F2
De kruistochten naar het Midden-Oosten
OUDE NABIJE OOSTEN
1
De voorgeschiedenis van de kruistochten
©
VA
Het christendom is ontstaan in Palestina in de 1e eeuw en heeft zich van daaruit verspreid over het hele Romeinse Rijk en daarbuiten. In de 7e eeuw veroveren de Arabieren Palestina (zie les F1). Voor de volgende 300 jaar zijn moslims en christenen met elkaar in conflict. Op het einde van de 11e eeuw begint Europa de moslims terug te dringen in Spanje en Zuid-Italië. De Seltsjoeken (Turken) nemen halverwege de 11e eeuw de plaats in als leiders van de islam. Zij vormen ook een bedreiging voor de Byzantijnen: die verliezen na de Slag van Manzikert (1071) een groot deel van Klein-Azië. De Byzantijnse keizer stuurt een oproep voor hulp naar paus Gregorius VII: die staat welwillend tegenover die vraag, maar slaagt er niet in een kruistocht te organiseren. In 1095 doet de Byzantijnse keizer een nieuwe oproep voor hulp aan paus Urbanus II. Die maakt er wel werk van.
2
Het verloop van de kruistochten
Op het einde van het Concilie van Clermont (Frankrijk) in 1095 houdt paus Urbanus II een belangrijke toespraak. Hij roept de edelen van West-Europa op tot een kruistocht om hun christelijke broeders in het oosten (de Byzantijnen) te helpen BRON 1-2-3 - 4 -5
152
MIDDELEEUWEN
F2 De kruistochten naar het Midden-Oosten
5
4
19
±
17
50
50
±
±
14
0
50
±
KLASSIEKE OUDHEID
N
PREHISTORIE
IN
±
±
35
0
80
0
0
v. C
v. C
.
.
Iedereen kent wel het woord ‘kruistochten’. Misschien heb je zelfs al een film gezien of een boek gelezen over die gebeurtenissen uit de middeleeuwen. Het beeld over de kruistochten verandert regelmatig: van ophemeling tot afschuw. Hoe ontstaan de kruistochten? In hoeverre zijn die succesvol geweest? Wat zijn de gevolgen ervan?
HEDENDAAGSE TIJD
MODERNE TIJD VROEGMODERNE TIJD
tegen de aanvallen van de Seltsjoeken. Hij moedigt hen ook aan om Jeruzalem te bevrijden van de moslims. In de westerse middeleeuwse wereldopvatting neemt Jeruzalem een centrale plaats in: het is de plaats waar Jezus is gestorven. Door op kruistocht te gaan kunnen de deelnemers boete doen voor hun zonden en zo in de hemel komen. De reactie op de toespraak moet zelfs de paus en later ook de Byzantijnse keizer verrast hebben: grote aantallen mensen beantwoorden zijn oproep met veel enthousiasme en trekken in verschillende golven oostwaarts. Een eerste golf vertrekt kort na de oproep zonder voorbereiding: de volkskruistocht. Wanneer die mensen het jaar daarop in Klein-Azië aankomen, worden zij grotendeels omgebracht door de Turken. De westerse edelen wachten tot de afgesproken vertrekdatum (augustus 1096) en volgen verschillende routes. Geen enkele koning neemt deel aan die zogenaamde eerste kruistocht; het leiderschap berust bij een aantal edelen (zoals Godfried van Bouillon) en de pauselijke vertegenwoordiger. Na een lange tocht bereiken de kruisvaarders Jeruzalem. Ze nemen de stad in op 15 juli 1099. Een van de belangrijkste redenen voor het succes van de kruisvaarders is dat de moslims onderling politiek verdeeld zijn. De moslimwereld besteedt op dat moment weinig aandacht aan de inname van de stad. Het is een gebeurtenis zonder veel betekenis.