Zwitserland bestaat uit 26 kantons. In het land worden maar liefst vier talen gesproken.
Zwitserland heet die Schweiz in het Duits, la Suisse in het Frans, Svizzera in het Italiaans en Svizra in het Reto-Romaans. De meeste inwoners hebben Duits als geboortetaal. Met een aandeel van 20 procent is Frans de tweede taal. Italiaans wordt in het zuiden van het land
gesproken, in Ticino. Reto-Romaans is zo goed als uitgestorven; ongeveer een half procent van de bevolking van het oostelijke kanton Graubünden spreekt het nog.
27.2 Historie Zo’n drieduizend jaar geleden groeiden er in Zwitserland al wilde druiven in de rivierdalen en langs de oevers van de meren, maar het waren de Romeinen, die de eerste wijngaarden aanplantten in Helvetia, het huidige Zwitserland. Ze deden dat onder andere in de omgeving van Basel en Windisch. In de zesde eeuw na Chr. stichtten monniken uit de Bourgogne het klooster SaintMaurice bij Aigle in het kanton Vaud, waar ze zich met wijnbouw gingen bezighouden. In het
midden van de achtste eeuw was er ook sprake van wijnbouw in het Rijndal bij Chur (in het kanton Graubünden) en aan de Bodensee.
In de middeleeuwen waren het, net als in andere delen van Europa, kloosterorden als die van de cisterciënzers, die de wijnbouw tot ontwikkeling brachten. Bij het Meer van Genève stichtten de cisterciënzers het klooster Dézaley, waar ze in 1142 de eerste wijngaarden in terrasvorm
aanlegden. Vandaag de dag worden deze nog steeds tot de beste van Zwitserland gerekend (zie blz. 103). In 1291 legden de kantons Schwyz, Uri en Unterwalden met hun ‘Eedgenootschap’ de grondslag voor de Zwitserse natie.
Tot het midden van de negentiende eeuw nam de wijnproductie gestaag toe. Rond 1850 telde
Zwitserland 35.000 ha wijngaarden, meer dan twee keer zo veel als tegenwoordig. Buitenlandse
concurrentie, meeldauw en phylloxera hebben het wijngaardareaal in de loop der tijd gehalveerd.
Ook verstedelijking langs de meren zorgde voor een dramatische teruggang in het wijngaardareaal. Pas na de Tweede Wereldoorlog leefde de wijnbouw op. Met name het kanton Valais heeft daarvan geprofiteerd. Het is het belangrijkste wijnkanton van het land geworden.
Tot medio jaren negentig van de twintigste eeuw voerde de Zwitserse overheid een politiek
waarin de eigen wijnproductie beschermd werd. Dat deed ze door hoge accijnzen te heffen en door importquota te bepalen. In 2001 werd de wijnmarkt opengebroken en in 2006 werd het wijnhandelaren verboden om de eigen Zwitserse wijnen te assembleren met importwijnen.
TERUG NAAR INHOUD
90
Hoofdstuk 27 - Zwitserland (2022-2023)