BEHOUD EN BEHEER
DE KLIMAATVERANDERING IN DE PRAKTIJK
“Er komt (heel veel) water aan!” De voorbije, extreem droge zomer én lente staan ongetwijfeld iedereen nog levendig voor ogen. Te weinig neerslag is of wordt een groot probleem. En, hoe paradoxaal het ook klinkt: te veel neerslag is ook niet goed. In dit artikel zoomen we in op één aspect van de klimaatverandering, meer bepaald het toenemende risico op wateroverlast. Dat brengt ook voor het cultureel erfgoed ernstige risico’s met zich mee. Jürgen Vanhoutte en Iris Steen
Patrick Willems © FARO
38
M
idden maart van dit jaar: de winter loopt op zijn einde en de thermometer geeft 12°C aan. De voorbije week is er evenveel regen uit de hemel gevallen als gemiddeld tijdens de hele maand maart wordt opgemeten. Een goede aanleiding om met Patrick Willems, hoogleraar waterbeheer aan het departement Burgerlijke Bouwkunde van de KU Leuven, te praten over klimaatverandering en het risico op wateroverlast.1
Waarom is de klimaatverandering een thema waarmee ook erfgoedwerkers zich zouden moeten bezighouden? “De klimaatverandering kan voor cultureel-erfgoedinstellingen gevolgen hebben: van frequentere wateroverlast tot problemen met droogte en hittestress door de hogere temperaturen. Toegespitst op de problematiek van wateroverlast zorgt de klimaatverandering voor een temperatuurstijging in de atmosfeer, waardoor die over langere periodes meer waterdamp kan opnemen. Dit leidt tot langere droogteperiodes in de zomer, afgewisseld met zeer intense regenval, zogenaamde piekregens, tijdens heftige zomeronweders. De winters daarentegen worden natter, met meer regenbuien, waardoor de bodem sneller verzadigd raakt. Als het blijft regenen loopt het overtollige regenwater, dat niet meer in de bodem kan dringen,