Ook is er een grote versnippering van eigendommen. Er zijn zeer veel individuele producenten: bijna 1.500. Maar omdat niet iedereen zelf zijn wijnen maakt en vermarkt, spelen handelshuizen en
coöperaties een grote rol in het gebied. De 88 caves coopératives in het Rhônegebied vormen ver-
reweg de belangrijkste productiefactor. Zij zijn verantwoordelijk voor zo’n 65 procent van het geproduceerde AOP-volume. De productie wordt zo’n 60 procent ‘en vrac’, dus in bulk verkocht. 30-35 procent komt gebotteld op de markt en een klein deel verlaat als verse druiven hun producent.
Zowel op de Franse als op de Nederlandse markt is het supermarktkanaal dominant. Zo’n 35 procent van de jaarlijkse productie wordt in Franse supermarkten verkocht, net zoveel als er in totaal vanuit
Rhône wordt geëxporteerd (ook 35 procent van de jaarlijkse productie). De export van Rhônewijnen
naar Nederland is in de eerste 10 jaar van de 21e eeuw flink teruggelopen, van een aandeel in volume 7 procent in 2003 tot 3 procent in 2021. Maar dat percentage is al jaren stabiel en de waarde
neemt iets toe. België, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten zijn verreweg de grootste exportmarkten voor Rhônewijnen.
Als wij spreken over ‘de Rhône’ gaat het niet alleen om wijngebieden in het Rhônedal. Er is ook
een klein district bij de plaats Die langs de rivier de Drôme, dat Rhônewijnen produceert. Ook zijn er enkele appellations aan de oostgrens van de Zuid-Rhône en de noordgrens van de Provence, die wij vanwege het karakter van de wijnen en de gebruikte druivenrassen tot het Rhônegebied
rekenen. Verder worden bepaalde appellations in het departement Gard, dat administratief tot de
Languedoc behoort, wijnbouwkundig tot de Rhône gerekend, zoals Costières de Nîmes. Een flinke
oprekking van de grenzen van wijnstreek Rhône vond plaats in 2018, toen Duché d’Uzès een AOP van de Vallée du Rhône werd.
11.2
Historie
De historie van de Rhônevallei als wijnproducerende regio gaat ver terug in de tijd. Men dacht lange tijd dat de Romeinen er de eerste wijngaarden hebben aangelegd. Maar al veel eerder waren de Phocaeërs, een zeevarend Grieks volk, aanwezig in het zuiden van het gebied. Zij stichtten
rond 600 voor Chr. de stad Massilia (of Massalia), het latere Marseille. Niet lang daarna plantten ze er zeer waarschijnlijk ook wijnstokken. Van daaruit heeft de wijncultuur zich door het dal naar het noorden verbreid.
Rond 75 na Chr. maakte de Romeinse schrijver Plinius de Oudere melding van een groep Keltische
stammen in Gallië, de Allobrogen. Deze stammen produceerden rond het huidige Vienne uitstekende
wijn van een donkere druif, die resistent zou zijn tegen kou. De Galliërs en Kelten plantten hun eerste wijnstokken in het noorden van de Rhônevallei. Toch is een belangrijk deel van de ontstaansgeschiedenis van de wijncultuur in dit gebied nauw verweven met de geschiedenis van de Romeinen. De
gouden tijd voor de wijnbouw was voorbij toen de Romeinen zich uit Gallië terugtrokken. Wat er
overbleef aan wijncultuur werd vooral beheerd door de kerk. Die had wijn nodig bij de eredienst.
198
Hoofdstuk 11 - Rhône (2022-2023) TERUG NAAR INHOUD