Bij trajectcontrole wordt over een afstand van enkele kilometers de gemiddelde snelheid van elke passerende auto bepaald. Je krijgt een boete als die snelheid te hoog is. Hoe werkt trajectcontrole en wat is gemiddelde snelheid?
Figuur 2.15
2.2
Eenparige rechtlijnige beweging
Gemiddelde snelheid Trajectcontrole maakt gebruik van twee camera’s die het nummerbord van een auto fotograferen: één aan het begin van het traject (A), en één aan het einde (B). Zie figuur 2.16. Ook het tijdstip waarop een foto is gemaakt, wordt vastgelegd. A B
Figuur 2.16
De plaats van elke camera is bekend en daarmee de afstand AB. Uit de twee tijdstippen waarop een foto van de auto is gemaakt, berekent een computer de tijd die de auto nodig had om het traject AB af te leggen. Met deze gegevens berekent de computer de gemiddelde snelheid van de auto.
60
h o ofdstuk 2