Oogsttijd in Bardolino
de warmere hellingen met een zuidelijke expositie komen, groeien de druiven voor Amarone vaak op oostelijk georiënteerde hellingen. De druiven rijpen hier langzamer en winnen daardoor aan
complexiteit. De vorming van uitwendige botrytis (doorgaans alleen bij de corvina) probeert men bij
druiven voor Amarone te voorkomen, evenals bij druiven voor Recioto. Deze botrytis geeft namelijk minder zuren, minder kleur, een voortijdige rijping en een hogere kans op oxidatie. Ook laat oogsten is geen primair uitgangspunt.
Als maximumrendement geldt 48 hl/ha. Het natuurlijke alcoholpercentage van de druiven moet minstens 11 procent zijn bij de oogst en 14 procent na de appassimento. Het effectieve alcoholgehalte
bedraagt uiteindelijk 14 procent of hoger. De wijn mag niet meer dan 9 gr/l restsuiker bevatten voor wijn met 14 procent alcohol, maar met een glijdende schaal tot circa 12 gr/l voor wijnen met een
hoger alcoholpercentage. Amarone wordt pas op de markt gebracht vanaf 1 januari van het tweede jaar na de oogst, Amarone Riserva pas vanaf 1 november van het vierde jaar na de oogst. Bardolino Superiore DOCG
De zuidoostoever van het Gardameer levert de wijnen voor de in 2001 erkende DOCG Bardolino Superiore. Het productiegebied is identiek aan dat van Bardolino DOC en ligt globaal tussen het Gardameer en Valpolicella DOC. Bardolino Superiore is altijd rood en gemaakt van 35 tot 80
procent corvina veronese (waarvan maximaal 20 procent vervangen mag worden door corvinone), 10 tot 40 procent rondinella, maximaal 15 procent molinara en maximaal 20 procent andere drui-
Hoofdstuk 21 - Italië (2022-2023) TERUG NAAR INHOUD
103