anderzijds omdat het door de toenemende kosten en een tekort aan medewerkers simpelweg niet anders kan. Huiskamers in ziekenhuizen zijn waardevol en bijna onmisbaar in de veranderende zorg. Opnames worden in de toekomst nog korter maar wel intensiever. Een Huiskamer in het ziekenhuis zorgt dan dat het makkelijker wordt voor ouders om hun zieke kind goed te verzorgen en zelf op de been te blijven. En daar zijn wij als Ronald McDonald Huis natuurlijk heel erg goed in. Het makkelijker maken voor de ouders. Keeping Famelies Close. Wij zijn klaar voor verandering.” \

REGIO ZWOLLE / 70 Dokter Hengeveldweg 5, 8025 AK Zwolle / T 038 455 46 70 / www.ronaldmcdonaldhuiszwolle.nl
Tekst Melanie van Riel / Fotografie Ronald McDonald Huis Zwolle

Fenna Eefting

Is transitie een ander woord voor chaos en onzekerheid?

Toen in 2020 COVID-19 zijn intrede deed, was er al snel sprake van crisis. Het duurde niet lang of de straten waren leeg. De stilte was rustgevend. En op het werk bij de Vogellanden was er maar één focus, de patiënt. Bijna geen mail, behalve over zaken die er echt toe deden. De weekenden geen bezoek. De wereld ging even wat langzamer.

Toen kwam de periode dat we weer aan het werk mochten, maar met onverwachte onderbrekingen, omdat jij of iemand anders besmet was. Alles stond weer op zijn kop. Hoe regel ik het met de kinderen? Waar is de testlocatie? Wat zijn ook alweer de nieuwe spelregels? Wel of geen mondkapje? Het was gedaan met de rust. Het bleek het begin van polarisering.

Toen we eindelijk weer wat leken te normaliseren, bleken veel jongeren depressief en ontstond een groeiend tekort aan medewerkers. Dit bleek niet het grootste probleem, want opeens vielen de Russen Oekraïne binnen en zaten we in een klimaatcrisis. De chaos en onzekerheid zijn compleet.

Lastige situaties zijn ideale formules om het vertrouwen in jezelf en in anderen te verliezen. Je gaat je verzetten tegen de ongewenste situatie, gaat die veroordelen en krijgt het gevoel

geen invloed te hebben. Alsof je de macht uit handen geeft. Mokken, klagen, roddelen en zeuren met als gevolg een enorme DIP (Denken In Problemen).

Gelukkig is er ook een formule om eruit te komen. Je baalt, maar accepteert de situatie en legt de focus op het hier en nu. Wat kan ik wel en wat durf ik? Zoek naar je creativiteit en humor en open het gesprek, denk in mogelijkheden en je krijgt een KIK (Kijken In Kansen).

Hoe klein of groot lastige situaties ook zijn, je hebt altijd invloed en keus. Laten we de focus leggen op wat wél kan. Laten we elkaar helpen te kijken in kansen, dan verandert niet alleen jouw situatie van lastig naar leuk, je geeft je hele omgeving energie. Als we dit echt allemaal gaan doen, kunnen we samen een wereld veranderen. Van chaos naar perspectief en kansen voor iedereen. \

71 /
Fenna Eefting, raad van bestuur Vogellanden

Verbindingen op bedrijvenpark H2O

De wereld van verbindingen is een wondere wereld. Want wat staat er tegenwoordig níet met elkaar in verbinding? Een terrein beveiligen met camera’s, een onderling netwerk voor samenwerkende vestigingen en een veilige dataopslag. Dat vraagt om een razendsnelle en betrouwbare verbindingen. Dát levert NDIX, zo ook op bedrijvenpark H2O in Regio Zwolle. Peter Lenten, binnen NDIX verantwoordelijk voor sales & marketing, vertelt welke bijdrage NDIX levert aan het bedrijvenpark in Hattemerbroek.

In Twente zijn al jarenlang mooie bedrijven te vinden. Toch miste in Twente twintig jaar terug betaalbare en goede connectiviteit. Dát is het moment waarop NDIX is ontstaan. NDIX sluit bedrijven in Nederland en Duitsland aan op haar netwerk via glasvezelverbindingen. Dit doet ze zelfs voor klanten met vestigingen over de hele wereld. Peter vertelt: ‘Destijds was er in Twente behoefte aan een beter vestigingsklimaat, inclusief betere connectiviteit. Denk maar eens na, als je verbinding het niet doet, heb je geen wifi, geen hulpsystemen en kan je niet bij facturen. Die behoefte aan goede connectiviteit is ruim twintig jaar later onverminderd groot. Alles is tegenwoordig online en ‘in the cloud’. Goede connectiviteit zorgt ervoor dat bedrijven zich willen vestigen en willen doorgroeien op die plek. Ditzelfde geldt voor H2O, dat bedrijvenpark heeft een goede verbinding én een goed vestigingsklimaat nodig.’

Unieke aanbieder

Wat maakt NDIX anders dan andere connectiviteitspartijen, zoals KPN, Eurofiber of Delta? Peter: ‘Wij kunnen een ander model aanbieden. Stel je eens voor: er ligt een kabel in de grond. Wij zorgen ervoor dat data over deze kabel gaat. Maar bedrijven kunnen zelf kiezen welke leveranciers ze willen inhuren voor deze data, zoals je internetdienst. Deze keuzevrijheid leggen wij bij het bedrijf. Connectiviteit wordt hierdoor losgekoppeld van diensten. Als bedrijf bepaal jij welke aanbieder je kiest voor telefonie, internet en andere connectiviteitsdiensten. Verander je van dienstaanbieder, dan blijft je glasvezelverbinding gewoon actief, in tegenstelling tot andere aanbieders op de markt. Daarnaast kan de glasvezelverbinding ook zonder externe dienstaanbieders worden gebruikt. Voor bedrijven met meerdere vestigingen kan hiermee een honderd procent veilig bedrijfsnetwerk worden gerealiseerd.

De data die tussen bedrijven wordt getransporteerd, kan door niemand anders worden ingezien of worden gehackt.’

Een ander belangrijk onderdeel van de connectiviteit van NDIX, is de monitoring. Hierover vertelt Peter het volgende: ‘Het NDIX Network Operation Center monitort proactief 24 uur per dag en 7 dagen per week de netwerken van onze klanten. Als er een probleem is, schakelen we gelijk. Een klant zit maximaal 4 uur zonder connectiviteit, maar dit houden we tot een minimum. Stel dat een klant opeens veel data stuurt, dan verbreden we tijdelijk het netwerk of we maken een omweg. De continuïteit is echt gewaarborgd.’

Veilige verbindingen Ook voor H2O waren keuzevrijheid en veiligheid twee belangrijke factoren. Peter beschreef het hierboven al: ‘De klanten van H2O weten dat ze via NDIX de meest veilige oplossing hebben. Als ze het samen met ons inrichten, weet je zeker dat je het goed hebt geregeld.’ Hij legt uit dat bedrijven bij H2O te maken hebt met klanten die over de hele wereld zitten. Die vestigingen kun je aan elkaar koppelen, dan creëer je een privénetwerk met veilige verbindingen waar alleen die vestigingen bij kunnen.

REGIO ZWOLLE / 72 Tekst Lara Bijen / Fotografie
Peter Timmer
‘Een goed vestigingsklimaat, inclusief goede connectiviteit’

Daarnaast regelt NDIX ook de camerabeveiliging van het terrein, zodat zowel verbindingen als het bedrijvenpark veilig zijn.

Samenwerken voor de klant NDIX is veel in gesprek met H2O. Belangrijk volgens Peter, want ze willen allebei de beste kwaliteit voor de klant. ‘We zijn veel in contact, omdat het bedrijvenpark groeit. Zodra een kavel is verkocht, worden we ingeschakeld. We proberen gelijk aan te sluiten als het gaat over de nutsvoorzieningen. Daarin zoeken we afstemming op, met als doel zo min mogelijk overlast voor de eindgebruiker.’ Peter vertelt dat ze daarnaast ook samenwerken met ICT-bedrijven

waar de klanten van H2O zijn aangesloten. Ook daar heeft NDIX gesprekken mee, zodat de IT-infrastructuur voor de klant zo optimaal mogelijk wordt ingericht.

Kwaliteit voorop

Eén ding is zeker: de klanten van bedrijvenpark H2O hebben een veilige en betrouwbare verbinding, nu en in de toekomst. Het Nederlands-Duitse bedrijf NDIX zet zich in om de beste oplossing voor de klant te bieden. Veiligheid is zo ontzettend belangrijk, zeker in deze tijd. ‘Wij willen dat de klant de beste kwaliteit heeft, op de meest veilige manier met keuzevrijheid. Daar staan we voor.’ \

73 / Duurzaamheidstraat 26, 8094 SB Hattemerbroek / T 038 20 20 102 / www.bedrijvenparkh2o.nl
‘Kwaliteit, veiligheid en keuzevrijheid. Daar staan we voor’
BOL | van Staveren werkt keihard aan een duurzame transitie: ‘Veranderen begint bij jezelf’
Tekst Kimberly Rallis / Fotografie Peter Timmer

Als er één bedrijf in transitie is, dan is het BOL | van Staveren in Dronten wel. Als groothandel op het gebied van brandstoffen, smeerolie, propaan en installaties staat het bedrijf voor een enorme opgave. Want de stap naar schone mobiliteit moet gezet worden. Directeur Jan Sipke Hulzinga en transitiemanager Quérine Arens-van Osch denken in mogelijkheden, in plaats van problemen. ‘Meebewegen, vooruitkijken en kennispartner zijn. Dat is BOL | van Staveren.’

Ze steken het niet onder stoelen of banken. Op dit moment verdient het bedrijf zijn geld met fossiele, en synthetische brandstoffen. Dat moet anders, weten Jan Sipke en Quérine. Niet voor niets werd Quérine een jaar geleden aangesteld als transitiemanager. ‘We doen er alles aan om ons voor te bereiden op de enorme verandering die op handen is. Op dit moment verdienen wij nog steeds ons geld met CO2-uitstotende producten. Daar zijn we eerlijk over. We zijn betrokken, transparant en nuchter. En achter de schermen zijn we keihard aan het werk om klaar te zijn voor de energietransitie die eraan komt’, licht Quérine toe.

Uitdagingen

BOL | van Staveren is voortgekomen uit de samenwerking van twee familiebedrijven. BOL Handelsonderneming (Dronten) en van Staveren (Emmeloord). Het bedrijf heeft meer dan 135 jaar aan kennis en ervaring in huis en levert als groothandel aan agrariërs, transportbedrijven, loonbedrijven, aannemers, grondverzet, gemeenten, industrie en garages. In 2021 besloot BOL | van Staveren de bedrijfsvoering te verduurzamen en zich voor te bereiden op de omschakeling van fossiel naar duurzaam. Na de zomer begon Quérine als transitiemanager om hier samen met de aandeelhouders, Raad van Commissarissen, directie, managementteam, medewerkers en afnemers invulling aan te geven.

‘Veranderen begint bij jezelf’

In de agrarische sector ziet Jan Sipke een groei in waterstof en elektrificatie. Denk aan elektrische en waterstof-heftrucks en -tractoren. Voorlopig zijn deze waterstofoplossingen in aanschafwaarde nog duurder dan de traditionele voertuigen op diesel. Quérine: ‘Vraag en aanbod moeten op elkaar aansluiten. Wij kunnen onze klanten wel voorzien van een HVO100 (hydrotreated vegetable oil) maar soms is het materieel daar te oud voor en daarbij is er nu nog niet genoeg product beschikbaar om al het materiaal daar op te laten rijden. Dat is onze grootste uitdaging.’

Dat betekent niet dat ze bij de groothandel stilzitten. ‘Veranderen begint bij jezelf, dus ik kijk met mijn collega’s naar onze huidige bedrijfsvoering en hoe we die kunnen veranderen. De klantproblematiek in het veranderende energielandschap is afgelopen jaar in kaart gebracht en er is een bedrijfsscan gemaakt van de huidige bedrijfsvoering. We hebben beleid gemaakt tot 2026 om te bepalen hoe wij onze CO2-uitstoot gaan terugbrengen.

Zo rijdt vanaf 2023 gefaseerd ons volledige eigen wagenpark - 15 vrachtwagens - op hydrotreated vegetable oil. Dat is een investering, maar op deze manier geven wij het goede voorbeeld.’

‘Practice what you preach’ is het motto. Quérine: ‘Naast het verduurzamen van ons wagenpark wordt momenteel ons nieuwe duurzame bedrijfspand gebouwd, in Emmeloord. Inclusief zonnepanelen en goede isolatie.’ Ook werkt het bedrijf aan strategische samenwerkingen met zon- en windparken om groene waterstof te produceren voor de komende jaren. BOL | Van Staveren blijft het duurzame assortiment uitbreiden en investeert in kennis- en pilotprojecten in de energietransitie.

Surfen op de golven

Het bedrijf is vooral bezig met vooruitdenken, verbeteren en anticiperen om op het juiste moment veranderingen door te voeren. ‘Vergelijk het met surfen’, zegt Quérine. ‘Wij drijven op het moment op de zee tussen de golven, houden continu de weersomstandigheden en het water in de gaten. En wanneer de omstandigheden optimaal zijn, dan peddelen wij vooruit en pakken de juiste golf. Wij houden de marktonwikkeling in de gaten en de kosten van bepaalde technieken. Wanneer deze optimaal ontwikkeld en schaalbaar zijn, investeren wij.’

Dat is de sleutel tot succes, volgens het duo. ‘Langzaam maar heel zeker treffen wij alle voorbereidingen. We nemen onze tijd en gaan grondig aan de slag zodat wij alle kennis in huis hebben. We doen het goed, of we doen het niet.’

Er is al genoeg om trots op te zijn, zegt Jan Sipke: ‘We zijn supertrots dat wij als fossiele brandstoffenhandel in 2021 al een transitiemanager hebben aangenomen en een strategie hebben opgesteld. In een jaar tijd hebben wij ons enorm ontwikkeld en heel veel kennis opgedaan. Naast al onze huidige werkzaamheden, neemt Quérine ons mee in het hele energielandschap en alles wat er speelt. En straks bouwen wij verder in ons prachtige nieuwe duurzame bedrijfspand.’ \

75 / De Rede 1, 8251 EX Dronten / T 14 0321 / www.dronten.nl
‘We doen het goed, of we doen het niet’

De digitale transitie: ‘niet de techniek is de uitdaging, maar de mens’

INN’gesprek

Onderwijs

Door de digitale transitie staan we altijd en overal met elkaar in contact en kunnen we van alles regelen en automatiseren. Wat betekent dat voor het bedrijfsleven? En waar moeten bedrijven die willen digitaliseren bij stilstaan? Spencer Roozeboom is eigenaar van het Zwolse creatieve bureau voor digitalisering Impres en deelt zijn visie. ‘Aan de vooravond van deze transitie dacht ik dat de techniek zelf de uitdaging zou zijn, maar het is de mens. Mensen zijn bang voor verandering.’

Tekst Mirjam van Huet / Fotografie Peter Timmer

‘Een bedrijf dat vooroploopt in de digitale transitie, is Google. We gebruiken het allemaal en het heeft voor bijna alles een oplossing of op zijn minst een antwoord. Als je in Parijs met het openbaar vervoer reist, wijst Google Maps je beter de weg dan het metrosysteem zelf.

Een aantal jaar geleden riepen mensen nog dat ze niet wilden dat computers ‘zagen’ waar ze waren. Tegenwoordig vindt niemand dat meer een probleem. Al zijn er wel nadelen aan digitalisering, als je er te veel op vertrouwt. Zo heeft ook de Toeslagenaffaire kunnen ontstaan. Daar is té veel vertrouwd op automatisering en zijn ten onrechte mensen aangewezen als fraudeur.

Maar weer even terug naar de kansen en mogelijkheden: bedrijven kunnen nieuwe mogelijkheden en businessmodellen ontwikkelen en/of een deel van hun werk automatiseren, waardoor de medewerkers

die dat werk eerst deden, vrijkomen voor andere werkzaamheden.

Een goede gewoonte van ons team, is dat we bij iedere nieuwe klant eerst stage gaan lopen. Zo ook bij SMT. Zij verkopen graafmachines in 31 landen.

Mensen zijn bang voor verandering’

Er is één medewerker die de hele dag telefoontjes beantwoordde. Bijvoorbeeld van bedrijven die onderdelen voor de graafmachines nodig hebben. Hij maakte aan de hand van die vragen offertes. Maar de inzet van deze man kon veel beter worden benut. Zijn offertes worden daarom nu digitaal gemaakt. Dat is gelukt door prijzen van onderdelen te standaardiseren en het offerteproces >

77 /

te automatiseren. Hij doet nu leuker en nuttiger werk, namelijk collega’s en klanten helpen met de onderdelen op de juiste plek krijgen.’

Onderhoud voorspellen ‘We hebben dit bedrijf met nog meer digitale oplossingen geholpen. Diegene van Impres die er ‘stageliep’, stond vroeg in de ochtend in het donker langs de weg met een monteur van SMT: er was een graafmachine uitgevallen. Daar zijn we in gedoken. Wat bleek? Die machine had al vanaf 150 dagen daarvoor signalen gegeven waardoor het bedrijf kon weten dat ‘ie op het punt stond uit te vallen. SMT had het dus kunnen weten, als die signalen bij hen binnen waren gekomen. Dan hadden ze 150 dagen de tijd gehad om een monteur in te plannen om het euvel te verhelpen. Wij hebben toen een tool gebouwd voor ‘predictive maintenance’. SMT krijgt nu een gig data per uur binnen. Twee medewerkers van SMT zitten daar bovenop. Zo kunnen zij uitval van machines vóór zijn. De garantiekosten van SMT zijn

sindsdien keihard gedaald; ze hebben 1,5 miljoen euro structurele besparing gerealiseerd. Daardoor kunnen ze hun machines met lagere prijzen in de markt zetten en dat levert meer klanten op.’

Gedrags-

en cultuurverandering ‘Er kan veel meer met digitalisering dan mensen denken. En ik twijfel er niet over of die digitalisering zich de komende jaren verder doorzet. Denk maar een aantal jaren terug. Als je in 1998 mensen vroeg of die een mobieltje wilden, antwoordde een deel ‘neuh, ze weten wel hoelaat ik altijd thuis ben’. Tegenwoordig heeft iedereen een smartphone, óók die mensen die daar jaren geleden geen interesse in hadden.

Toen ik me een aantal jaren geleden verdiepte in de nieuwe businessmodellen en kansen die technologie mogelijk maken, dacht ik dat het nou juist de technologie zou zijn die de strubbelingen zou opleveren. Maar nee, dat is totaal niet het geval; die techniek is gewoon voorhanden. Nee, het zijn de mensen die het moeilijk maken.

Tachtig procent van transformatie gaat over gedrags- en cultuurverandering. Er is veelal angst voor verandering. Als ik met het bestuur of het managementteam van een organisatie spreek, zie ik dat ze een visie hebben en een toekomstbeeld waar ze naartoe willen. Maar ze vinden het ook spannend. Waar heeft het impact op? Gaan de banen veranderen? Ze zien behalve de kansen ook de zogenaamde beren op de weg. In veel situaties is het dus de mens die de automatisering tegenhoudt.’

Automatisering bespaart kosten ‘Ik – en natuurlijk ook mijn 55 collega’s bij Impres – blijf bedrijven en organisaties motiveren om de digitalisering aan te gaan. Ik zie dat ook echt wel als een missie. Neem de regelingen voor minima in ons land. Daarvoor gaat jaarlijks 6,4 miljard van Den Haag naar gemeenten. Die kunnen het geld verdelen over mensen die een bijdrage nodig hebben voor bijvoorbeeld een koelkast, menstruatieartikelen of een verzekeringspolis. Iedere gemeente doet dat op zijn eigen manier.

ONDERWIJS / 78

Mede daardoor gaat 2,8 miljard van het geld op aan uitvoeringskosten. Bijvoorbeeld aan ambtenaren die lokaal beleid schrijven. Impres automatiseert dergelijke processen nu. We zijn trots op de besparingen die we daarmee realiseren. Als minima een verzekering aanvragen, verloopt dat proces nu voor minder dan 1 procent van de kostprijs (ten opzichte van 2015), omdat het helemaal is geautomatiseerd.

de energierekening en het energielabel van de woning. Als je die variabelen allemaal combineert, kan het systeem op een gegeven moment zelf ‘beoordelen’ of iemand in aanmerking komt voor een bepaalde financiële voorziening. We hebben het voor gemeenten nu zo weten te maken dat iemand in één keer een aanvraag kan doen voor het hele gezin.’

Gezond boerenverstand

Het is heel makkelijk om te testen of een concept kans van slagen heeft. De content-app Later bijvoorbeeld, testte een paar jaar geleden heel slim of er behoefte was aan hun idee en of men voor de uitgebreide, betaalde versie zou kiezen.

Vanuit de zogenaamde ‘aanvraagstraten’ die we gebouwd hebben, zijn gegevens zoals het inkomen en het vermogen van mensen beschikbaar, net als de hoogte van

‘Als tip voor bedrijven die ook hun systemen willen omgooien, zou ik zeggen: gebruik de GVB-methode: gezond boerenverstand. Dat begint met onderzoeken of er überhaupt behoefte is aan je idee. Je wil niet weten hoe dik de map met geheimhoudingsverklaringen is, die wij bij Impres op kantoor hebben liggen. Allemaal geheimhoudingsverklaringen voor ideeën die nooit van de grond zijn gekomen. De bedenkers geloven dat ze iets geweldigs in handen hebben en willen het pas lanceren als het perfect is. Maar wie zegt dat mensen erop zitten te wachten?

In plaats van de app te bouwen, maakten ze eerst één webpagina met daarop de boodschap: ‘we zijn bezig om onze app te bouwen, laat je mailadres achter en je bent de eerste die het hoort als we zover zijn’. Vervolgens waren er drie buttons waar de bezoeker zijn gegevens achter kon laten: een button voor de gratis versie, een button voor de versie van 10 euro en eentje voor de versie van 20 euro. Als genoeg mensen op die van 20 euro zouden klikken, gingen ze bouwen. En zo geschiedde.

Wij noemen dat ‘growth hacking’: stapsgewijs werken en telkens valideren of het echt wel nut heeft wat je hebt bedacht. Niet alleen denken dus, maar vooral ook doen.’ \

79 /
‘ De techniek is voorhanden. Het is de mens die het moeilijk maakt’

Zwolse theaters: Cultuur in transitie

‘Zwolse theaters: het theater als plein van de stad. Een grote ambitie waar we ons de afgelopen jaren op hebben voorbereid door te experimenteren, te onderzoeken en met elkaar de dialoog aan te gaan. Een spilfunctie voor de regio en de stad, waar wij graag invulling aan geven. Dat doen we door te verbinden, de ontmoeting tussen makers en publiek te faciliteren, samen te werken en onze impact te vergroten. We vinden dat belangrijk, dus leggen we hier de komende jaren onze focus verder op.’ Aan het woord zijn Joy Kreiken en Mirjam Reyneveld. Zij maken deel uit van het programmeringsteam en het transitieteam van Zwolse theaters. Joy is coördinator programmering en Mirjam is jeugdprogrammeur en coördinator van Werkplaats Zwolle. Zij vertellen over de keuzes die de afgelopen jaren gemaakt zijn en de effecten daarvan.

REGIO ZWOLLE / 80 Tekst en fotografie Zwolse theaters

Serieprogrammering is succes

‘Voor de coronapandemie waren we al aan het nadenken over de mogelijkheid om voorstellingen te bundelen. We zochten een manier om het voor de gast makkelijker te maken om te kiezen uit de 400 voorstellingen die we aanbieden. En zo ontstond onder andere het zogenaamde serieprogrammeren’, vertelt Joy. ‘Neem bijvoorbeeld Dans op Donderdag, een serie dansvoorstellingen van eigenzinnige en veelbelovende makers. Zwolse theaters profileert zich hiermee als plein van de stad door te laten zien dat we meer doen dan alleen voorstellingen aan te bieden. We regisseren en faciliteren de ontmoeting tussen makers, bezoekers en het theater. Bij Dans op Donderdag zien we dat dit werkt. Er ontstaat een ander soort chemie, een community van gelijkgestemden die ook interesse hebben in het maakproces. De bezoekers worden zo ook ambassadeur voor de dansvoorstellingen.’

Remember my Name is een ander voorbeeld van het betrekken van de bezoeker bij het maakproces. Joy: ‘We laten het publiek kennismaken met een vijftal kleinschalige musicalproducties. Soms voorafgegaan door een introductie van de makers of afgesloten met een gezamenlijk samenzijn van publiek en spelers. De belangstelling hiervoor is groot. Het wordt voor het publiek zo makkelijker en leuker om voor deze voorstellingen te kiezen en er ontstaat verbinding.’ Maar niet alleen de bezoekers worden betrokken bij het maakproces vult Mirjam aan: ‘Gezelschappen en producenten betrekken ons als programmeurs ook al vroeg in hun creatieve proces, ze horen graag wat wij vinden van hun ideeën.’ Corona heeft er voor gezorgd dat Zwolse theaters flexibeler moest gaan programmeren. Joy: ‘Dat heeft er toe geleid dat we nu per jaar niet één programmagids versturen, maar vier kleinere brochures waarin we een aantal voorstellingen uitlichten. Dat werkt erg goed. We zijn weer op hetzelfde niveau qua kaartverkoop als in seizoen 2018/2019 vóór corona.’

Zwolle interessante stad voor creatievelingen Zwolse theaters heeft er met Werkplaats Zwolle voor gekozen om jonge theatermakers en afgestudeerden van ArtEZ te stimuleren en faciliteren. Mirjam: ‘Wij willen er graag aan bijdragen dat studenten die zijn afgestudeerd in Zwolle blijven wonen en werken.’ Mirjam licht in dit verband de rol van Werkplaats Zwolle toe: ‘Hiermee richten we ons op jonge makers. Gedurende een week maken ze gebruik van de Werkplaats in Schouwburg Odeon. Zij kunnen hier werken aan een voorstelling, experimenteren en leren. Daarbij worden ze begeleid door collega’s van Zwolse theaters en professionals uit het werkveld. De week eindigt met een presentatiemoment. We doen dit om als stad aantrekkelijk te zijn voor die jonge makers, om talent een kans te geven zich te ontwikkelen en omdat we vinden dat we als theater die rol hebben in de stad. Dat past helemaal bij de ambities van Zwolle: experimenteel, creatief en ondernemend.’

Meer keuze door regionale samenwerking

Ook regionaal zijn de theaters in transitie. Mirjam: ‘Sinds een paar jaar werken we samen met negen theaters in Regio Zwolle (Raalte, Nunspeet, Hoogeveen, Steenwijk, Hardenberg, Kampen, Dronten, Noordoostpolder en Meppel). Die samenwerking vindt plaats op het gebied van marketing, techniek en programmering. Zo stemmen de programmeurs van de theaters het landelijke theateraanbod op elkaar af. Wij zorgen er zo voor dat alle theaters in de regio een duidelijk eigen aanbodprofiel hebben. Dit komt de theaterbezoekers ten goede, want zo hebben zij veel meer keuze. Voor Zwolse theaters is het daarbij zoeken naar de balans tussen grote, meeslepende, commerciële voorstellingen en parels waarmee we ons profileren met thema’s waarvan wij vinden dat er over gesproken moet worden.’

Zwolse theaters als producent: Sympathy for the Devil Met ingang van dit seizoen is Zwolse theaters voor het eerst ook producent van een voorstelling die landelijk op tournee gaat. Met de muziektheatervoorstelling Sympathy for the devil laat Zwolse theaters van zich horen. ‘We zetten hiermee ‘ons’ Zwolle landelijk op de kaart. We boren nieuw publiek aan, creëren werkgelegenheid en maken onszelf onderdeel van een bloeiend maakklimaat. Samenwerking met makers zorgt voor reuring. Dit geeft Zwolse theaters nog meer bestaansrecht doordat eigen producties ons verbinden met onze omgeving (instellingen, makers, publiek). Door zelf te produceren trekt Zwolse theaters kwaliteit naar zich toe en ontstaan er regionale samenwerkingen en wisselwerkingen met bijvoorbeeld andere (landelijke) theaters. Als dit een succes wordt, gaan we dit vaker doen,’ aldus Mirjam, ‘Dat past bij de rol die we hebben: het laten zien van lokaal en regionaal talent en als theater onze plaats in de samenleving vervullen.’ \

81 / Spinhuisplein 14, 8011 ZZ Zwolle / T 0900 1435 / www.zwolsetheaters.nl
Joy Kreiken en Mirjam Reyneveld

‘SolliciDate’

bij RTV Oost:

Blind date voor een baan in de techniek

Werkgevers staan te springen om technisch personeel. Tegelijkertijd staan mensen ‘met een afstand tot de arbeidsmarkt’ te trappelen om aan de slag te gaan. In het NXtv programma ‘SolliciDate’, dat door RTV Oost wordt uitgezonden, gaan beiden met elkaar op blind date. Worden ze een match zonder elkaar te zien? Dat is elke week weer een verrassing in deze programmaserie. Kijk alle afleveringen terug op rtvoost.nl/sollicidate en nxtv.nl.

Het idee om werkgevers en zij-instromers op een vernieuwende manier aan elkaar te koppelen is geboren uit een enorme vraag. Want met circa 130.000 vacatures in de techniek en ICT moeten we met elkaar behoorlijk aan de bak om de (zij)-instroom te verhogen. Verrassend genoeg bleek het heel eenvoudig om werkgevers te vinden die open staan voor zo’n nieuwe creatieve en open minded aanpak, maar spannend vinden ze het wel. Begrijpelijk, want werkgevers geven zichzelf bloot voor de camera zonder ook maar iets van een kandidaat te weten. Ze nemen immers blind de beslissing om het avontuur aan te gaan met een zij-instromer. Voor zij-instromers is het al even spannend. Elk van de kandidaten heeft een eigen verhaal waarom het niet lukt om op eigen kracht een baan in de techniek te vinden. Een groot compliment dus voor alle deelnemers.

Vooroordelen en valkuilen De vooroordelen en valkuilen over zij-instromers wegen tijdens sollicitatierondes vaak zwaarder dan het verhaal en de motivatie van de kandidaat. Ook verschuilen veel werkgevers zich graag achter de regels en kiezen ze ervoor om niet af te wijken van standaardprocessen om een kandidaat nét het zetje te geven dat nodig is. Want zij-instromers hebben soms iets meer tijd nodig om weer aan het arbeidsproces te wennen, maar als dat eenmaal is gelukt heb je iemand die heel bewust gekozen heeft om bij jou te werken en dat is de moeite van de investering waard!

JA, ik wil

Met een blind date wil SolliciDate de mogelijke vooroordelen zoveel mogelijk wegnemen. Pas als werkgever en de kandidaat echt gekozen hebben zien ze elkaar voor het eerst. Daarom heeft Metechnica zich aan SolliciDate verbonden. Metechnica heeft de werkgevers en de zij-instromers zorgvuldig gescreend en begeleid tijdens het SolliciDate-proces. Met als doel, de kans op een ‘ja, ik wil’, zo groot mogelijk te maken. Want nee, je hoeft niet bij voorbaat technisch te zijn om in de techniek te werken, het is niet te zwaar voor vrouwen, je hoeft de taal niet goed te spreken,

je hoeft niet direct omzet te maken, het werk is niet vies en zwaar, en ook van de dominante mannencultuur in de techniek is al lang geen sprake meer. Zij-instromers en werkgevers leerden elkaar tijdens een goed voorbereide blind date op een heel andere manier kennen. In de serie geeft Ward Overeem, directeur van Metechnica, professionele duiding bij de dynamiek tussen werkgever en zij-instromer, de vooroordelen die er zijn en hoe je daar anders mee om kunt gaan. Ook de kijkers van RTV Oost leren mee van dit proces. SolliciDate kan nieuwe deuren openen voor mensen met een vergelijkbaar verhaal.

REGIO ZWOLLE / 82 Tekst en fotografie RTV Oost

Zijn alle dates een match geworden?

Of alle matches zijn gelukt? Het antwoord is nee. De cultuur op de werkvloer is toch erg bepalend voor het al dan niet slagen van een match. Het is niet bij elke match gelukt om het enthousiasme dat de werkgever en de kandidaat tijdens de blind date voelden vast te houden op de werkvloer. Soms gaven ongeschreven regels de kandidaat het gevoel er niet te passen, of bleek tijdens het inwerken dat het voor beide partijen beter was om toch niet met elkaar verder te gaan. \

SolliciDate

SolliciDate is een videoserie die in november en december 2022 is uitgezonden bij RTV Oost. De serie is bedacht en geproduceerd door NXtv, het platform voor werken in de techniek, met subsidie van Instituut Gak. SolliciDate wordt gepresenteerd door Ruben Dingemans.

SolliciDate kun je terugkijken op rtvoost.nl/sollicidate en nxtv.nl.

Henk heeft artrose en zoekt licht werk in de techniek. Hij ging op blind date met Deborah van een grote vrachtwagenproducent om er achter te komen of assemblage iets voor hem is.

83 /
Hazenweg 25, 7556 BM Hengelo / T 074 2 456 456 / www.rtvoost.nl
Valentino wil na een heftige jeugd een andere weg inslaan en trots op zichzelf zijn. Hij ging op blind date met werkgever Martijn die met zijn medewerkers werkt aan elektromotoren voor de grootste voertuigen en machines.

Phion verbindt mensen en muziek, met concerten en workshops

ONDERNEMEN / 84
Tekst Lara Bijen / Fotografie Phion
‘ Met onze zakelijk partners komen we verder’

Violen, blazers en strijkers: alles vind je bij Phion, het Orkest van Gelderland & Overijssel. Buiten concerten doet het orkestbedrijf nog veel meer. Ze verbinden ook nog teams door middel van workshops en laten kinderen kennismaken met muziek. Phion wil namelijk voor zoveel mogelijk mensen van betekenis zijn met live symfonische muziek. Daarover vertelt Melanie Jansen, violiste en sponsorwerver bij Phion.

Phion is de samenvoeging van het Gelders Orkest en Orkest van het Oosten. Sinds 2020 zijn ze samen één orkestbedrijf. Ook voor Melanie veranderde er veel: ‘Sinds 2005 werk ik bij het orkest als violiste. Naast deze rol als musicus ben ik sinds 2017 sponsorwerver. Een fantastische wereld die voor mij openging. Ik heb namelijk graag contact met het publiek en zie dit graag meer worden.’ Ze legt uit dat het niet alleen acquisitie is, maar dat ze juist wil bereiken dat partners en orkest elkaar versterken. Phion wil namelijk tot in de haarvaten van de samenleving komen. Melanie vertelt hierover: ‘We bereiken al kinderen van 4 jaar en 60-plussers en we gaan nu voor het bedrijfsleven.’

Zakelijke

partners

Naast netwerkevenementen biedt Phion namelijk ook activiteiten en workshops voor zakelijke partners aan. Zoals een workshop gericht op samenwerken, die zich focust op teambuilding. Melanie vertelt: ‘Eerst hebben we dit in het klein uitgeprobeerd en nu hebben we op professioneel niveau een mooi programma geboetseerd. Soms komen er wel teams van tachtig mensen bij ons. We laten dan zien hoe een orkest werkt, hoe wij samenwerken en hoe onze non-verbale communicatie eruitziet. Wij kunnen als orkest immers niet praten tijdens een concert. De teams voelen en ervaren dit, om vervolgens te kijken hoe dat zich vertaalt naar diverse functies. Heel leerzaam voor de samenwerking en communicatie binnen teams. Daarnaast versterkt het voor ons enorm de band met de bedrijven om ons heen.’

Interactie

Dat Phion meer is dan een orkest, is duidelijk. Ze willen graag meer verbinding met het publiek. ‘Vroeger zat het orkest hoog op een podium’, vertelt Melanie. ‘Dat creëert een soort ontzag. Na het concert is er geen interactie, zowel publiek als orkest gaan naar huis. Als musici willen we dit niet meer. We willen meer in verbinding staan, meer feedback en leren van onze concerten. Die totale beleving is belangrijk voor ons als musici, maar ook voor het publiek. Daarom zijn de workshops zo fijn, dan geven we mensen echt een inkijkje in wat wij als orkestbedrijf doen én kunnen doen.’ Melanie geeft aan dat het eenrichtingsverkeer is afgeschaft. Een andere belangrijke pijler van het orkestbedrijf is namelijk educatie. ‘De laatste 15 jaar hebben we aan de weg getimmerd. We hebben speciale programma’s voor in de klas gemaakt en scholen komen ook bij ons in de concertzaal. Een voorbeeld is het lesprogramma waarin kinderen hun eigen concert voorbereiden, inclusief

presentator die het verhaal vertelt. Na het lesprogramma komen de klassen bij ons in de zaal, waar het concert wordt uitgevoerd. Zo ontzettend leuk, een uur topbeleving voor kinderen.’

Strakke planning en slagvaardigheid

Natuurlijk geven ze ook concerten, zo’n 120 per jaar. Hierover vertelt Melanie: ‘We repeteren drie dagen, dinsdag tot en met donderdag. Daarna geven we concerten op vrijdag, zaterdag en zondag. We moeten flink doorwerken. Dit gebeurt allemaal in diverse samenstellingen. Naast concerten lopen er ook andere projecten.’ Zelf is Melanie bezig met een drum-’n-bass band, waarmee ze landelijk poppodia afgaat. Dat maakt het werk volgens haar heel leuk en divers.

Ontzettend veel bedrijvigheid dus. Om orde in de chaos te houden wordt er een strakke planning aangehouden bij Phion. Gelukkig zit er een hele motor achter het orkestbedrijf: 112 musici en 32 stafmedewerkers van marketing & sales tot artistiek, productie en bedrijfsvoering, die hier een oogje in het zeil houden. ‘Het productieteam maakt een strakke planning en bereidt alles tot in de puntjes voor, voordat we het podium opgaan. Dat doen ze elke week opnieuw met een nieuw programma’, zegt Melanie. ‘Een strakke planning is voor ons belangrijk. We hebben een slagvaardig productieteam dat alles in de gaten houdt en dat duidelijk is. Als musicus kun je in overleg met het team zelf projecten organiseren. Zo is er nu een ensemble voor zorginstellingen, ontzettend gaaf.’

Samen met een vlaggetje zwaaien

Door zoveel verschillende dingen te doen, hoopt Phion een grote groep aan te spreken. ‘Onze grootste uitdaging is mensen de zaal in krijgen. Verschillende generaties vind je op verschillende plekken. Dat betekent op een andere manier marketing uitvoeren, binding houden met de maatschappij en verschillende dingen doen en ontdekken. In je eentje met een vlaggetje in de woestijn zwaaien helpt niet, dus daarom doen we het graag samen met ons publiek en de partners.’ \

85 / Van Essengaarde 10, 7511 PN Enschede / T 085 023 02 60 / www.phion.nl
‘Als musicus kun je zelf projecten organiseren’

catalogi en Dat kunnen we. Als geen ander.

High-Tech Offset volgens Veldhuis Media

We produceren het drukwerk volgens de ISO 12647-2 norm. Het is dé standaardnorm voor offsetdruk. Hierdoor garanderen wij een voorspelbare kwaliteit. Jouw wens en ons drukproces naadloos op elkaar aangesloten. Hierdoor krijg je het kwaliteitsdrukwerk mooi op tijd en toch voordelig.

Snel en voordelig het drukwerk op de plaats van bestemming.

info@veldhuis.nl www.veldhuis.nl 0572 - 34 97 00
Kanaaldijk OZ 3 8102 HL Raalte

Colofon

Uitgever

A2 Business, info@a2business.nl

Adviesraad INN’ Regio Zwolle

Jan Ernst van Driel Directeur Deltion College, Voorzitter adviesraad INN’ Regio Zwolle

Marco Verhoef Accountant en bedrijfsadviseur Brouwers Accountants

Freek Hofland Adviseur kenniscommunicatie & woordvoerder onderzoek

Arnoud Gort Marketing manager Landstede Groep

Koen Schuurhuis Marketing manager Cibap

Piet Tulner Directeur Bedrijvenpark H2O

Jeroen de Vries Partner SmitDeVries

Daniëlle Gijsbertse Adviseur marketing en communicatie Oost NL

Jelle Weever Voorzitter MKB Regio Zwolle

Manon Koldewijn Programmamanager HCA – werkbedrijf Regio Zwolle

Fenna Eefting Bestuur en raad van toezicht Vogellanden

Rob Rikmanspoel Algemeen directeur Impact

Martin Post Directeur Tiem

Dennis Flokstra Bedrijven en Dienstverlening gemeente Hardenberg

Gert Engelsman Key Account Manager Stadseconomie en kantoren Gemeente Zwolle

Annette Kremers Marketing, Communicatie & Coöperatie MC&C

Rabobank IJsseldelta

Muriël Huijbrechts Zakelijke marketing en partnerships Zwolse Theaters

Marleen Nollen Senior HR consultant en recruiter Eqib

Karin van Vilsteren-van Voort Accountmanager startende ondernemers, start-ups Gemeente Zwolle

Christina Weenk Beleidsadviseur economie Gemeente Dronten

René van de Keuken Economisch ontwikkelaar gemeente Raalte

Nicole van Zomeren Regio Zwolle Mobiel programmamanager Werkgeversaanpak Veilig, Slim & Duurzaam provincie Overijssel

Martijn Wassenaar SVO vakopleiding food Manager onderwijs Noord-Oost Nederland

Alex Oude Wesselink Commercieel directeur RTV Oost

Gijs Hemmink Manager Sustainability and Digital bij Hanzestrohm

Sandra Oldegarm Project manager communicatie Arbeidsmarkt Regio Zwolle

Petro Vosselman KroeseWevers Accountants BV

Marlies Pruim Manager Campus Rabobank

Pascal van Harselaar Directeur Carecruit

Fotografie

Peter Timmer

Lars Smook

Archief partners tenzij anders vermeld

Redactieteam

Mirjam van Huet MCM tekst (hoofd- en eindredactie)

Arjan Dijkema Lara Bijen Kimberly Rallis Erik-Jan Berends Renate Breuls

Vormgeving

Inge Folkert-Hegteler en Rachèl Kok www.reclamemakers.nl

Losse verkoop

€ 7.95

Informatie

INN’regio Zwolle verschijnt 2 keer per jaar. Iedere uitgave wordt gelanceerd tijdens een release-event. De oplage (5000 exemplaren) wordt verspreid onder bedrijven in de 22 gemeenten van de Regio Zwolle die staan ingeschreven bij de Kamer van Koophandel met meer dan 5 medewerkers. Ook ligt INN’regio Zwolle op de leestafels bij overheidsinstellingen en verschillende zakelijke ontmoetingsplekken in de regio en relevante zakelijke adressen.

Voor meer informatie, vragen, adreswijzigingen of een bedrijfsreportage: neem contact op met A2 business Annemarie Teeken 06 - 51 19 75 88 Annet Spijkerman 06 - 23 74 25 96 info@a2business.nl

Copyright

Niets uit deze uitgave mag op welke wijze dan ook worden gereproduceerd zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever en de andere auteursrechthebbenden. Het ongevraagd toesturen van materiaal geschiedt op eigen risico.

Aansprakelijkheid

Deze uitgave is met de grootst mogelijke zorg samengesteld. De uitgever is echter niet aansprakelijk voor eventuele onjuistheden of gevolgen van onvolkomenheden.

Druk

Veldhuis media, veldhuismedia.nl Veldhuis Media is ISO- en FSC-gecertificeerd en past duurzame productiemethodes toe.

Partners
ECONOMIE / 88 Inspiratie Krachtig Energiek Helder Vernieuwend Scherp Innovatief Prikkelend Duurzaam www.innregiozwolle.nl / linkedin.com/company/inn-regio-zwolle / facebook.com/INNregiozwolle

Turn static files into dynamic content formats.

Create a flipbook

Articles inside

Phion

6min
pages 84-88

RTV Oost

3min
pages 82-83

Zwolse theaters

4min
pages 80-81

De digitale transitie

6min
pages 76-79

Gemeente Dronten

3min
pages 74-75

Ronald McDonald Huis Zwolle

1min
page 70

Vogellanden

1min
page 71

Bedrijvenpark H2O

3min
pages 72-73

SmitDeVries/Achivers

3min
pages 66-67

Impact

3min
pages 68-69

Carecruit

3min
pages 64-65

VNO-NCW

1min
page 63

Gemeente Raalte

3min
pages 60-61

MSG

1min
page 62

Ditis’Em

3min
pages 58-59

Dat doet de deal

6min
pages 56-57

Human Capital Agenda

5min
pages 54-55

Gemeente Hardenberg

4min
pages 50-51

Tiem

3min
pages 48-49

Hogeschool Windesheim

3min
pages 52-53

Vogellanden

4min
pages 46-47

Cibap

1min
page 43

Eqib

4min
pages 44-45

Deltion College

4min
pages 40-42

Overijssel Onderweg

4min
pages 34-35

Landstede

3min
pages 26-27

KroeseWevers

3min
pages 38-39

Gemeente Zwolle

3min
pages 32-33

MKB Nederland Regio Zwolle

2min
page 37

Omarm de chaos

6min
pages 28-31

FRIS Toezicht

2min
page 36

Port of Zwolle

4min
pages 24-25

Gemeente Hardenberg

3min
pages 14-15

Labmicta

3min
pages 16-17

SVO

2min
page 20

Brouwers

1min
page 21

Oost NL

4min
pages 10-11

Rabobank

4min
pages 18-19

Hanzestrohm

3min
pages 22-23

Kennispoort

3min
pages 12-13
Issuu converts static files into: digital portfolios, online yearbooks, online catalogs, digital photo albums and more. Sign up and create your flipbook.