Dick Pijpers
Knolcapucien Mashua Tropaeolum tuberosum – Tropaeolaceae De knolcapucien is afkomstig uit het Andesgebergte in Peru, ZuidAmerika. In Bolivia en Columbia kennen ze de knolcapucien eveneens als volksvoedsel. De knollen zijn peervormig (peenvormig), geel van kleur met violet gekleurde vlekken. De ogen zijn langwerpig en staan horizontaal op de knol, ze zijn paars van kleur en tamelijk diepliggend. Ook bekend als: Isaña, magua, Ysaǹo, Anyu, Apina-mama, Isana
D
e knol wordt gekookt gegeten, kan ook ingemaakt worden in azijn, z.g. pickles. Het jonge blad en de dieprode bloemen zijn eveneens eetbaar. De geografische oorsprong van Tropaeolum tuberosum lijkt te zijn geweest in de hooglanden van het centrale gebied van de Andes, in de buurt van het Titicaca-bekken. De exacte datum van gecultiveerde teelt is niet bekend, maar wordt geschat op ongeveer 5500 v. Chr. Er zijn pre-Inca-pictogrammen gevonden op aardewerk die de aardappel, ulluco, oca en mashua voorstellen, die vondsten bewijzen het belang van deze knollen in de oudheid. Wilde knollen worden vaak ook aangetroffen op archeologische vindplaatsen.
De knolcapucien ook bekend als isanu, cubio, añu, ysaño of puel, is een knolgewas dat van economische waarde is als voedsel en medicijn. Dit wortelgewas staat op de vierde plaats in belang in het Andesgebied, na aardappel, oca en ulloco. Van de Andes-knollen is de knolcapucien een van de meest productieve, gemakkelijkst te kweken en het meeste vorstresistent. Net als bij de aardappel wordt de knolcapucien vegetatief vermeerderd met behulp van het uitgesorteerde pootgoed. De knol wordt van oudsher verbouwd in de Nederlands: Knolcapucien, Capucieneknol, Mashua Frans: Capucine tubéreuse, Cubio Duits: Knollige Kapuzinerkresse, Mashua, Añu Engels: Mashua, Tuberous nasturtium Spaans: Mashwa, añu, Isaño, Capuchina tuberculosa Italiaans: Tropaeolum tuberosum
184
AGF Primeur 4 • 2022
het scherpe aroma als specerij gebruikt. Het blad en de bloemen hebben een zachte tuinkerssmaak en zijn een sieraad in elke salade.
Het is bekend dat een ‛knolcapucien-dieet’ een gunstig effect heeft op lever en nieren.
RASSEN IN ZUID-AMERIKA Andes van Bolivia, Peru, Ecuador, Colum- Capucineknollen vertonen een opmerkebia en Venezuela . Ook is er productie in lijk breed scala aan kleuren en kwalificaNieuw-Zeeland en Canada. Op beperkte ties in variëteit, de namen verwijzen er schaal in België, Nederland, Duitsland en vaak naar, zoals: ‛Huaka hasta’ of ‛Huagra Denemarken. hasta’ verwijst naar langwerpige, gebogen knollen. ‛K’eya-añu’ duidt op een vieDe knollen worden sinds 1827 gekweekt ze geur. ‛Take-añu’ of ‛Taqui añu’ verwijst in Europa. Eerst als siergewas, later als naar knollen die veel voorkomen in Cusco, voedselgewas. en duidt erop dat dit type geschikt is voor langdurige opslag. ‛Kita-añu’ en ‛Añu-añu’ De knolcapucien is een eenjarige, krui- zijn termen die worden gebruikt voor wildachtige klimplant die behoort tot de de knolcapucien of mashua. Verder nog: familie Tropaeolaceae, met ongeveer Asuti, Amarillo, Pajarillo, Yawar waqac. 100 soorten. Tropaeolum tuberosum is nauw verwant aan de Oost-Indische kers, RASSEN IN EUROPA Tropaeolum majus L. De knollen variëren Ken Aslet – Quick Jumps – Hahamish in kleur van wit tot geel met af en toe varianten die paars of rood zijn. Ze zijn vaak Opslag: gedurende enkele dagen tot -3°C gestreept of gevlekt rood of paars, voor- bij +3°C tot twee maanden bij een RV van al onder de ogen. Het vruchtvlees van de 85. knol is geel. VOEDINGSWAARDE PER 100 GRAM De knolcapucien is ook een waarde- PRODUCT vol gewas, omdat het resistent is tegen Energie . . . . . . . . . . . . . . 35 – 50 Kcal de invloeden van insecten, nematoden, Water . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .85 g schimmels en andere pathogenen. Van- Eiwit . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1,5 g daar dat in de Peruaanse hooglanden Vet . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 0,7 g de knolcapucien vaak wordt verbouwd Vezels . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1,3 g samen met maïs, oca, ulluco, aardappelen, Suikers . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3,5 g peulvruchten en granen. Zetmeel . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8,9 g Kalium. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1,5 mg De knollen van de knolcapucien worden IJzer . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1,0 mg gekookt en als groente gegeten, meestal Fosfor. . . . . . . . . . . . . . . . . . . 0,7 mg in een hutspotje of in soepen verwerkt. Ze Vitamine A . . . . . . . . . . . . . . . . . .10 µ kunnen ook dienen om te roerbakken. De Vitamine C. . . . . . . . . . . . . . . . 77,5 mg knollen zijn vanwege de scherpe, moster©Dick Pijpers dachtige smaak voor rauwe consumptie www.allesovergroentenenfruit.nl minder geschikt, maar toch zijn de knollen rauw te snipperen door de sla voor een pittige touch. De bladeren worden vanwege